Besluit van 6 juli 2022, nr. 2022001470 houdende erkenning van het openbaar belang van werken tot de aanleg en instandhouding van de afvalwatertransportleiding Marum-Gaarkeuken in de provincie Groningen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 30 juni 2022, nr. RWS-2022/18653 Rijkswaterstaat Corporate Dienst, Afdeling BJV Publiekrecht;

Gelezen het verzoek van FrieslandCampina B.V. (hierna: Friesland Campina), statutair gevestigd te Amersfoort, van 13 april 2022, waarin genoemde vennootschap verzoekt te bevorderen dat voor de eventuele toepassing van de Belemmeringenwet Privaatrecht het openbaar belang wordt erkend van de werken ten behoeve van de aanleg en instandhouding van de afvalwatertransportleiding in de gemeente Westerkwartier.

Gelet op de door Friesland Campina overgelegde stukken;

Overwegende dat in de Europese Kaderrichtlijn Water strengere wettelijke lozingseisen zijn opgenomen en dat Friesland Campina daardoor niet langer haar biologisch gezuiverd procesafvalwater, koelwater, procescondensaat en hemelwaterafvalwater van haar productielocatie in Marum mag lozen in het ecologisch kwetsbare Oude Diepje, onderdeel van het Dwarsdiep te Marum;

Overwegende dat het lozen van de afvalwaterstromen van Friesland Campina te Marum in het riool te Marum geen alternatief kan zijn aangezien dat onevenredig veel capaciteit van het betreffende afvalwaterleidingnet en rioolwaterzuivering zou vragen en dat daardoor het project RWZI Gaarkeuken van het Waterschap Noorderzijlvest in het gedrang zou komen;

Overwegende dat betreffende de lokale waterkwaliteit zowel de provincie Groningen, de gemeente Westerkwartier als het Waterschap Noorderzijlvest het algemeen belang van de door Friesland Campina aan te leggen afvalwatertransportleiding ondersteunen;

Overwegende dat in afstemming met het Waterschap Noorderzijlvest een alternatief gevonden is in het realiseren van de afvalwatertransportleiding vanaf de productielocatie van Friesland Campina te Marum naar het ecologisch gezien minder kwetsbare Van Starkenborghkanaal te Gaarkeuken;

Overwegende dat het Waterschap Noorderzijlvest een persleiding op het tracé Zuidhorn – Gaarkeuken wenst aan te leggen en Friesland Campina voornemens is om voor haar afvalwatertransportleiding met het Waterschap Noorderzijlvest een gezamenlijk leidingtracé te volgen waardoor overlast, hinder en ruimtebeslag van de aanlegwerkzaamheden van beide werken voor de omgeving aanzienlijk beperkt worden, zowel in duur als in omvang;

Overwegende dat de productie van Friesland Campina te Marum in het gedrang komt wanneer de nieuwe afvalwatertransportleiding niet wordt aangelegd, en dat daarmee de werkgelegenheid in de omgeving onder druk komt te staan, wat op zijn beurt maatschappelijke en economische nadelen teweegbrengt voor de lokale economie en gemeenschap;

Gelet op de Belemmeringenwet Privaatrecht en de Algemene wet bestuursrecht;

Hebben Wij goedgevonden en verstaan:

Het openbaar belang te erkennen van de werken die door Friesland Campina, statutair gevestigd te Amersfoort, zijn en zullen worden ondernomen in het kader van de voorgenomen aanleg en instandhouding van de afvalwatertransportleiding in Groningen.

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit wordt bekendgemaakt in de Staatscourant en zal worden uitgereikt door toezending aan Friesland Campina, statutair gevestigd te Amersfoort, t.a.v. de Plantmanager Friesland Campina te Marum.

Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit.

’s-Gravenhage, 6 juli 2022

Willem-Alexander

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

Mededelingen

Tegen dit besluit kan een belanghebbende binnen zes weken, te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding van het besluit, een bezwaarschrift indienen bij Zijne Majesteit de Koning, te richten aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, Rijkswaterstaat Corporate Dienst, Afdeling BJV Publiekrecht, t.a.v. mr. drs. P.C.A.M. Tanis, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht.

Het bezwaarschrift dient ondertekend te zijn en bevat tenminste: de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht alsmede de gronden waarop het bezwaar berust.

Naar boven