Besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 24 juni 2022, nummer WBV 2022/15, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Gelet op de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit 2000 en het Voorschrift Vreemdelingen 2000;

Besluit:

ARTIKEL I

De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

Paragraaf C7/10 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

10. Het asielbeleid ten aanzien van Colombia

10.1. Besluitmoratorium

Geen bijzonderheden.

10.2. Artikel 1F Vluchtelingenverdrag

Geen bijzonderheden.

10.3. Vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag

10.3.1. Groepsvervolging in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

Geen bijzonderheden.

10.3.2. Risicogroepen in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

Geen bijzonderheden.

10.4. Ernstige schade in de zin van artikel 29, eerste lid, onder b, Vw

10.4.1. Uitzonderlijke situatie in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

10.4.2. Systematische blootstelling in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

10.4.3. Kwetsbare minderheidsgroepen in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

10.5. Bescherming

10.5.1. Bescherming door autoriteiten en/of internationale organisaties in de zin van paragraaf C2/3.4 Vc

De IND neemt aan dat het voor een Colombiaanse vreemdeling in het algemeen mogelijk is de bescherming van de autoriteiten en/of internationale organisaties te verkrijgen.

Voor de volgende categorie neemt de IND aan dat het niet mogelijk is de bescherming van de autoriteiten of internationale organisaties te verkrijgen:

  • vrouwen die aannemelijk hebben gemaakt dat zij te vrezen hebben voor huiselijk geweld.

10.5.2. Binnenlands beschermingsalternatief in de zin van paragraaf C2/3.4 Vc

De IND neemt ten aanzien van Colombia in het algemeen een binnenlands beschermingsalternatief aan.

De IND neemt aan dat geen binnenlands beschermingsalternatief aanwezig is voor personen die aannemelijk hebben gemaakt dat zij een gegronde vrees voor vervolging hebben of een reëel risico lopen op ernstige schade door:

  • de centrale overheid; of

  • (gewapende) groeperingen die landelijk opereren.

10.6. Adequate opvang alleenstaande minderjarige vreemdelingen

De IND beoordeelt aan de hand van paragraaf B8/6 Vc of adequate opvang voor amv’s aanwezig is.

Voor Colombia geldt in ieder geval dat algemene opvangvoorzieningen niet beschikbaar en/of toereikend zijn.

Ondanks voornoemd uitgangspunt, kan in een voorkomend geval – na onderzoek – worden vastgesteld dat adequate opvang beschikbaar is en kan worden gerealiseerd.

10.7. Vertrekmoratorium

Geen bijzonderheden.

10.8. Bijzonderheden

Geen bijzonderheden.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal (met de toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 24 juni 2022

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, namens deze, J.W.H.M. Beaujean directeur-generaal Migratie

TOELICHTING

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft in zijn brief van 27 mei 2022 aan de Tweede Kamer gemeld dat hij het landgebonden beleid voor Colombia aanpast. Deze aanpassing vindt plaats op basis van informatie in het algemeen ambtsbericht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken van 28 maart 2022 over de situatie in Colombia.

Aanpassing betreft de beleidsregels met betrekking tot bescherming van de autoriteiten en/of internationale organisaties; de aanwezigheid van een beschermingsalternatief in Colombia; en alleenstaande minderjarige vreemdelingen.

Voor de inhoudelijke onderbouwing wordt verder verwezen naar bovengenoemde brief aan de Tweede Kamer.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, namens deze, J.W.H.M. Beaujean directeur-generaal Migratie

Naar boven