Besluit van de directeur Divisie Individuele Zaken van 25 januari 2021, nr. 3183093, houdende wijziging van het Mandaatbesluit directeur Divisie Individuele Zaken 2019

De directeur Divisie Individuele Zaken,

Gelet op artikel 3, tweede lid, van het Mandaatbesluit Ministerie van Justitie en Veiligheid;

ARTIKEL I

Het Mandaatbesluit directeur Divisie Individuele Zaken 2019 wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 1 wordt ‘Mandaatbesluit plv hoofddirecteur DJI 2015‘ vervangen door ’Mandaatbesluit plv hoofddirecteur DJI 2020‘ en wordt ’Front office‘ vervangen door ‘DIZ Contact Center’.

B

Artikel 2 wordt gewijzigd als volgt:

1. Onder a., in onderdeel 1., wordt ’, artikel 77j van het Wetboek van strafrecht en artikel 570b van het Wetboek van strafvordering’ vervangen door ‘en artikel 6:2:4 van het Wetboek van strafvordering’.

2. Onder a., wordt na onderdeel 3. een onderdeel toegevoegd, luidende:

• 4. in de werkprocessen Eerste Plaatsing, Doorplaatsing en Bezwaar en Beroep op grond van artikelen 12, 13, 15, 16, 18, 19, 26, 27, 40, 56, 77 en 80 Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen;

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt ten aanzien van artikel I, onderdeel A, en onderdeel B, onder punt 1., terug tot en met 1 januari 2020 en ten aanzien van artikel I, onderdeel B, onder punt 2., terug tot en met 1 januari 2021.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De directeur Divisie Individuele Zaken, L.M. Broersen

TOELICHTING

Onderdeel A

In verband met de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren op 1 januari 2020 is het Mandaatbesluit plv hoofddirecteur DJI 2015 ingetrokken en vervangen door het Mandaatbesluit plv hoofddirecteur DJI 2020.

Als gevolg van een reorganisatie van het werkproces Front office binnen de Divisie Individuele Zaken is de naam gewijzigd in Contact Center DIZ.

Onderdeel B, punt 1.

Met inwerkingtreding van de Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen op 1 januari 2020 zijn artikel 77j van het Wetboek van strafrecht en artikel 570b van het Wetboek van strafvordering komen te vervallen en vervangen door onder andere artikel 6:2:4 van het Wetboek van strafvordering. Deze artikelwijziging van de rechtsgrond voor de beslissingen inzake strafonderbreking in het werkproces Verblijf buiten de inrichting is in dit gewijzigde Mandaatbesluit doorgevoerd.

Voor wat de aangelegenheden in de voorgaande drie alinea’s betreft, werkt dit gewijzigde Mandaatbesluit terug tot en met 1 januari 2020.

Onderdeel B, punt 2.

Met inwerkingtreding van de Wet tot wijziging van onder andere de Beginselenwetten in verband met het vervoer, het medisch klachtrecht en wijzigingen van technische aard op 1 januari 2021 zijn de geattribueerde bevoegdheden van de selectiefunctionaris in de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen komen te vervallen en toegewezen aan de Minister van Justitie en Veiligheid. In dit gewijzigde Mandaatbesluit zijn de uitzonderingen op het voorbehoud voor het verlenen van ondermandaat van het krachtens dit besluit verleende ondermandaat uitgebreid met deze voormalige bevoegdheden van de selectiefunctionaris in de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen. Voortaan is het verlenen van ondermandaat door de managers van de desbetreffende werkprocessen ook mogelijk met betrekking tot de voormalige geattribueerde bevoegdheden van de selectiefunctionaris in de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen.

Voor wat de aangelegenheden in de voorgaande alinea betreft, werkt dit gewijzigde Mandaatbesluit terug tot en met 1 januari 2021.

De directeur Divisie Individuele Zaken L.M. Broersen