Regeling van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 24 oktober 2022, nr. WJZ/ 22519826, houdende regels omtrent de vergoeding voor werkzaamheden en diensten van Agentschap Telecom (Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2023)

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op de artikelen 3, tweede lid, 4, 5, 6 en 7 van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet, artikel 4:93 van de Algemene wet bestuursrecht en de artikelen 3 en 4 van het Besluit kosten hercontroles Metrologiewet;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. Minister:

de Minister van Economische Zaken en Klimaat;

b. agentschap:

Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat;

c. categorieën:

categorieën van gelijksoortige werkzaamheden of diensten, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet;

d. subcategorieën:

subcategorieën van gelijksoortige werkzaamheden of diensten, bedoeld in artikel 4, tweede lid, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet;

e. jaarlijkse bijdrage:

bijdrage, bedoeld in artikel 16.1, derde lid, van de wet;

f. vergunning:

een op grond van de artikelen 3.6, 3.10 en 3.12 van de wet verleende vergunning voor het gebruik van frequentieruimte;

g. uurtarieven:

tarieven, bedoeld in bijlage 2. bij deze regeling;

h. geplande eenheid:

algemene of individuele planning van een frequentie; dit wordt bepaald per opstelpunt, basisstation, vaste post, radioapparaat, per coördinatie, dan wel per installatie;

i. CAO:

de laatstelijk afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst die is gesloten voor de ambtenaren die krachtens een arbeidsovereenkomst met de Staat werkzaam zijn.

Artikel 2

  • 1. Voor de kosten van de door of namens het agentschap te verrichten werkzaamheden of diensten met betrekking tot de categorieën en subcategorieën, genoemd in bijlage 1., zijn de in bijlage 1. genoemde vergoedingen voor het kalenderjaar 2023 verschuldigd.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing voor zover werkzaamheden worden verricht voor verlenging van een vergunning, wijziging van een vergunning of van de tenaamstelling, of het verlenen van toestemming tot overdracht van een vergunning.

  • 3. Indien een vergunning gedeeltelijk is overgedragen met gebruikmaking van geografische splitsing, wordt in het kalenderjaar na het besluit van de Minister tot overdracht, in afwijking van subcategorieën I.A.4., I.A.5. en I.A.6. van bijlage 1., de voor de vergunning verschuldigde vergoeding, bedoeld in bijlage 1., kolom II, naar evenredigheid van de grootte van de geografische gebieden van de gesplitste vergunningen over de houders omgeslagen, tenzij de verwachte kosten naar het oordeel van de Minister een andere verdeling rechtvaardigen.

  • 4. Indien geen frequentieplanning plaatsvindt bij het verlenen van een vergunning als bedoeld in de subcategorieën I.C.10. en I.C.11. is, in afwijking van het eerste lid, een vergoeding verschuldigd van € 42. Deze vergoeding is verschuldigd door de verkrijger van de vergunning.

Artikel 3

De jaarlijkse bijdrage is onderdeel van het bedrag dat per categorie of subcategorie in bijlage 1., kolom II, is genoemd. De jaarlijkse bijdrage bedraagt het bij onderstaande (sub)categorieën, bedoeld in bijlage 1., genoemde percentage als onderdeel van de vergoeding voor de desbetreffende (sub)categorie:

  • a. (sub)categorie I.A.: 14 procent;

  • b. (sub)categorie I.B.: 4 procent;

  • c. (sub)categorie I.C.: 3 procent;

  • d. (sub)categorie I.D.: 3 procent;

  • e. (sub)categorie I.E.: 4 procent;

  • f. (sub)categorie I.F.: 4 procent;

  • g. (sub)categorie II.C.: 29 procent.

Artikel 4

De jaarlijkse bijdrage en de vergoeding voor de kosten van de door het agentschap verrichte werkzaamheden of diensten met betrekking tot uitvoering en het toezicht op het gebruik van frequentieruimte bedragen gezamenlijk voor:

  • a. het Ministerie van Defensie: € 1.431.520;

  • b. het Ministerie van Justitie en Veiligheid: € 659.997;

  • c. het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat: € 1.174.349;

  • d. het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap: € 68.736.

Artikel 5

  • 1. Voor de in onderstaande tabel opgenomen werkzaamheden is de daarbij opgenomen vergoeding verschuldigd, indien in bijlage 1., kolom III, de daarbij corresponderende letter is opgenomen voor de betreffende subcategorie of subcategorieën.

    Werkzaamheden

    Vergoeding

    Aanduiding in bijlage 1., kolom III

    Verlenging van een vergunning of verlenen van toestemming tot overdracht

    € 42

    A

    Vergoeding op basis van uurtarief, bedoeld in bijlage 2.

    B

    Voor de wijziging van een vergunning ingeval dit het wijzigen van een of meer frequenties inhoudt waarbij er frequentieplanning noodzakelijk is

    Vergoeding ter hoogte van het tarief in kolom I, bedoeld in bijlage 1.

    C

    € 235

    D

  • 2. Voor de wijziging van de tenaamstelling van een vergunning, met uitzondering van een vergunning als bedoeld in subcategorie I.E.1., van bijlage 1., is een vergoeding verschuldigd van € 42.

  • 3. Bij het verlenen van toestemming tot overdracht van een vergunning alsmede de wijziging van een vergunning bij dat toestemmingsbesluit, is de ingevolge dit artikel vastgestelde vergoeding verschuldigd door de verkrijger van de vergunning.

  • 4. In afwijking van het eerste lid is geen vergoeding verschuldigd voor een verlenging van rechtswege als bedoeld in artikel 3.17, tweede lid, van de wet.

  • 5. In geval van een vergunningverlening op grond van artikel 3.8a van de wet is, in afwijking van subcategorie I.A.5. en I.A.6., een vergoeding verschuldigd die wordt bepaald door toepassing van de formule (A + B): 2, waarbij:

    • A. voorstelt: de hoeveelheid frequentieruimte per MHz als bedoeld in artikel 3.8a, eerste lid, onder a, van de wet;

    • B. voorstelt: de hoeveelheid frequentieruimte per MHz als bedoeld in artikel 3.8a, eerste lid, onder b, van de wet.

Artikel 6

Voor de kosten van de door het agentschap te verrichten werkzaamheden of diensten met betrekking tot het gebruik van frequentieruimte die niet vallen onder de artikelen 2 tot en met 5, is een vergoeding verschuldigd die wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven, opgenomen in bijlage 2.

Artikel 7

Ter vergoeding van de kosten voor een hercontrole als bedoeld in artikel 1 van het Besluit kosten hercontroles Metrologiewet worden de volgende bedragen in rekening gebracht bij degene ten behoeve van wie deze werkzaamheden worden verricht:

  • a. een bedrag dat wordt vastgesteld op grond van het aantal arbeidsuren maal het ‘van toepassing zijnde’ uurtarief, opgenomen in bijlage 2., voor de kosten van een fysieke of digitale inspectie en de daaraan verbonden administratiewerkzaamheden;

  • b. een vast bedrag van € 94 voor de voorrijkosten ten behoeve van een fysieke inspectie;

  • c. de werkelijke kosten van uitbesteding van het laboratoriumonderzoek ten behoeve van een hercontrole in het kader van markttoezicht.

Artikel 8

  • 1. Een vergoeding voor de kosten van behandeling van een storingsmelding als bedoeld in de Regeling storingsmeldingen is verschuldigd door degene die de storing heeft gemeld, indien uit het onderzoek is gebleken dat zijn uitrusting of radioapparaat niet voldoet aan artikel 4, eerste lid, onder b of c, van de Regeling storingsmeldingen of als de uitrusting of het radioapparaat niet wordt gebruikt conform artikel 4, eerste lid, onder d of e, van die regeling.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde vergoeding wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven, opgenomen in bijlage 2.

Artikel 9

De vergoeding voor het afnemen van een bijzonder examen door de Minister als bedoeld in artikel 5 van de Examenregeling frequentiegebruik 2008, wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven, opgenomen in bijlage 2.

Artikel 10

Voor de kosten van andere werkzaamheden of diensten die door het agentschap in het kader van de bij of krachtens de wet opgedragen wettelijke taak worden verricht en waarop de artikelen 2 tot en met 6 niet van toepassing zijn, kan een vergoeding worden vastgesteld op grond van de uurtarieven, opgenomen in bijlage 2., indien vooraf is aangegeven dat voor de werkzaamheden of diensten een vergoeding in rekening zal worden gebracht.

Artikel 11

  • 1. De vergoeding voor de eenmalige uitvoeringskosten (bijlage 1., kolom I) behoeft door degene die deze vergoeding is verschuldigd niet bij vooruitbetaling te worden voldaan.

  • 2. De vergoeding voor de overige kosten en de jaarlijkse bijdrage als bedoeld in bijlage 1., kolom II, behoeft door degene die de vergoeding of de jaarlijkse bijdrage verschuldigd is niet bij vooruitbetaling te worden voldaan, indien de vergoeding of jaarlijkse bijdrage wordt opgelegd binnen of na de laatste zes weken van het kalenderjaar waarover de vergoeding of jaarlijkse bijdrage verschuldigd is.

Artikel 12

De Minister kan overeenkomstig artikel 4:93 van de Algemene wet bestuursrecht een geldschuld jegens de vergunninghouder die verband houdt met een bij of krachtens hoofdstuk 3 van de wet genomen besluit, verrekenen met een vordering op grond van deze regeling.

Artikel 13

Het kostencalculatiemodel, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet wordt bekendgemaakt door middel van ter inzagelegging ten kantore van het agentschap te Groningen.

Artikel 14

De Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2022 wordt ingetrokken, met dien verstande dat voor werkzaamheden of diensten die zijn verricht vóór het kalenderjaar 2023, het recht van toepassing blijft zoals dat ten tijde van verrichting van die werkzaamheden of diensten gold.

Artikel 15

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

Artikel 16

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 24 oktober 2022

Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

BIJLAGE 1. BEHORENDE BIJ ARTIKEL 2, EERSTE LID

Over het kalenderjaar 2023 zijn de volgende bedragen verschuldigd:

I.

(SUB)CATEGORIEËN MET BETREKKING TOT HET GEBRUIK VAN FREQUENTIE-RUIMTE

Verdeelsleutel voor de (sub)categorie

Vergoeding voor eenmalig gemaakte uitvoeringskosten

(I)

Vergoeding voor gemaakte toezichtskosten en kosten anders dan onder kolom I genoemd

(II)

Vergoeding voor werkzaamheden artikel 5, eerste lid

(III)

A.

Elektronische communicatienet-werken en -diensten, landelijke exclusieve vergunningen (exclusief omroep)

       

1.

Landelijke volg- en opsporingssystemen

(Per vergunning)

Per vergunning (tarief I) en/of

per MHz (tarief II)

€ 7.277

€ 3.872

B

2.

Openbare elektronische communicatie netwerken in de VHF/UHF-band

(Per vergunning en per MHz)

€ 17.691

€ 59.211 (per vergunning) en

€ 5.923 (per MHz)

B

3.

Landelijke DGPS en CGC’s t.b.v. MSS 2 GHz

(Per vergunning)

 

€ 17.137

B

4.

SMF 3

(Per vergunning)

 

€ 16.758

B

5.

800-900-1400-1800-2100-2600-3600 MHz

(Per vergunning en per MHz)

€ 907

€ 8.955 (gepaard) en

€ 4.477 (ongepaard)

B

6.

700 MHz

(Per vergunning en per MHz)

€ 10.176 (op land, met dekkings- en snelheidseis) (gepaard) en

€ 8.955 (op land, zonder dekkings- en snelheidseis) (gepaard) en

€ 507 (op zee) (gepaard)

B

B.

Elektronische communicatienet-werken en -diensten, vergunningen met algemene planning met regionaal bereik

 

I

II

III

 

Mobiele communicatie

       
           

1.

VHF/UHF-radioapparaten voor (beperkt) landmobiel gebruik en lokale mobiele breedband netwerken, alg. planning

(Per vergunning en per vaste post)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 235

€ 89, en per vaste post

€ 440

A en D

2.

HF-oproepinrichting (OS-HF)

(Per radioapparaat)

€ 320

A en D

Radioafstands-besturing, alg. planning

(Per radioapparaat)

€ 320

A en D

Telemetrie en DGPS algemene planning (Per radioapparaat)

€ 320

A en D

3.

Portofoon/mobilofoon voor tijdelijk gebruik

(Per vergunning)

€ 357

A en D

4.

Draadloze audioverbinding

(Per vergunning)

€ 89

A en D

 

Radioalarmering

(Per vergunning)

€ 89

A en D

 

Radiobeveiligings-installatie

(Per vergunning)

€ 89

A en D

 

HF radioapparaten (27 MHz)

(Per vergunning)

€ 89

A en D

 

Luchtvaart

 

I

II

III

           

5.

Grondstation gepland en gecoördineerd gebruik alg. planning

(Per vergunning en per opstelpunt)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 235

€ 257

A en D

6.

Recreatieve luchtvaart-frequenties

(Per vergunning)

 

€ 100

A

7.

Beperkte toegang luchtvaartfrequenties (hele VHF-band, ELT, SSR-transponder en RPAS)

(Per vergunning)

 

€ 199

A

8.

Volledige toegang luchtvaartfrequenties

(Per vergunning)

 

€ 498

A

 

Maritiem frequentiegebruik

 

I

II

III

           

9.

Walradarstation

(Per vergunning)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

 

€ 91

A

PLB

(Per vergunning en per geplande eenheid)

 

€ 43, per extra geplande eenheid

€ 39

A

10.

Bijzonder gebruik maritieme frequenties – portosec -

(Per vergunning)

€ 138

€ 47

A

Bijzonder gebruik maritieme frequenties – toevoegen

bijzondere kanalen aan boord -

(Per vergunning en per geplande eenheid)

€ 39

€ 43

A

 

Radiozendamateurs

 

I

II

III

           

11.

Tijdelijke vergunning radiozendamateurs voor niet-ingezetenen van Nederland

(Per vergunning)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 45

 

A

12.

Overig niet vrijgesteld gebruik amateur-banden

(Per vergunning)

 

€ 84

A

 

Overige

 

I

II

III

           

13.

Satellite News Gathering (SNG)

(Per vergunning en per radioapparaat)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 955

€ 575

A en C

14.

GNSS Repeaters

(Per vergunning)

 

€ 153

 

C.

Vergunningen met individuele planning met regionaal bereik

I

II

III

           

Mobiele communicatie

       
           

1.

VHF/UHF-radioapparaten voor (beperkt) landmobiel gebruik en lokale mobiele breedband netwerken, individuele planning

(Per vergunning en per vaste post)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 922

€ 89, en per vaste post

€ 440

A en C

2.

VHF/UHF-radioapparaten voor landmobiel gebruik met dynamische frequentietoewijzing (trunking)

Radioapparaten bestemd voor het verlenen van tele-informatiediensten (datamonitoring)

(Per basisstation en per frequentie per opstelpunt)

€ 922

€ 1.076 per frequentie per opstelpunt, met een maximum- bedrag van

€ 3.226

A en C

3.

Telemetrie en DGPS individuele planning (Per radioapparaat)

€ 922

€ 321

A en C

4.

Radioafstands-besturing, indiv. planning

(Per radioapparaat)

€ 922

€ 321

A en C

5.

Licensed Shared Access 2300-2400 MHz band

(Per uur/kanaal van 10 MHz)

   

€ 1,12

 
           

Luchtvaart

 

I

II

III

           

6.

Grondstation gepland en gecoördineerd gebruik indiv. planning

(Per vergunning en per opstelpunt)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 922

€ 258

A en C

7.

Grondstations luchtverkeersdienst-verlening/vitaal gebruik

(Per vergunning en per opstelpunt)

€ 922

€ 2.313

A en C

8.

Helibeacon

(Per radioapparaat)

€ 922

€ 84

A en C

           

Maritiem frequentiegebruik

 

I

II

III

           

9.

Marifoonwalstation

(Per vergunning en per geplande eenheid)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 228, per extra geplande eenheid

€ 138

€ 87

A en C

 

AIS-installatie voor maritiem gebruik anders dan aan boord van schepen

(Per geplande eenheid)

€ 228

           

Radiozendamateurs

 

I

II

III

           

10.

Frequentiegebruik relaisstations radiozendamateurs

(Per vergunning)

Per vergunning

€ 228

€ 89

A en C

11.

Frequentiegebruik bakenstations radiozendamateurs

(Per vergunning)

€ 126

 

A en C

           

Overige

 

I

II

III

           

12.

Standaard internationale frequentiecoördinatie satellietgrondstations

(Per coördinatie)

Per vergunning en/of per geplande eenheid

€ 1.642

 

C

13.

Kerktelefonie

(Per vergunning)

€ 922

€ 440

A en C

14.

Radarsysteem landmobiel, indiv. planning

(Per radioapparaat)

€ 922

€ 249

B en C

15.

Zendende satelliet-grondstations

(Per vergunning en per radioapparaat)

Per vergunning

€ 922

 

A en C

Per radioapparaat met een bandbreedte:

 

– tot 2 MHz

€ 26

– 2 MHz – 18 MHz

€ 133

– vanaf 18 MHz

€ 669

D.

OMROEP

 

I

II

III

1.

AM/FM/Kortegolf

Per opstelplaats voor AM/DRM-frequenties, KG/DRM-frequenties en FM-frequenties lager dan 104,9 MHz

€ 719

 

B

Per opstelplaats voor FM-frequenties 104,9 MHz en hoger

€ 176

 

Per combinatie van frequentie en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen

 

€ 396, en

€ 656

2.

Digitale omroep in de banden III, IV en V

Per vergunning

€ 719

 

B

Per melding opstelpunt1

€ 176

 

Per combinatie van frequentie en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen1

 

€ 473, en

€ 473

3.

Laag vermogen middengolf

Per vergunning

€ 176

 

B

Per vergunning met een vermogen van ≤1 watt

 

€ 188

Per vergunning met een vermogen van 50-100 watt

 

€ 497

X Noot
1

Indien artikel 3.21 van de wet van toepassing is, worden de bedragen in subcategorie I.D.2 bepaald door toepassing van de formule A x B, waarbij:

A voorstelt: het minimaal vergunde percentage van de in de vergunning genoemde capaciteit van de frequentieruimte;

B voorstelt: het van toepassing zijnde bedrag dat genoemd is in subcategorie I.D.2.

E.

Vergunningen straalverbindingen

 

I

II

III

1.

Straalverbindingen waaronder punt-multipuntverbindingen

Per vergunning

€ 522

Zie voetnoot a

B en C

F.

Registraties

 

I

II

III

1.

Registratie maritiem frequentiegebruik bij niet volledig zelfstandige digitale melding en registratie, in het jaar dat de werkzaamheden plaatsvinden

Per registratie

€ 17

€ 49

 

Registratie radiozendamateur bij niet volledig zelfstandige digitale melding en registratie, in het jaar dat de werkzaamheden plaatsvinden

 

2.

Registratie maritiem frequentiegebruik, bij volledig zelfstandige digitale melding en registratie en registraties als bedoeld in I.F.1 in de tweede en daaropvolgende jaren

Per registratie

 

€ 49

 

Registratie radiozendamateur, bij volledig zelfstandige digitale melding en registraties als bedoeld in I.F.1 in de tweede en daaropvolgende jaren

 

II.

(SUB)CATEGORIEËN MET BETREKKING TOT EINDAPPARATEN EN RADIOAPPARATEN

Verdeelsleutel voor de subcategorie

I

A.

EXAMENS, CERTIFICATEN EN AANWIJZINGEN ALS EXAMINERENDE INSTELLING

   

1.

Examens ter verkrijging van een certificaat van bediening voor radioapparaten ten behoeve van de scheepvaart, met uitzondering van de examens die worden afgenomen onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap:

Per examen / per module

 

– algemeen certificaat maritieme radiocommunicatie MARCOM A;

€ 106

– beperkt certificaat maritieme radiocommunicatie MARCOM B;

€ 106

– basiscertificaat marifonie;

€ 77

– module GMDSS-B.

€ 106

2.

Examens ter verkrijging van een registratie voor frequentieruimte voor het doen van onderzoekingen:

Per examen

 

– examen voor de categorie N;

€ 77

– examen voor de categorie F.

€ 77

3.

Erkenning als bedoeld in artikel 18 van de Examenregeling frequentiegebruik 2008

Per erkenning

€ 90

4.

Afgifte van een certificaat van bediening voor radioapparaten ten behoeve van de scheepvaart

Per certificaat

€ 90

Afgifte van een certificaat ter verkrijging van een vergunning van een buitenlandse administratie voor radioapparaten voor het doen van proeven

€ 90

5.

Aanwijzing van een examinerende instelling als bedoeld in artikel 19, eerste lid, van de Examenregeling frequentiegebruik 2008

Per aanwijzing

€ 696

B.

VERKLARINGEN EN ERKENNINGEN

I

1.

Vergunning voor de aanleg van zendende radioapparaten zonder gebruik van frequentieruimte

Per vergunning

€ 52

C.

EINDAPPARATEN

 

II

1.

Werkzaamheden die voor de overheid voortvloeien uit de toepassing van het bij of krachtens de Telecommunicatiewet ter zake van eindapparatuur bepaalde

Per op 1 januari 2022 bij de ACM bekende toegekende nummers

€ 0,0135

a Voor kolom II bij straalverbindingen waaronder punt-multipuntverbindingen gelden per bandbreedte en frequentieband de volgende bedragen:

 

Frequentieband

Bandbreedte

< 12 GHz

12 GHz -

< 24,5 GHz

24,5 GHz -

< 39,5 GHz

> 39, 5 GHz

< 10 MHz

€ 154

€ 78

€ 54

€ 31

10 MHz – < 25 MHz

€ 193

€ 93

€ 70

€ 35

25 MHz – < 50 MHz

€ 231

€ 108

€ 85

€ 38

50 MHz – < 150 MHz

€ 270

€ 123

€ 101

€ 42

> 150 MHz

n.v.t.

€ 138

€ 115

€ 46

BIJLAGE 2. BEHORENDE BIJ DE ARTIKELEN 5, EERSTE LID, 6, 7, 8, TWEEDE LID, 9 EN 10

Tarieven personeel (in €):

SALARISSCHAAL VOLGENS CAO

VERGOEDINGEN PER MANUUR

1 tot en met 5

116

6 tot en met 8

124

9 tot en met 11

142

12 tot en met 14

164

15 en hoger

191

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

In de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2023 (hierna: Regeling vergoedingen 2023) worden de vergoedingen (lees: de tarieven) vastgesteld die Agentschap Telecom van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (hierna: het agentschap) in 2023 in rekening kan brengen bij degenen ten behoeve van wie door of namens het agentschap werkzaamheden of diensten worden verricht. Voor vergoedingen die op basis van de Telecommunicatiewet (hierna: de wet) worden opgelegd, geldt dat zij zijn aan te merken als retributies1 en zij worden bepaald voor de onderscheidenlijke (sub)categorieën van soortgelijke werkzaamheden of diensten, bedoeld in het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet (hierna: het Besluit).

Het agentschap heeft onder meer tot taak uitvoering te geven aan paragrafen 3.2, 3.3, 3.3a, 3.4, 3.5 en 3.6 (vergunningverlening en registratie voor het gebruik van frequentieruimte) en hoofdstuk 10 (regels met betrekking tot uitrusting en radioapparaten) van de wet. Daarnaast is het agentschap belast met het houden van toezicht op deze terreinen. De vergoedingen dienen ter dekking van de kosten die gemaakt worden met betrekking tot voornoemde onderwerpen. De vergoedingen zijn aan te merken als retributies en hebben in overwegende mate een forfaitair karakter.

2. Vaststelling vergoedingen

De vergoedingen worden bepaald voor categorieën van soortgelijke werkzaamheden en diensten. Deze categorieën zijn verder onderverdeeld in subcategorieën van soortgelijke werkzaamheden en diensten. De categorieën zijn opgesomd in artikel 4, eerste lid, van het Besluit. Op grond van artikel 3, eerste lid, van het Besluit worden de directe en indirecte kosten toegerekend aan de desbetreffende categorieën. Dit zijn geprognosticeerde kosten voor het kalenderjaar waarvoor de vergoeding geldt. Wanneer na afloop van het kalenderjaar de daadwerkelijke kosten en de geprognosticeerde kosten verschillen, wordt dit verschil meegenomen naar het volgende kalenderjaar.

De kosten voor de verschillende (sub)categorieën worden berekend door middel van een kostencalculatiemodel. Dit model ligt ter inzage op het kantoor van het agentschap te Groningen.

3. Vergoedingenbeleid

Tarieven in alle categorieën

Het agentschap werkt aan kostendekkende producten en diensten. Dat is dan ook het uitgangspunt bij het bepalen van de tarieven die door het agentschap worden gehanteerd.

In 2023 stijgen de tarieven van het agentschap ten opzichte van die in het jaar 2022 over de gehele linie, met uitzondering van de tarieven voor Defensie, straalverbindingen en eindapparaten, met 7,5%. Dit percentage is gebaseerd op de jaarlijkse algemene loon- en prijsbijstelling conform de raming van het Centraal Planbureau (CPB) van september 2022 van 4,7% en, daarnaast, het effect van hervormingen van de regelingen voor verlof en voor vervroegde uittreding uit recente CAO afspraken waardoor een stijging van de tarieven met 0,8% noodzakelijk is en, ten slotte, een extra verhoging door het agentschap van de tarieven met 2,0% als gevolg van de thans (medio oktober 2022) beschikbare informatie over de verwachte verdere prijsstijgingen van zijn leveranciers voor 2023. Op grond van berichtgeving van zijn leveranciers, die een indicatie van prijsstijgingen voor 2023 bevat, worden door Agentschap Telecom thans aanmerkelijk grotere prijsstijgingen voor huisvesting, openbaar vervoer en energie verwacht dan die voortvloeien uit de raming van het CPB van september. De verwachting is daarnaast dat onder invloed van de huidige hoge inflatie andere kosten ook zullen toenemen. Met de extra verhoging van 2,0% wordt door het agentschap geanticipeerd op het reële risico op dergelijke verdere prijsstijgingen van zijn leveranciers voor 2023. Mocht deze verdere prijsstijging zich in 2023 niet manifesteren, dan houdt het agentschap daar rekening mee bij het bepalen van de begroting 2024 en Regeling vergoedingen 2024.

Hierna wordt met betrekking tot deze stijging van de tarieven met 7,5% gesproken van ‘de algemene tariefsverhoging’.

Tarieven artikel 4 Vergoedingen departementen

De kosten die voortvloeien uit de taken en werkzaamheden voor de departementen die vallen onder de Regeling Behoefte-onderbouwingsplannen worden door de betreffende departementen betaald. Voor het departement Defensie is geen tariefstijging doorgevoerd gezien de kostendekkendheid in meerjarig perspectief.

Tarieven categorie I.C. Licensed Shared Access 2300-2400 MHz band

In 2023 zal naar verwachting uitgifte van vergunningen via Licensed Shared Access (LSA) in de 2300-2400 MHz band gerealiseerd worden. LSA is een uitgiftemethode voor dynamisch spectrumgebruik, waarmee de frequentieruimte in deze band op een efficiëntere en doelmatiger manier kan worden gebruikt, en er daardoor meer partijen van deze frequentieruimte gebruik kunnen maken zonder dat er onderlinge storingen ontstaan.

Via de LSA-methode kan via het klantportaal van Agentschap Telecom (Mijn Agentschap Telecom) online een tijdelijke vergunning voor het gebruik van frequentieruimte in de 2300-2400 MHz band aangevraagd en verleend worden. LSA zal eerst worden ingevoerd voor mobiele videosystemen (PMSE-video). Later worden andere gebruikers van deze frequentieband, zoals het Ministerie van Defensie en het Ministerie van Justitie en Veiligheid aangesloten.

De vergoedingen voor vergunningen die via LSA worden verleend, zijn gebaseerd op het gebruik dat van de frequentieruimte wordt gemaakt door mobiele videosystemen, waardoor sprake is van een betere verdeling van de kosten. De vergoedingen zijn zodoende gerelateerd aan de kosten voor de uitvoering van en het toezicht op het gebruik van de frequentieruimte die via LSA wordt vergund. De kosten zijn afhankelijk van de duur van de vergunning en de hoeveelheid frequentieruimte. Een gebruiker heeft, afhankelijk van het gebruik, aldus zelf invloed op de kosten die bij hem in rekening worden gebracht.

Om te voorkomen dat de kosten in de opstartfase van LSA ten laste komen van een relatief kleine groep gebruikers worden de ontwikkelkosten en de meerkosten in het eerste jaar van invoering van het systeem gedragen door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Deze worden dus niet doorbelast via de Regeling vergoedingen.

Om het tarief voor 2023 te bepalen, is nagegaan wat de inkomsten waren vanuit het frequentiegebruik van PMSE-video in de band 2300-2400 MHz band in 2019, aangezien de jaren 2020 en 2021 vanwege de COVID-19 pandemie en het daardoor sterk teruggelopen gebruik van frequentieruimte voor video-verbindingen niet representatief waren.

Het jaar 2019 is het ijkpunt voor de vergoedingen die gebruikers in het introductiejaar van de LSA methodiek maximaal moeten gaan betalen voor de vergunningen voor het gebruik van frequentieruimte. De algemene kostenstijging tussen 2019 en 2023 bedraagt 26%. Voor 2023 geldt een vergoedingsplafond gelijk aan de vergoeding die een vergunninghouder in 2019 heeft betaald vermeerderd met 26%. In het geval dat een vergunninghouder meer in rekening wordt gebracht dan het vergoedingsplafond zal het deel dat hoger is dan het vergoedingsplafond worden gecrediteerd. Het gecrediteerde deel wordt door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat eenmalig gedekt in 2023.

Tarieven categorie I.E. Straalverbindingen

Rekening houdende met kostendekkendheid in meerjarig perspectief is ervoor gekozen om voor straalverbindingen, categorie I.E., het tarief niet te corrigeren met de algemene tariefsverhoging.

Doordat er meer aanvragen zijn voor straalverbindingen, en de totale kosten die daartoe gemaakt worden niet stijgen, kunnen de vergunningen daarvoor tegen hetzelfde tarief als in 2022 worden verleend.

Tarieven categorie II.A. Examens, certificaten en aanwijzingen als examinerende instelling

Het agentschap verricht diverse werkzaamheden op het gebied van examinering. Die werkzaamheden staan beschreven in de Examenregeling frequentiegebruik 2008. In deze examenregeling is de examinering van maritieme radioapparatuur en radiozendamateurs geregeld, en tevens het aanwijzen van examinerende instellingen door de Minister van Economische Zaken en Klimaat. De in de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2023 genoemde tarieven voor examens zijn de tarieven die examinerende instellingen in rekening mogen brengen voor het door hen afnemen van deze examens.

De examentaken zullen met ingang van 1 juli 2023 worden overgedragen aan het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR).

Tarieven categorie II.C. Eindapparaten

Rekening houdende met kostendekkendheid in meerjarig perspectief is ervoor gekozen om voor eindapparaten, categorie II.C., het tarief niet te corrigeren met de algemene tariefsverhoging. Doordat er meer eindapparaten op de markt worden gebracht, en de werkzaamheden van het agentschap in dat kader niet navenant toenemen, is een tariefstijging niet nodig.

4. Wijziging Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet

De wettelijke grondslag voor het in rekening brengen van de kosten die het agentschap maakt, is te vinden in artikel 16.1 van de Telecommunicatiewet. Het Besluit bevat nadere regels over de in rekening te brengen vergoedingen. Het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet is gewijzigd met ingang van 13 mei 2022. De wijzigingen leiden niet tot een stijging van de tarieven.

Eén van de wijzigingen houdt in dat het Besluit aangepast wordt in lijn met het Besluit doorberekening kosten ACM. De systematiek houdt in dat eenmalige uitvoeringskosten eenmalig in rekening worden gebracht. Een voorbeeld van dergelijke kosten is de kosten voor het verlenen van frequentievergunningen. Andere kosten worden jaarlijks in rekening gebracht. Die andere kosten worden nu aangeduid als ‘toezichtskosten en andere kosten dan eenmalige uitvoeringskosten’, om te verduidelijken dat niet alleen toezichtskosten jaarlijks in rekening kunnen worden gebracht, maar bijvoorbeeld ook de kosten voor het in stand houden van de vergunningendatabase en frequentieplanningen die niet toegerekend kunnen worden aan een concrete aanvraag.

In de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2022 werd reeds voorgesorteerd op deze, toen nog voorgenomen, wijziging van het Besluit. Het betrof in praktische zin het volgende. In kolom I in bijlage 1. staat de vergoeding voor de eenmalige uitvoeringskosten. In kolom II staat de vergoeding voor de overige structurele uitvoerings- en toezichtskosten (‘vergoeding voor gemaakte toezichtskosten en kosten anders dan onder kolom I genoemd’). In kolom III wordt de vergoeding voor werkzaamheden als bedoeld in artikel 5, eerste lid, geregeld. Als gevolg van deze wijziging van het Besluit komt het ‘oude’ kolom III-tarief (vergoeding voor de uitvoering en het toezicht gezamenlijk) te vervallen. Deze kosten zijn toegerekend aan de nieuwe vergoedingen van kolom I en/of kolom II. De Regeling vergoedingen 2023 bevat, uiteraard, ook deze structuur.

5. Regeldruk

Deze regeling heeft geen regeldrukeffecten. De vergoedingen vallen niet onder het begrip ‘regeldruk’. De regeling is uitgezonderd van toetsing door het Adviescollege toetsing regeldruk.

6. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2023. Hiermee is aangesloten bij het beleid inzake vaste verandermomenten (Kamerstukken II 2009/10, 29 515).

II. Artikelsgewijs

Bijlage 1.

Subcategorie I.A.5.

Aan subcategorie I.A.5. is de 3600 MHz band (3400–3800 MHz) toegevoegd. Door deze toepassing op te nemen in subcategorie I.A.5. kan voor gebruik van de 3600 MHz band een vergoeding in rekening worden gebracht.

Subcategorie I.C.5.

De subcategorie I.C.5. is toegevoegd. Deze subcategorie betreft uitgifte van vergunningen via Licensed Shared Access (LSA) in de 2300–2400 MHz band. Het agentschap verricht voor deze methode van uitgifte van vergunningen werkzaamheden. Door deze methodiek op te nemen in subcategorie I.C.5. kan voor de uitgifte van vergunningen via LSA een vergoeding in rekening worden gebracht. De vergoedingen betreffende vergunningen die via frequentieruimte in de 2300–2400 MHz band, die via LSA zijn uitgegeven worden verleend, zijn gebaseerd op het gebruik in tijd (minimaal 1 uur) en de hoeveelheid frequentieruimte met een minimum van 10 MHz waarvoor de rechten worden verleend.

Bijlage 2.

De uurtarieven, zoals opgenomen in bijlage 2., bedragen gemiddeld € 148,26. Dit is een nominale tariefstijging van 7,5% ten opzichte van het uurtarief 2022.

Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens


X Noot
1

Retributies zijn heffingen die de overheid oplegt voor de levering van een individuele dienst.

Naar boven