Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 28 juli 2022, nr. Min-Buza.2022.2187-23, tot wijziging van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de Minister van Financiën, de Minister van Economische Zaken en Klimaat, de Minister voor Klimaat en Energie, de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister van Infrastructuur en Waterstaat;

Gelet op Verordening (EU) nr. 2022/1269 van de Raad van de Europese Unie van 21 juli 2022 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 833/2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PbEU 2022, L 193);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2022/1273 van de Raad van de Europese Unie van 21 juli 2022 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PbEU 2022, L 194);

Gelet op artikel 2, tweede lid, en artikel 3 van de Sanctiewet 1977;

Besluit:

ARTIKEL I

De Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, tweede lid, wordt ‘artikel 6 quater of artikel 7’ vervangen door ‘artikel 6 quater, artikel 6 quinquies, eerste lid, artikel 6 sexies, eerste lid, of artikel 7’.

B

Artikel 1a komt als volgt te luiden:

Artikel 1a

  • 1. Het is verboden te handelen in strijd met artikel 2, eerste en tweede lid, artikel 2 bis, eerste en tweede lid, artikel 2 sexies, eerste en derde lid, artikel 2 septies, artikel 3, eerste en tweede lid, artikel 3 bis, eerste lid, artikel 3 ter, eerste en tweede lid, artikel 3 quater, eerste tot en met vierde lid, artikel 3 quinquies, eerste lid, artikel 3 sexies bis, eerste en tweede lid, artikel 3 septies, eerste en tweede lid, artikel 3 octies, eerste lid, artikel 3 nonies, eerste en tweede lid, artikel 3 decies, eerste en tweede lid, artikel 3 undecies, eerste en tweede lid, artikel 3 duodecies, eerste, tweede en zesde lid, artikel 3 terdecies, eerste lid, artikel 3 quaterdecies, eerste, tweede, zevende of achtste lid, artikel 3 quindecies, eerste lid, artikel 3 sexdecies, eerste tot en met vierde lid, artikel 4, eerste lid, artikel 5, eerste tot en met vijfde lid, en zesde lid, eerste volzin, artikel 5 bis, eerste lid, tweede lid, eerste volzin, en vierde lid, artikel 5 bis bis, eerste lid, artikel 5 ter, eerste en tweede lid, artikel 5 sexies, eerste lid, artikel 5 septies, eerste lid, artikel 5 octies, artikel 5 nonies, artikel 5 decies, eerste lid, artikel 5 undecies, eerste en tweede lid, artikel 5 duodecies, eerste lid, artikel 5 terdecies, eerste lid, artikel 5 quaterdecies, eerste en tweede lid, artikel 5 quindecies, eerste lid, artikel 11, eerste lid, en artikel 12 van Verordening (EU) nr. 833/2014 van de Raad van de Europese Unie van 31 juli 2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (Pb EU, L 229).

  • 2. Het verbod, bedoeld in het eerste lid, is niet van toepassing in de gevallen waarin artikel 2, derde lid tot en met vijfde lid, artikel 2 bis, derde tot en met vijfde lid, artikel 2 ter, eerste lid, artikel 2 sexies, tweede lid of vierde lid, artikel 3, derde, vierde, vijfde of zesde lid, artikel 3 bis, tweede lid, artikel 3 ter, derde of vierde lid, artikel 3 quater, vijfde, zesde, of negende lid, artikel 3 quinquies, tweede of derde lid, artikel 3 sexies bis, vierde lid, vijfde lid, of lid 5 bis, artikel 3 septies, derde of vierde lid, artikel 3 octies, tweede lid, artikel 3 nonies, tweede lid, derde lid, lid 3 bis, of vierde lid, artikel 3 decies, derde of vierde lid, artikel 3 undecies, derde lid, artikel 3 duodecies, derde, vierde of vijfde lid, artikel 3 terdecies, tweede, derde of vierde lid, artikel 3 quaterdecies, derde, vierde, zesde of negende lid, artikel 3 quindecies, tweede lid, artikel 3 sexdecies, vijfde, zesde of zevende lid, artikel 4, tweede lid, leden 2bis, 2 bis bis en 2 ter, of vierde lid, artikel 5, zesde lid, tweede volzin, of zevende lid, artikel 5 bis, tweede lid, tweede volzin, derde of vijfde lid, artikel 5 bis bis, tweede lid, lid 2 bis bis, of derde lid, artikel 5 ter, derde lid, artikel 5 quater, eerste lid, artikel 5 quinquies, eerste lid, artikel 5 sexies, tweede lid, artikel 5 septies, tweede lid, artikel 5 decies, tweede lid, artikel 5, undecies, derde lid, artikel 5 duodecies, tweede of vierde lid, artikel 5 terdecies, tweede lid, artikel 5 quaterdecies, derde, vierde, vijfde of zesde lid, of artikel 5 quindecies, tweede, derde, vierde of vijfde lid, van Verordening (EU) nr. 833/2014 van toepassing is.

C

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 6 ter, artikel 7, eerste lid, en artikel 8, eerste lid,’ vervangen door ‘artikel 6 ter, artikel 6 sexies, eerste lid, artikel 7, eerste lid, en artikel 8’.

2. Het tweede lid komt als volgt te luiden:

  • 2. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 2 bis, tweede en derde lid, artikel 4, eerste lid, artikel 5, eerste lid, artikel 6, eerste lid, artikel 6 ter, artikel 6 quinquies, eerste lid, artikel 6 sexies, eerste lid, en artikel 8, van Verordening (EU) nr. 269/2014, is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard en elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken.

3. Na het tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 2a. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 9, tweede lid, van Verordening (EU) nr. 269/2014, is de Minister van Financiën voor zover het betreft tegoeden, de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening voor zover het betreft vastgoed, inclusief bedrijfspanden, de Minister van Economische Zaken en Klimaat voor zover het betreft niet-beursgenoteerde ondernemingen, de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor zover het betreft kunst- en cultuurobjecten en de Minister van Infrastructuur en Waterstaat voor zover het betreft vaar- en vliegtuigen.

4. In het derde en vierde lid wordt ‘artikel 3 duodecies, vijfde lid,’ telkens vervangen door ‘artikel 3 duodecies, vijfde en zesde lid,’.

5. In het zesde lid wordt ‘artikel 3 sexies bis, vijfde lid,’ vervangen door ‘artikel 3 sexies bis, vijfde lid, en lid 5 bis,’.

6. In het achtste lid wordt ‘artikel 3 nonies, vierde lid,’ vervangen door ‘artikel 3 nonies, vierde lid, en artikel 3 sexdecies, zevende lid,’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra

TOELICHTING

Deze regeling strekt tot wijziging van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 als gevolg van Verordening (EU) nr. 2022/12691 en Verordening (EU) 2022/12732.

De wijziging van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 is, met uitzondering van een wijziging van artikel 1, tweede lid, en artikel 2, eerste en tweede lid, het gevolg van Verordening (EU) nr. 2022/1269 die Verordening (EU) nr. 833/2014 wijzigt. Verordening (EU) nr. 2022/1269 geeft uitvoering aan Besluit (GBVB) 2022/12713.

In Besluit (GBVB) 2022/1271 worden door de Raad van de Europese Unie, gezien de ernst van de situatie en in antwoord op de militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne, verdere beperkende maatregelen vastgesteld. Die maatregelen zien onder andere op handelsbeperkingen voor wat betreft goud, financiële sancties en een verruiming van de scheepvaartsancties.

In Verordening (EU) nr. 833/2014 worden daartoe een aantal artikelleden of onderdelen daarvan, opnieuw geformuleerd. Daarnaast worden nieuwe artikelen of artikelleden in- of toegevoegd. Toegevoegd aan artikel 12 bis wordt een derde lid dat een grondslag vormt voor bevoegde autoriteiten, handhavingsautoriteiten en beheerders van officiële register om informatie, met inbegrip van persoonsgegeven, te verwerken en uit te wisselen met andere bevoegde autoriteiten van de lidstaten en met de Europese Commissie (artikel 12 bis, derde lid, van Verordening (EU) nr. 833/2014).

De verwerking van persoonsgegevens geschiedt voor zover nodig voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 833/2014 en om te zorgen voor doeltreffende samenwerking tussen de lidstaten en met de Europese Commissie met het oog op de toepassing van deze verordening (artikel 12 bis, vierde lid, van Verordening (EU) nr. 833/2014).

Aan artikel 8 van Verordening (EU) nr. 269/2014 zijn dezelfde leden (te weten een vierde en vijfde lid) toegevoegd. Daarnaast is artikel 8, eerste lid, gewijzigd in die zin dat ongeacht of er sprake is van een geheimhoudingsplicht, eenieder de informatie die de naleving van Verordening (EU) nr. 269/2014 vergemakkelijkt, zoals informatie over bevroren rekeningen en bedragen of informatie over tegoeden en economische middelen van geliste personen of entiteiten, onverwijld dient te verstrekken aan de bevoegde autoriteit.

De voorgestelde uitbreiding van het Europese sanctieregime jegens de Russische Federatie bestaat onder andere uit de volgende beperkende maatregelen:

  • een verbod op de directe en indirecte invoer, aankoop of overdracht van goud afkomstig uit Rusland (artikel 3 sexdecies van Verordening (EU) nr. 833/2014);

  • het verbod op de toegang tot havens wordt uitgebreid met een verbod op de toegang tot sluizen (artikel 3 sexies bis van Verordening (EU) nr. 833/2014);

  • de reikwijdte van het verbod op de aanvaarding van deposito’s wordt uitgebreid tot deposito’s van in derde landen gevestigde rechtspersonen, entiteiten of lichamen waarin Russische onderdanen of natuurlijke personen die in Rusland verblijven, een meerderheidsbelang hebben. Voorts wordt de aanvaarding van deposito’s voor niet-verboden grensoverschrijdende handel afhankelijk gesteld van een voorafgaande toestemming van de nationale bevoegde overheden (artikel 5 ter van Verordening (EU) nr. 833/2014).

Artikelsgewijs

Artikel I

De toevoeging van de nieuwe artikelen 6 quinquies en 6 sexies van Verordening (EU) nr. 269/2014 in artikel 1, tweede lid, van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 regelt twee uitzonderingen op de financiële sancties, bedoeld in artikel 2 van Verordening (EU) nr. 269/2014. Deze wijziging is een gevolg van Verordening (EU) nr. 2022/1273. Artikel 2 van Verordening (EU) nr. 269/2014 is namelijk niet van toepassing op economische middelen wanneer is vastgesteld dat de vrijgave van die economische middelen noodzakelijk is voor de dringende preventie of beperking van de gevolgen van een gebeurtenis die ernstige en aanzienlijke gevolgen voor de gezondheid en veiligheid van de mens of het milieu zou kunnen hebben. Voorts dienen de uit de vrijgave van economische middelen voortvloeiende opbrengst bevroren te worden (artikel 6 quinquies, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 269/2014). Voornoemd artikel 2 is eveneens niet van toepassing op tegoeden of economische middelen die toebehoren aan geliste banken, of voor de beschikbaarstelling van bepaalde tegoeden of economische middelen aan die banken, nadat is vastgesteld dat de betrokken tegoeden of economische middelen noodzakelijk zijn voor de aankoop, de invoer of het vervoer van landbouw- en voedingsproducten, met inbegrip van tarwe en meststoffen (artikel 6 sexies, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 269/2014) (artikel I, onderdeel A).

Artikel 1a van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 is opnieuw vastgesteld om de (nieuwe) verbodsbepalingen, vastgesteld in Verordening (EU) nr. 833/2014, in te voegen in het eerste lid alsmede de uitzonderingen op die verbodsbepalingen op te nemen in het tweede lid (artikel I, onderdeel B).

In artikel 2 van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 zijn de verwijzingen naar de bevoegde autoriteiten geactualiseerd. Tevens wordt in dit artikel een lid 2a toegevoegd waarin de bevoegde autoriteiten worden aangewezen in het kader van de meldplicht, bedoeld in het nieuwe artikel 9, tweede lid, van Verordening (EU) nr. 269/2014 (artikel I, onderdeel C). Deze meldplicht komt mede voort uit de toenemende complexiteit van constructies om sancties te omzeilen. Het wordt noodzakelijk geacht de geliste personen en entiteiten te verplichten om de onder de jurisdictie van een lidstaat vallende tegoeden en economische middelen te melden en met de bevoegde autoriteit samen te werken bij de verificatie van de melding. Het niet naleven van deze verplichting wordt beschouwd als omzeiling van de bepalingen inzake bevriezing van tegoeden en is strafbaar op grond van artikel 1, eerste lid, van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 jo artikel 1, onder 1°, van de Wet op de economische delicten.

Voor meer informatie over de beperkende maatregelen zij verwezen naar de website www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte kan worden gemeld dat de onderhavige regeling strekt tot naleving van een internationale verplichting. Hierdoor is een uitzondering op de vaste verandermomenten toegestaan conform het beleid inzake vaste verandermomenten.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Verordening (EU) nr. 2022/1269 van de Raad van 21 juli 2022 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 833/2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PbEU, L 193).

X Noot
2

Verordening (EU) nr. 2022/1273 van de Raad van de Europese Unie van 21 juli 2022 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PbEU, L 194).

X Noot
3

Besluit (GBVB) 2022/1271 van de Raad van 21 juli 2022 tot wijziging van Besluit 2014/512/GBVB betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PbEU, L 193).

Naar boven