Besluit van de Minister voor Klimaat en Energie van 22 augustus 2022, nr. WJZ/ 22296765, houdende wijziging van het Besluit toezichthouders NEa

De Minister voor Klimaat en Energie,

Gelet op artikel 18.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer;

Besluit:

ARTIKEL I

wordt als volgt gewijzigd.

In artikel 1 van het Besluit toezichthouders NEa wordt ‘hoofdstuk 16 en artikel 18.5 van de Wet milieubeheer’ vervangen door ‘de hoofdstukken 16, 16a en 16b en de artikelen 18.5, 18.5a, 18.5b, 18.5c en 18.6 van de Wet milieubeheer’.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 22 augustus 2022

De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten

TOELICHTING

In het Besluit toezichthouders NEa zijn de inspecteurs die werkzaam zijn bij de Dienst Nederlandse Emissieautoriteit van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat op grond van artikel 18.4 van de Wet milieubeheer (hierna: Wm) aangewezen voor het toezicht op de naleving van het Europese emissiehandelssysteem (EU-ETS) dat in hoofdstuk 16 van de Wm is geïmplementeerd. Daarnaast zijn zij reeds aangewezen als toezichthouder op de naleving van een aantal bepalingen uit de hiermee verband houdende Verordening monitoring en rapportage emissiehandel1 (artikel 18.5 van de Wm).

Door de inwerkingtreding van verschillende nieuwe verordeningen op het terrein van het EU-ETS wordt de aanwijzing met dit besluit uitgebreid met het toezicht op de naleving van de artikelen 18.5a, 18.5b, 18.5c en 18.6 van de Wm die zien op bepalingen uit achtereenvolgens de Verordening kosteloze toewijzing van emissierechten2, de Verordening aanpassingen kosteloze toewijzing door verandering activiteitsniveau3, de Verordening monitoring, rapportage en verificatie van wereldwijde luchtvaartemissies4 en de Verordening verificatie en accreditatie emissiehandel5.

Daarnaast wordt de aanwijzing uitgebreid in verband met twee nationale stelsels, neergelegd in de recent ingevoerde hoofdstukken 16a en 16b van de Wm. Hoofdstuk 16a ziet op de emissies van broeikasgassen bij elektriciteitsopwekking en hoofdstuk 16b ziet op de emissies van broeikasgassen door de industrie.

De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten


X Noot
1

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2018/2066 van de Commissie van 19 december 2018 inzake de monitoring en rapportage van de emissies van broeikasgassen overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie (PbEU 2018, L334).

X Noot
2

Gedelegeerde verordening (EU) nr. 2019/331 van de Commissie van 19 december 2018 tot vaststelling van een voor de hele Unie geldende overgangsregeling voor de geharmoniseerde kosteloze toewijzing van emissierechten overeenkomstig artikel 10bis van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2019, L59).

X Noot
3

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1842 van de Commissie van 31 oktober 2019 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de verdere regelingen voor de aanpassingen van de kosteloze toewijzing van emissierechten als gevolg van veranderingen in het activiteitsniveau betreft (PbEU 2019, L 282).

X Noot
4

Gedelegeerde verordening (EU) 2019/1603 van de Commissie van 18 juli 2019 tot aanvulling van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de door de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie aangenomen maatregelen voor de monitoring, rapportage en verificatie van luchtvaartemissies ter uitvoering van een wereldwijde marktgebaseerde maatregel (PbEU 2019, L 250).

X Noot
5

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2018/2067 van de Commissie van 19 december 2018 inzake de verificatie van gegevens en de accreditatie van verificateurs krachtens Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2018, L334).

Naar boven