Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 14 juni 2022, nr. WJZ/ 22203888, houdende wijziging van de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op de artikelen 15 en 19 van de Landbouwwet;

Besluit:

ARTIKEL I

Bijlage 3 bij de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel 4.8 komt te luiden:

4.8

artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen in samenhang met artikel 4, eerste lid, en Bijlage I, deel A, onder II, onder 4j en 5h, m.u.v. zinsnede ‘gewasbeschermingsmiddelen en’ van Verordening (EG) nr. 852/2004 in samenhang met artikel 2.2, tiende lid, onderdelen e en r, van de Wet dieren, alsmede artikel 2.1 van het Besluit diervoeders 2012 in samenhang met de artikelen 23 en 57, eerste lid, onderdeel e, van de Regeling diervoeders 2012, artikel 106, eerste lid, van Verordening (EU) 2019/6, artikel 1.21 van het Besluit houders van dieren, artikel 5.3, eerste lid, van het Besluit diergeneesmiddelen 2022 en de artikelen 3.7 en 3.9 van de Regeling diergeneesmiddelen 2022

Correcte toepassing

De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven toevoegingmiddelen voor diervoeders, diergeneesmiddelen en biociden correct toe te passen.

2. Onderdeel 4.12 komt te luiden:

4.12

artikel 2.2, tiende lid, onderdeel l, subonderdeel 4°, en onderdeel r, van de Wet dieren in samenhang met artikel 4, eerste lid, en Bijlage I, deel A, onder III, onder 8b van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met artikel 1.25 van het Besluit houders van dieren in samenhang met artikel 108, leden 1, 2, 3 en 5 van Verordening (EU) 2019/6 en artikel 17, zevende lid, van Verordening (EU) 2019/4

Registratie/ logboek behandeling bij dieren

De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven een registratie bij te houden van de ontvangst, de toepassing of de vervoedering van diergeneesmiddelen en gemedicineerde diervoeders, evenals andere behandelingen die de dieren hebben ondergaan, data van toediening of behandeling en wachttijden.

Bewaartermijn gegevens is 5 jaar, gerekend vanaf de dagtekening van de stukken.

3. Onderdeel 4.20 komt te luiden:

4.20

artikel 2.2, tiende lid, onderdelen e en r, artikel 2.8, eerste lid, onderdelen b en c, en artikel 2.25 van de Wet dieren in samenhang met artikel 106, eerste lid, van Verordening (EU) 2019/6, artikel 2.8 van het Besluit houders van dieren en artikel

8.5 van het Besluit diergeneesmiddelen 2022 in samenhang met artikel 5.3, eerste lid, aanhef en onder c van de Regeling diergeneesmiddelen 2022

Gebruik diergeneesmiddelen ivm vergunning, het verbod op het gebruik van verboden stoffen, correct gebruik, residuen en wachttijd

Het verbod op het gebruik van een diergeneesmiddel waarvoor geen vergunning is verstrekt.

Het verbod op het gebruik van verboden stoffen als genoemd in Verordening 37/2010.

Het verbod op het afleveren van een met diergeneesmiddelen behandeld dier dat een maximum residulimiet overschrijdt (MRL).

Het verbod om landbouwhuisdieren in de handel te brengen indien voorgeschreven wachttijd diergeneesmiddel niet in acht is genomen.

4. De onderdelen 5.1 tot en met 5.5 komen te luiden:

5.1

artikel 2.2, tiende lid, onder r, artikel 2.8, eerste lid, onder c, en artikel 2.25 van de Wet dieren in samenhang met artikel 4.3, eerste lid, van het Besluit diergeneesmiddelen 2022

Ongeoorloofd toepassen

Het verbod op het toepassen van diergeneesmiddel(en) die substanties met hormonale werking, thyreostatische werking of ß-agonisten bevat(ten), terwijl dit aan een dierenarts is voorbehouden.

5.2

artikel 106, eerste lid, van verordening 2019/6

Onjuist toepassen door dierenarts

Het verbod op gebruik door een dierenarts van diergeneesmiddelen in strijd met de voorschriften voor het in de handel brengen van het diergeneesmiddel.

5.3

artikel 2.9 van het Besluit houders van dieren

Toedienen groeibevorderaars

Het verbod om hormonen en beta-agonisten toe te dienen aan landbouwhuisdieren en aquacultuurdieren.

5.4

artikel 2.2, vijfde lid, van de Wet dieren

Houden behandelde dieren

De verplichting om alleen landbouwhuisdieren op het bedrijf te houden die zijn behandeld volgens de regels van de diergeneesmiddelenwetgeving.

5.5

artikel 5.3, lid 1, aanhef en onderdelen a, b en d van de Regeling diergeneesmiddelen 2022

Handel

Het verbod om landbouwhuisdieren, verwerkte producten of vlees van dieren waaraan op enigerlei wijze stoffen met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking alsmede beta-agonisten zijn toegediend, in de handel te brengen.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 28 januari 2022.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 14 juni 2022

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, H. Staghouwer

TOELICHTING

1. Inleiding

Per 1 januari 2015 is de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB van kracht (hierna: de uitvoeringsregeling). De uitvoeringsregeling geeft uitvoering aan de Europese verordeningen inzake de rechtstreekse betalingen van het Europese landbouwbeleid. De uitvoeringsregeling wordt op enkele onderdelen om de volgende redenen gewijzigd.

2. Beheerseisen (bijlage 3)

In bijlage 3 zijn de beheerseisen (RBE) van de uitvoeringsregeling opgenomen, waarvan een overtreding een randvoorwaardenkorting tot gevolg heeft.

Met ingang van 28 januari 2022 is de nieuwe EU-Diergeneesmiddelenverordening (Verordening (EU) 2019/6 van het Europees parlement en de Raad van 11 december 2018 betreffende diergeneesmiddelen en tot intrekking van Richtlijn 2001/82/EG (PbEU 2019, L 4) van toepassing. In verband met de inwerkingtreding van deze verordening zijn het Besluit diergeneesmiddelen en de Regeling diergeneesmiddelen vervangen door het Besluit diergeneesmiddelen 2022 en de Regeling diergeneesmiddelen 2022. In deze wijzigingsregeling zijn de randvoorwaarden die op deze regelgeving betrekking hebben hierop aangepast. Inhoudelijk is alleen de terminologie hier en daar gewijzigd.

3. Regeldruk

De gevolgen voor de regeldruk van de uitvoering van de rechtstreekse betalingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid zijn beschreven in de toelichting bij de uitvoeringsregeling. De onderhavige wijzigingsregeling brengt geen nieuwe of wijzigingen in informatieverplichtingen met zich.

4. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na publicatie en werkt terug tot en met 28 januari 2022. De wijzigingen van de randvoorwaarden vloeien voort uit gewijzigde Europese regelgeving, die met ingang van 28 januari 2022 van kracht is. De hierin opgenomen normen zijn ongewijzigd. Daarom is terugwerkende kracht tot 28 januari 2022 opgenomen. Dit stuit niet op bezwaren als er overtredingen van de gewijzigde randvoorwaarden in de periode tussen 28 januari en publicatie worden geconstateerd.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, H. Staghouwer

Naar boven