Regeling van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 14 september 2022, nr. WJZ/ 22191081, tot wijziging van de Regeling specifieke uitkering MIT 2021 in verband met wijzigingen maximale bijdrages aan MIT regelingen

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 3, eerste lid, van de Kaderwet EZK- en LNV-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling specifieke uitkering MIT 2021 wordt als volgt gewijzigd:

A

In bijlage 1 worden de rijen

Noord-Brabant

Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland 2021–2025

Limburg

Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland 2021–2025

Zeeland

Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland 2021–2025

vervangen door:

Limburg / Noord-Brabant / Zeeland

Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland 2021–2025

B

In bijlage 2 worden de rijen

Noord-Brabant

€ 4.483.000

Limburg

€ 1.896.000

Zeeland

€ 775.000

vervangen door:

Limburg / Noord-Brabant / Zeeland

€ 7.154.000

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 14 september 2022

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

TOELICHTING

1. Aanleiding en inhoud van de regeling

De subsidiemodule MKB innovatiestimulering topsectoren (hierna: subsidiemodule MIT), opgenomen in 3.4 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies (hierna: RNES), heeft als doel om de maatschappelijke uitdagingen die voortkomen uit het Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid aan te pakken. Voor een succesvolle aanpak van maatschappelijke uitdagingen en het versterken van het verdienvermogen, zijn technologische doorbraken en sleuteltechnologieën van groot belang. De economische kansen die maatschappelijke uitdagingen bieden en de ambitie om ook internationaal een vooraanstaande rol te spelen bij een aantal sleutel-technologieën, staan centraal in de vernieuwde topsectorenaanpak. De innovatiekracht van het midden- en kleinbedrijf (hierna: MKB) speelt daarbij een belangrijke rol.

De subsidiemodule MIT wordt deels regionaal uitgevoerd en ten behoeve van deze regionale uitvoering heeft de Minister van Economische Zaken en Klimaat middelen aan provincies beschikbaar gesteld in de Regeling specifieke uitkering MIT 2021.

De regionale MIT-regeling van de provincies Limburg, Noord-Brabant en Zeeland wordt onder de titel ‘Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland 2021–2025’ samen uitgevoerd door Stimulus, de uitvoeringsorganisatie van Noord Brabant. In samenspraak met de drie provincies en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat is de rijksbijdrage voor de provincies Limburg, Noord-Brabant en Zeeland ten behoeve van de regionale MIT-regeling overgemaakt aan Noord-Brabant/Stimulus. Hierbij is beoogd dat alleen Noord-Brabant voor deze middelen single information, single audit (hierna: SiSa) verantwoording aflegt. De separate plafonds in de bijlage bij de regeling en de hierop volgende beschikkingen aan deze drie provincies maken echter dat dit niet mogelijk is. Om SiSa verantwoording van de provincie Noord-Brabant voor de besteding van het volledige bedrag mogelijk te maken moet de bijlage met de maximum bedragen per provincies worden aangepast. Met de onderhavige regeling worden de rijen in bijlage 1 waar regionale MIT-regelingen genoemd worden en de rijen in bijlage 2 met maximum bedragen voor de provincies Limburg, Noord-Brabant en Zeeland samengevoegd.

2. Inwerkingtreding

De onderhavige regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Met de datum van inwerkingtreding wordt afgeweken van de systematiek van de vaste verandermomenten, inhoudende dat ministeriële regelingen met ingang van de eerste dag van een kwartaal in werking treden en twee maanden voordien bekend worden gemaakt. Dat kan in dit geval worden gerechtvaardigd, omdat de doelgroep van de regeling gebaat is bij spoedige inwerkingtreding.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

Naar boven