Samenwerkingsovereenkomst Sportvisserij Loodvrij 2022–2024

Partijen

1. De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, namens deze, J. Slootmaker, directeur-generaal Water en Bodem, hierna te noemen: I&W;

2. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, namens deze, M. Sonnema, directeur-generaal Volksgezondheid, hierna te noemen: VWS;

3. De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, namens deze, D.L.M. Slangen, waarnemend directeur-generaal Natuur, Visserij en Landelijk gebied, hierna te noemen: LNV;

Partijen genoemd onder 1 tot en met 3 ieder handelend in de hoedanigheid van bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden;

4. Unie van Waterschappen, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door Sander Mager (vicevoorzitter);

5. Sportvisserij Nederland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door Joop Bongers (secretaris-directeur);

Alle Partijen hierna samen te noemen: ‘Partijen’.

Overwegingen

  • Lood is een zwaar metaal en een gevaarlijke chemische stof die onwenselijk is in het milieu en in de natuur en schadelijk is voor de volksgezondheid. Lood wordt door veel sportvissers gebruikt als verzwaring aan de vislijn, in kunstaas en in voerkorven.

  • Waar lood gebruikt wordt, blijft ook lood achter: bijvoorbeeld door verlies van lijnen met vislood door obstakels onder water. Vooral gezien het aantal sportvissers in Nederland is dit onwenselijk voor de waterkwaliteit, het leven in en om het water en uiteindelijk de voedselketen.

  • Er zijn ernstige en directe gezondheidsrisico’s verbonden aan het gebruik en verwerken van lood. Blootstelling aan lood heeft negatieve effecten op onder andere de hersenontwikkeling, het zenuwstelsel, de vruchtbaarheid, de bloeddruk en de nierfunctie. Contact met lood kan zich voordoen via de huid, maar ook via de slijmvliezen bij het dichtbijten van loodhageltjes of via de luchtwegen indien lood wordt gesmolten en gegoten. Bij het gieten van lood komen schadelijke looddampen vrij die onbedoeld kunnen worden ingeademd of kunnen neerslaan in de omgeving.

  • Met de in 2018 tot stand gekomen Green Deal Sportvisserij Loodvrij1 (hierna: Green Deal) is een grote eerste stap gezet in de bewustwording van de risico’s van het gebruik van lood en is een gedragsverandering van sportvissers in gang gezet. Met de Green Deal werd gestreefd naar het stopzetten van het gebruik van lood, inclusief het zelf verwerken van lood, binnen 10 jaar na ondertekening in 2027.

  • Het gebruik van loodalternatieven is tussen 2018 en 2021 sterk gestegen door de inspanningen van de samenwerkingspartners van de Green Deal, waaronder Partijen en Vereniging Natuurmonumenten en Vereniging Landelijke Organisatie Dibevo. Recente onderzoeken hebben laten zien dat het loodverlies aanzienlijk lager is dan eerder werd aangenomen.

  • De Green Deal is per 31 december 2021 afgelopen. Ondanks de vooruitgang die met de Green Deal is geboekt, is het einddoel van een loodvrije sportvisserij in 2027 nog niet in zicht. Partijen willen gezamenlijk verder werken aan dit doel. Daarbij komt de focus te liggen op het continueren (en waar nodig verbeteren) van de communicatiestrategie gericht op bewustwording van de gevolgen van loodgebruik bij sportvissers en de inzet om op Europees niveau maatregelen te bevorderen omtrent het terugdringen van het gebruik van vislood. Daarnaast bezien Partijen of de transitie naar loodvrij vissen verder versneld kan worden.

  • Partijen bundelen hun krachten waarbij zij rekening houden met ieders rol en verantwoordelijkheid bij het streven naar de reductie van het gebruik van vislood en de transitie naar loodvrij vissen.

  • Inmiddels heeft het European Chemical Agency (ECHA) in 2021 op verzoek van de Europese Commissie een restrictievoorstel2 uitgewerkt inzake de verkoop en het gebruik van lood en loodverbindingen in munitie voor outdoorschieten en in visgerei. ECHA adviseert de verkoop en het gebruik van vislood aan banden te leggen. Met dit advies is een traject gestart om te komen tot een mogelijk Europees verbod op vislood. Dit traject wordt door alle Partijen gesteund.

  • Naar verwachting wordt in de eerste helft van 2023 een voorstel tot een Europees verbod gepresenteerd. Ondertussen willen Partijen de transitie naar loodvrij vissen bespoedigen, het draagvlak voor loodvrij vissen vergroten en hun doelstellingen continueren.

  • Verder streven Partijen ernaar dat het reduceren van het loodgebruik niet leidt tot de omslag naar andere materialen die de volksgezondheid en het milieu belasten. Daarom wordt in ieder geval het gebruik van producten van ijzer, beton, steen, glas en wolfraam (tungsten) gepromoot en gestimuleerd in de communicatie en worden alternatieven van bijvoorbeeld zink, tin en koper in beginsel afgeraden.

  • Gelet op het voorgaande leggen Partijen in deze samenwerkingsovereenkomst hun afspraken vast.

Partijen komen het volgende overeen:

I. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Definities

In deze samenwerkingsovereenkomst wordt verstaan onder:

a. loodvervangers:

alternatieve, niet-loodhoudende vervangers voor vislood;

b. vislood:

stuk lood dat gebruikt wordt om vislijnen, kunstaas of voerkorven te verzwaren.

Artikel 2. Doelstelling

  • 1. Partijen streven ernaar dat het gebruik van lood – ter verzwaring van de lijn, in kunstaas en in voerkorven – in de sportvisserij, inclusief het zelf verwerken van lood tot vislood, zoveel mogelijk wordt verminderd, met als einddoel dat het gebruik van vislood in de Nederlandse wateren uiterlijk in 2027 is gestopt.

  • 2. Partijen zetten zich middels een gezamenlijke aanpak in om gedurende de looptijd van deze samenwerkingsovereenkomst het loodverlies per sportvisser verder te reduceren en het gebruik van loodvervangers verder toe te laten nemen: zowel door een toename van het aantal sportvissers dat gebruik maakt van loodvervangers, als door een toename van het aantal vistrips waar gebruik wordt gemaakt van loodvervangers.

  • 3. Partijen streven ernaar om op Europees niveau een reductie van het loodgebruik in de sportvisserij te realiseren.

  • 4. Daarnaast kunnen Partijen ook gezamenlijk en ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid bezien of zij, daar waar kansen liggen, aanvullende stappen kunnen nemen om in 2027 tot een loodvrije sportvisserij te komen.

  • 5. Partijen organiseren hun samenwerking en richten zich op communicatie en bewustwording rondom loodvrij vissen, zetten zich in om op Europees niveau tot maatregelen te komen om een loodvrije sportvisserij te realiseren en bevorderen het gebruik van loodvervangers. Waar nodig wijzen zij een trekker aan die de actie primair oppakt.

Artikel 3. Organisatie

  • 1. Partijen zullen met elkaar overleggen in een periodiek overleg.

  • 2. Het periodiek overleg zal bestaan uit vijf deelnemers, die elk een Partij vertegenwoordigen. De deelnemer die Sportvisserij Nederland vertegenwoordigt, oefent tevens het voorzitterschap uit. Hierbij geldt dat:

    • a. de deelnemers zich kunnen laten vervangen door een andere vertegenwoordiger van de betreffende Partij;

    • b. indien nieuwe Partijen tot deze samenwerkingsovereenkomst toetreden als bedoeld in artikel 11, zij een vertegenwoordiger als deelnemer van het periodiek overleg kunnen laten aansluiten.

  • 3. In het periodiek overleg zullen de deelnemers de volgende werkzaamheden uitvoeren:

    • a. het bewaken van de voortgang van de uitvoering van de doelstellingen;

    • b. het bespreken van de stand van zaken omtrent de lopende activiteiten; en

    • c. het bezien of bijsturing nodig is of nieuwe acties moeten worden ondernomen ter bevordering van de naleving van de doelstellingen.

  • 4. De deelnemers komen minimaal twee keer per jaar bijeen om een periodiek overleg te voeren. De deelnemers worden ondersteund door een secretariaat dat wordt gevoerd door Sportvisserij Nederland. Het secretariaat draagt zorg voor de organisatie van vergaderingen en de verslaglegging hiervan.

  • 5. Sportvisserij Nederland draagt zorg voor de organisatie van het secretariaat. Iedere Partij draagt verder de eigen kosten voor de uitvoering van haar doelstellingen en de inzet van zijn of haar eigen deelnemer, tenzij anders wordt overeengekomen.

II. INZET EN ACTIES VAN PARTIJEN VOOR GEZAMENLIJKE AANPAK

Artikel 4. Communicatie en bewustwording loodvrij vissen

  • 1. Partijen realiseren en continueren (en verbeteren waar nodig) de gezamenlijke communicatiestrategie die als doel heeft sportvissers bewust te laten worden van:

    • a. de meerwaarde van loodvrij vissen;

    • b. het groeiende aanbod van loodvervangers;

    • c. de effecten van het gebruik van lood op het milieu;

    • d. de gevolgen voor de gezondheid van de gebruiker van lood.

  • 2. Onderdelen van deze communicatiestrategie zijn in elk geval:

    • a. voortzetten van de bestaande bewustwordingscampagne gericht op hengelsportverenigingen en sportvissers met onder andere publicaties en (gratis) advertorials in Hét VISblad, andere externe hengelsportmedia, VIS TV en sociale media (trekker: Sportvisserij Nederland);

    • b. voortzetten van het informeren van de retailketen over ontwikkelingen op het gebied van loodvrij vissen (trekker: Sportvisserij Nederland en na besluitvorming van de Europese Unie betreffende restrictie ook I&W en VWS);

    • c. voortzetten van de promotie van loodvrij vissen bij viswedstrijden en andere evenementen. Het streven is om bij zoveel mogelijk viswedstrijden ook daadwerkelijk loodvrij te vissen (trekker: Sportvisserij Nederland);

    • d. verduidelijken wenselijkheid van verschillende materialen als loodalternatieven richting sportvissers en de retailketen (trekkers: I&W, Unie van Waterschappen en Sportvisserij Nederland).

Artikel 5. Stimulerende maatregelen

Partijen zetten zich in om loodvrij vissen te stimuleren. Zij streven om dit te doen door:

  • a. het stimuleren van de beschikbaarheid van milieuvriendelijke loodvervangers en het verkennen van wettelijke mogelijkheden, waarbij monitoring van (de afname van) het loodgebruik van belang is; en

  • b. zich in te zetten om nieuwe mogelijkheden te identificeren die de transitie naar loodvrij vissen kunnen versnellen.

Artikel 6. Europees traject

Met het restrictievoorstel van het ECHA is een traject gestart voor mogelijke Europese regelgeving om loodgebruik te beperken. Partijen verwachten dat de Europese Commissie voor 31 december 2024 een besluit neemt over een voorstel voor een gebruiks- en verkoopverbod van vislood in de Europese Unie in lijn met het voorstel van het ECHA. Partijen spannen zich in om de werkzaamheden van de Commissie te ondersteunen. De als trekker genoemde Partijen:

  • a. zetten zich in om op Europees niveau tot maatregelen te komen om een visloodvrije sportvisserij te realiseren (trekkers: I&W en VWS);

  • b. zetten in op Europese bewustwording ten aanzien van het gebruik van loodvervangers door sportvissers, zodat andere zware en milieubezwaarlijke stoffen worden gemeden (trekkers: I&W en Unie van Waterschappen);

  • c. verkennen mogelijke vervolgstappen afhankelijk van de uitkomst van het Europees traject inzake een verkoop- en gebruiksverbod van vislood in de sportvisserij (trekkers: I&W, VWS en LNV).

Artikel 7. Bijdragen per Partij

  • 1. Sportvisserij Nederland is bereid om:

    • a. de secretariële werkzaamheden van het secretariaat voor het periodiek overleg bedoeld in artikel 3 op zich te nemen en in de kosten daarvan te voorzien, het periodiek overleg voor te zitten en de verslaglegging van het overleg te verzorgen;

    • b. mediabudget en advertentieruimte beschikbaar te stellen voor (het promoten van) een loodvrije sportvisserij;

    • c. budget beschikbaar te stellen voor het aanschaffen en verspreiden van loodvervangers ter promotie en stimulering van loodvrij vissen; en

    • d. commerciële visvijvers/visparken te stimuleren om de transitie naar loodvrij vissen te maken.

  • 2. De Unie van Waterschappen is bereid om waterschappen te stimuleren om bij te dragen aan lokale projecten, initiatieven en campagnes om loodgebruik terug te dringen en loodvervangers te promoten. Daarnaast zal de Unie van Waterschappen kennisuitwisseling organiseren over succesvolle maatregelen (bijvoorbeeld om te komen tot loodvrije waterlichamen).

  • 3. I&W is de nationale bevoegde instantie als bedoeld in de Europese Verordening REACH en is daardoor in Nederland het eerste aanspreekpunt voor het restrictievoorstel van ECHA en de besluitvorming hierover door de Europese Commissie. I&W, in het bijzonder Rijkswaterstaat van het Ministerie van I&W, zet zich in de context van de Kaderrichtlijn Mariene Strategie (KRM) in voor vermindering van lood in de sportvisserij op zee door middel van een inventarisatie van beschikbare alternatieven voor lood per type zeesportvisserij. Ook wordt er in KRM verband ingezet op communicatie om de bewustwording van de impact van lood en bewustwording van loodvervangers te vergroten.

  • 4. LNV is bereid om met inachtneming van de relevante wettelijke kaders en procedures zorg te dragen voor het continueren van de bestaande screening- en logboekonderzoeken naar loodgebruik. Uitgangspunt daarbij is het screeningonderzoek van december 2021 en december 2023. Het logboekonderzoek wordt gehouden over de periode maart 2022-februari 2023. LNV informeert de deelnemers over de uitkomsten hiervan.

  • 5. VWS is bereid om de mogelijkheden te verkennen om de verkoop van visloodmallen, die worden gebruikt bij het zelf verwerken van vislood, te verbieden in de Warenwet.

Artikel 8. Gegevensuitwisseling

Voor het uitwisselen van persoonsgegevens of andere gegevens in het kader van deze samenwerkingsovereenkomst, zoals bedrijfsgegevens, concurrentiegevoelige informatie, en de verwerking daarvan maken Partijen zodanige afspraken dat wordt voldaan aan de eisen die de van toepassing zijnde Europese en nationale wet- en regelgeving, zoals de Algemene Verordening Gegevensbescherming en de Wet open overheid, daaraan stelt.

III. SLOTBEPALINGEN

Artikel 9. Wijzigingen

  • 1. Indien het in artikel 6 bedoelde traject voor 31 december 2024 resulteert in een voorstel van de Europese Commissie voor een gebruiks- en verkoopverbod van vislood in de Europese Unie, zullen Partijen in overleg treden om te bezien of de gemaakte afspraken omtrent het nastreven van de doelstellingen van deze samenwerkingsovereenkomst moeten worden herzien of gewijzigd.

  • 2. Een verzoek tot wijziging van de samenwerkingsovereenkomst kan, indien mogelijk, op verzoek van een der Partijen schriftelijk plaatsvinden aan de andere Partijen. Partijen treden in overleg binnen zes weken nadat een Partij de wens daartoe schriftelijk aan de ander heeft meegedeeld. Iedere wijziging behoeft de schriftelijke instemming van alle Partijen.

  • 3. De wijziging en de verklaringen tot instemming worden in afschrift als bijlagen aan de samenwerkingsovereenkomst gehecht en worden hiermee tot integraal onderdeel van de samenwerkingsovereenkomst gemaakt.

Artikel 10. Evaluatie

Partijen zullen de uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst evalueren medio 2024. Deze evaluatie resulteert in één eindverslag.

Artikel 11. Toetreding van nieuwe Partijen

  • 1. Er kunnen nieuwe Partijen toetreden tot deze samenwerkingsovereenkomst. Een toetredende Partij dient de bepalingen uit deze samenwerkingsovereenkomst die op haar van toepassing zijn, zonder voorbehoud te aanvaarden, het doel in artikel 2 volledig te onderschrijven en een betekenisvolle en concrete bijdrage kunnen leveren aan het bereiken hiervan.

  • 2. Een nieuwe Partij maakt haar schriftelijke verzoek tot toetreding, met daarin opgenomen haar concrete bijdrage en inzet zoals bedoeld in artikel 7, schriftelijk bekend aan Sportvisserij Nederland.

  • 3. Zodra alle Partijen schriftelijk hebben ingestemd met het verzoek tot toetreding, ontvangt de toetredende Partij de status van Partij bij de samenwerkingsovereenkomst en gelden voor die Partij de bepalingen van de samenwerkingsovereenkomst die op haar van toepassing zijn.

  • 4. Het verzoek tot toetreding met daarin opgenomen de eventuele bijdrage en inzet (inclusief financiële en juridische gevolgen) en de verklaring tot instemming van de Partijen worden als bijlage aan de samenwerkingsovereenkomst gehecht en maken hiervan een onlosmakelijk onderdeel uit. De (zakelijke inhoud van de) wijziging wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 12. Opzegging

  • 1. Elke Partij kan deze samenwerkingsovereenkomst met inachtneming van een opzegtermijn van 1 maand schriftelijk opzeggen. Opzegging dient afzonderlijk te geschieden aan ieder der Partijen.

  • 2. Wanneer een Partij de samenwerkingsovereenkomst opzegt, blijft de samenwerkingsovereenkomst voor de overige Partijen in stand voor zover de inhoud en de strekking ervan zich daartegen niet verzetten.

Artikel 13. Nakoming en escalatieregeling

  • 1. Partijen komen overeen dat de nakoming van deze samenwerkingsovereenkomst niet in rechte afdwingbaar is.

  • 2. Indien er sprake is van een geschil, maakt één van de Partijen daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding aan de andere Partijen, waarna Partijen binnen 6 weken na een zodanige melding met elkaar in overleg treden om te bezien of in der minne een oplossing van het geschil kan worden gevonden.

  • 3. Indien sprake is van omstandigheden die van dien aard zijn dat deze samenwerkingsovereenkomst billijkheidshalve behoort te worden gewijzigd dan wel van onvoorziene omstandigheden die wezenlijke gevolgen hebben voor de uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst, maakt één van de Partijen daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding aan de andere Partijen, waarna Partijen over de noodzaak van wijziging of beëindiging van deze samenwerkingsovereenkomst in overleg treden.

Artikel 14. Inwerkingtreding en openbaarmaking

  • 1. Deze samenwerkingsovereenkomst treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening door alle Partijen en loopt tot en met 31 december 2024. Uiterlijk drie maanden voor de laatstgenoemde datum treden Partijen in overleg over voorzetting van deze samenwerkingsovereenkomst aan de hand van de in artikel 10 bedoelde evaluatie.

  • 2. Deze samenwerkingsovereenkomst wordt na ondertekening gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 15. Ondertekening in verschillende exemplaren

Deze samenwerkingsovereenkomst kan worden ondertekend in verschillende exemplaren, die samengevoegd hetzelfde rechtsgevolg hebben als wanneer deze afspraken zouden zijn ondertekend door alle ondertekenaars in één exemplaar.

Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend,

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, namens deze, de directeur-generaal Water en Bodem, J.H. Slootmaker

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, namens deze, de directeur-generaal Volksgezondheid, M. Sonnema

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit namens deze, de waarnemend directeur-generaal Natuur, Visserij en Landelijk gebied, D.L.M. Slangen

De Unie van Waterschappen, vertegenwoordigd door de vicevoorzitter, S. Mager

Sportvisserij Nederland, vertegenwoordigd door de secretaris-directeur, J. Bongers

Naar boven