Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2021, 8976 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2021, 8976 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
Gelet op de artikelen 2, eerste en vierde lid, en 4 van het Besluit informatievoorziening WPO/WEC, artikel 18, vijfde lid, van het Bekostigingsbesluit WVO, de artikelen 2.5.3, tweede lid, en 2.5.4, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, de artikelen 5.2.1 en artikel 5.2.2 van het Uitvoeringsbesluit WEB en artikel 2.14 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;
Besluiten:
De Regeling jaarverslaggeving onderwijs wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 3 wordt na onderdeel f1 een onderdeel ingevoegd, dat luidt:
f2. neemt het bevoegd gezag, indien het publieke eigen vermogen in een boekjaar boven de signaleringswaarden bovenmatig publiek eigen vermogen van de Inspectie van het Onderwijs uitstijgt, dienaangaande een toelichting in het bestuursverslag op;.
B
In artikel 4, lid 1c, wordt ‘de boekjaren 2018 en 2019 en 2020’ vervangen door ‘de verslagjaren 2018 tot en met 2022’.
C
Na artikel 4 wordt een artikel ingevoegd, dat luidt:
Een bevoegd gezag neemt, ter verantwoording van de aan haar door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media verstrekte subsidies, in haar jaarverslag het verantwoordingsmodel G op als bedoeld in bijlage 4, indien zij daartoe verplicht is op grond van een besluit van één of beide ministers.
D
Aan de regeling wordt een bijlage toegevoegd, die luidt:
Deze bijlage behoort bij artikel 4a van de Regeling jaarverslaggeving onderwijs.
Model G. Verantwoording subsidies
G1. Subsidies waarbij het eventueel niet aangewende deel van de subsidie, mits de activiteiten volledig zijn uitgevoerd, kan worden besteed aan andere activiteiten waarvoor bekostiging wordt verstrekt |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving |
Toewijzing |
De activiteiten zijn ultimo verslagjaar conform de subsidiebeschikking geheel uitgevoerd en afgerond |
|||||||
Kenmerk |
Datum |
||||||||
Nieuwe post |
... |
... |
J/N |
||||||
Nieuwe post |
... |
... |
J/N |
||||||
G2A. Subsidies die uitsluitend mogen worden aangewend voor het doel waarvoor de subsidie is verstrekt, aflopend per ultimo verslagjaar |
|||||||||
Omschrijving |
Toewijzing |
Bedrag van de toewijzing |
Ontvangen t/m vorig verslagjaar |
Totale subsidiabele kosten t/m vorig verslagjaar |
Saldo per 1 januari verslagjaar |
Ontvangen in verslagjaar |
Subsidiabele kosten in verslagjaar |
Te verrekenen per 31 december verslagjaar |
|
Kenmerk |
Datum |
||||||||
Nieuwe post |
... |
... |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
Nieuwe post |
... |
... |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
Totaal: |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
||
G2B. Subsidies die uitsluitend mogen worden aangewend voor het doel waarvoor de subsidie is verstrekt, doorlopend tot in een volgend verslagjaar |
|||||||||
Omschrijving |
Toewijzing |
Bedrag van de toewijzing |
Ontvangen t/m vorig verslagjaar |
Totale subsidiabele kosten t/m vorig verslagjaar |
Saldo per 1 januari verslagjaar |
Ontvangen in verslagjaar |
Subsidiabele kosten in verslagjaar |
Saldo per 31 december verslagjaar |
|
Kenmerk |
Datum |
||||||||
Nieuwe post |
... |
... |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
Nieuwe post |
... |
... |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
€ … |
Totaal: |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
€ … ____ |
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob
Deze regeling wijzigt de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (RJO) en betreft:
• de toevoeging van een verplichting tot nadere toelichting indien de signaleringswaarde bovenmatig eigen vermogen wordt overstegen;
• een verlenging van de overgangsregeling betreffende de voorziening groot onderhoud (artikel 4 lid 1c RJO) met twee jaar;
• een verplichting tot het gebruik van een verantwoordingsmodel in voorgeschreven gevallen.
De signaleringswaarde bovenmatig eigen vermogen wordt met ingang van verslagjaar 2020 vast onderdeel van de financiële verantwoording. Vanaf dat moment moeten besturen zich over de hoogte van hun reserves verantwoorden in het jaarverslag aan de hand van de signaleringswaarde. Daarbij gaan we uit van het ‘comply or explain’ principe: alleen besturen waarbij de signaleringswaarde bovenmatig eigen vermogen wordt overstegen hebben de expliciete verplichting een nadere toelichting te geven. Op de website van de Inspectie van het Onderwijs (www. Onderwijsinspectie.nl) is een tool opgenomen waarmee deze waarde kan worden bepaald.
De overgangsregeling die in 2019 is geïntroduceerd in verband met verwerking van de voorziening groot onderhoud wordt tot en met boekjaar 2022 verlengd. Dit vanwege het feit dat schoolbesturen tijd nodig hebben voor het aanpassen van hun meerjarenonderhoudsplannen én (onderhouds)administratie.
Aan de Rjo is door deze regeling een bijlage 4 toegevoegd. Deze bijlage bevat een verantwoordingsmodel dat door onderwijsinstellingen dient te worden gehanteerd voor de verantwoording van de aan haar door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media verstrekte subsidies in de jaarverslaggeving. Het kan daarbij ook gaan om subsidies die als aanvullende bekostiging worden aangeduid. Het model dat voor de verantwoording van een specifieke subsidie moet worden gehanteerd is afhankelijk van de subsidieregeling of het besluit tot subsidieverstrekking (indien de subsidie bijvoorbeeld rechtstreeks op grond van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS wordt verstrekt).
Deze regeling is voorgelegd aan de Dienst Uitvoering Onderwijs, die de regeling heeft geconsulteerd bij de Inspectie van het Onderwijs. De regeling is als uitvoerbaar beoordeeld.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2020. Met de terugwerkende kracht wordt buiten twijfel gesteld dat de regeling reeds voor de verslaggeving over 2020 van toepassing is. Deze aanpassingen zijn in de werkgroep Onderwijs van de Raad voor de Jaarverslaggeving afgestemd.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2021-8976.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.