Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 24 augustus 2022, nr. PO/32407496, houdende regels voor de subsidieverstrekking als tegemoetkoming in de opleidingskosten van instromende schoolleiders die de opleiding tot schoolleider gaan volgen (Subsidieregeling instroom schoolleiders po van buiten)

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Gelet op de artikelen 71 van de Wet op het primair onderwijs, 71 van de Wet op de expertisecentra en 67 van de Wet primair onderwijs BES;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

begeleidingskosten:

door het bevoegd gezag te maken kosten voor de begeleiding van een instromer tijdens diens opleiding;

bevoegd gezag:

bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra, voor zover het een school voor speciaal onderwijs betreft, of artikel 1 van de Wet primair onderwijs BES;

DUS-I:

Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen;

instromer:

persoon die een opleiding volgt om schoolleider te worden van een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs;

Kaderregeling:

Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

minister:

Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs;

opleiding:

opleiding, genoemd in bijlage 1;

opleidingskosten:

studiekosten, kosten van studieverlof en begeleidingskosten in verband met de opleiding van een instromer;

schoolleider:

directeur als bedoeld in artikel 32 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 29 van de Wet op de expertisecentra of artikel 31 van de Wet primair onderwijs BES;

studiekosten:

kosten van lesmateriaal of college-, examen- en diplomagelden;

studieverlof:

verlof ten behoeve van het bijwonen van lessen en examens van de opleiding tot schoolleider en verlof voor zelfstudie;

Artikel 2. Toepassing Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS

  • 1. Deze regeling geldt in aanvulling op de Kaderregeling.

  • 2. Artikel 4.3, eerste lid, van de Kaderregeling is niet van toepassing.

Artikel 3. Te subsidiëren activiteiten en weigeringsgronden

  • 1. De minister kan aan een bevoegd gezag subsidie verstrekken als tegemoetkoming in de opleidingskosten van een bij het bevoegd gezag aangestelde instromer.

  • 2. Per instromer kan maximaal een keer op grond van deze regeling subsidie worden verstrekt.

  • 3. Op grond van deze regeling wordt geen subsidie verstrekt voor een instromer die in de afgelopen drie jaar in het onderwijs heeft gewerkt als intern begeleider, leraar, schoolleider of adjunct-schoolleider, anders dan als stagiair.

Artikel 4. Subsidieplafond

  • 1. Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling is een bedrag beschikbaar van:

    • a. € 540.000 voor subsidieverstrekking in 2022;

    • b. € 2.000.000 per kalenderjaar, voor subsidieverstrekking in 2023 en 2024.

  • 2. De subsidie bedraagt maximaal € 20.000 per instromer.

  • 3. Voor subsidieontvangers op Bonaire, Sint Eustatius of Saba worden de subsidiebedragen omgerekend in dollars tegen de vastgestelde wisselkoers op het moment van de subsidievaststelling.

Artikel 5. Wijze van verdeling beschikbare middelen

  • 1. De minister verdeelt het beschikbare bedrag in de volgorde van binnenkomst van de aanvragen.

  • 2. Indien een aanvraag voor subsidieverstrekking in het jaar 2022 of 2023 niet kan worden toegewezen omdat het subsidieplafond door toewijzing van de aanvraag zou worden bereikt, wordt zij aangemerkt als aanvraag voor subsidieverstrekking in het eerstvolgende kalenderjaar en behandeld als ware zij was ingediend op de eerste dag van het voor dat kalenderjaar geldende aanvraagtijdvak. Voor de toepassing van artikel 3, derde lid, en artikel 6, derde lid, onderdeel b, wordt het moment van de oorspronkelijke aanvraag als uitgangspunt genomen.

Artikel 6. Subsidieaanvraag

  • 1. Een subsidieaanvraag per instromer kan worden ingediend:

    • a. van 1 september tot en met 15 oktober 2022 voor subsidieverstrekking in het jaar 2022;

    • b. van 16 oktober 2022 tot en met 15 oktober 2023 voor subsidieverstrekking in het jaar 2023; en

    • c. van 16 oktober 2023 tot en met 15 oktober 2024 voor subsidieverstrekking in het jaar 2024.

  • 2. Het bevoegd gezag dient de aanvraag per instromer in met gebruikmaking van het aanvraagformulier dat op de website www.dus-i.nl beschikbaar is gesteld.

  • 3. De aanvraag per instromer gaat vergezeld van:

    • a. documenten waaruit blijkt dat subsidie wordt aangevraagd voor een instromer die is aangesteld bij het bevoegd gezag;

    • b. documenten waaruit blijkt dat de instromer staat ingeschreven bij een opleiding, genoemd in bijlage 1 bij deze regeling, waaronder in ieder geval een inschrijvingsbewijs, waaruit blijkt dat de instromer niet langer dan zes maanden geleden is gestart met de opleiding op het moment van indiening van de subsidieaanvraag; en

    • c. een verklaring, getekend door bevoegd gezag en de instromer waarvoor subsidie wordt aangevraagd, waaruit blijkt dat beide partijen een overeenkomst hebben gesloten als bedoeld in het vierde lid;

    • d. een begroting.

  • 4. In de overeenkomst tussen het bevoegd gezag en de instromer, bedoeld in het derde lid, onderdeel c, wordt in ieder geval opgenomen:

    • a. het aantal uur dat de instromer per week aan studieverlof ontvangt;

    • b. door wie de overige opleidingskosten worden gedragen;

    • c. wie welke kosten draagt indien de instromer langer dan een jaar over de opleiding doet;

    • d. de afspraken over de begeleiding van de instromer, georganiseerd door het bevoegd gezag;

    • e. een verklaring dat de instromer die een aanstelling heeft bij het bevoegd gezag de afgelopen drie jaar niet in het onderwijs heeft gewerkt als intern begeleider, leraar, schoolleider of adjunct-schoolleider, anders dan als stagiair; en

    • f. welke afspraken zijn gemaakt voor het geval:

      • 1°. de instromer voortijdig stopt met de opleiding;

      • 2°. de instromer uit dienst treedt; of

      • 3°. er geen subsidie wordt toegekend.

Artikel 7. Subsidieverplichtingen

Aan de subsidieontvanger worden, onverminderd hoofdstuk 5 van de Kaderregeling, de volgende verplichtingen opgelegd:

  • a. het bevoegd gezag meldt aan DUS-I wanneer de instromer het diploma heeft behaald;

  • b. het bevoegd gezag meldt aan DUS-I indien de instromer tussentijds stopt met de opleiding of gedurende de opleiding wisselt van bevoegd gezag. De subsidie kan dan geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd;

  • c. het bevoegd gezag werkt mee aan evaluatie of monitoring van deze subsidie.

Artikel 8. Vaststelling en besteding subsidie

De subsidie wordt direct vastgesteld binnen 13 weken na het sluiten van het desbetreffende aanvraagtijdvak, bedoeld in artikel 6, eerste lid.

Artikel 9. Betaling

De minister betaalt het gehele subsidiebedrag ineens.

Artikel 10. Verantwoording

  • 1. De verantwoording van de subsidie geschiedt in de jaarverslaggeving overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs onderscheidenlijk de Regeling jaarverslaglegging onderwijs BES met model G, onderdeel 1, zoals bedoeld in richtlijn 660 van de Raad voor de Jaarverslaggeving.

  • 2. De subsidieontvanger toont op verzoek van de minister aan dat de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de verplichtingen die aan de subsidie verbonden zijn.

Artikel 11. Hardheidsclausule

De minister kan deze regeling in bijzondere gevallen buiten toepassing verklaren of daarvan afwijken, voor zover de toepassing, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen, tot een onbillijkheid van overwegende aard zal leiden.

Artikel 12. Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2027.

Artikel 13. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling instroom schoolleiders po van buiten.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

BIJLAGE 1: GECERTIFICEERDE SCHOOLLEIDERSOPLEIDINGEN VOOR INSTROMENDE SCHOOLLEIDERS VAN BUITEN

Deze bijlage behoort bij artikel 1 van de Subsidieregeling instroom schoolleiders po van buiten.

Aanbieder

Opleiding

Hogeschool Ipabo

Zij-instroomopleiding directeur basisonderwijs

Penta Nova

Penta Nova heeft een samenwerkingsverband met:

• Marnix Academie

• Hogeschool Leiden

• Hogeschool Inholland

• Hogeschool Viaa

• Hogeschool de Kempel

• Christelijke Hogeschool Ede

• Driestar Hogeschool

Zij-instroomtraject schoolleider basisonderwijs

Academica University of applied sciences

Schoolleidersopleiding vakbekwaam

Onderwijs maak je Samen

Schoolleidersopleiding toekomstbewuste schoolleider zij-instroom

Fontys

Leiderschapsopleiding Vakbekwaam Schoolleider van buiten

Avans+

Directeur van Buiten

Thomas More Leiderschapsacademie

Vakbekwaam schoolleiders voor zij-instromers

NHL Stenden Hogeschool

Schoolleidersopleiding

NSO CNA

Vakbekwaam schoolleider

Mijn ID

Schoolleider 3.0 van buiten het onderwijs

TOELICHTING

Algemeen

In Nederland is in het najaar van 2021 een landelijk tekort aan schoolleiders in het primair onderwijs (po) gemeten van 12,9%.1 Ook blijkt uit onderzoek dat een goede schoolleider essentieel is voor een goed schoolklimaat, voor schoolontwikkeling, goede docenten en leerlingen die kunnen leren en zichzelf kunnen ontwikkelen.2 Een tekort aan schoolleiders vormt dan ook een bedreiging voor de kwaliteit van onderwijs. Gezien het hoge tekort aan schoolleiders, wordt met voorliggende regeling voorzien in een gerichte aanpak.

Het doel van de subsidieregeling is het verminderen van het landelijke tekort aan schoolleiders in het po. Besturen worden met deze subsidie gestimuleerd om schoolleiders van buiten het onderwijs te werven. Op basis van de regeling kan een bevoegd gezag van een basisschool, een speciale school voor basisonderwijs of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs een tegemoetkoming aanvragen voor de kosten van de opleiding, begeleiding en studieverlofkosten van een instromer, van buiten het onderwijs, die schoolleider wil worden. Hiervoor is € 2 miljoen euro gereserveerd in 2023 en 2024, in 2022 is er € 0,54 miljoen gereserveerd. Veel van de schoolleiders die momenteel actief binnen het po werken, zijn leraar geweest. Omdat er al veel, op het niveau van bevoegd gezag, wordt gedaan om leraren door te laten groeien naar schoolleider en omdat er al een tekort aan leraren is in het po, is bewust gekozen om personen die al in het onderwijs werken uit te sluiten van deze subsidie.

In de cao po is opgenomen dat een schoolleider in het po ingeschreven moet staan in het Schoolleidersregister po. Om als schoolleider ingeschreven te kunnen staan bij het Schoolleidersregister, dient de schoolleider een opleiding te hebben afgerond die leidt tot een ‘Schoolleider vakbekwaam’ diploma. In de bijlage van deze regeling zijn opleidingen opgenomen waarvoor dit geldt, en waarvoor een bevoegd gezag in aanmerking kan komen voor subsidie.

Uitvoeringstoets

DUS-I en de Inspectie van het Onderwijs hebben een uitvoeringstoets uitgevoerd. De partijen geven aan dat de regeling uitvoerbaar is.

Regeldruk

Bij de inrichting van het aanvraagproces is getracht de administratieve lasten zo veel mogelijk te beperken. Vanuit DUS-I is een digitaal aanvraagformulier beschikbaar gesteld, waarmee de aanvraag wordt ingediend.

Voor de aanvragers (in dit geval het bevoegd gezag) worden de administratieve lasten geschat op gemiddeld circa 2 uur per aanvraag. We gaan uit van 27 aanvragen in 2022 en 100 aanvragen in 2023 en 2024. In deze kosten zitten kosten zoals kennisname van de subsidie, voorbereiding van de aanvraag en verslaglegging in het jaarverslag opgenomen. De verwachting is dat de kosten voor de monitoring en evaluatie niet meer dan gemiddeld 30 minuten zullen zijn. Verder zijn er ook kosten die niet in deze berekening zijn meegenomen, omdat ervan uit wordt gegaan dat het bevoegd gezag deze kosten sowieso maakt, ook zonder deze subsidie, zoals selectie van de schoolleider. Per aanvraag worden de kosten bij een uurtarief van € 50 geschat op € 125 (2,5 uur maal € 50). De totale lasten voor 2022 worden geschat op € 3.375 (27 maal € 125) en voor 2023 en 2024 op € 12.500 (100 maal € 125). De proportionaliteit van de regeldruk bedraagt 0,63% (€ 125/€ 20.000) en wordt proportioneel geacht gezien het lager is dan de drempel van 5%.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

Artikelsgewijs

Artikel 3

In dit artikel zijn de te subsidiëren activiteiten benoemd. De subsidie betreft een tegemoetkoming in de totale kosten van de studiekosten, begeleiding en verlof van een zij-instromende schoolleider (gezamenlijk ook wel opleidingskosten genoemd). Het bevoegd gezag van een school kan subsidie aanvragen voor een instromende schoolleider die is begonnen aan een opleiding tot het worden van schoolleider en is aangesteld bij een bevoegd gezag. Naast kosten voor de opleiding, is de subsidie ook bedoeld als tegemoetkoming in de begeleidingskosten en studieverlofkosten. In de bijlage bij de regeling is opgenomen voor welke opleidingen op grond van de regeling subsidie kan worden verstrekt.

Een instromer kan maximaal een keer de subsidie toegekend krijgen. Ook mag de instromer waarvoor de subsidie wordt aangevraagd de afgelopen drie jaar niet gewerkt hebben als intern begeleider, onderwijsassistent, leraar, schoolleider of adjunct-schoolleider.

Artikel 4

Op basis van de regeling kan een schoolbestuur een subsidie van maximaal € 20.000,– aanvragen per instromer. In 2022 kan voor minimaal 27 en 2023 en 2024 voor minimaal 100 zij-instromende schoolleiders subsidie worden toegekend. Dit bedrag is gebaseerd op de volgende veronderstellingen:

  • Gemiddeld is een opleiding tot schoolleider € 10.000, welke doorgaans maximaal 1 jaar duurt.

  • Begeleidingskosten worden geschat op € 7.840 per jaar (4 uur per week (maximaal 40) * € 49,0 (gemiddeld uurloon))

  • Studieverlofkosten worden geschat op € 15.680,– (8 uur per week (maximaal 40) * € 49,0,– (gemiddeld uurloon))

Totaal worden de kosten geschat op ongeveer € 34.000,–, waardoor de subsidie tegemoetkomend is. Het is ook mogelijk om minder dan de € 20.000 aan te vragen.

Artikel 5

Toekenning zal gebeuren op basis van volgorde van binnenkomst van de aanvragen. Indien de aanvraag niet compleet en beoordeelbaar is, zal DUS-I de aanvrager om meer informatie vragen. In dat geval kan de aanvraag ook dalen in de rangschikking omdat op grond van artikel 2.3, eerste lid, onderdeel a, van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS, de dag waarop de aanvraag volledig is, voor de rangschikking als datum van ontvangst geldt.

In het geval het bevoegd gezag een aanvraag doet wanneer het subsidieplafond al is bereikt, zal de aanvraag automatisch meegaan in het volgende kalenderjaar. De aanvrager ontvangt in dat geval een ontvangstbevestiging, waarin de opgeschorte behandeling wordt medegedeeld. De opschorting is noodzakelijk in verband met de vaststelling van de verdeling van het subsidieplafond. Om de aanvrager niet teveel te belasten, is ervoor gekozen de aanvraag af te wijzen, maar wel mee te nemen voor het daaropvolgende aanvraagtijdvak. De opgeschorte aanvraag wordt beoordeeld zoals dat normaal zou gebeuren op het moment van indienen.

Artikel 6

Het bevoegd gezag moet de subsidie aanvragen via het aanvraagformulier op de website van DUS-I. Daarbij dient een verklaring gevoegd te worden waaruit blijkt dat de overeenkomst door het bevoegd gezag en de instromer is getekend en dient uit het bewijs van inschrijving voor de opleiding te blijken dat de instromer, vanaf het moment dat de aanvraag binnen is, niet langer dan zes maanden geleden is gestart met de opleiding. Ook dient een begroting aangeleverd te worden. Dit vervangt het activiteitenplan. Een van de doelen van de subsidie is om te zorgen dat ook voldoende van de subsidie wordt geïnvesteerd in de begeleiding en studieverlof van de instromer. Uit deze verklaring moet blijken dat het bevoegd gezag en de instromer afspraken hebben gemaakt over o.a. het aantal uur studieverlof, verdeling van de studiekosten, over de begeleiding van de instromende schoolleider die het bevoegd gezag organiseert aanvullend op wat vanuit de opleiding al georganiseerd wordt. Ook dient bij aanvraag aangetoond te worden dat de instromer is aangesteld bij het bevoegd gezag. Aangezien er gedurende het hele jaar momenten zijn om te starten met de opleiding tot schoolleider, is het mogelijk om subsidie aan te vragen vanaf het moment dat de instromer met de scholing start tot maximaal zes maanden vanaf de start van de opleiding.

De aanvragen die worden ingediend tot en met 15 oktober 2022, worden toegekend en betaald uit het subsidieplafond van 2022. Aanvragen tussen 16 oktober 2022 en 15 oktober 2023 worden toegekend en betaald in en uit het subsidieplafond van 2023. Aanvragen tussen 16 oktober 2023 en 15 oktober 2024 worden toegekend in en betaald uit het subsidieplafond van 2024. Bij de aanvraag dient er een begroting ingediend te worden waarin toegelicht wordt waar de middelen aan besteed worden, aangezien de subsidie geen vast bedrag is.

Ook zal in het aanvraagformulier gevraagd worden wat de verwachte einddatum is van de opleiding, zodat DUS-I een herinnering kan sturen naar het bevoegd gezag over het al dan niet succesvol afronden van de opleiding.

Artikel 7

In dit artikel is een aantal verplichtingen opgenomen die kunnen bijdragen aan het bepalen of deze subsidieregeling het gewenste effect bereikt. Zo dient de subsidieontvanger te melden wanneer de opleiding succesvol is afgerond en wanneer de zij-instromer tussentijds stopt met de opleiding. Op het moment van vervroegd stoppen met de opleiding, kan door DUS-I een deel van de subsidie worden teruggevorderd op basis van de beoordeling van niet uitgegeven kosten. In het geval dat de schoolleider van bevoegd gezag wil wisselen, kan onderling tussen de bevoegde gezagen afgesproken worden om het toegekende subsidiebedrag mee te nemen naar een nieuw bevoegd gezag.

Op grond van artikel 5.4 van de Kaderregeling is de subsidieontvanger verplicht om mee te werken aan door of namens de minister ingesteld onderzoek dat erop is gericht de minister inlichtingen te verschaffen die van belang zijn voor de ontwikkeling van diens beleid. In het kader van deze subsidieregeling zal een effectmeting worden uitgevoerd. Omdat het doel van de subsidie het mitigeren van het schoolleiderstekort is, zal de effectmeting zich onder meer focussen op hoeveel instromers na het succesvol afronden van de opleiding nog in dienst zijn bij het bevoegd gezag. Hiertoe wordt data opgevraagd bij de aanvragers. Op basis van de regeling zijn de aanvragers verplicht deel te nemen aan de monitoring en evaluatie. Afhankelijk van toekomstige evaluaties en monitoring van de subsidieregeling, is het mogelijk dat de subsidie na 2024 wordt verlengd.

Artikel 8

De aanvraag wordt binnen dertien weken na het sluiten van de aanvraagperiode (dat wil zeggen zonder voorafgaande verlening) vastgesteld. In afwijking van het eerste lid, worden aanvragen in het tijdvak tussen 1 augustus en 15 oktober uiterlijk in december vastgesteld.

Artikel 10

Verantwoording van de subsidie kan steekproefsgewijs opgevraagd worden.

Artikel 11

De hardheidsclausule is opgenomen om de minister de mogelijkheid te geven om in bijzondere individuele gevallen van de regeling af te wijken. Om voor toepassing van de hardheidsclausule in aanmerking te komen, moet de toepassing van de regeling zelf tot een onbillijkheid van overwegende aard leiden, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen.

Toepassing van de hardheidsclausule betreft een discretionaire bevoegdheid, waar zeer terughoudend gebruik van wordt gemaakt. De verzoeker zal in ieder geval moeten aantonen dat zijn situatie zich onderscheidt van die van anderen. Er moet dus sprake zijn van bijzondere persoonlijke omstandigheden.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma


X Noot
2

World Bank (2020). EU Comparators: Learning from Experience in the European Context Case studies of teacher policies in Estonia, Slovenia, and the Czech Republic. CPB (2016). Kansrijk onderwijsbeleid. Nationaal Groeifondsvoorstel Ontwikkelkracht (2021).

Naar boven