Besluit van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek van 27 oktober 2022, nr. INV2223, tot vaststelling van een subsidieregeling Vernieuwing Onderzoeksjournalistiek en Lokale Journalistiek 2022

Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Gelet op artikel 8.3 en 8.15a van de Mediawet 2008;

Besluit:

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1.1 Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

a) huis-aan-huisblad:

een papieren krant die minstens 25% redactionele content verzorgt over lokale zaken, gericht op een algemeen, lokaal publiek en die voorts:

  • 1. minstens één keer per week verschijnt; of

  • 2. minder dan één keer per week, maar tenminste één keer per twee weken verschijnt; of

  • 3. minder dan één keer per twee weken, maar tenminste negen keer per jaar verschijnt.

b) innovatie:

de uitvoering van nieuwe activiteiten om nieuwe journalistieke producten of diensten te ontwikkelen voor de eigen organisatie of journalistieke sector en/of een nieuwe markt aan te boren en/of nieuwe werkprocessen te implementeren binnen de organisatie;

c) journalistiek handelen:

het vergaren, verwerken en verspreiden van informatie en nieuws, waarbij:

  • 1. het gaat om onafhankelijk tot stand gekomen openbare berichtgeving die bestemd is voor een breed publiek en die bestaat uit originele eigen content die niet machine-gegenereerd is;

  • 2. gestreefd wordt naar zo accuraat en evenwichtig mogelijke berichtgeving; en

  • 3. verantwoording wordt afgelegd en transparant wordt gehandeld en waarbij de afzender van de content duidelijk wordt gemaakt;

d) journalistieke organisatie:

een organisatie met als hoofdactiviteit journalistiek handelen;

e) lokaal nieuwsblad:

een papieren krant die:

  • 1. minstens 25% redactionele content over lokale algemene zaken gericht op een algemeen lokaal publiek verzorgt in een samenhangend lokaal gebied;

  • 2. niet dagelijks, maar wel tenminste één keer per twee weken verschijnt;

f) lokale nieuwswebsite:

een website die van vitaal belang voor de lokale nieuwsvoorziening is en die:

  • 1. dagelijks onafhankelijk actueel lokaal algemeen nieuws en informatie verzorgt dat een overwegend unieke inhoud heeft en gericht is op een algemeen publiek in een samenhangend lokaal gebied; en

  • 2. een aantoonbare jaaromzet had in 2021 van tenminste € 20.000,–;

g) lokale publieke media-instelling:

een instelling die op grond van titel 2.3 van de Mediawet 2008 is aangewezen voor de verzorging van een lokale publieke mediadienst voor een of meer gemeenten;

h) onderzoeksjournalistiek:

kritisch en diepgravend journalistiek onderzoek:

  • 1. dat wordt uitgevoerd op basis van een onafhankelijk geformuleerde onderzoeksvraag (waarmee vooral bedoeld wordt dat de opzet is om langs journalistieke weg iets te onderzoeken, anders dan aan te tonen) en met toepassing van specifiek onderzoeksjournalistieke methoden;

  • 2. dat beoogt feiten en verbanden bloot te leggen die apart of in hun samenhang nog niet zichtbaar waren; en

  • 3. waarbij een zeker algemeen maatschappelijk belang in het geding is;

i) onderzoeksredactie:

een bestaande journalistieke organisatie of een redactie binnen een bestaande journalistieke organisatie, met als belangrijkste taak en missie het bedrijven van onderzoeksjournalistiek in plaats van het maken van dagelijks nieuws;

j) Stimuleringsfonds:

het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek als bedoeld in artikel 8.2 van de Mediawet 2008.

k) website:

een locatie op internet bestaande uit een of meer samenhangende pagina’s met informatie in de vorm van tekst, foto’s of video’s die als zelfstandig geheel onder eigen verantwoordelijkheid en beheer van een lokale publieke media-instelling, huis-aan-huisblad of lokaal nieuwsblad valt.

Artikel 1.2 Doel van de subsidie en projectperiode

  • 1. Subsidieverstrekking op grond van deze regeling heeft tot doel het bijbrengen van kennis over innovatieve werkwijzen en het stimuleren van vernieuwing binnen de onderzoekjournalistiek en lokale journalistiek. Om dat doel te bereiken is deelname aan een door het Stimuleringsfonds aangeboden begeleidingsprogramma onlosmakelijk aan de subsidieverstrekking verbonden.

  • 2. Het Stimuleringsfonds kan subsidie verstrekken voor de kosten van activiteiten die worden uitgevoerd in de periode 24 januari 2023 tot en met 31 juli 2023.

Artikel 1.3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan innovatie en vernieuwing en aansluiten bij de criteria in artikel 3.3.

Artikel 1.4 Subsidieplafond en deelplafonds

  • 1. Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling is in totaal 380.000 euro beschikbaar, waarvan

    • a) 100.000 euro beschikbaar is voor aanvragers als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, onderdeel a; en

    • b) 280.000 euro beschikbaar is voor aanvragers als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid onderdeel b.

  • 2. Het Stimuleringsfonds kan besluiten de subsidieplafonds te verhogen. Een besluit tot het vaststellen of verhogen van een subsidieplafond wordt bekendgemaakt door middel van publicatie in de Staatscourant.

  • 3. Als een subsidieplafond, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, niet wordt overschreden, kunnen de resterende middelen overgeheveld naar het andere subsidieplafond.

  • 4. Bij overschrijding van een subsidieplafond weigert het Stimuleringsfonds een subsidie voor zover door de verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.

Artikel 1.5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. Voor subsidie komen uitsluitend de in het vierde lid genoemde kosten in aanmerking die in rechtstreeks verband staan tot de subsidiabele activiteiten en waarvan in redelijkheid mag worden aangenomen dat deze noodzakelijk zijn om de activiteiten te kunnen uitvoeren.

  • 2. Kosten zijn uitsluitend subsidiabel indien deze na subsidieverlening door de subsidieontvanger zijn gemaakt voor uitvoering van de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend.

  • 3. Niet subsidiabel zijn kosten die reeds uit anderen hoofde zijn, kunnen of worden gefinancierd.

  • 4. Op grond van deze regeling kan uitsluitend subsidie worden verstrekt voor de kosten, inclusief btw, van innovatie.

  • 5. Onder de kosten voor innovatie worden niet verstaan: kosten voor de dagelijkse bedrijfsvoering, zoals betaling van loonkosten van personeel, huur van een kantoorpand of aanschaf van kantoorbenodigdheden.

  • 6. Verschuldigde btw komt uitsluitend voor subsidie in aanmerking ingeval de aanvrager de btw niet kan verrekenen met de door hem af te dragen omzetbelasting.

HOOFDSTUK 2 AANVRAAG TOT SUBSIDIEVERLENING

Artikel 2.1 Subsidieaanvrager

  • 1. Subsidie wordt op aanvraag verleend.

  • 2. Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door:

    • a) een lokale journalistieke partij, zijnde:

      • i. een huis-aan-huisblad;

      • ii. een lokaal nieuwsblad;

      • iii. een lokale nieuwswebsite; of

      • iv. een lokale publieke media-instelling; en

    • b) een onderzoeksredactie.

  • 3. Voor de toepassing van het tweede lid, onderdeel a, onder iv, wordt mede als lokale publieke media-instelling beschouwd een instelling ten aanzien van welke een procedure tot vernieuwing van de aanwijzing van het Commissariaat voor de Media loopt en deze instelling naar genoegen van het Stimuleringsfonds aantoont dat hernieuwde aanwijzing naar alle waarschijnlijkheid zal worden toegekend voor 1 januari 2023.

  • 4. Een subsidieaanvrager kan uitsluitend een aanvraag indienen voor een van de twee subsidieplafonds, b bedoeld in artikel 1.4, eerste lid, onderdelen a en b.

  • 5. De aanvragers, zoals bedoeld in het tweede lid dienen te zijn ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.

Artikel 2.2 Subsidieaanvraag

  • 1. Een aanvraag wordt uitsluitend ingediend door middel van een door het Stimuleringsfonds vastgesteld aanvraagformulier op de website van het Stimuleringsfonds, volgens de daarbij vermelde instructies, en omvat in ieder geval:

    • a) het nummer waarmee de organisatie staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel

    • b) cv’s van alle aan het begeleidingsprogramma deelnemende teamleden;

    • c) een document waaruit blijkt hoeveel journalistieke FTE er in vaste dienst is of op freelancebasis werkzaam zijn de aanvrager.

    • d) een activiteitenplan dat:

      • i. nauwkeurig de aard en omvang en beschikbaarheid van het team dat de voorgenomen activiteiten gaat uitvoeren beschrijft;

      • ii. laat zien dat de verzoeker kennis over de aangekaarte uitdaging en mogelijke oplossingsrichtingen heeft; en

      • iii. een inschatting bevat van de haalbaarheid van het activiteitenplan.

  • 2. Indien de aanvrager een huis-aan-huisblad is, bevat de aanvraag tevens een document dat aantoont dat het huis-aan-huisblad in 2022:

    • a) minstens één keer per week verschijnt;

    • b) minder dan één keer per week, maar tenminste één keer per twee weken verschijnt; of

    • c) minder dan één keer per twee weken, maar tenminste negen keer per jaar verschijnt.

  • 3. Indien de aanvrager een lokaal nieuwsblad is, bevat de aanvraag tevens:

    • a) drie recente edities van het blad; en

    • b) een document dat aantoont dat het lokaal nieuwsblad in 2022 niet dagelijks, maar wel tenminste één keer per twee weken verschijnt.

  • 4. Indien de aanvrager een lokale nieuwswebsite is, bevat de aanvraag tevens een document waaruit blijkt dat de lokale nieuwswebsite in 2021 een aantoonbare jaaromzet had van tenminste 20.000 euro.

  • 5. Indien de aanvrager een lokale publieke media-instelling is, bevat de aanvraag tevens een document of documenten waaruit blijkt dat de lokale publieke media-instelling door het Commissariaat voor de Media op grond van titel 2.3 van de Mediawet 2008 is aangewezen als lokale publieke media-instelling. Indien artikel 2.1, derde lid, van toepassing is, dient een document of dienen documenten aangeleverd te worden waaruit blijkt dat hernieuwde aanwijzing naar alle waarschijnlijkheid zal worden toegekend voor 1 januari 2023.

  • 6. Indien de aanvrager een onderzoeksredactie is, bevat de aanvraag tevens:

    • a) een redactiestatuut; en

    • b) een onderzoeksjournalistieke productie, gepubliceerd in 2022.

  • 7. Een aanvraag wordt alleen in behandeling genomen als deze volledig is. Het Stimuleringsfonds beoordeelt binnen een week na indiening van de aanvraag de volledigheid daarvan. In voorkomend geval krijgt de aanvrager bericht over ontbrekende gegevens, met de uitnodiging om de ontbrekende gegevens alsnog, binnen één week aan te leveren. Blijft tijdige en volledige aanlevering van de gegevens uit, dan wordt de betreffende aanvraag buiten behandeling gesteld.

Artikel 2.3 Aanvraagtermijn

Een aanvraag wordt ingediend in de periode van 27 oktober 2022 tot en met 21 november 2022, 23:59 uur.

HOOFDSTUK 3 SUBSIDIEVERLENING

Artikel 3.1 Verdeling subsidie

Honorering van aanvragen voor activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in de volgorde van de door het Stimuleringsfonds aangebrachte rangschikking, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

Artikel 3.2 Drempelcriteria

  • 1. Aanvragen van lokale journalistieke partijen als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, onderdeel a, worden door het Stimuleringsfonds beoordeeld aan de hand van de volgende drempelcriteria:

    • a) de aanvrager voldoet aan artikel 2.1, tweede lid, onderdeel a; en

    • b) bij de aanvrager is er sprake van de aanwezigheid van tenminste 1 journalistieke FTE.

  • 2. Aanvragen van onderzoeksredacties worden door het Stimuleringsfonds beoordeeld aan de hand van de volgende drempelcriteria:

    • a) de aanvrager voldoet aan artikel 2.1, tweede lid, onderdeel b; en.

    • b) bij de aanvrager is er sprake van de aanwezigheid van tenminste twee journalistieke FTE.

  • 3. Als een aanvraag niet aan de drempelcriteria voldoet, wijst het Stimuleringsfonds de aanvraag af.

Artikel 3.3 Inhoudelijke criteria

  • 1. Aanvragen van lokale journalistieke partijen als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, onderdeel a, worden door het Stimuleringsfonds beoordeeld aan de hand van de volgende inhoudelijke criteria:

    • a) samenstelling en beschikbaarheid team: is er sprake van een multidisciplinair team en is het team bereid om tenminste 74 uur in de subsidieperiode te besteden aan het traject;

    • b) relevantie: kaart de aanvrager concrete uitdagingen aan die relevant zijn voor de organisatie en/of sector; en

    • c) haalbaarheid: kunnen er voor de aangekaarte uitdagingen binnen de looptijd en middelen van het traject oplossingen worden bedacht en/of uitgevoerd.

  • 2. Aanvragen van onderzoeksredacties worden door het Stimuleringsfonds beoordeeld aan de hand van de volgende inhoudelijke criteria:

    • a) samenstelling en beschikbaarheid team: is er sprake van een multidisciplinair team en is het team bereid om tenminste 74 uur in de subsidieperiode te besteden aan het traject;

    • b) relevantie: kaart de aanvrager concrete uitdagingen aan die relevant zijn voor de organisatie en/of sector; en

    • c) haalbaarheid: kunnen er voor de aangekaarte uitdagingen binnen de looptijd en middelen van het traject oplossingen worden bedacht en/of uitgevoerd.

Artikel 3.4 Beoordeling inhoudelijke criteria

  • 1. Bij beoordeling op de inhoudelijke criteria wordt het oordeel door het Stimuleringsfonds vertaald in een waardering per criterium. Hierbij wordt gewerkt met een systeem waarin deze waardering wordt omgezet in een cijfer. Zowel de waardering als het cijfer staan op zichzelf, aanvragen worden niet direct met elkaar vergeleken.

  • 2. Het Stimuleringsfonds komt voor iedere aanvraag per criterium tot een gemotiveerde gezamenlijke score volgens een vijfpuntenschaal: 1. onvoldoende 2. matig 3. voldoende 4. goed 5. zeer goed.

  • 3. De scores per criterium worden bij elkaar opgeteld en vormen zo de totaalscore van de aanvraag. De rangschikking wordt bepaald door het totaal aantal punten dat wordt behaald.

  • 4. Niet voor rangschikking in aanmerking komen aanvragen die na de beoordeling minder dan 8 punten hebben gehaald. Die aanvragen worden afgewezen.

  • 5. Indien het totaalbedrag van de in aanmerking komende aanvragen het subsidieplafond overschrijdt, wordt het budget als volgt verdeeld:

    • a) de aanvraag die de meeste punten scoort volgens de waardering en rangschikking volgens het eerste tot en met derde lid, wordt als eerste gehonoreerd;

    • b) telkens wordt de daarop volgende aanvraag die de meeste punten scoort als eerste gehonoreerd;

    • c) indien meerdere aanvragen dezelfde score hebben gehaald en honorering van deze aanvragen tot overschrijding van het subsidieplafond zou leiden, dan worden deze gelijk geëindigde aanvragen als volgt gerangschikt:

      • i. op basis van de toegekende score op het criterium ‘samenstelling en beschikbaarheid team’;

      • ii. de alsdan gelijk beoordeelde aanvragen op basis van de toegekende score op het criterium ‘relevantie’.

Artikel 3.5 Besluit

Het Stimuleringsfonds beslist binnen 12 weken na ontvangst van de aanvraag.

Artikel 3.6 Subsidiehoogte

  • 1. De hoogte van het te verlenen subsidiebedrag is 10.000 euro per lokale journalistieke partij als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, onderdeel a, en 20.000 euro per onderzoeksredactie.

  • 2. In afwijking van het eerste lid kan subsidie voor een hoger bedrag dan de maximale subsidiehoogte worden verstrekt als de activiteiten naar het oordeel van het Stimuleringsfonds van uitzonderlijk belang zijn voor innovatie en vernieuwing in de gehele persbedrijfstak en het subsidieplafond daarmee niet wordt overschreden.

Artikel 3.7 Bevoorschotting

Bij subsidieverlening, wordt het verleende subsidiebedrag bij wijze van voorschot binnen vier weken na bekendmaking van het besluit tot subsidieverlening uitbetaald.

HOOFDSTUK 4 VERPLICHTINGEN

Artikel 4.1 Medewerkings- en informatieplicht

Aan de verlening van subsidie worden de volgende medewerkings- en informatieverplichtingen verbonden:

  • 1. De subsidieontvanger is verplicht de activiteiten uit te voeren overeenkomstig de beschrijving in de aanvraag.

  • 2. De subsidieontvanger, inclusief het team bedoeld in artikel 3.3, neemt deel aan alle fasen van het door het Stimuleringsfonds aangeboden begeleidingsprogramma, laat zich in voldoende mate coachen en volgt in dat verband de raadgevingen van de innovatiecoach zoveel mogelijk op.

  • 3. De subsidieontvanger werkt mee aan door of namens het Stimuleringsfonds ingestelde onderzoeken, bijeenkomsten en overlegrondes die erop gericht zijn het Stimuleringsfonds inlichtingen te verschaffen over de voortgang en staat van projecten alsmede ten behoeve van de ontwikkeling van het door of namens het Stimuleringsfonds te voeren beleid.

  • 4. De subsidieontvanger doet zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling aan het Stimuleringsfonds van omstandigheden die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van de subsidie, waaronder ingrijpende wijzigingen in de opzet en uitvoering van een project. Bij het melden van een dergelijke omstandigheid worden de relevante stukken overgelegd.

  • 5. De subsidieontvanger vermeldt in zijn bekendmakingen en publicaties rondom een gesubsidieerd project het Stimuleringsfonds als subsidieverstrekker.

HOOFDSTUK 5 SUBSIDIEVASTSTELLING

Artikel 5.1 Aanvraag tot vaststelling

  • 1. Een aanvraag tot subsidievaststelling wordt uiterlijk 30 september 2023 ingediend.

  • 2. De aanvraag tot subsidievaststelling gaat vergezeld van een activiteitenverslag en een financieel verslag, bedoeld in artikel 5.2.

Artikel 5.2 Activiteitenverslag en financieel verslag

  • 1. Het activiteitenverslag voor de aanvraag tot vaststelling van de subsidie bevat een overzicht van de verrichte activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten, in het bijzonder een reflectie op de journalistieke innovatie en de inzichten die de aanvrager heeft opgedaan tijdens de projectperiode;

  • 2. Het activiteitenverslag en het financieel verslag worden opgesteld volgens een door het Stimuleringsfonds vast te stellen format.

  • 3. Het Stimuleringsfonds kan in het besluit tot subsidieverlening nadere verplichtingen opleggen in verband met de inrichting van het activiteitenverslag en het financieel verslag.

Artikel 5.3 Wijziging, intrekking en terugvordering

  • 1. Zolang de subsidie niet is vastgesteld kan het Stimuleringsfonds de subsidieverlening intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen, als:

    • a) de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden;

    • b) de subsidieontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;

    • c) de subsidieontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag tot subsidieverlening zou hebben geleid;

    • d) de subsidieverlening anderszins onjuist was en de subsidieontvanger dit wist of behoorde te weten.

  • 2. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is verleend, tenzij het Stimuleringsfonds bij de intrekking of wijziging anders bepaalt.

  • 3. Het Stimuleringsfonds kan de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen:

    • a) op grond van feiten of omstandigheden waarvan het Stimuleringsfonds bij de subsidievaststelling redelijkerwijs niet op de hoogte kon zijn en op grond waarvan de subsidie lager dan overeenkomstig de subsidieverlening zou zijn vastgesteld;

    • b) als de subsidievaststelling onjuist was en de subsidieontvanger dit wist of behoorde te weten, of

    • c) als de subsidieontvanger na de subsidievaststelling niet heeft voldaan aan verplichtingen die aan de subsidie zijn verbonden.

  • 4. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld, tenzij het Stimuleringsfonds bij de intrekking of wijziging anders bepaalt.

HOOFDSTUK 6 SLOTBEPALING

Artikel 6.1 Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking op 27 oktober 2022.

  • 2. Als de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 27 oktober 2022, treedt deze regeling in afwijking van het eerste lid in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 27 oktober 2022.

  • 3. Deze regeling vervalt met ingang van 1 augustus 2023. In afwijking van de eerste volzin blijft deze regeling zoals hij luidde op de dag voorafgaand aan de datum met ingang waarvan deze regeling vervalt, van toepassing op de afwikkeling van op grond van deze regeling ingediende aanvragen en verleende subsidies.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Namens het bestuur van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek, F. van Exter Voorzitter

TOELICHTING OP SUBSIDIEREGELING VERNIEUWING ONDERZOEKSJOURNALISTIEK EN LOKALE JOURNALISTIEK 2022

I. Algemeen

De Subsidieregeling Vernieuwing Onderzoeksjournalistiek en Lokale Journalistiek 2022 is opgesteld met het oog op de wens van de regering om in de huidige kabinetsperiode innovatie en vernieuwing binnen de lokale journalistiek en onderzoeksjournalistiek te stimuleren. De subsidieregeling draagt bij aan de realisatie van de bredere ambitie van het kabinet om de lokale journalistiek en de onderzoeksjournalistiek te versterken (zie hoofdlijnenbrief media 2022, van 7 juni 2022). Met deze subsidieregeling wordt beoogd op een laagdrempelige manier lokale journalistieke partijen en onderzoeksredacties aan de slag te laten gaan met de uitvoering van nieuwe activiteiten om nieuwe journalistieke producten of diensten te ontwikkelen voor de eigen organisatie of journalistieke sector en/of een nieuwe markt aan te boren en/of nieuwe werkprocessen te implementeren binnen de organisatie. Naast de subsidieregeling is er een begeleidingsprogramma met een innovatiecoach, een innovatietour ter inspiratie en kennisdeling en subsidie om de eerste stappen richting innovatie en vernieuwing te bekostigen.

Het begeleidingsprogramma bestaat uit vier fases, die voor het grootste gedeelte samen met de innovatiecoach, een expert op het snijvlak van journalistiek en innovatie, met verstand van de implementatie van een innovatieve werkwijze worden doorlopen. De coach is verantwoordelijk voor het bijbrengen van kennis en het geven van adviezen op het gebied van innovatie en vernieuwing. Daarnaast ondersteunt de coach deelnemende organisatie in het vernieuwingstraject door middel van wekelijkse coaching sessies en workshops. De innovatiecoach treedt op als sparringpartner en adviseur en zal gedurende het traject 74 uur beschikbaar zijn voor de deelnemende organisatie. Het programma start op 24 januari 2023 met een kick-off voor alle deelnemende organisaties. Die datum is tevens de start van fase 1 van het begeleidingsprogramma. De vier fases zijn als volgt:

Fase 1: Signalering en definiëring problematiek

Samen met de coach gaat de deelnemende organisatie aan de slag om problemen die binnen de organisatie spelen de signaleren en/of te definiëren door middel van een door het Stimuleringsfonds ontworpen format.

Fase 2: Verkennen oplossingsrichtingen

Samen met de coach gaat de deelnemende organisatie op zoek naar mogelijke oplossingen voor de in fase 1 gedefinieerde problematiek aan de hand van een of meerdere ideation sessies. Ter inspiratie gaan maximaal 2 personen van de deelnemende organisatie op innovatietour om ideeën op te doen bij andere, innovatieve journalistieke organisaties.

Fase 3: Oplossingen ontwikkelen

In fase 3 gaat de deelnemende partij in samenwerking met de coach de in fase 2 verkende oplossingen ontwikkelen en daar waar mogelijk implementeren binnen de organisatie.

Fase 4: Evaluatie en demo

In fase 4 gaat de deelnemende partij samen met de innovatiecoach het traject evalueren. Ook wordt de opgedane kennis gedeeld met andere deelnemende organisaties tijdens een of twee demodagen.

II. Artikelgewijs

Artikel 1.4 Subsidieplafonds

De subsidieregeling heeft een begrensd budget, zowel voor het totaal als voor beide categorieën aanvragers. Dat betekent dat mogelijk niet alle aanvragen kunnen worden ingewilligd. De verdeling van het beschikbare budget gebeurt door de aanvragen te beoordelen aan de hand van een aantal beoordelingscriteria. Eerst wordt aan de hand van drempelcriteria beoordeeld of een aanvraag überhaupt voor subsidie in aanmerking komt. Aanvragen die voldoen aan de drempelcriteria worden op basis van de uitkomst van een beoordeling aan de hand van inhoudelijke criteria gerangschikt. Aan de hand van die rangschikking wordt het beschikbare (deel)subsidiebudget toegewezen aan aanvragen, op aflopende volgorde van rangschikking.

Artikel 2.1 Subsidieaanvrager

De regeling staat open voor lokale journalistieke partijen en onderzoeksredacties.

Een lokale nieuwswebsite moet dagelijks actueel algemeen lokaal nieuws brengen dat gericht is op een algemeen lokaal publiek in een samenhangend lokaal gebied. Uitgaansinformatie of 112-berichten, alsmede ‘one issue-nieuws’ of nieuws gericht op één bepaalde beroeps- of belangengroep vallen daar niet onder. Een nieuwswebsite dient onafhankelijk te opereren en overwegend unieke content te verzorgen. Dat wil zeggen dat een nieuwswebsite los van belanghebbende partijen wordt verzorgd en bijvoorbeeld ook geen extensie van print-producten, een editie of afgeleide van andere websites is, en dat de content niet van andere websites is overgenomen of gekopieerd. Om in aanmerking te komen voor deze regeling moeten lokale nieuwswebsites die een aanvraag indienen op door het Stimuleringsfonds aangegeven wijze – bijvoorbeeld aan de hand van jaarcijfers of belastingaangiften – aantonen dat de nieuwssite een jaaromzet van tenminste € 20.000,– genereert.

Een lokale publieke media-instelling kan een aanvragen indienen, mits deze een aanwijzing van het Commissariaat voor de Media heeft voor één of meer gemeenten. Wanneer een aanvrager nog in het proces zit van het vernieuwen van de aanwijzing van het Commissariaat voor de Media, maar deze naar alle waarschijnlijkheid zal worden toegekend voor 1 januari 2023, dan mag de aanvrager ook een bewijs aanleveren waaruit blijkt dat de aanwijzing goedgekeurd zal gaan worden. Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van communicatie tussen de lokale publieke media-instelling, gemeente(n) en het Commissariaat.

Artikel 2.2, eerste lid, onderdeel b

Per team geldt een maximaal aantal leden van 8.

Artikel 2.2, tweede lid, onderdeel b

De verschijningsfrequentie kan o.a. worden aangetoond door een recente factuur van de drukker, factuur van de bezorgdienst of een overzicht van de digitale edities online.

Artikel 2.2, derde lid

De recente edities van het nieuwsblad zullen worden gebruikt om te toetsen of de aanvrager voldoet aan de verplichting dat het blad beschikt over minstens 25% redactionele content over lokale algemene zaken gericht op een algemeen lokaal publiek in een samenhangend lokaal gebied.

De verschijningsfrequentie kan o.a. worden aangetoond door een recente factuur van de drukker, factuur van de bezorgdienst of een overzicht van de digitale edities online.

Artikel 2.2, vierde lid

De jaaromzet kan o.a. worden aangetoond door middel van recente belastingaangifte(n) of jaarcijfers.

Artikel 2.2, vijfde lid

Een lokale publieke media-instelling kan aantonen dat de hernieuwde aanwijzing naar alle waarschijnlijkheid zal worden toegekend voor 1 januari 2023 door bijvoorbeeld de communicatie tussen de lokale publieke media-instelling, gemeente(n) en het Commissariaat bij de aanvraag mee te sturen.

Artikel 3.3 Inhoudelijke criteria

Bij het beoordelen van de aanvragen aan de hand van de verschillende beoordelingscriteria betrekt het Stimuleringsfonds de volgende gezichtspunten.

Bij de beoordeling van het in artikel 3.3., eerste en tweede lid, onderdeel a, genoemde criterium samenstelling en beschikbaarheid team wordt gekeken naar de samenstelling van het team en of er sprake is van multidisciplinariteit. Innovatie en vernieuwing begint bij de teamsamenstelling. In hoeverre zijn de juiste competenties aanwezig om de aangekaarte uitdagingen binnen de organisatie/sector aan te gaan? Ter illustratie: een team bestaande uit twee journalisten scoort lager dan een team bestaande uit een marketeer en een journalist. Een verscheidenheid aan disciplines telt zwaarder dan de hoeveelheid personen. Ook moet de aanvrager blijk geven van ontbrekende disciplines. Daarnaast moeten alle teamleden tenminste 74 uur beschikbaar zijn gedurende het traject (exclusief de innovatietour in fase 2). Hoe hoger de beschikbaarheid, hoe hoger de score.

Bij de beoordeling van het in artikel 3.3, eerste en tweede lid, onderdeel b, genoemde criterium relevantie, wordt gekeken of de organisatie op het moment van indienen van de aanvraag al kennis heeft van diens uitdagingen of die van de sector. Hoe realistisch en concreet zijn die uitdagingen? Is het bestaan van die uitdaging bewezen of geeft de aanvrager notie van waar deze zou beginnen met het bewijzen van de aangekaarte uitdaging? Daarbij wordt ook gelet op de inhoud van de uitdaging. Maatschappelijke problemen of aanbodsgerichte uitdagingen scoren lager dan specifieke uitdagingen, gericht op een specifieke doelgroep. Tot slot wordt er gelet op ambitie. Weet de aanvrager een duidelijke omschrijving te geven van de gewenste opbrengsten van het traject en heeft het de ambitie om de opgedane kennis op de lange termijn voort te zetten binnen de organisatie/sector?

Bij de beoordeling van het in artikel 3.3, eerste en tweede lid, onderdeel c, genoemde criterium haalbaarheid, wordt gekeken naar huidige ideeën en oplossingen voor de aangekaarte uitdagingen en of het haalbaar is om deze oplossingen binnen de looptijd en middelen van het traject uit te voeren. Worden de oplossingen als feiten gepresenteerd of geeft de aanvrager blijk van een open en onderzoekende houding? De grootte van de ambitie is ondergeschikt aan de mate van flexibiliteit om die ambitie bij te stellen.

Artikel 4.1 Medewerkings- en informatieplicht

Aan de verlening van een subsidie zijn verplichtingen verbonden. Die staan genoemd in hoofdstuk 4 van de regeling en zullen worden opgelegd in het besluit tot subsidieverlening. Niet naleving van die subsidieverplichtingen kan – evenals het niet (geheel) uitvoeren van het project – leiden tot lagere vaststelling van de aanspraak op subsidie en tot terugvordering van het betaalde voorschot. Daarnaast kan niet naleving van de subsidieverplichtingen leiden tot intrekking van de subsidieverlening of tot wijziging ten nadele van de subsidieontvanger. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is verleend, tenzij het Stimuleringsfonds bij de intrekking of wijziging anders bepaalt.

Het team moet zich voldoende coachbaar opstellen en tijd vrijmaken om te sparren met de innovatiecoach. Voor fase 1 betekent dit dat de organisatie tenminste 20 uur aan de slag gaat met de signalering en definiëring van uitdagingen voor de organisatie/journalistieke sector. De coach plant in overleg met de organisatie twee dagen in om met elkaar aan de slag te gaan. Voor fase 2 betekent het dat de organisatie acht uur aan de slag gaat met het bedenken van mogelijke oplossingen voor de gedefinieerde uitdagingen uit fase 1. In fase 3 maakt het team 2 uur per week vrij om samen met de innovatiecoach de bedachte oplossingen uit fase 2 uit te werken en te ontwikkelen. In fase 4 maakt de organisatie 16 uur de tijd vrij om, samen met de andere deelnemende organisaties, te evalueren op het traject.

Artikel 5.1 Aanvraag tot vaststelling en artikel 5.2 Activiteitenverslag en financieel verslag

Na afloop van de projectperiode moet – aan de hand van overlegging van een activiteitenverslag en een financieel verslag worden bepaald of de activiteiten waarvoor subsidie is verleend daadwerkelijk (geheel) zijn uitgevoerd, alle aan de verlening verbonden verplichtingen zijn nageleefd en of de verleende subsidie rechtmatig is besteed. Is dat het geval, dan wordt de verleende subsidie bij afzonderlijk besluit vastgesteld op het bedrag van de verlening. Bij niet volledige uitvoering van het project en/of geconstateerde onregelmatigheden (niet naleving van de verplichtingen) kan de subsidie lager worden vastgesteld. Zo nodig wordt (een deel van) het op basis van de verlening betaalde voorschot teruggevorderd.

Naar boven