Controlevoorschriften toeslagenwet 2022

Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen,

Gelet op artikel 30 van de Toeslagenwet;

Besluit:

I. Algemeen

Artikel 1

Degene die aanspraak maakt op een toeslag dient een schriftelijke aanvraag om een toeslag in op het door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen daartoe aangewezen adres, door middel van een door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen ter beschikking gesteld formulier, waarop de voor het beoordelen van de aanvraag noodzakelijke gegevens zijn vermeld en dat door de aanvrager van een toeslag volledig is ingevuld en ondertekend.

Artikel 2

• 1. Als het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen daarom verzoekt, doet degene die aanspraak maakt op een toeslag, tegen een door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen aan te geven tijdstip, op een door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen voorgeschreven wijze en aangewezen adres, opgave van de gegevens die van belang zijn voor het beoordelen van het recht op toeslag, de hoogte van de toeslag, het geldend maken van het recht op toeslag of op het bedrag van de toeslag dat wordt betaald.

• 2. Indien degene die aanspraak maakt op een toeslag gehuwd is, geldt het bepaalde in het eerste lid eveneens voor de echtgenoot.

Artikel 3

• 1. Degene die aanspraak maakt op een toeslag alsmede de eventuele echtgenoot:

  • a. verschijnen op een aangegeven plaats en tijd op verzoek van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen;

  • b. zijn aanwezig op hun woon- of verblijfplaats op door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen aan te wijzen uren;

  • c. maken controle door toezichthouders, die zich met een daartoe strekkende machtiging kunnen legitimeren, mogelijk;

  • d. nemen, indien zij niet bereikbaar zijn op hun woon- of verblijfplaats, de mededelingen op de aldaar door de toezichthouder achtergelaten brief in acht;

  • e. melden een wijziging in hun correspondentieadres of tijdelijke verblijfplaats in binnen- of buitenland en/of een wijziging van hun woonadres in of naar het buitenland onverwijld aan het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen;

  • f. verlenen inzage en verstrekken kopieën, op verzoek van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen, van boeken, bescheiden stukken en andere gegevens dragers, voor zover deze betekenis kunnen hebben voor het recht op toeslag, de hoogte van de toeslag, het geldend maken van het recht op toeslag of op het bedrag van de toeslag dat wordt betaald;

  • g. geven gevolg aan een schriftelijke aanwijzing van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen om gedurende een bepaalde periode telefonisch bereikbaar te zijn, of op bepaalde tijdstippen telefonisch contact met het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen op te nemen;

  • h. melden een wijziging van het telefoonnummer uiterlijk op de tweede dag na de wijziging aan het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen als zij een aanwijzing hebben gekregen om telefonisch bereikbaar te zijn.

• 2. Ten behoeve van de uitvoering van de Toeslagenwet blijven de verplichtingen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en f, ook na het verstrekken van een toeslag van toepassing.

• 3. Met een toezichthouder als genoemd in het eerste lid, wordt bedoeld een door of namens het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen aangewezen en schriftelijk gemachtigd persoon.

II. Betaling aan derden

Artikel 4

Indien de toeslag ingevolge artikel 22 Toeslagenwet niet wordt uitbetaald aan degene die aanspraak maakt op een toeslag maar aan de raad, de instelling of de gemeente als bedoeld in artikel 22 Toeslagenwet, zijn de verplichtingen die voortvloeien uit de bepalingen van deze controlevoorschriften van overeenkomstige toepassing op die raad, die instelling of die gemeente.

III. SLOTBEPALINGEN

Artikel 5

Het besluit Controlevoorschriften toeslagenwet wordt ingetrokken.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 7

Dit besluit kan worden aangehaald als: Controlevoorschriften toeslagenwet 2022.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Amsterdam, 20 september 2022

M.R.P.M. Camps Voorzitter Raad van Bestuur

TOELICHTING

Algemene toelichting

In artikel 30 van de Toeslagenwet is het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (hierna: UWV) de bevoegdheid gegeven om controlevoorschriften vast te stellen voor zover deze voorschriften noodzakelijk zijn voor de juiste uitvoering van de toeslagenwet. Dit besluit strekt daartoe. De oorspronkelijke controlevoorschriften stammen uit 1998, met een wijzigingsbesluit ingaande in 1999. Voorliggend besluit betreft een inhoudelijke herziening van de Controlevoorschriften toeslagenwet. Deze herziening is nodig omdat sinds 1999 een aantal ontwikkelingen zijn geweest die wijziging noodzakelijk maken, waaronder in 2022 de start van de herijking van het handhavingsinstrumentarium waaruit de wens is gekomen om de cliënt niet langer te verplichten binnen zes weken een aanvraag Toeslagenwet te doen. Bij de artikelsgewijze toelichting worden de herziene onderdelen behandeld. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om de tekst van het besluit ook redactioneel te actualiseren. Daarnaast is het oude artikel 4 uit de Controlevoorschriften toeslagenwet van 1998 niet overgenomen in de nieuwe Controlevoorschriften toeslagenwet 2022. In het oude artikel stond de verplichting opgenomen dat degene die aanspraak maakt op een toeslag of diens echtgenoot, desgevraagd een verklaring overlegt van en ondertekend door een eventuele (voormalig) werkgever of werkgevers, waarin de werkgevers of elk van de werkgevers juistheid van de gegevens bedoeld in artikelen 1 en 2 van die controlevoorschriften, bevestigt. Dit artikel is overbodig geworden omdat werkgevers de inkomstengegevens van hun werknemers al opgeven in de loonaangifte, die terecht komt in de Polisadministratie. Op die wijze is UWV dus al in het bezit van door de werkgever zelf opgegeven inkomensgegevens. Daarnaast biedt artikel 54 Wet SUWI een grondslag voor UWV om gegevens bij werkgevers uit te vragen.

Gehuwd/echtgenoot

In artikel 2 van de Toeslagenwet wordt omschreven wat in die wet en de daarop gebaseerde besluiten verstaan dient te worden onder de begrippen gehuwd en echtgenoot. Omdat in dit besluit daarvan niet wordt afgeweken, is er geen noodzaak daarover iets in dit besluit op te nemen.

Inzage in persoonsgegevens

Voor het beoordelen van het recht op en de hoogte van de toeslag dient UWV inzicht te hebben in de daarvoor benodigde gegevens. In artikel 12 Toeslagenwet wordt de cliënt verplicht om aan het UWV alle feiten en omstandigheden te melden waarvan redelijkerwijs duidelijk is dat deze van invloed kunnen zijn op de toeslag. Deze verplichting geldt niet indien die feiten en omstandigheden door het UWV kunnen worden vastgesteld op grond van bij wettelijk voorschrift als authentiek aangemerkte gegevens of kunnen worden verkregen uit bij ministeriële regeling aan te wijzen administraties.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1.

Dit artikel betreft de eerste aanvraag van een toeslag op grond van de Toeslagenwet. De door degene die aanspraak maakt op een toeslag in te vullen formulieren, dienen te worden ondertekend door hem of haar. In de controlevoorschriften uit 1998 kende dit artikel ook nog een tweede en derde lid. Die zijn in de Controlevoorschriften toeslagenwet 2022 geschrapt. Artikel 1 lid 2 betrof de verplichting om de aanvraag mede te laten ondertekenen door de partner. Dit lid is geschrapt omdat het wel of niet ondertekenen van de aanvraag door de partner niet direct noodzakelijk is, op grond van de AWB kan UWV direct bij cliënten uitvraag doen naar de leefvorm. Artikel 1, lid 3 betrof de plicht om binnen zes weken na het ontstaan van een recht op toeslag, een aanvraag daartoe in te dienen. Dit lid is destijds ingesteld met als onderbouwing dat het onderzoek naar en de controle op het (voort)bestaan van het recht op toeslag steeds minder goed mogelijk wordt naarmate verder in de tijd moet worden teruggekeken. Inmiddels is de Polisadministratie dusdanig uitgebouwd dat veel inkomensgegevens eenvoudig met terugwerkende kracht kunnen worden vastgesteld. Voor het vaststellen van de leefvorm is met het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid afgesproken dat het UWV bij wijzigingen van leefvorm uit mag gaan van de opgave van de cliënt. Door deze ontwikkelingen is de verplichting om binnen zes weken na ontstaan van een recht een aanvraag te doen niet langer strikt noodzakelijk voor de vaststelling van het recht. Conform artikel 11, lid 7, Toeslagenwet geldt dat het recht op toeslag niet kan worden vastgesteld over perioden gelegen voor een jaar voorafgaande aan de dag waarop de aanvraag om een toeslag wordt ingediend.

Artikelen 2 en 3.

Deze artikelen betreffen de verplichtingen aan degene die aanspraak maakt op een toeslag, om die informatie te (blijven) verstrekken die van belang is voor de juiste uitvoering van de wet. Degene die aanspraak maakt op een toeslag dient van dergelijke omstandigheden onverwijld melding te maken. Deze verplichting vloeit rechtstreeks voort uit artikel 12 van de Toeslagenwet en is om die reden niet nogmaals opgenomen in de controlevoorschriften. Bij de beoordeling van de aanvraag wordt uitgegaan van de gegevens zoals die door degene die aanspraak maakt op een toeslag zijn verstrekt. Daarnaast kan het gewenst zijn nader onderzoek in te stellen. De artikelen 2 en 3 specificeren de verplichtingen daaraan mee te werken. Uitgangspunt daarbij is dat UWV daarbij de verplichting hanteert die voortkomt uit de Wet eenmalige gegevensuitvraag werk en inkomen. Artikel 3, lid 1, onderdeel e is geactualiseerd naar aanleiding van nieuwe bepalingen bij het vaststellen van wijzigingen in het binnenlandse woonadres. Deze wijzigingen ontvangt UWV inmiddels automatisch via de BRP. Indien de cliënt in binnen- of buitenland zijn of haar correspondentieadres of tijdelijke verblijfplaats wijzigt, of als de cliënt in of naar het buitenland verhuist, dan moet dit door de cliënt onverwijld worden doorgegeven aan UWV. Deze wijziging kan namelijk niet uit de BRP worden gehaald.

Aan artikel 3, lid 1 is onderdeel g toegevoegd die aanvragers en uitkeringsgerechtigden verplicht telefonisch bereikbaar te zijn gedurende een bepaalde periode of telefonisch contact met UWV op te nemen. De toevoeging van onderdeel h in artikel 3 lid 1 bepaalt dat de aanvrager en uitkeringsgerechtigde een wijziging van het telefoonnummer uiterlijk op de tweede dag na de wijziging moeten melden aan UWV zij een aanwijzing hebben gekregen van UWV om telefonisch bereikbaar te zijn. Middels deze toevoegingen kan UWV zo nodig aanvullend gebruik maken van telefonisch contact met de aanvrager en uitkeringsgerechtigde en hier tevens op handhaven. De toegevoegde onderdelen zijn in lijn met de Controlevoorschriften Ziektewet 2020 en de Controlevoorschriften arbeidsongeschiktheidswetten 2018.

In artikel 3, lid 2 worden de controlevoorschriften zoals die in het eerste lid in de onderdelen a en f zijn opgenomen ook van toepassing verklaard op de situatie dat de toeslaggerechtigde geen toeslag meer ontvangt. Uit een oogpunt van controle kan het immers van belang zijn dat juist ook na beëindiging van het recht een controle op de juistheid van de verstrekte toeslag plaatsvindt.

In artikel 3 is geen aanvullende verplichting opgenomen tot het doorgeven van (wijzigingen in) leefvorm. Deze verplichting vloeit namelijk al voort uit artikel 12 en artikel 12a Toeslagenwet.

Artikel 4.

Artikel 4 regelt dat in gevallen dat de toeslag op grond van artikel 22 Toeslagenwet uitbetaald wordt aan de raad, instelling of gemeente als bedoeld in artikel 22 Toeslagenwet, de verplichtingen die voortvloeien uit deze controlevoorschriften van overeenkomstige toepassing zijn op die raad, die instelling of die gemeente.

Artikel 5.

Artikel 5 regelt dat dit besluit in de plaats komt van het besluit Controlevoorschriften toeslagenwet uit 1998. Dit besluit was opgesteld door het Landelijk instituut sociale verzekeringen (Lisv). UWV is de rechtsopvolger van het Lisv.

Amsterdam, 20 september 2022

M.R.P.M. Camps Voorzitter Raad van Bestuur