Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 30 augustus 2022, nr. 33796871, houdende wijziging van de Subsidieregeling uitvoering convenanten lerarentekort PO G5 in verband met de beschikbaarstelling van een aanvullend subsidiebedrag in verband met een loon- en prijsbijstelling voor de kalenderjaren 2022 en 2023

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Gelet op de artikelen 4 en 5 van de Wet overige OCW-subsidies en de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling uitvoering convenanten lerarentekort PO G5 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt na ‘In aanvulling op het eerste lid zijn’ ingevoegd ‘in verband met de loon- en prijsbijstelling voor het kalenderjaar 2021’

2. Er wordt een derde lid toegevoegd, luidende:

• 3. In aanvulling op het eerste en tweede lid zijn in verband met de loon- en prijsbijstelling voor de kalenderjaren 2022 en 2023 voor de schooljaren 2022–2023 en 2023–2024 per G5-gemeente de volgende aanvullende bedragen beschikbaar:

  Gemeente	Beschikbaar bedrag
  Amsterdam	€ 614.760
  Rotterdam	€ 492.787
  Den Haag	€ 365.074
  Utrecht	€ 205.850
  Almere	€ 139.529

B

Aan artikel 6a wordt een vierde lid toegevoegd, luidende:

• 4. De aanvullende subsidie, bedoeld in artikel 4, derde lid, wordt ambtshalve verstrekt en dient ingezet te worden voor de uitvoering van de maatregelen, bedoeld in artikel 3, eerste lid.

C

Artikel 7a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘2021’ vervangen door ‘2022’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

• 2. De Minister betaalt de subsidie in gelijke delen per kalenderjaar uit, en volgt daarbij de volgende verdeling:

  Gemeente	Maximaal uit te betalen aanvullend bedrag per jaar in 2022 en 2023
  Amsterdam	€ 542.734
  Rotterdam	€ 435.051
  Den Haag	€ 322.301
  Utrecht	€ 181.732
  Almere	€ 123.182

3. Het derde lid komt te luiden:

• 3. De Minister bepaalt het betaalritme van de subsidie in de beschikking.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 augustus 2022.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

TOELICHTING

Op grond van de Subsidieregeling uitvoering convenanten lerarentekort PO G5 (hierna: de subsidieregeling) is subsidie verstrekt aan vijf bevoegd gezagsorganen, gevestigd in een G5-gemeente en optredend als penvoerder, voor de uitvoering van de maatregelen, bedoeld in artikel 3 van het convenant dat voor die G5-gemeente gesloten is, en de daarbij horende resultaten en de gemaakte afspraken, bedoeld in de artikelen 4 en 5 van het convenant dat voor die G5-gemeente gesloten is.

Met de 1e Suppletoire Wet 2022 is evenals in 2021 voor de kalenderjaren 2022 en 2023 de subsidieregeling loon- en prijsbijstelling (LPO) toegekend. In artikel 7, tweede lid, zijn de bedragen bij de loon-en prijsbijstelling van 2021 opgeteld. Met deze regeling wordt wederom, om die LPO een plaats te geven in de subsidieregeling, per gemeente een aanvullend subsidiebedrag beschikbaar gesteld. Deze aanvullende subsidie wordt anders dan voorheen ambtshalve verstrekt aan de betreffende penvoerders en dient te worden besteed aan loon- en prijsbijstelling voor de uitvoering van de maatregelen opgenomen in de convenanten.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Aan artikel 4 van de subsidieregeling wordt een nieuw lid toegevoegd, dat per G5-gemeente een aanvullend subsidiebedrag beschikbaar stelt. Met de beschikbaarstelling van dit aanvullende subsidiebedrag wordt de LPO voor de subsidieregeling, alsmede voor de Subsidieregeling zij-instroom PO G5, verwerkt voor de hele resterende looptijd van de subsidie. Om de administratieve lasten voor de G5-gemeenten zo laag mogelijk te houden, wordt de LPO van beide regelingen (dus ook de LPO van de Subsidieregeling zij-instroom PO G5) verwerkt in deze subsidieregeling. Dit betekent dat het aanvullende subsidiebedrag hoger is dan het LPO-bedrag dat uitsluitend voor de subsidieregeling was bedoeld. Het samenvoegen van de LPO in één regeling is mogelijk doordat in de convenanten zij-instroom ook als activiteit is opgenomen.

Het bedrag is over de G5-gemeenten verdeeld op basis van het aantal leerlingen, het geraamde tekort en benodigde middelen voor de uitvoering van het noodplan. Deze systematiek is ook gebruikt in de subsidieregeling. Voor het aanvullende subsidiebedrag wordt geen cofinanciering vanuit de besturen en gemeente gevraagd.

Het beschikbare bedrag gaat om een totaalbedrag voor twee jaar. Zie onderstaande tabel voor een uitsplitsing.

Gemeente	Beschikbaar bedrag 2022	Beschikbaar bedrag 2023	Beschikbaar bedrag 2022 en 2023
Amsterdam	€ 307.380	€ 307.380	€ 614.760
Rotterdam	€ 246.393	€ 246.393	€ 492.787
Den Haag	€ 182.537	€ 182.537	€ 365.074
Utrecht	€ 102.925	€ 102.925	€ 205.850
Almere	€ 69.765	€ 69.765	€ 139.529

Artikel I, onderdeel B

De penvoerder van elke G5-gemeente ontvangt een wijzigingsbeschikking waarin het verhoogde subsidiebedrag is opgenomen. Het aanvullende subsidiebedrag dient ingezet te worden voor de maatregelen die zijn opgenomen in het convenant. De verantwoording van deze aanvullende bedragen loopt mee in de verantwoording op basis van de subsidieregeling.

Artikel I, onderdeel C

Met dit onderdeel wordt artikel 7a van de subsidieregeling gewijzigd.

In het eerste lid wordt 2021 vervangen door 2022. De subsidie wordt uiterlijk binnen dertien weken na 1 oktober 2022 vastgesteld.

De tabel in het tweede lid bevat de aanvullende bedragen die per gemeente in 2022 en 2023 worden uitbetaald. Deze bedragen bestaan uit twee onderdelen: de loon- en prijsbijstelling voor het kalenderjaar 2021 en de loon- en prijsbijstelling voor het kalenderjaar 2022 en 2023. Zie onderstaande tabel.

Gemeente	Maximaal uit te betalen aanvullend bedrag per jaar in 2021	Aanvullend bedrag loon- en prijsbijstelling per jaar in 2022 en 2023	Maximaal uit te betalen aanvullend bedrag per jaar in 2022 en 2023
Amsterdam	€ 235.354	€ 307.380	€ 542.734
Rotterdam	€ 188.658	€ 246.393	€ 435.051
Den Haag	€ 139.764	€ 182.537	€ 322.301
Utrecht	€ 78.807	€ 102.925	€ 181.732
Almere	€ 53.417	€ 69.765	€ 123.182

In het derde lid is bepaald dat het betaalritme in de subsidiebeschikking wordt bepaald.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma