TOELICHTING
Algemeen deel
1. Aanleiding en inhoud van de wijziging
Jaarlijks wordt subsidie verleend aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba (Caribisch Nederland
of BES-eilanden) om de drinkwatertarieven te verlagen, de exploitatietekorten op de
afvalwatervoorziening Bonaire gedeeltelijk af te dekken en noodzakelijke investeringen
in de infrastructuur te doen. Daardoor worden de continuïteit, kwaliteit en toegankelijkheid
van de openbare drinkwatervoorziening en afvalwatervoorziening voor de bevolking zoveel
mogelijk geborgd en versterkt.
De Tijdelijke subsidieregeling drinkwater BES en rioolwaterzuiveringsinstallatie Bonaire
2018 tot en met 2024 (hierna: tijdelijke subsidieregeling) bevat de kaders voor deze
subsidieverlening, zoals de subsidiebedragen voor elk jaar, de doelen en de verstrekking
en verantwoording. De tijdelijke subsidieregeling wordt tweemaal per jaar gewijzigd,
mede afhankelijk van de begrotingscycli met voor- en najaarsnota en wijziging van
omstandigheden.
Aan de orde is nu een eerste wijziging voor 2022 met een beperkt aantal wijzigingen.
De wijziging omvat samengevat de volgende punten:
-
– verduidelijking dat de tijdelijke subsidieregeling niet alleen betrekking heeft op
het vaste gebruikstarief of wegtransporttarief maar ook op investeringen in de infrastructuur;
-
– verduidelijking dat het bij Saba ook om subsidie voor het transport van reverse osmosis
water gaat (een halffabricaat dat ontstaat na ontzilting van zeewater en waarmee drinkwater
wordt geproduceerd) en niet alleen om drinkwater;
-
– een nieuwe subsidiepost voor de tarieven van het door Saba zelf gebotteld (in flessen
verpakt) drinkwater;
-
– aanvulling of wijziging van bestaande subsidieposten. Dit o.a. naar aanleiding van
de middelen van het Coalitieakkoord en vanuit de IenW-begroting voor het structureel
bestendigen van de subsidies voor het verlagen van de drinkwatertarieven;
-
– mogelijkheid voor Saba om COVID-19 subsidie voor 2021 nog voor geheel 2022 te kunnen
aanwenden om schokeffecten op de tarieven te voorkomen;
-
– mogelijkheid voor Stuco (Sint Eustatius) om de subsidie voor investeringen in de infrastructuur
voor 2023 mede in 2024 te kunnen aanwenden (omdat de subsidie later dan gepland ontvangen
is en de werkzaamheden in verband daarmee doorlopen in 2024);
-
– een nieuwe bepaling die inhoudt dat de rekening en verantwoording voortaan via de
algemene systematiek van rekening en verantwoording van de begrotingen en uitgaven
van de eilandsbesturen verloopt (zodat geen afzonderlijke en naar verhouding kostbare
accountantsverklaringen voor alleen de subsidie nodig zijn); dit is met name voor
Saba van belang (daar is geen waterbedrijf);
-
– idem, voor de nutsbedrijven ((Water- en energiebedrijf Bonaire (WEB) en Stuco (Sint
Eustatius)) voor subsidiebedragen van in totaal ten hoogste 3 miljoen euro per jaar
(WEB zal bijvoorbeeld wel afzonderlijk rekening en verantwoording met aparte accountantsverklaringen
moeten blijven afleggen gezien de veel hogere subsidiebedragen).
Omdat de wijzigingsregeling mede op het lopende kalenderjaar ziet treedt deze met
terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2022 in werking.
2. Gevolgen en effecten
De wijziging strekt tot versterking van de continuïteit en de kwaliteit van de drinkwater-
en afvalwatervoorzieningen in Caribisch Nederland over een reeks van jaren door (aanvullende)
subsidie en meer flexibiliteit, waarbij drinkwatertarieven worden verlaagd, noodzakelijke
investeringen kunnen worden verricht en exploitatietekorten van de rioolwaterzuiveringsinstallatie
(RWZI) Bonaire gedeeltelijk worden afgedekt. Tevens strekt deze tot vermindering van
de regeldrukkosten doordat de openbare lichamen (i.c. het openbaar lichaam Saba) en
de nutsbedrijven (tot een jaarlijks maximum aan op grond van de regeling ontvangen
subsidies van € 3 miljoen) geen aparte accountantsverklaringen meer hoeven te overleggen
bij het afleggen van rekening en verantwoording. De wijzigingen hebben daarmee geen
of alleen licht positieve gevolgen voor de regeldruk. Om die reden is van toetsing
van deze aspecten afgezien.
Omdat het betreft regels voor subsidieverstrekking aan de openbare lichamen of nutsbedrijven
die in overleg met hen tot stand zijn gekomen is ook afgezien van toetsing op handhaafbaarheid
en uitvoerbaarheid. Ook is afgezien van internetconsultatie omdat sprake is van regelgeving
zonder noemenswaardige of alleen licht positieve gevolgen voor burgers, bedrijven
en instellingen (geen verandering in verplichtingen en rechten, administratieve lasten
of uitvoeringslasten) en omdat consultatie niet in betekenende mate kan leiden tot
aanpassing van het voorstel. Het betreft een ministeriële regeling die geen ingrijpende
verandering teweegbrengt in de rechten en plichten van burgers en bedrijven en ook
geen ingrijpende gevolgen heeft voor de uitvoeringspraktijk.
3. Inwerkingtreding
De wijzigingsregeling treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte
van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari
2022 in verband met de extra of langer aan te wenden subsidieverstrekking over het
kalenderjaar 2022 en de gewijzigde verantwoordingssystematiek die direct van toepassing
wordt (ook over kalenderjaren waarover nog rekening en verantwoording moet worden
afgelegd). Hiermee wordt afgeweken van de in artikel 4.17, tweede lid, van de Aanwijzingen
voor de regelgeving voor ministeriële regelingen genoemde vaste verandermomenten en
van de ingevolge het vierde lid van die aanwijzing in dit geval geldende minimuminvoeringstermijn
van twee maanden. Dit is vereist met het oog op het grote openbare belang van het
in stand houden en op doelmatige wijze in bedrijf houden van de drinkwatervoorziening
in Caribisch Nederland en het betaalbaar houden van de drinkwatervoorziening voor
de burger.
Artikelsgewijs
Wijziging artikelen 2 en 3 (artikel I, onderdelen A en B).
De wijzigingen van artikel 2, eerste lid, verduidelijken het doel en de reikwijdte
van de subsidie in lijn met de feitelijke situatie zoals deze zich heeft ontwikkeld
in de loop der jaren. De eerdere tekst is opgenomen in het nieuwe onderdeel a (subsidie
op het vaste gebruikstarief of wegtransporttarief). Daaraan toegevoegd is de verduidelijking
dat het voor Saba om gedeeltelijke vergoeding van de transportkosten voor reverse
osmosis water gaat. Met het oog op investeringen in de infrastructuur is onderdeel
c opgenomen. Voor subsidie voor het verlagen van de tarieven van door Saba zelf gebotteld
drinkwater (met ingang van 2022) is onderdeel b opgenomen.
De omschrijvingen en categorieën in de tabel ‘Budget subsidie drink- en afvalwater
Caribisch NL (bedragen x € 1.000)’ in artikel 3, eerste lid zijn met het oog hierop
gewijzigd en aangevuld. In het tweede lid is een voorziening opgenomen voor aanvullende
subsidie vanwege een kostenoverschrijding van de aanleg van de transportleiding op
Sint Eustatius (bedoeld in artikel 2, derde lid).
Concreet gaat het om de volgende rijen in de tabel in artikel 3, eerste lid:
-
– in rij c (voorheen: ‘Subsidie op drinkwater Saba’) is verduidelijkt dat dit subsidie
op transport reverse osmosis water betreft. Dit is sinds het inwerkingstellen van
de drinkwaterbottelfabriek (eind 2021) relevant, omdat het eiland nu ook zelf drinkwater
produceert en bottelt. De subsidie op het transport gaat niet daarover maar over het
reverse osmosis water. Dit was in het verleden ook al zo, alleen was er toen nog geen
drinkwaterbottelfabriek en was het onderscheid in definities dus minder relevant.
Bovendien zijn de aan te vragen bedragen tussen 2022, 2023 en 2024 verhoogd van € 93.000
naar € 100.000 per jaar;
-
– in rij m (voorheen ‘Extra subsidie op investering Sint Eustatius’ is verduidelijkt
dat het om investeringen in de drinkwatervoorziening gaat;
-
– rij ‘u. Extra subsidie afvalwater Bonaire in verband met vertraagde invoering afvalwaterheffing’
is toegevoegd om WEB te ondersteunen in de exploitatie van de rioolwaterzuiveringsinstallatie
(RWZI). Door een vertraagde invoering van afvalwaterheffing kan WEB de exploitatie
niet geheel rond krijgen en voor het tekort kan WEB gedeeltelijk en eenmalig extra
subsidie voor 2022 aanvragen;
-
– de eveneens nieuw toegevoegde rijen ’v. Extra subsidie op drinkwater Bonaire’ en ‘w.
Extra subsidie op drinkwater Sint Eustatius’ zien toe op noodzakelijke extra middelen
voor het verlagen van de drinkwatertarieven op Bonaire en Sint Eustatius;
-
– de nieuwe rij ‘x. Subsidie op drinkwater Saba’ betreft subsidie op het verlagen van
de prijs van gebotteld drinkwater op Saba. Sinds eind 2021 is de drinkwaterbottelfabriek
in werking en deze subsidie helpt met het verlagen van de aan afnemers doorberekende
tarieven zodat de gebottelde drinkwatervoorziening daarmee toegankelijker is;
-
– de nieuwe rij y tot slot ‘y. Subsidie op investeringen Saba’ betreft noodzakelijke
investeringen in de reverse osmosis faciliteiten en drinkwaterproductie- en distributievoorzieningen
op Saba;
-
– daarnaast gaat het om de genoemde aanvullende subsidie vanwege een kostenoverschrijding
van de aanleg van de transportleiding op Sint Eustatius, bedoeld in artikel 2, derde
lid. De aanleg diende te zijn voltooid voor 1 januari 2022 (artikel 5, eerste lid,
slotzin). In februari 2021 heeft STUCO melding gedaan van een financiële tegenvaller
die niet volledig aan henzelf te wijten was, maar door een incomplete begroting van
een derde partij. In het najaar van 2021 heeft de Minister van Infrastructuur en Waterstaat
besloten hiervoor maximaal en eenmalig € 100.000 te compenseren.
Wijziging artikel 5 (artikel I, onderdeel C)
Dit betreft de mogelijkheid om de COVID-19 subsidie voor Saba gedurende geheel 2022
te kunnen aanwenden om schokeffecten in de tarieven te kunnen voorkomen (wijziging
artikel 5, tweede lid). Daarnaast omvat dit meer flexibiliteit in de meerjarige investeringssubsidie
voor Sint Eustatius, zodat uitgekeerde subsidie over 2021 tot en met 2023 ook gedurende
2024 nog kan worden aangewend teneinde de met de subsidie beoogde doelen beter te
kunnen realiseren (wijziging artikel 5, tweede lid). Er is door een externe partij
(Vitens Evides International) een review gemaakt op de meerjaren investeringsstrategie
van STUCO en op basis daarvan is een planning gemaakt voor 2021 tot en met 2024. Echter
Stuco heeft de eerste subsidie pas eind 2021 ontvangen, doordat de genoemde planning
en review ook pas in het najaar van 2021 gereed waren. Hierdoor lijkt het niet haalbaar
alle activiteiten in 2023 al volledig af te ronden en is het realistischer om STUCO
ook in 2024 nog de tijd te geven de laatste activiteiten af te ronden. Gezien de omstandigheid
dat de activiteiten zijn verdeeld over een meerjarige subsidie van € 1,5 mln per jaar,
is het niet logisch een deel van het budget in de tabel voor 2024 te alloceren. In
plaats daarvan krijgt Stuco een jaar extra de tijd om de activiteiten af te ronden.
Om dezelfde redenen is ook een mogelijkheid opgenomen voor Saba om de subsidie voor
investeringen voor 2022 mede te kunnen aanwenden in 2023 (dit betreft rij ‘y. Subsidie
op investeringen watervoorziening Saba’. De aanleg van (drink)waterinfrastructuur
(i.c. een watertransportleiding) is tijdrovend en kan naar verwachting niet al in
2022 worden voltooid.
Wijziging artikel 7 (artikel I, onderdeel D)
Artikel 7, derde lid, is gewijzigd en aangevuld om een uitzondering te kunnen maken
voor de manier van verantwoording in het geval van lagere subsidiebedragen (tot maximaal
€ 3 miljoen per kalenderjaar voor nutsbedrijven en zonder bovengrens voor de openbare
lichamen). Het apart aanleveren van een financieel verslag met accountantsverklaring
brengt hoge administratieve lasten met zich mee die niet in verhouding staan tot de
hoogte van ontvangen subsidies op met name Saba en Sint Eustatius noch met hun organisatiegrootte.
Voor hen kan volstaan worden met de verantwoording in het kader van de begroting of
jaarstukken.
Voor nutsbedrijven betekent de wijziging dat een subsidieontvanger in geval van een
totaal aan ontvangen subsidie of subsidies lager dan € 3 miljoen gedurende het desbetreffende
kalenderjaar niet apart rekening en verantwoording hoeft af te leggen maar deze ook
kan afleggen door middel van de jaarrekening met het jaarverslag met de verklaring,
bedoeld in artikel 121 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek BES (wijziging artikel
7). Bij subsidie van in totaal meer dan € 3 miljoen dient nog wel een aparte accountantsverklaring
te worden overgelegd door een nutsbedrijf vanwege de omvang van de hiermee gemoeide
bedragen en de noodzakelijke transparantie in de rekening en verantwoording.
Indien de subsidieontvanger een openbaar lichaam is (zoals Saba) vindt de rekening
en verantwoording bij de subsidievaststelling steeds plaats via de algemene begrotingssystematiek
van rekening en verantwoording van de jaarrekening met verklaring, bedoeld in artikel
38 van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, en het
jaarverslag, bedoeld in artikel 13 van de genoemde wet. Reden is het beperkte risico
gezien de betrokken bedragen en de bestaande transparantie- en verantwoordingsstructuur
bij de openbare lichamen. Door de wijzigingen is in deze gevallen geen extra accountantsverklaringen
meer vereist maar kan de rekening en verantwoording voor deze subsidie via de algemene
systematiek plaatsvinden.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers