Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 27 december 2021, nr. IENW/BSK-2021/272421, tot wijziging van de Regeling maximumtarief en bekendmaking tarieven taxivervoer in verband met de indexering voor het jaar 2022

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 81, eerste lid, van de Wet personenvervoer 2000;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling maximumtarief en bekendmaking tarieven taxivervoer wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 1a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt ‘€ 3,29’ vervangen door ‘€ 3,36’.

2. In het eerste lid, onderdeel b, wordt ‘€ 2,42’ vervangen door ‘€ 2,47’.

3. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ‘€ 0,40’ vervangen door ‘€ 0,41’.

4. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 6,69’ vervangen door ‘€ 6,83’.

5. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 3,05’ vervangen door ‘€ 3,11’.

6. In het tweede lid, onderdeel c, wordt ‘€ 0,45’ vervangen door ‘€ 0,46’.

7. In het derde lid wordt ‘€ 45,33’ vervangen door ‘€ 46,29’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2022. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2021, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S.P.R.A. van Weyenberg

TOELICHTING

Inleiding

Deze regeling strekt tot wijziging van de Regeling maximumtarief en bekendmaking tarieven taxivervoer (hierna: de regeling) in verband met de verwachte kostenontwikkeling. Hiertoe worden de in de regeling vastgestelde maximumtarieven aangepast.

Indexering tarieven

Sinds 2010 worden de maximumtarieven voor taxivervoer jaarlijks geïndexeerd. Per 1 januari 2017 gebeurt dit op basis van de Landelijke Tarievenindex (LTI). Aanleiding hiervoor is de evaluatie van de tariefstructuur in de taxisector, waarover de Tweede Kamer bij brief van 16 juni 2016 is geïnformeerd.1

Voor 2022 komt uit de berekening een LTI van 2,12%. Dit betekent dat de vaste bedragen, de bedragen per kilometer en de bedragen per minuut hiermee worden verhoogd. Hetzelfde geldt voor het tarief dat de vervoerder, mits afgesproken met de consument, in rekening mag brengen voor de wachtperiode bij aanvang van de rit (zie artikel I).

De tarieven zijn bepaald door de LTI toe te passen op de niet afgeronde maximumtarieven van 2021.2 Zodoende wordt voorkomen dat de maximumtarieven over de jaren heen feitelijk minder stijgen dan op grond van de index gerechtvaardigd zou zijn.

Nalevingslasten

Als taxiondernemers op basis van de nieuwe (geïndexeerde) maximumtarieven kiezen voor het aanpassen van hun tarieven, dan kan dit nalevingslasten tot gevolg hebben. Deze lasten hangen samen met de volgende handelingen:

  • het (laten) aanpassen van de taxameter;

  • het downloaden, printen en invullen van nieuwe tariefkaarten; en

  • het vervangen van tariefkaarten binnen en buiten het taxivoertuig.

De eenmalige lasten die samenhangen met de aanpassing van de taxameters zijn: 41.000 taxi’s x 0,25 uur x € 28 = € 287.000. De eenmalige lasten die samenhangen met de nieuwe taxi-informatiekaarten zijn: 41.000 taxi’s x 0,5 uur x € 28 = € 574.000. Als alle taxiondernemingen deze handelingen verrichten zijn de totale lasten € 861.000. Per taxivoertuig zou dit neerkomen op € 21,00. De feitelijke lasten zullen echter lager uitvallen. Niet alle taxi’s verrichten vervoer waarvoor de maximumtarieven gelden. Dit geldt voor contractvervoer en in het geval uitsluitend taxivervoer wordt verricht waarbij de prijs vooraf is overeengekomen. Bovendien is het mogelijk dat in de praktijk niet alle taxiondernemers de (geïndexeerde) maximumtarieven doorberekenen.

Consultatie

Door middel van internetconsultatie is aan eenieder de gelegenheid geboden om te reageren op een concept van deze regeling. Hiermee wordt voldaan aan artikel 106 van de Wet personenvervoer 2000, waarbij de daarin genoemde instanties over de start van de internetconsultatie worden geïnformeerd. Op de ontwerpregeling zijn drie reacties binnengekomen, waarvan één openbaar.

De reactie van Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV) wordt gepleit voor indexering met de zogenaamde NEA-kostenontwikkelingsindex, aangezien deze het meest toegesneden zou zijn op de taxibranche en voor het afschaffen van de wettelijke maximumtarieven omdat deze niet zouden passen bij een geliberaliseerde markt. In dat verband wordt benadrukt dat de maximumtarieven niet gelden voor contractvervoer en voor taxivervoer dat wordt aangeboden tegen een vast tarief per rit dat vooraf met de reiziger is overeengekomen. Deze regeling regelt bovendien enkel een jaarlijkse indexering en beoogt geen wijzigingen in de bestaande tariefstructuur. Het reguleren van de maximumtarieven is een belangrijk middel om met name kwetsbare consumenten, zoals ouderen en toeristen, te beschermen wanneer zij een taxi nemen op straat.

Een ontwerp van deze regeling is niet aan het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) voorgelegd omdat ministeriële regelingen die naar hun aard geen aanmerkelijke gevolgen voor de regeldruk zullen hebben, zoals regelingen betreffende de enkele vaststelling of wijziging van tarieven, geen voorafgaande toetsing door de ATR behoeven.

Inwerkingtreding

De regeling treedt begin januari 2022 in werking. Dat is in afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten en de minimumtermijn voor inwerkingtreding, omdat deze niet twee maanden voor inwerkingtreding wordt gepubliceerd in de Staatscourant. De reden hiervoor is dat het percentage waarmee de nieuwe tarieven worden berekend pas later in het jaar beschikbaar is en er vervolgens een consultatie plaats moet vinden. Door de nieuwe tarieven begin januari te laten gelden, worden aanmerkelijke ongewenste private nadelen voor de sector voorkomen.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S.P.R.A. van Weyenberg


X Noot
1

Kamerstukken II 2015/16, 31 521, nr. 100.

X Noot
2

Dat wil zeggen de maximumtarieven van 2021 waarop de LTI van 2022 is toegepast.

Naar boven