Regeling van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport van 21 juni 2022, kenmerk 3382194-1030917-LZ, houdende wijziging van de Regeling langdurige zorg in verband met voorzien in de mogelijkheid tot verhoging van het pgb in geval van logeeropvang, het jaarlijks indexeren van de pgb bedragen en enkele andere wijzigingen

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,

Gelet op de artikelen 3.6.3 en 3.6.7 van het Besluit langdurige zorg;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling langdurige zorg wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 5.1d worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 3. De Wlz-uitvoerder kan extra kosten toestaan indien de verzekerde een behoefte heeft aan logeeropvang waarbij, naar het oordeel van de Wlz-uitvoerder, extra kosten noodzakelijk zijn.

  • 4. Het zorgkantoor kan het persoonsgebonden budget verhogen indien de verzekerde een behoefte heeft aan logeeropvang waarbij, naar het oordeel van de Wlz-uitvoerder, extra kosten noodzakelijk zijn.

B

Artikel 5.13 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 4.724’ vervangen door ‘€ 4.939’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 4.295’ vervangen door ‘€ 4.490’.

C

Artikel 5.15 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, wordt ‘101,55%’ vervangen door ‘104,55%’.

2. In het eerste, tweede en derde lid wordt ‘2021’ telkens vervangen door ‘2022’.

D

In artikel 5.15a, eerste lid, wordt ‘ten hoogste € 324.073’ vervangen door ‘ten hoogste € 338.818’.

E

Artikel 5.17 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel b, wordt ‘€ 4.724’ vervangen door ‘€ 4.939’.

2. In het tweede lid wordt ‘begeleiding of behandeling ontvangt indien een persoonsgebonden budget verleend is voor begeleiding groep inclusief vervoer of indien de verzekerde blijkens het indicatiebesluit is aangewezen op een zorgzwaartepakket VV’ vervangen door ‘begeleiding in groepsverband of behandeling in groepsverband ontvangt, indien de zorgaanbieder niet verantwoordelijk is voor dat vervoer op grond van een inkoopafspraak met de Wlz-uitvoerder’

F

Artikel 5.22 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, wordt ‘€ 21,68’ vervangen door ‘€ 22,67’.

2. In het tweede lid, aanhef, wordt ‘€ 68,30’ vervangen door ‘€ 71,41’ en wordt ‘€ 62,88’ vervangen door ‘€ 65,76’.

G

Artikel 9.3d vervalt.

H

Bijlage H komt te luiden overeenkomstig de bijlage bij deze regeling.

I

Bijlage I vervalt.

ARTIKEL II

  • 1. Deze regeling treedt voor artikel I, onderdelen a, g en i in werking per 1 juli 2022 en treedt voor artikel I, onderdelen b, c, d, e, f en h in werking per 1 januari 2023.

  • 2. Onderdeel a werkt terug tot en met 1 januari 2022.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

BIJLAGE H

Zorgprofiel

ZZP

Wel of geen begeleiding groeps

Persoonlijke verzorging

Verpleging

Begeleiding individueel

Begeleiding groeps

Huishoudelijke hulp

Totaal

Verpleging en verzorging

               
 

1VV

nvt

€ 1.853

€ 4.759

€ 7.375

€ –

€ 4.155

€ 18.142

 

2VV

nvt

€ 10.174

€ 9.517

€ 2.459

€ –

€ 4.155

€ 26.305

 

3VV

nvt

€ 15.733

€ 4.759

€ 7.375

€ –

€ 4.155

€ 32.022

Beschut wonen met intensieve begeleiding en uitgebreide verzorging

4VV

nvt

€ 15.733

€ 9.517

€ 13.499

€ –

€ 4.155

€ 42.904

Beschermd wonen met intensieve dementiezorg

5VV

nvt

€ 15.733

€ 17.449

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 58.211

Beschermd wonen met intensieve verzorging en verpleging

6VV

nvt

€ 15.733

€ 17.449

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 58.211

Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op begeleiding

7VV

nvt

€ 15.733

€ 17.449

€ 35.580

€ –

€ 4.155

€ 72.917

Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op verzorging en verpleging

8VV

nvt

€ 21.258

€ 17.449

€ 44.163

€ –

€ 4.155

€ 87.025

                 

Licht verstandelijk gehandicapt

               

Wonen met begeleiding en verzorging

1LVG

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ –

€ 20.874

€ 3.032

€ 4.155

€ 33.620

 

1LVG

ja, met vervoer

€ 5.559

€ –

€ 20.874

€ 3.397

€ 4.155

€ 33.985

Wonen met behandeling en begeleiding

2LVG

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ –

€ 35.580

€ 3.032

€ 4.155

€ 48.326

 

2LVG

ja, met vervoer

€ 5.559

€ –

€ 35.580

€ 3.397

€ 4.155

€ 48.691

Verstandelijk gehandicapt

1VG

nee

€ 5.559

€ –

€ 13.499

€ –

€ 4.155

€ 23.213

 

1VG

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ –

€ 13.499

€ 15.165

€ 4.155

€ 38.378

 

1VG

ja, met vervoer

€ 5.559

€ –

€ 13.499

€ 16.982

€ 4.155

€ 40.195

 

2VG

nee

€ 5.559

€ –

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 30.588

 

2VG

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ –

€ 20.874

€ 15.165

€ 4.155

€ 45.753

 

2VG

ja, met vervoer

€ 5.559

€ –

€ 20.874

€ 16.982

€ 4.155

€ 47.570

Wonen met begeleiding en verzorging

3VG

nee

€ 1.853

€ –

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 34.212

 

3VG

ja, zonder vervoer

€ 1.853

€ –

€ 28.204

€ 18.197

€ 4.155

€ 52.409

 

3VG

ja, met vervoer

€ 1.853

€ –

€ 28.204

€ 20.013

€ 4.155

€ 54.225

Wonen met begeleiding en intensieve verzorging

4VG

nee

€ 5.559

€ 1.585

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 39.503

 

4VG

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ 1.585

€ 28.204

€ 18.197

€ 4.155

€ 57.700

 

4VG

ja, met vervoer

€ 5.559

€ 1.585

€ 28.204

€ 20.013

€ 4.155

€ 59.516

Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verzorging

5VG

nee

€ 15.733

€ 4.759

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 52.851

 

5VG

ja, zonder vervoer

€ 15.733

€ 4.759

€ 28.204

€ 21.231

€ 4.155

€ 74.082

 

5VG

ja, met vervoer

€ 15.733

€ 4.759

€ 28.204

€ 23.048

€ 4.155

€ 75.899

Wonen met intensieve begeleiding, verzorging en gedragregulering

6VG

nee

€ 5.559

€ –

€ 35.580

€ –

€ 4.155

€ 45.294

 

6VG

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ –

€ 35.580

€ 24.264

€ 4.155

€ 69.558

 

6VG

ja, met vervoer

€ 5.559

€ –

€ 35.580

€ 26.082

€ 4.155

€ 71.376

(besloten) wonen met zeer intensieve begeleiding, verzorging en gedragsregulering

7VG

nee

€ 15.733

€ 1.585

€ 44.163

€ –

€ 4.155

€ 65.636

 

7VG

ja, zonder vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 44.163

€ 27.298

€ 4.155

€ 92.934

 

7VG

ja, met vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 44.163

€ 29.114

€ 4.155

€ 94.750

Wonen met begeleiding en volledige verzorging en verpleging

8VG

nee

€ 33.287

€ 9.517

€ 13.499

€ –

€ 4.155

€ 60.458

 

8VG

ja, zonder vervoer

€ 33.287

€ 9.517

€ 13.499

€ 21.231

€ 4.155

€ 81.689

 

8VG

ja, met vervoer

€ 33.287

€ 9.517

€ 13.499

€ 23.048

€ 4.155

€ 83.506

                 

Lichamelijk gehandicapt

               

Wonen met enige begeleiding en enige verzorging (2015)

1LG

nee

€ 5.559

€ 1.585

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 32.173

 

1LG

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ 1.585

€ 20.874

€ 18.197

€ 4.155

€ 50.370

 

1LG

ja, met vervoer

€ 5.559

€ 1.585

€ 20.874

€ 20.013

€ 4.155

€ 52.186

Wonen met begeleiding en enige verzorging

2LG

nee

€ 15.733

€ 1.585

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 42.347

 

2LG

ja, zonder vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 20.874

€ 18.197

€ 4.155

€ 60.544

 

2LG

ja, met vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 20.874

€ 20.013

€ 4.155

€ 62.360

Wonen met enige begeleiding en verzorging (2015)

3LG

nee

€ 15.733

€ 1.585

€ 13.499

€ –

€ 4.155

€ 34.972

 

3LG

ja, zonder vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 13.499

€ 21.231

€ 4.155

€ 56.203

 

3LG

ja, met vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 13.499

€ 23.048

€ 4.155

€ 58.020

Wonen met begeleiding en verzorging

4LG

nee

€ 15.733

€ 1.585

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 42.347

 

4LG

ja, zonder vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 20.874

€ 18.197

€ 4.155

€ 60.544

 

4LG

ja, met vervoer

€ 15.733

€ 1.585

€ 20.874

€ 20.013

€ 4.155

€ 62.360

Wonen met begeleiding en intensieve verzorgin

5LG

nee

€ 21.258

€ 4.759

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 51.046

 

5LG

ja, zonder vervoer

€ 21.258

€ 4.759

€ 20.874

€ 21.231

€ 4.155

€ 72.277

 

5LG

ja, met vervoer

€ 21.258

€ 4.759

€ 20.874

€ 23.048

€ 4.155

€ 74.094

Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verzorging

6LG

nee

€ 26.818

€ 9.517

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 61.364

 

6LG

ja, zonder vervoer

€ 26.818

€ 9.517

€ 20.874

€ 18.197

€ 4.155

€ 79.561

 

6LG

ja, met vervoer

€ 26.818

€ 9.517

€ 20.874

€ 20.013

€ 4.155

€ 81.377

Wonen met zeer intensieve begeleiding en zeer intensieve verzorging

7LG

nee

€ 26.818

€ 9.517

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 68.694

 

7LG

ja, zonder vervoer

€ 26.818

€ 9.517

€ 28.204

€ 15.165

€ 4.155

€ 83.859

 

7LG

ja, met vervoer

€ 26.818

€ 9.517

€ 28.204

€ 16.982

€ 4.155

€ 85.676

                 

Visueel gehandicapt

               

Wonen met enige begeleiding en enige verzorging (2015)

1ZGvis

nee

€ 5.559

€ –

€ 13.499

€ –

€ 4.155

€ 23.213

 

1ZGvis

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ –

€ 13.499

€ 18.197

€ 4.155

€ 41.410

 

1ZGvis

ja, met vervoer

€ 5.559

€ –

€ 13.499

€ 20.013

€ 4.155

€ 43.226

 

2ZGvis

nee

€ 5.559

€ –

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 37.918

 

2ZGvis

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ –

€ 28.204

€ 15.165

€ 4.155

€ 53.083

 

2ZGvis

ja, met vervoer

€ 5.559

€ –

€ 28.204

€ 16.982

€ 4.155

€ 54.900

Wonen met intensieve begeleiding en verzorging

3ZGvis

nee

€ 10.174

€ 4.759

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 47.292

 

3ZGvis

ja, zonder vervoer

€ 10.174

€ 4.759

€ 28.204

€ 15.165

€ 4.155

€ 62.457

 

3ZGvis

ja, met vervoer

€ 10.174

€ 4.759

€ 28.204

€ 16.982

€ 4.155

€ 64.274

Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verzorging

4ZGvis

nee

€ 26.818

€ 4.759

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 63.936

 

4ZGvis

ja, zonder vervoer

€ 26.818

€ 4.759

€ 28.204

€ 21.231

€ 4.155

€ 85.167

 

4ZGvis

ja, met vervoer

€ 26.818

€ 4.759

€ 28.204

€ 23.048

€ 4.155

€ 86.984

Wonen met zeer intensieve begeleiding en zeer intensieve verzorging

5ZGvis

nee

€ 26.818

€ 4.759

€ 35.580

€ –

€ 4.155

€ 71.312

 

5ZGvis

ja, zonder vervoer

€ 26.818

€ 4.759

€ 35.580

€ 21.231

€ 4.155

€ 92.543

 

5ZGvis

ja, met vervoer

€ 26.818

€ 4.759

€ 35.580

€ 23.048

€ 4.155

€ 94.360

                 

Auditief gehandicapt

               

Wonen met begeleiding en enige verzorging

1ZGaud

nee

€ 1.853

€ –

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 34.212

 

1ZGaud

ja, zonder vervoer

€ 1.853

€ –

€ 28.204

€ 24.264

€ 4.155

€ 58.476

 

1ZGaud

ja, met vervoer

€ 1.853

€ –

€ 28.204

€ 26.082

€ 4.155

€ 60.294

Wonen met intensieve begeleiding en verzorging

2ZGaud

nee

€ 21.258

€ 9.517

€ 44.163

€ –

€ 4.155

€ 79.093

 

2ZGaud

ja, zonder vervoer

€ 21.258

€ 9.517

€ 44.163

€ 27.298

€ 4.155

€ 106.391

 

2ZGaud

ja, met vervoer

€ 21.258

€ 9.517

€ 44.163

€ 29.114

€ 4.155

€ 108.207

Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verzorging

3ZGaud

nee

€ 33.287

€ 17.449

€ 44.163

€ –

€ 4.155

€ 99.054

 

3ZGaud

ja, zonder vervoer

€ 33.287

€ 17.449

€ 44.163

€ 27.298

€ 4.155

€ 126.352

 

3ZGaud

ja, met vervoer

€ 33.287

€ 17.449

€ 44.163

€ 29.114

€ 4.155

€ 128.168

Wonen met intensieve begeleiding en enige verzorging

4ZGaud

nee

€ 10.174

€ –

€ 44.163

€ –

€ 4.155

€ 58.492

 

4ZGaud

ja, zonder vervoer

€ 10.174

€ –

€ 44.163

€ 21.231

€ 4.155

€ 79.723

 

4ZGaud

ja, met vervoer

€ 10.174

€ –

€ 44.163

€ 23.048

€ 4.155

€ 81.540

                 

GGZ wonen

               

GGZ wonen met intensieve begeleiding

1GGZ-W

nee

€ 1.852

€ 1.585

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 35.796

 

1GGZ-W

ja, zonder vervoer

€ 1.852

€ 1.585

€ 28.204

€ 12.133

€ 4.155

€ 47.929

 

1GGZ-W

ja, met vervoer

€ 1.852

€ 1.585

€ 28.204

€ 13.582

€ 4.155

€ 49.378

GGZ wonen met intensieve begeleiding en verzorging

2GGZ-W

nee

€ 10.174

€ 4.759

€ 20.874

€ –

€ 4.155

€ 39.962

 

2GGZ-W

ja, zonder vervoer

€ 10.174

€ 4.759

€ 20.874

€ 12.133

€ 4.155

€ 52.095

 

2GGZ-W

ja, met vervoer

€ 10.174

€ 4.759

€ 20.874

€ 13.582

€ 4.155

€ 53.544

GGZ wonen met intensieve begeleiding en gedragsregulering

3GGZ-W

nee

€ 5.559

€ 4.759

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 42.677

 

3GGZ-W

ja, zonder vervoer

€ 5.559

€ 4.759

€ 28.204

€ 15.165

€ 4.155

€ 57.842

 

3GGZ-W

ja, met vervoer

€ 5.559

€ 4.759

€ 28.204

€ 16.982

€ 4.155

€ 59.659

GGZ wonen met intensieve begeleiding en intensieve verpleging en verzorging

4GGZ-W

nee

€ 15.733

€ 9.517

€ 28.204

€ –

€ 4.155

€ 57.609

 

4GGZ-W

ja, zonder vervoer

€ 15.733

€ 9.517

€ 28.204

€ 12.133

€ 4.155

€ 69.742

 

4GGZ-W

ja, met vervoer

€ 15.733

€ 9.517

€ 28.204

€ 13.582

€ 4.155

€ 71.191

TOELICHTING

Algemeen

1. Inleiding

Deze wijziging van de Regeling langdurige zorg (Rlz) bevat een viertal wijzigingen. Ten eerste krijgen uitvoerders meer ruimte voor maatwerk als cliënten die thuis Wlz-zorg krijgen, gebruik willen maken van logeeropvang. Ten tweede worden de toeslagen en tarieven behorende bij het pgb voor 2023 geïndexeerd conform de ontwikkeling van het prijspeil. Ten derde wordt verduidelijkt wanneer budgethouders de kosten van vervoer ten laste van het pgb kunnen brengen. Tot slot komen een artikel en bijlage bij de Rlz te vervallen, omdat deze materieel zijn uitgewerkt.

2. Wijzingen

Extra kosten bij logeeropvang

Met deze wijziging krijgen de zorgkantoren en Wlz-uitvoerders meer mogelijkheden om maatwerk toe te passen voor cliënten met een pgb en/of modulair pakket thuis (mpt) die gebruik maken van logeeropvang. Een deel van de thuiswonende Wlz-cliënten maakt gebruik van logeeropvang om de mantelzorgers te ontlasten. Indien de Wlz-uitvoerder de zorg inkoopt betreft het zorg binnen de leveringsvorm mpt. Ook kunnen budgethouders logeeropvang zelf inkopen met het pgb. De Wlz-uitvoerder (die beslist over mpt) en het zorgkantoor (dat beslist over de toekenning van het pgb) toetsen of de Wlz-zorg doelmatig en verantwoord thuis geleverd kan worden.

Aanleiding voor onderhavige wijziging van artikel 5.1d, derde lid, is een substantiële tariefverhoging van het maximumtarief voor logeren-ZEVMB die de NZa heeft doorgevoerd met ingang van 1 januari 2022 voor zorg in natura (waaronder dus mpt). Deze tariefwijziging maakt het mogelijk dat zorgaanbieders ook kostendekkend logeeropvang kunnen organiseren voor de complexe groep met een zeer ernstige verstandelijke en meervoudige beperkingen (ZEVMB).

Een gevolg van de wijziging is echter dat binnen het basisbedrag minder ruimte beschikbaar blijft voor het organiseren van de overige zorg thuis. De basisbedragen zijn de bedragen die per zorgprofiel beschikbaar zijn voor de kosten van mpt en pgb tezamen. Deze bedragen zijn het uitgangspunt bij het oordeel van het zorgkantoor en/of Wlz-uitvoerder of de Wlz-zorg doelmatig thuis geleverd kan worden en zijn opgenomen in bijlage H van de regeling. De tariefverhoging van de logeeropvang binnen het MPT legt een groter beslag op het basisbedrag waardoor er minder ruimte resteert voor de overige zorg waaraan de cliënt behoefte heeft. De onderhavige wijziging maakt het mogelijk dat de ZEVMB-cliënten met een pgb en/of mpt wiens zorgvraag niet is gewijzigd, gebruik kunnen blijven maken van logeeropvang zonder dat pgb of mpt voor de overige zorg naar beneden moet worden verlaagd of een aanvraag voor meerzorg moet worden gestart.

Zorgkantoren en Wlz-uitvoerders kunnen ook voor andere cliënten die logeren extra kosten toestaan en dus meer maatwerk toepassen. Dit is wenselijk aangezien cliënten soms afzien van logeeropvang, omdat dit een relatief dure voorziening is en daardoor een flink beslag legt op het basisbedrag. Er blijft dan minder ruimte over voor het organiseren van zorg waaraan behoefte is naast het logeren. Als die overige zorg in het gedrang komt, kan het zorgkantoor en/of Wlz-uitvoerder op grond van deze wijziging extra kosten toestaan. Voor begeleiding in groepsverband, behandeling in groepsverband of individuele behandeling waren daarvoor reeds mogelijkheden in de regeling opgenomen. Door nu ook extra kosten toe te staan bij logeeropvang wordt hierbij aangesloten. Hierdoor kunnen cliënten langer thuis, in hun eigen vertrouwde woning, blijven wonen, mits dit zorginhoudelijk verantwoord is.

Indexering

Met deze wijziging van de Rlz worden de toeslagen en tarieven behorende bij het pgb voor 2023 geïndexeerd conform de ontwikkeling van het prijspeil. Deze indexering betreft een kleine wijziging, in het artikelsgewijze deel van deze toelichting is uitgewerkt wel indexeringspercentage wordt toegepast en op welke onderdelen van de regeling dit ziet.

Kosten van vervoer naar dagbesteding met een pgb

Via onderhavige regeling is artikel 5.17, tweede lid, van de Rlz aangepast, omdat er uit de praktijk signalen waren dat het artikel onvoldoende duidelijk was. Deze wijziging beoogt te verduidelijken wanneer budgethouders het pgb mogen inzetten voor de kosten van vervoer nu onder de huidige uitvoeringspraktijk zorgkantoren niet meer per zorgvorm pgb verlenen. Daarnaast zijn enkele ongewenste beperkingen weggenomen.

Middels de huidige wijziging mag de budgethouder het vervoer met pgb inkopen in alle situaties waarin het vervoer van/naar de begeleiding- of behandeling in groepsverband niet door de Wlz-uitvoerder is ingekocht bij de aanbieder van begeleiding- behandeling in groepsverband. Hoewel bij de zorginkoop wel het uitgangspunt is dat de aanbieder ook het vervoer regelt, schrijft de Wlz niet voor dat dit verplicht is. Als de aanbieder het vervoer regelt, is het vanuit oogpunt van doelmatigheid wenselijk dat alle cliënten van dit aanbod gebruik maken. Wanneer de aanbieder van begeleiding- of behandeling in groepsverband het vervoer echter niet regelt, maakt de budgethouder veelal zelf een afspraak met een taxibedrijf. De nieuwe formulering maakt duidelijk dat de budgethouder dan de keuze heeft om dit vervoer vanuit het pgb in te kopen. De formulering van het oude artikel sloot dat uit in gevallen waarin geen pgb werd verleend voor begeleiding in groepsverband inclusief vervoer.

Omdat de nieuwe bepaling aansluit bij de feitelijke situatie en niet meer bij de verlening door het zorgkantoor is evenmin langer een uitzondering nodig voor cliënten met een VV-zorgprofiel. Deze uitzondering was aanvankelijk slechts gerechtvaardigd omdat er voor cliënten met een VV-zorgprofiel geen pgb-bedragen voor begeleiding in groepsverband bestaan. Daarom werd er dus door het zorgkantoor ook niet voor deze functie pgb verleend. Echter iemand met indicatie VV die met pgb thuis wilde blijven kon wel gewoon begeleiding in groepsverband met vervoer inkopen.

Daarnaast is ook een ongewenste beperking weggenomen om met pgb de kosten van vervoer naar behandeling in groepsverband te kunnen bekostigen. De voorwaarde dat er dan ook een pgb is verleend voor begeleiding groepsverband inclusief vervoer is komen te vervallen. Voor zowel vervoer naar- en van begeleiding in groepsverband als behandeling in groepsverband geldt nu dezelfde voorwaarde namelijk dat het bekostigen van vervoer met pgb is toegestaan indien het vervoer naar de begeleiding- of behandeling in groepsverband niet is ingekocht door het zorgkantoor.

Toelichting vervallen Artikel 9.3d

Artikel 9.3.d komt te vervallen aangezien per 1 januari 2021 de periode waarin het overgangsrecht voor Wlz-indiceerbaren in een ADL-woning van kracht was, is verstreken. De circa 50 cliënten ontvangen vanaf 1 januari 2021 vanuit de Zvw en Wmo de zorg waaraan zij behoefte hebben naast de ADL-assistentie in – en om de ADL-woning. Het overgangsrecht was getroffen voor cliënten woonachtig in een ADL-woning die op 31 december 2014 op grond van artikel 34 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ aanspraak hadden op ADL-assistentie en die daarnaast ten minste 25 uur per week individuele begeleiding, persoonlijke verzorging of verpleging nodig hadden en/of aangewezen waren op verpleging bij thuisbeademing. Deze cliënten konden op grond van het overgangsrecht tijdelijk de zorg naast de ADL-assistentie nog vanuit de Wlz ontvangen. Door de coronapandemie konden de benodigde indicaties vanuit de Zvw en Wmo niet tijdig worden gesteld en bleek het noodzakelijk het overgangsrecht met een half jaar te verlengen van 1 juli 2020 tot 1 januari 2021.

Toelichting vervallen bijlage I. Tarieventabel persoonsgebonden budget Wlz-indiceerbaren in een ADL-woning 2020

Deze tabel had ook betrekking op het overgangsrecht voor Wlz-indiceerbaren in een ADL-woning, zoals geregeld in artikel 9.3d van de regeling. De periode waarin overgangsrecht van kracht was, is per 1 januari 2021 verstreken. Om deze reden vervalt naast artikel 9.3d ook Bijlage I.

3. Uitvoeringsconsequenties

Het toestaan van meer maatwerkmogelijkheden heeft uitvoeringsconsequenties voor de zorgkantoren. ZN zal het landelijk format aanpassen op basis waarvan zorgaanbieders inzicht bieden in de te verlenen zorg thuis op basis van mpt, evenals het ‘Voorschrift Zorgtoewijzing’ waarin deze verandering wordt toegelicht. Indien de uitgaven voor logeeropvang er mede toe leiden dat voor de verantwoorde zorg thuis meer nodig is dan de beschikbare middelen, dan dient de aanvrager (de zorgaanbieder of de budgethouder) dit toe te lichten. Het zorgkantoor zal vervolgens een afweging maken of de extra kosten voor logeeropvang in verhouding staan tot de voordelen die het voor de cliënt heeft om de Wlz-zorg thuis te kunnen ontvangen. Zorgkantoren hebben aangegeven dat zij behoefte hebben aan meer kaders hiervoor. De komende periode zal hier met het Zorginstituut en ZN aan worden gewerkt.

4. Financiële aspecten

De financiële gevolgen van de wijzigingen voor Artikel I, onderdelen a en e, onder 2, zijn zeer beperkt en worden opgevangen binnen de groeiruimte van de vastgestelde contracteerruimte.

5. Administratieve lasten

De wijziging van de Regeling betreft voornamelijk een aantal louter technische wijzigingen, deze hebben geen gevolgen voor de regeldruk. Artikel I, onderdeel a, bevat wel een inhoudelijk wijziging zoals onder 2 ook is toegelicht. Verzekerden kunnen bij het zorgkantoor een aanvraag indienen voor extra kosten. Deze wijziging heeft verwaarloosbare regeldrukgevolgen. Het enige wat een verzekerden heeft te doen (en dit betreft echt een klein deel van de verzekerden, want het is alleen in geval van logeeropvang én budgetuitputting) is een aanvraag in te dienen bij het zorgkantoor.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

6. Inwerkingtreding

Artikel I, onderdelen a, gen i treden in werking per 1 juli 2022. Onderdeel a wordt terugwerkende kracht toegekend tot 1 januari 2022, omdat budgethouders reeds vanaf die datum zijn geconfronteerd met hogere tarieven voor zorg in natura en het toekennen van extra kosten vanaf 1 januari om die reden noodzakelijk kan zijn.

De onderdelen b, c, d, e, f en h treden in werking per 1 januari 2023. Dit betreft de indexeringen voor het nieuwe jaar. Ook de wijziging op grond van onderdeel e, onder 2, treedt op dat moment in werking zodat geen verwarring kan ontstaan over het moment waarop de besteding van het pgb voor vervoer mogelijk is.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel a

Aan artikel 5.1d worden twee artikelleden toegevoegd om te voorzien in de bevoegdheid voor de Wlz-uitvoerder respectievelijk het zorgkantoor om de bedragen te verhogen indien er sprake is van logeeropvang en de extra kosten noodzakelijk zijn. Er wordt dus beoordelingsruimte geboden om dit naar de omstandigheden van het geval te bezien. In het algemeen deel van toelichting wordt nader uitgewerkt waarom en wanneer deze situatie zich voordoet.

Artikel I, onderdelen b, c, d, e, f en h

Deze onderdelen indexeren de toeslagen en tarieven behorende bij het pgb naar het prijspeil in 2023. Het indexeringspercentage dat hierbij is gehanteerd bedraagt 4,55%. Tevens wordt bijlage H van de regeling op deze indexering aangepast.

Artikel I, onderdeel e, onder 2

Voor deze wijziging wordt verwezen naar het algemeen deel van de toelichting, waarin wordt toegelicht wat in artikel 5.17 is gewijzigd en waarom.

Artikel I, onderdeel g en i

Deze bepalingen komen te vervallen, omdat de overige bepalingen ten aanzien van ADL-ondersteuning reeds zijn vervallen. Derhalve zijn ook artikel 9.3d en bijbehorende Bijlage I materieel uitgewerkt.

Artikel II

Dit artikel voorziet in de inwerkingtreding van de voornoemde wijzigingen. Er bestaat geen noodzaak om af te wijken van de vaste verandermomenten. Alleen aan artikel I, onderdeel a, wordt terugwerkende kracht toegekend. Voor een toelichting hierop wordt verwezen naar het algemeen deel van de toelichting.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

Naar boven