Mandaatbesluit Wet open overheid Nationale ombudsman

Gelet op het bepaalde in artikel 2.2, onder f van de Wet open overheid en titel 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht, besluit de Nationale ombudsman het navolgende vast te stellen:

Mandaatbesluit Wet open overheid Nationale ombudsman

Artikel 1 Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. De Nationale ombudsman:

de Nationale ombudsman zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid van de Wet Nationale ombudsman.

b. De Kinderombudsman:

de substituut-ombudsman zoals bedoeld in artikel 9, eerste lid van de Wet Nationale ombudsman.

c. De Veteranenombudsman:

de substituut-ombudsman zoals bedoeld in artikel 9, eerste lid van de Wet Nationale ombudsman.

d. De Directeur:

de directeur van het Bureau Nationale ombudsman.

e. De Woo-coördinator:

de contactpersoon zoals bedoeld in artikel 4.7 van de Wet open overheid.

f. Verzoek om informatie:

een verzoek om openbaarmaking zoals bedoeld in artikel 4.1 van de Wet open overheid.

g. Voorbereidingshandelingen:

beslissingen zoals bedoeld in:

  • Beoordelen of sprake is van een bijzonder verzoek om informatie in de zin van de artikelen 5.5, 5.6 en 5.7 van de Wet open overheid.

  • Preciseringsverzoek: het aangaan van overleg ter verduidelijking van het verzoek om informatie, zoals bedoeld in artikel 4.1, vijfde lid van de Wet open overheid.

  • Beoordelen of er sprake is van een derde-belanghebbende en deze in de gelegenheid te stellen een zienswijze op de te openbaren informatie kenbaar te maken, zoals bedoeld in artikel 4.4, derde lid van de Wet open overheid.

  • Beoordelen of sprake is van een situatie zoals bedoeld in de artikelen 9:36, vijfde lid en 9:36a van de Algemene wet bestuursrecht.

  • Beoordelen of sprake is van een omvangrijk verzoek om informatie en als zodanig met verzoeker te overleggen over de prioritering van de afhandeling van het verzoek, zoals bedoeld in artikel 4.2a van de Wet open overheid.

Artikel 2 Voorbereidingshandelingen

De Woo-coördinator is naar aanleiding van een verzoek om informatie, bevoegd tot het doen van de Voorbereidingshandelingen zoals bedoeld in artikel 1, onder g van dit besluit.

Artikel 3 Kinderombudsman en Veteranenombudsman

Dit besluit is eveneens van toepassing op documenten die behoren tot het taakveld van de Kinderombudsman, dan wel de Veteranenombudsman.

Artikel 4 Afstemming

Indien er bijzondere omstandigheden aanwezig zijn die daartoe nopen, vindt afstemming plaats met de Nationale ombudsman, Kinderombudsman of de Veteranenombudsman alvorens op het betreffende verzoek wordt beslist.

Artikel 5 Besluiten

De Directeur is bevoegd om, met inachtneming van het bepaalde in hoofdstuk 5 van de Wet open overheid, te besluiten op het verzoek om informatie.

Artikel 6 Slotbepalingen

Deze regeling wordt aangehaald als: Mandaatbesluit Wet open overheid Nationale ombudsman, en treedt in werking met ingang van 1 mei 2022.

De Nationale ombudsman, R. van Zutphen

Naar boven