Besluit van de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) van 9 mei 2022, nr. JBZ.22/0003716, houdende regels inzake de verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging betreffende de uitvoering van de Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15 (Besluit mandaat, volmacht en machtiging tolhefferstaken RDW, Staatscourant 2021, nr. 36029)

De directie van de RDW,

Overwegende dat het voor de doelmatige uitvoering van de aan hem gemandateerde taken wenselijk is dat ondermandaat, volmacht en machtiging wordt verleend;

Gelet op artikel 5 en 7 van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging tolhefferstaken RDW;

Besluit:

Artikel 1. (begripsbepalingen)

In dit Besluit wordt verstaan onder:

a. Directie:

de directie van de RDW, als bedoeld in artikel 4d van de Wegenverkeerswet 1994;

b. Bijlage:

de bijlage van dit besluit, welke een onlosmakelijk onderdeel daarvan uitmaakt;

c. Mandaatbesluit Tol:

Besluit mandaat, volmacht en machtiging tolhefferstaken RDW;

d. Minister:

Minister van Infrastructuur en Waterstaat;

e. Wet:

Wet tijdelijke tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15.

Artikel 2. (ondermandaat, volmacht en machtiging)

De Directie verleent ondermandaat, volmacht en machtiging volgens de bij dit besluit behorende Bijlage, met inachtneming van onderstaande bepalingen.

Artikel 3. (reikwijdte – algemeen)

• 1. De in de Bijlage vermelde functionarissen dienen bij de uitoefening van de bevoegdheden het gestelde in het Mandaatbesluit Tol en het ter zake vastgestelde beleid in acht te nemen.

• 2. De in de Bijlage vermelde functionarissen maken van het hen verleende ondermandaat, machtiging en volmacht uitsluitend gebruik, voor zover het aangelegenheden betreft die behoren tot hun werkterrein en die naar hun aard of inhoud niet een zodanig gewicht hebben dat zij behoren te worden afgedaan door de functionaris onder wie zij rechtstreeks ressorteren dan wel door de Directie.

• 3. De aan de in de Bijlage genoemde functionarissen verleende bevoegdheden kunnen slechts worden uitgevoerd door die waarnemers die door de Directie daartoe schriftelijk zijn aangewezen.

Artikel 4. (reikwijdte – volmacht en machtiging m.b.t. de Bijlage, onder II.)

• 1. Uitsluitend de Bijlage, onder II. genoemde functionarissen zijn bevoegd om offertes dan wel prijsopgaven bij derden aan te vragen, ten behoeve van het aangaan van de financiële verplichtingen waartoe zij krachtens dit mandaatbesluit bevoegd zijn.

• 2. De in de Bijlage, onder II. genoemde functionarissen maken van de aan hen verleende machtiging en volmacht uitsluitend gebruik met inachtneming van de geldende richtlijnen en procedures, waaronder het zorgdragen voor een vastlegging in de administratie van RDW van de verplichtingen die zijn aangegaan, conform de daarvoor geldende definities van kostensoorten.

Artikel 5. (voorbehouden bevoegdheden Directie)

• 1. Aan de Directie blijven voorbehouden:

  • a. de afdoening en ondertekening van beleidsregels;

  • b. de afdoening en ondertekening van circulaires die een verzoek, gericht tot een groep van personen of instanties buiten de overheid, om medewerking of inlichtingen bevatten;

  • c. de afdoening en ondertekening van stukken gericht aan de Algemene Rekenkamer;

  • d. het aangaan van nationale en internationale samenwerkingsverbanden;

  • e. het sluiten van bestuurlijke overeenkomsten;

  • f. het kwijtschelden van vorderingen;

  • g. het aangaan van verplichtingen in het kader van dienstverlening voor derden, met dien verstande dat deze verplichtingen ook mogen worden aangegaan door de in de artikelen 6 tot en met 11 van dit besluit genoemde functionarissen, voor zover ze de in deze artikelen bedoelde geldelijke belangen niet te boven gaan;

  • h. de aanschaf van onroerende zaken en het vervreemden van roerende en onroerende zaken.

• 2. Voorzover passend binnen het verleende ondermandaat is het reglement als bedoeld in artikel 4n van de Wegenverkeerswet 1994 is bij het uitoefenen van deze bevoegdheden van toepassing.

Artikel 6. (voorbehouden voor akkoord Directie)

Aan de Directie worden voor akkoordverklaring voorgelegd:

• brieven die bijvoorbeeld betrekking hebben op zwaarwegende financiële aspecten, aspecten van algemeen belang of die betreffen mailing aan grote groepen. Het betreft alle niet reguliere correspondentie, niet zijnde standaardbrieven. Deze brieven worden tevens voor redactie voorgelegd aan de afdeling Communicatie. Brieven van de afdeling Human Resources zijn hier van uitgezonderd.

Artikel 7. (uitsluiting personele aangelegenheden)

De in dit besluit omschreven ondermandatering en volmacht betreffen niet het aangaan van financiële verplichtingen op personeelsgebied, zoals het in vaste of tijdelijke dienst aannemen en bevorderen van medewerkers.

Voor de regelingen betreffende deze en andere personele aangelegenheden, zoals het verlenen van ontslag en het opleggen van disciplinaire straffen, wordt verwezen naar de ‘Mandaatregeling Human Resource bevoegdheden RDW’ en het ‘Rechtspositiereglement RDW’.

Artikel 8. (wijze van ondertekening)

• 1. Het in een document vastleggen van een besluit, een privaatrechtelijke rechtshandeling of een andere handeling, geschiedt op briefpapier van het ministerie met het hoofd:

  MINISTERIE VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT.

• 2. In geval van ondermandaat, luidt de ondertekening als volgt:

  DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

  namens deze,

  (gevolgd door de aanduiding van de ondergemandateerde functionaris).

• 3. Het krachtens ondermandaat, ondertekenen van automatisch gegenereerde stukken geschiedt als volgt:

  DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

  namens deze,

  (gevolgd door de aanduiding van de ondergemandateerde functionaris).

  Dit bericht is automatisch gegenereerd en bevat daarom geen handtekening.

• 4. In geval van volmacht luidt de ondertekening als volgt:

  NAMENS DE STAAT DER NEDERLANDEN

  DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

  namens deze,

  (gevolgd door de aanduiding van de gevolmachtigde functionaris).

• 5. Het krachtens volmacht ondertekenen van automatisch gegenereerde stukken geschiedt als volgt:

  NAMENS DE STAAT DER NEDERLANDEN

  DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

  namens deze,

  (gevolgd door de aanduiding van de gevolmachtigde functionaris).

  Dit bericht is automatisch gegenereerd en bevat daarom geen handtekening.

Artikel 9. (slotbepalingen)

• 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2022.

• 2. Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit ondermandaat, volmacht en machtiging tolhefferstaken RDW.

Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Zoetermeer, 9 mei 2022

De directie van de RDW, J. Woudstra Algemeen Directeur

Z. Baelde Directeur Bedrijfsvoering

BIJLAGE

I. Mandaat en machtiging tot het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen (artikel 2 Mandaatbesluit Tol)
	Omschrijving bevoegdheid	Mandaat en machtiging	Ondermandaat en machtiging	opmerkingen
1	Het verlenen van de ontheffing, bedoeld in artikel 6, derde lid, van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
2	Het innen van het toltarief op grond van artikel 7, eerste en tweede lid, onder a, van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
3	Het verzenden van de aanmaning, bedoeld in artikel 8 van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
4	Het kwijtschelden van het toltarief, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
5	Het verwerken van de gegevens, bedoeld in artikel 10 van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
6	Het opleggen van de bestuurlijke boete inclusief de daarop te vallen verhogingen, bedoeld in artikel 12 van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
7	Het uitvaardigen van het dwangbevel, bedoeld in artikel 12, zesde lid, van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering

II. Het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en voor de daarmee samenhangende feitelijke handelingen (artikel 3 Mandaatbesluit Tol)
	Omschrijving bevoegdheid	Volmacht en machtiging	Volmacht en machtiging	Financieel plafond exclusief btw
8	Uitvoering van werkzaamheden van de Minister in het kader van de wet.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
			Van de Divisie Tolheffing (i.o.):
			– Divisiemanagers	€ 500.000,–
			– Afdelingsmanagers	€ 50.000,– (1)
			– Projectmanagers	€ 12.500,– (1)
			– Unitmanagers	€ 12.500.– (1)
			– Teammanagers	€ 1.250,– (1)
			Van de Divisie ICT:
			– Divisiemanager	€ 250.000-
			– Afdelingsmanagers	€ 100.000,– (1)
			– Inkopers	€ 50.000,– (1)
			– Medewerkers Managementcontrol, met als taak operationele inkoop	€ 12.500,– (1)
			– Teammanagers	€ 12.500,– (1)
			– Vakgroepmanagers	€ 12.500,– (1)
			– Productowners	€ 12.500,– (1)
			Van de afdeling F&C:
			– Hoofd F&C	€ 50.000,– (1)
			– Tactisch Inkopers	€ 50.000,– (1)
			– Operationeel inkopers	€ 12.500,– (1)
			Van de afdeling P&S van de Divisie R&I:
			– Afdelingsmanager	€ 100.000,– (1)
			– unitmanager P&C	€ 12.500,– (1)
				Overige beperkingen: (1) Geldelijke belangen waarvan de financiële gevolgen een periode langer dan drie jaar overschrijden.
9	Voorbereidende werkzaamheden van de tolheffer voor de uitvoering van de toekomstige Wet implementatie EETS-richtlijn.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering Van de Divisie Tolheffing (i.o.):
			– Divisiemanager	€ 500.000,–
			– Afdelingsmanagers	€ 50.000,– (2)
			– Projectmanagers	€ 12.500,– (2)
			– Unitmanagers	€ 12.500.– (2)
			– Teammanagers	€ 1.250,– (2)
			Van de afdeling ICT:
			– Divisiemanager	€ 250.000,–
			– Afdelingsmanagers	€ 100.000,– (2)
			– Inkopers	€ 50.000,– (2)
			– Medewerkers Managementcontrol, met als taak operationele inkoop	€ 12.500,– (2)
			– Teammanagers	€ 12.500,– (2)
			– Vakgroepmanagers	€ 12.500,– (2)
			– Productowners	€ 12.500,– (2)
			Van de afdeling F&C:
			– Hoofd F&C	€ 50.000,– (2)
			– Tactisch In kopers	€ 50.000,– (2)
			– Operationeel inkopers	€ 12.500,– (2)
			Van de afdeling P&S van de Divisie R&I:
			– Afdelingsmanager	€ 100.000,– (2)
			– unitmanager P&C	€ 12.500,– (2)
				Overige beperkingen: (2) Geldelijke belangen waarvan de financiële gevolgen een periode langer dan drie jaar overschrijden.

III. Behandelen van bezwaar- en beroepschriften gericht tegen besluiten als hiervoor bedoeld onder I. en II. (artikel 4 Mandaatbesluit Tol)
	Omschrijving bevoegdheid	Mandaat en machtiging	Ondermandaat en machtiging	Opmerkingen
10	Het nemen van beslissingen op bezwaarschriften.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
11	Het instellen en behandelen van (hoger) beroep.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering
12	Het namens de Minister in rechte optreden.	Directie RDW	Algemeen Directeur Directeur Bedrijfsvoering

TOELICHTING

Algemeen

Met dit ondermandaatbesluit worden de door de Minister aan de Directie van RDW gemandateerde bevoegdheden, volmacht en machtiging in de organisatie belegd. Dit is toegestaan op basis van artikel 5 van het Mandaatbesluit Tol.

Bij de verlegging van de bevoegdheden is zoveel mogelijk aangesloten bij de reguliere (financiële) mandaatbesluiten van RDW. De opzet van dit ondermandaatbesluit is evenwel anders, omdat voor de opzet is aangesloten bij het Mandaatbesluit Tol. Door gebruikmaking van de structuur van de Bijlage is het voor de betrokken functionarissen binnen RDW meteen duidelijk welke bevoegdheden zij hebben ontvangen en (dus) welke ze niet hebben.

Aangezien de tolhefferstaken voor RDW nieuw zijn en dat hiervoor een nieuwe divisie wordt opgericht, is het nog niet helemaal duidelijk welke functionarissen een ondermandaat, volmacht en/of machtiging dienen te krijgen. Bovendien geldt dat een groot deel van de taken (o.m. Bijlage, onderdelen I. en III.) vooralsnog niet aan de orde zijn. Het mandaat daarvoor wordt daarom enkel ondergemandateerd aan beide directeuren afzonderlijk. De verdere ondermandatering in de RDW-organisatie zal t.z.t. plaatsvinden. In zoverre is dit ondermandaatbesluit een iteratief document, welke aangepast wordt op het moment dat er meer duidelijkheid is over de organisatie inrichting of wanneer de bevoegdheden benodigd zijn.

De uitvoering van de tolhefferstaken die wel worden ondergemandateerd vinden grotendeels binnen de divisie Tolheffing (i.o.) plaats. Uitzondering hierop zijn de werkzaamheden van de afdelingen F&C, de afdeling p&s van de Divisie R&I en de Divisie ICT. Hun werkzaamheden voor tol-aangelegenheden worden op dezelfde wijze uitgevoerd als hun werkzaamheden voor bijvoorbeeld de divisie R&I.

In het ondermandaatbesluit wordt gerefereerd aan de Divisie Tolheffing (i.o.). Door gebruik te maken van de haakjes, ziet het ondermandaatbesluit derhalve op de periode dat er sprake is van een Divisie in oprichting èn op de periode vanaf het moment dat er sprake is van een staande Divisie. Op deze wijze hoeft het ondermandaat niet aangepast te worden indien de Divisie Tolheffing het stadium van ‘in oprichting’ is gepasseerd.

Artikelsgewijs

Artikel 1 bevat de begripsbepalingen die in dit besluit worden gehanteerd.

In artikel 2, in combinatie met de Bijlage, is geregeld dat de bevoegdheden uit het Mandaatbesluit Tol binnen RDW bij diverse functionarissen worden belegd.

Artikel 3 bevat algemene beperkingen voor de functionarissen bij de uitoefening van hun bevoegdheden. Dit artikel ziet dus op alle in de Bijlage genoemde functionarissen. Belangrijk is dat het ondermandaat ten allen tijde wordt beperkt tot hetgeen het bovenliggende mandaatbesluit van de minister toestaat. Dat betekent onder ander dat het ondermandaat moet passen binnen eventuele instructies van de minister, relevant beleid van het ministerie of budgetten die in de uitvoeringsovereenkomsten zijn opgenomen.

Artikel 4 bevat specifieke beperkingen voor de in de Bijlage, onder II. genoemde functionarissen. Bij de uitoefening van het volmacht en de machtiging uit dat onderdeel dienen de functionarissen rekening te houden met dit artikel.

De artikelen 5 en 6 bevatten ook algemene beperkingen in die zin dat de daarin genoemde besluiten en (rechts)handelingen ten allen tijde door de directie afgehandeld moeten worden.

Artikel 7 is een expliciete verduidelijking dat de met dit ondermandaatbesluit verlegde bevoegdheden niet zien op personele bevoegdheden.

Artikel 8 bevat de wijze van ondertekening. Deze is gelijk aan hetgeen in het Mandaatbesluit Tol staat, maar is voor de volledigheid ook in dit ondermandaatbesluit opgenomen.

Artikel 9 bevat een tweetal algemene bepalingen. Ten eerste de inwerkingtreding. Er is gekozen voor 1 januari 2022. Vanaf deze datum is er sprake van een divisie Tolheffing i.o.

Het ondermandaatbesluit wordt gepubliceerd en daarmee algemeen kenbaar gemaakt. Een afschrift van het ondermandaatbesluit zal ook ter informatie aan de minister worden gezonden, om te voldoen aan de informatieplicht welke in het bovenliggende mandaatbesluit is opgenomen.