Subsidieregeling pakket rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag

Het bestuur van de raad voor rechtsbijstand,

gelet op artikel 37b van de Wet op de rechtsbijstand, waarin is bepaald dat het bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand subsidie kan verstrekken ten behoeve van de verlening van rechtsbijstand voor bijzondere doeleinden en projecten,

besluit:

de volgende subsidieregeling vast te stellen.

HOOFDSTUK I: ALGEMEEN

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

a. advocaat:

de advocaat die op basis van artikel 7 van deze regeling is toegelaten tot deze subsidieregeling;

b. Awb:

Algemene wet bestuursrecht;

c. bezwaarschriftenadviescommissie:

de commissie als bedoeld in het Instellingsbesluit Bezwaarschriftenadviescommissie Compensatieregeling CAF11 en vergelijkbare (CAF-)zaken en hardheid van het toeslagenstelsel;

d. bestuur:

het bestuur van de raad, als bedoeld in artikel 3 van de Wrb;

e. Besluit Compensatieregeling:

Besluit Compensatieregeling CAF 11 en vergelijkbare (CAF)-zaken van 28 augustus 2020, nr. 2020-157030 (Stcrt. 2020, 45904);

f. Commissie Werkelijke Schade:

Commissie aanvullende schadevergoeding werkelijke schade als bedoeld in het Instellingsbesluit Commissie aanvullende schadevergoeding werkelijke schade;

g. oudergesprek:

een inhoudelijk gesprek tussen de ouder en een medewerker van Belastingdienst/Toeslagen om de situatie van de ouder in beeld te brengen en de voor de toepassing van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag benodigde feiten te vergaren;

h. Raad:

de raad voor rechtsbijstand, als bedoeld in artikel 2 van de Wrb;

i. regeling:

Subsidieregeling pakket rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag;

j. rechtsbijstand:

rechtskundige bijstand door een advocaat aan een rechtzoekende ter zake van aanspraak op de herstelregelingen kinderopvangtoeslag bij Belastingdienst/Toeslagen;

k. rechtzoekende:

de ouder als bedoeld in artikel 1.1. van de Wet kinderopvang die aanspraak maakt op een tegemoetkoming of compensatie in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag bij Belastingdienst/Toeslagen en daarbij aanspraak maakt op de rechtsbijstand van een advocaat;

l. toevoeging:

de toevoeging ten behoeve van rechtsbijstand zoals bedoeld onder ‘j’ van dit artikel;

m. vergoeding:

de op grond van deze regeling vast te stellen subsidie;

n. vooraankondiging/voorlopige beslissing:

de mededeling aan de ouder van de voorlopige uitkomst van de integrale herbeoordeling op basis van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag;

o. Wrb:

Wet op de rechtsbijstand;

p. zienswijze:

reactie van de ouder op de vooraankondiging zoals bedoeld onder ‘n’ van dit artikel.

Artikel 2: Doel

Deze regeling heeft tot doel adequate en kosteloze gefinancierde rechtsbijstand te regelen aan de rechtzoekende bij een verzoek in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag bij Belastingdienst/Toeslagen, alsmede hieruit voortvloeiende procedures.

HOOFDSTUK II: DE VERGOEDINGEN

Artikel 3: De vergoedingen

  • 1. Advocaten ontvangen overeenkomstig de bepalingen van deze regeling een vergoeding voor de verlening van rechtsbijstand aan de rechtzoekende bij een verzoek in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag bij Belastingdienst/Toeslagen en bij een verzoek voor overname of betaling private schulden.

  • 2. De vergoeding, bedoeld in het eerste lid omvat:

    • a. de overeenkomstig deze regeling vastgestelde vergoeding voor het verrichten van rechtsbijstand aan de rechtzoekende;

    • b. de overeenkomstig deze regeling vastgestelde vergoeding voor kosten en tijdverlet in verband met het reizen ten behoeve van de verlening van rechtsbijstand;

    • c. een vergoeding voor de administratieve kosten overeenkomstig artikel 27 Bvr;

    • d. de omzetbelasting die is verschuldigd over de vergoedingen, bedoeld onder a, b en c van dit lid.

  • 3. Ten behoeve van de berekening van de vergoeding worden de krachtens deze regeling toegekende punten vermenigvuldigd met het basisbedrag, zoals genoemd in het eerste lid van artikel 3 van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000. Voor de toepassing van het basisbedrag per punt is de afgiftedatum van de toevoeging bepalend.

  • 4. Bij de toepassing van deze regeling wordt de financiële draagkracht van de rechtzoekende buiten beschouwing gelaten.

Artikel 4: Vergoedingen voor rechtsbijstandverlening

  • 1. Voor de rechtsbijstand aan de rechtzoekende zoals bedoeld in deze regeling wordt een vergoeding toegekend voor rechtsbijstand bij het verzamelen en beoordelen van de voor het verzoek tot herstel benodigde stukken en het geven van advies tot en met het opstellen van de zienswijze op de voorlopige beslissing, inclusief de daarbij behorende oudergesprekken:

    • a. 4 punten, voor zaken waarin minder dan 6 uur rechtsbijstand wordt verleend;

    • b. 10 punten, voor die zaken waarin 6 uur of meer rechtsbijstand wordt verleend.

  • 2. Voor de rechtsbijstand aan de rechtzoekende zoals bedoeld in deze regeling over het toekennen van een forfaitair bedrag als bedoeld in punt 2.3 van het Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag (Stcrt. 2021, 28304) wordt een vergoeding toegekend van:

    • a. 2 punten voor de rechtsbijstand bij het verzoek tot herbeoordeling;

    • b. 7 punten voor de rechtsbijstand bij het bezwaar tegen de beschikking van Belastingdienst/Toeslagen na een afgewezen verzoek tot herbeoordeling;

    • c. 9 punten voor de rechtsbijstand bij het bezwaar tegen de beschikking van Belastingdienst/Toeslagen zonder voorafgaand verzoek tot herbeoordeling.

  • 3. Voor de rechtsbijstand aan de rechtzoekende ten behoeve van bezwaar tegen de beschikking inzake het verzoek tot herstel, wordt een vergoeding toegekend van 9 punten.

  • 4. Voor de rechtsbijstand verleend aan de rechtzoekende bij een verzoek tot vergoeding van hogere werkelijk geleden schade zoals bedoeld in deze regeling wordt een vergoeding toegekend van:

    • a. 4 punten, voor verzoeken waarin minder dan 6 uur rechtsbijstand wordt verleend;

    • b. 10 punten, voor verzoeken waarin 6 uur of meer rechtsbijstand wordt verleend;

    • c. 6 punten voor de rechtsbijstand bij het bezwaar tegen de beschikking van Belastingdienst/Toeslagen op het verzoek zoals bedoeld in dit lid onder a of b;

    • d. 4 punten indien door de advocaat de hulp van een deskundige op het gebied van het schadevergoedingsrecht is ingeroepen.

  • 5. Voor de rechtsbijstand aan de rechtzoekende voor de overname of betaling van private schulden, als bedoeld in Besluit betaling private schulden (Stcrt. 2021 nr. 44723) wordt een vergoeding toegekend van:

    • a. 2 punten voor de rechtsbijstand bij het verzoek tot overname of betaling;

    • b. 7 punten voor de rechtsbijstand bij het bezwaar tegen de beschikking van Belastingdienst/Toeslagen na een afgewezen verzoek tot overname of betaling;

    • c. 9 punten voor de rechtsbijstand bij het bezwaar tegen de beschikking van Belastingdienst/Toeslagen wanneer geen rechtsbijstand is verleend bij het voorafgaand verzoek tot overname of betaling.

  • 6. Voor de rechtsbijstand bij het beroep tegen een beslissing op bezwaar zoals bedoeld in het tweede lid onder b of c, of het derde lid, of het vierde lid onder c, of het vijfde lid onder b of c van dit artikel wordt een vergoeding toegekend van 9 punten.

  • 7. Voor de rechtsbijstand bij het hoger beroep tegen een uitspraak in beroep zoals bedoeld in het zesde lid van dit artikel wordt een vergoeding toegekend van 9 punten.

  • 8. Indien de advocaat in het kader van de in de leden zes en zeven van dit artikel bedoelde procedure meer dan één zitting bij de gerechtelijke instantie heeft bijgewoond, wordt voor de tweede en elke daaropvolgende zitting telkens 2,5 punten vergoed.

  • 9. Indien de advocaat voor de rechtsbijstand bij een verzoek tot voorlopige voorziening in het kader van bezwaar bedoeld in het tweede lid onder b of c, of het derde lid, of het vierde lid onder c, of het vijfde lid onder b of c van dit artikel, alsmede beroep zoals bedoeld in het zesde lid van dit artikel, alsmede hoger beroep zoals bedoeld in het zevende lid van dit artikel, voor ieder verzoek tot een voorlopige voorziening een toeslag van 4 punten toegekend.

  • 10. Indien de rechtsbijstand zoals bedoeld in deze regeling opvolgend is verleend door twee of meer advocaten die niet behoren tot hetzelfde samenwerkingsverband wordt het aantal toe te kennen punten éénmaal met 2 punten verhoogd.

  • 11. In geval rechtsbijstand is verleend door opvolgende advocaten zoals bedoeld in het tiende lid van dit artikel, wordt de vergoeding betaald aan de advocaat die het laatst is toegevoegd. De advocaten verdelen het bedrag in onderling overleg naar verhouding van de verrichte werkzaamheden.

Artikel 5: Vergoeding voor reiskosten en reistijdverlet

  • 1. Voor de kosten in verband met het reizen ten behoeve van de verlening van rechtsbijstand tijdens een oudergesprek, alsmede de zitting van de bezwaarschriftenadviescommissie, alsmede de zitting van de Commissie Werkelijke Schade, alsmede de zitting bij de rechtbank, alsmede de zitting bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State wordt een vergoeding van € 0,09 per kilometer toegekend.

  • 2. Voor het tijdverlet in verband met het reizen ten behoeve van de verlening van rechtsbijstand onder toevoegingen afgegeven vóór 1 januari 2022, zoals bedoeld in het eerste lid, geldt een vergoeding toegekend van een half punt per volle gereisde 60 kilometer.

  • 3. Voor het tijdverlet in verband met het reizen ten behoeve van de verlening van rechtsbijstand onder toevoegingen afgegeven met ingang van 1 januari 2022, zoals bedoeld in het eerste lid een vergoeding toegekend van een half punt per volle gereisde 50 kilometer.

  • 4. Indien een reis zoals bedoeld in het eerste, tweede en derde lid wordt afgelegd ten behoeve van de verlening van rechtsbijstand aan meerdere rechtzoekenden op dezelfde locatie, wordt in verband met deze reis slechts eenmaal de vergoeding van reiskosten en reistijdverlet toegekend.

  • 5. De Raad bepaalt de reisafstand op gestandaardiseerde wijze.

Artikel 6: Kosteloze rechtsbijstand voor de rechtzoekende

  • 1. De rechtsbijstand is voor de rechtzoekende kosteloos; er wordt geen eigen bijdrage opgelegd.

  • 2. De advocaat kan de rechtzoekende geen kosten in rekening brengen.

  • 3. De aan de rechtzoekende toegekende compensatie of andere hersteltegemoetkoming kan nooit leiden tot intrekking van de toevoeging.

  • 4. Aan de rechtzoekende toegekende proceskosten in de bezwaarprocedure, zoals bedoeld in artikel 7:15 van de Awb, alsmede de toegekende proceskosten in de (hoger) beroepsprocedure zoals bedoeld in artikel 8:75 van de Awb worden in mindering gebracht op de vergoeding.

  • 5. De rechtzoekende die voor de rechtsbijstand zoals bedoeld in deze regeling afdoende gebruik kan maken van een rechtsbijstandsverzekering, is uitgesloten van deze regeling.

HOOFDSTUK III: VOORWAARDEN

Artikel 7: Voorwaarden tot deelname voor advocaten

  • 1. De regeling is van toepassing op advocaten die voldoen aan de in de bijlage onder I genoemde deelnamecriteria.

  • 2. Advocaten kunnen een gemotiveerd verzoek tot deelname indienen bij de Raad.

HOOFDSTUK IV: AANVRAAG RECHTSBIJSTAND

Artikel 8: Aanvraag van de rechtsbijstand

  • 1. De aanvraag voor rechtsbijstand wordt initieel door de rechtzoekende bij de Raad ingediend.

  • 2. De rechtzoekende dient hiervoor gebruik te maken van het door de Raad opgesteld formulier‘ Aanvraag rechtsbijstand herstel kinderopvangtoeslag’, waarbij de schriftelijke bevestiging van Belastingdienst/Toeslagen dat de rechtzoekende zich heeft aangemeld voor de herstelregelingen kinderopvangtoeslag wordt overgelegd.

  • 3. Op basis van de gegevens in het formulier zoals bedoeld in lid 2 van dit artikel matcht de Raad een aan de regeling deelnemende advocaat door de rechtzoekende een keuze te geven uit door de Raad voorgestelde advocaten. De door de rechtzoekende gekozen advocaat wordt toegevoegd.

  • 4. Indien de rechtzoekende aangeeft dat hij een aan de regeling deelnemende voorkeursadvocaat wenst, voegt de Raad – in afwijking van het in lid 3 van dit artikel gestelde – die advocaat toe.

  • 5. Indien de rechtzoekende aangeeft dat hij op het moment van inwerkingtreding van deze regeling reeds rechtsbijstand van een advocaat heeft in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag, voegt de Raad deze advocaat toe.

  • 6. De advocaat kan voor de werkzaamheden als genoemd in het tweede tot en met zevende lid van artikel 4, een separate aanvraag indienen voor de in dat artikel genoemde werkzaamheden. Voor deze aanvraag voor rechtsbijstand gebruikt de advocaat een gestandaardiseerd aanvraagformulier ‘Aanvraag vervolgtoevoeging rechtsbijstand herstelregelingen Kinderopvangtoeslag’, en voegt hierbij een afschrift van de bestreden beslissing waarop de betreffende aanvraag voor rechtsbijstand ziet, voor zover van toepassing.

Artikel 9: Aanvraag van de vergoeding

Binnen 6 maanden na afronding van de werkzaamheden die in het kader van deze regeling worden vergoed, vraagt de toegevoegde advocaat de vergoeding aan met het formulier ‘Aanvraag vergoeding rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag’. Bij dit formulier voegt de advocaat, indien van toepassing, de uitspraak of beslissing, vergezeld van een urenstaat.

HOOFDSTUK V: OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 10: Overgangsbepaling

  • 1. Verzoeken in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag, die op het moment van inwerkingtreding van deze regeling nog in behandeling zijn en waarop nog geen beslissing op bezwaar door Belastingdienst/Toeslagen is genomen vallen onder deze regeling.

  • 2. Verzoeken voor toevoeging voor het beroep en het hoger beroep zoals bedoeld in het zesde en zevende lid van artikel 4 vallen onder deze regeling indien in de procedure waarvoor de toevoeging wordt gevraagd op het moment van inwerkingtreding van deze regeling nog geen uitspraak is gedaan.

Artikel 11: Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling pakket rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag.

Artikel 12: Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot 1 maart 2021.

  • 2. De regeling die op 1 maart 2021 is gepubliceerd (Stcrt. 2021, nr. 10248) wordt bij deze ingetrokken.

  • 3. Deze regeling vervalt op 31 december 2024.

Vastgesteld op 17 december 2021

Bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand, I.D. Nijboer Algemeen directeur/Bestuurder

BIJLAGE

Deelname- en matchingscriteria voor de advocaat

I. Deelnamecriteria

Voor deelname aan deze regeling gelden de volgende voorwaarden:

  • 1. De advocaat staat ingeschreven:

    • a. bij de Raad voor de specialisatie in sociaal zekerheidsrechtzaken, zoals genoemd in artikel 6m van de Inschrijvingsvoorwaarden Advocatuur 2021, of

    • b. in het rechtsgebiedenregister van de NOvA op het gebied van het belastingrecht, bestuursrecht en/of sociale zekerheidsrecht.

  • 2. De advocaat heeft in de twee kalenderjaren voorafgaand aan het verzoek minimaal 20 zaken op het terrein van het bestuursrecht, sociaal zekerheidsrecht, sociale voorzieningen, belastingrecht en/of woonrecht afgerond.

  • 3. Deelnemende advocaten mogen in de voorgaande vijf kalenderjaren van het verzoek:

    • c. niet tuchtrechtelijk veroordeeld zijn wegens een tekortkoming in de kwaliteit van dienstverlening, als bedoeld in artikel 46 van de Advocatenwet;

    • d. geen maatregel zijn opgelegd in het kader van het Maatregelbeleid van de Raad.

  • 4. De advocaat verklaart bij zijn deelnameverzoek:

    • a. bereid te zijn om mee te werken aan een (tussentijdse) evaluatie van deze regeling door de Raad;

    • b. bereid te zijn om deel te nemen aan peer-review van een door de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) aangestelde reviewer;

    • c. bij aanvang van de werkzaamheden gebruik te maken van de standaard opdrachtbevestigingsbrief aan de ouder.

II. Matchingscriteria

Ten behoeve van een zo goed mogelijke matching met de rechtzoekende vermeldt de advocaat bij zijn deelnameverzoek:

  • a. in welke regio hij actief is;

  • b. met welke instanties binnen het sociale domein hij een samenwerkingsrelatie heeft;

  • c. als toelichting op zijn praktijkvoering:

    • het aantal advocaten dat actief is binnen het kantoor;

    • de rechtsgebieden die binnen het kantoor worden behandeld;

  • d. of- en met welk ander kantoor/partij er een samenwerkingsverband is;

  • e. of hij ervaring heeft in het geven van rechtsbijstand aan rechtzoekenden die te maken hebben met multi-problematiek.

TOELICHTING

I. Algemeen

Een ouder die gedupeerd is in de zogenoemde kinderopvangtoeslagaffaire kan zich melden bij Belastingdienst/Toeslagen voor herstel. In het proces rond de beoordeling van het herstelverzoek en de uiteindelijke beslissing over het herstel zijn de nodige waarborgen ingebouwd voor een adequate en passende afhandeling. De organisatie van de hersteloperatie is erop ingericht om de ouder zoveel mogelijk bij de hand te nemen.

Met elke ouder wordt door een persoonlijke zaakbehandelaar contact opgenomen. Hij begeleidt de ouder in het proces. Daarnaast is de werkwijze van de herstelorganisatie uitdrukkelijk gericht op een ruimhartige beoordeling van de verzoeken tot herstel, door de belastingdienst. Tevens kunnen onafhankelijke commissies worden betrokken bij de beoordeling van een verzoek om herstel (Commissie van Wijzen), bij een verzoek om aanvullende compensatie bij hogere werkelijke schade (Commissie Werkelijke Schade) en bij een bezwaar tegen een beslissing op een verzoek tot herstel (Bezwaarschriftenadviescommissie) en beroep en hoger beroep tegen beslissingen in alle genoemde stadia en instanties tot herstel in den brede.

Mede gezien de ervaringen uit het verleden is het echter goed te begrijpen dat een ouder zich tijdens het herstelproces wil laten bijstaan door een onafhankelijke juridische dienstverlener (een advocaat), die niet in dienst is van Belastingdienst/Toeslagen. Dit kan meerwaarde hebben voor een soepel verloop van het herstelproces. Met deze regeling voor gefinancierde rechtsbijstand wil de Raad mogelijke financiële drempels die een ouder ervaart bij het inschakelen van een advocaat wegnemen, zodat elke ouder die dat wil een advocaat kan inschakelen bij de afhandeling van zijn verzoek om herstel.

Gezien de bijzondere aard van de kinderopvangtoeslagaffaire en de door de commissie van Dam geconstateerde steken die de overheid hierbij heeft laten vallen, worden er aan de mogelijkheid van gefinancierde rechtsbijstand geen inkomens- en vermogenseisen gesteld en wordt de ouder geen eigen bijdrage of andere kosten in rekening gebracht.

De ouder kan zich melden bij de Raad. Hiervoor moet hij een gestandaardiseerd formulier invullen, waarbij een medewerker van de Belastingdienst/Toeslagen hem kan helpen. Bij de aanvraag stuurt de ouder een afschrift van de bevestigingsbrief van de aanmelding bij de Belastingdienst/Toeslagen mee.

De Raad matcht vervolgens een aan de regeling deelnemende advocaat aan de ouder en voegt deze toe. In de regeling wordt ook rekening gehouden met de mogelijkheid dat de ouder een (aan de regeling deelnemende) voorkeursadvocaat wenst, of al een advocaat heeft die op het moment van inwerkingtreding van de regeling zijn zaak al behandelt. De toegevoegde (sociale) advocaat ontvangt voor het bijstaan van de ouder een forfaitaire vergoeding van de Raad die aansluit bij de werkzaamheden in de verschillende fases van het herstelproces. De vergoeding wordt bepaald door het aantal toe te kennen punten voor de diverse werkzaamheden te vermenigvuldigen met het basisbedrag zoals genoemd in het eerste lid van artikel 3 van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 (Bvr).

Het gaat hierbij om de werkzaamheden, als genoemd in artikel 4 van de regeling, die voor forfaitaire vergoeding in aanmerking komen, alsook de kosten voor een externe deskundige.

Daarnaast is een vergoeding mogelijk voor reiskosten naar een oudergesprek, een hoorzitting bij de Commissie Werkelijke Schade of de Bezwaarschriftenadviescommissie, als genoemd in artikel 5 van de regeling.

Deze regeling ziet niet op beschikkingen van Belastingdienst/Toeslagen over de kwijtschelding van belasting- of toeslagschulden of op een eventueel vervolgtraject bij gemeenten of andere instanties in verband met afgeleide problemen van de ouder op het gebied van bijvoorbeeld, huisvesting of werk. Voor die werkzaamheden geldt de reguliere wet- en regelgeving in het kader van de Wrb.

II. Artikelsgewijs.

Artikel 1

In artikel 1 zijn een aantal begrippen omschreven die in de regeling worden genoemd.

Artikel 2

In het algemeen gedeelte van deze toelichting is de omvang van de problematiek met betrekking tot de kinderopvangtoeslag toegelicht. Het doel van deze regeling is om adequate en kosteloze gefinancierde rechtsbijstand voor de gedupeerde ouder te regelen.

Artikel 3

In artikel 3 wordt in het algemeen omschreven op welke vergoedingen de advocaat aanspraak kan maken.

Het gaat om rechtsbijstand aan de ouder bij zijn verzoek om in aanmerking te komen voor compensatie/tegemoetkoming in het kader van de herstelregelingen in den brede, waaronder de in artikel 4 genoemde overname of betaling van (overige) private schulden.

Het betreft hier de rechtsbijstand die de ouder geniet vanaf het moment dat hij zich als gedupeerde heeft gemeld bij de Belastingdienst/Toeslagen tot en met het moment van instellen van bezwaar en eventuele vervolgprocedures als genoemd in artikel 4.

Er worden in deze regeling aldus punten toegekend voor elke fase waarin rechtsbijstand is verleend. Een punt staat gelijk aan het basisbedrag zoals dat is geregeld in het eerste lid van artikel 3 lid 2 van deze regeling. De vergoeding wordt vermeerderd met een bedrag voor administratieve kosten ex artikel 27 van het Bvr (uittreksels, porti, telefoonkosten e.d.). Voorts wordt de omzetbelasting vergoed.

In lid 4 van dit artikel wordt beschreven dat er geen draagkrachttoets – zoals beschreven in artikel 34 van de Wrb – wordt uitgevoerd.

Artikel 4

In dit artikel worden de fasen van het herstelproces, in alle stadia (resp. met betrekking tot alle voorafgaande stadia) beschreven, waarvoor de rechtsbijstand wordt vergoed, waaronder (ook) m.b.t. het verzoek om vergoeding van de werkelijk geleden schade, de overname van private schulden en het verzoeken tot voorlopige voorzieningen.

De fase zoals genoemd in het eerste lid omvat het gesprek met de ouder, het verzamelen van de benodigde stukken, het geven van een eerste advies over de toepasselijke regeling en het indienen van een zienswijze en het herstel waarop de ouder recht heeft en het uitleggen en bespreken van het geboden herstel in de vooraankondiging.

In het tweede lid is geregeld dat indien de advocaat rechtsbijstand heeft verleend voor het indienen van een bezwaar tegen een beschikking van de Belastingdienst inzake de toekenning van het forfaitaire bedrag van 30.000 euro een vergoeding van in totaal 9

punten is toegekend. Advocaten kunnen op laagdrempelige wijze bij de Belastingdienst/Toeslagen verzoeken om herbeoordeling van de toets op basis waarvan is beslist dat aan de ouder het forfaitaire bedrag niet wordt toegekend. Daarvoor ontvangt de advocaat een vergoeding van 2 punten. Indien de advocaat na de herbeoordeling alsnog besluit om een bezwaarschrift in te dienen wordt daarvoor een vergoeding van 7 punten toegekend. Voor alleen het indienen van een pro-forma bezwaar wordt geen vergoeding toegekend zoals genoemd in artikel 4 lid 2 onder letter b en c.

In het derde lid is geregeld dat indien rechtsbijstand wordt verleend voor het indienen van een bezwaar tegen een beschikking van Belastingdienst/Toeslagen op het verzoek tot herstel en/of een hoorzitting van de Bezwaarschriftenadviescommissie is bijgewoond, daaraan 9 punten worden toegekend. Onder het verzoek tot herstel wordt verstaan het verzoek om compensatie onder de compensatieregeling, als bedoeld in artikel 49b Awir en onderdeel 5 van het Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag (Stcrt. 2021, 28304) of tegemoetkoming als bedoeld in artikel 49c van de Algemene Wet Inkomensafhankelijke regelingen (Awir).

Voor de rechtsbijstand bij het verzoek tot aanvullende vergoeding wegens hogere werkelijke schade wordt de vergoeding van het vierde lid onder a of b toegekend afhankelijk van het aantal besteedde uren.

Indien een bezwaar is ingediend tegen de beschikking van de Belastingdienst/Toeslagen op dit verzoek tot vergoeding van de hogere werkelijk geleden schade, wordt de vergoeding van het vierde lid onder c toegekend.

In geval er sprake is van een complexe schadeberekening ex art. 4 lid 4 (vergoeding van de werkelijke schade) kan door de toegevoegde advocaat de hulp worden ingeroepen van een advocaat die is gespecialiseerd in het (overheids-) schadevergoedingsrecht.

Daarvoor wordt de vergoeding van het vierde lid onder d toegekend aan de toegevoegde advocaat. De vergoeding wordt éénmaal toegekend. Kosten van andere deskundigen worden niet vergoed. Dit neemt uiteraard niet weg dat de ouder de zelf gedragen kosten van inschakeling van derden die niet onder deze regeling vallen, kan betrekken in de procedure bij de Commissie Werkelijke Schade.

Het vijfde lid, onder a regelt de vergoeding voor advocaten indien rechtsbijstand is verleent bij de aanvraag van overname of betaling van private schulden, conform het Besluit betalen private schulden (Stcrt. 2021, nr. 44723). Deze vergoeding is 2 punten. De uitvoering hiervan is door de Belastingdienst/Toeslagen gemandateerd aan kredietbanken (Stc. 2021, 48242). Het vijfde lid onder b regelt de vergoeding voor advocaten indien tevens rechtsbijstand wordt verleend bij het indienen van een bezwaar tegen de beschikking inzake de overname of betaling van private schulden.

In de leden zes en zeven van artikel 4 is geregeld dat voor een beroep of hoger beroep in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag een vergoeding wordt toegekend van negen punten. Te vermeerderen met telkens twee en een half punten vanaf de tweede bijgewoonde zitting, als geregeld in lid acht.

Het kan voorkomen dat een ouder niet tevreden is met zijn advocaat. De ouder kan dan de Raad verzoeken een opvolgende advocaat te matchen. In het tiende lid van artikel vier is geregeld dat indien een opvolgende advocaat in de zaak wordt toegevoegd, een vergoeding van twee punten wordt gegeven. Deze vergoeding wordt slechts éénmaal per toevoeging toegekend en wordt niet gegeven indien de zaak binnen een kantoor of samenwerkingsverband wordt overgedragen.

Het elfde lid van artikel 4 regelt dat de vergoeding wordt betaald aan de laatst toegevoegde advocaat. De advocaten dienen de vergoeding in onderling overleg en naar verhouding van de verrichte werkzaamheden te verdelen.

Artikel 5

De vergoeding voor reiskilometers is in dit artikel geregeld. Bij de hoogte van het bedrag is aangesloten bij de vergoeding van artikel 25 Bvr. De vergoeding geldt enkel voor de kilometers die zijn gemaakt voor de rechtsbijstand tijdens een oudergesprek, een hoorzitting van de bezwaarschriftenadviescommissie, hoorzitting van de Commissie Werkelijke Schade alsmede een zitting bij de gerechtelijke instantie.

Aan de hand van de gemaakte reiskilometers zoals bedoeld in het eerste lid, wordt de vergoeding voor het reistijdverlet bepaald. Deze systematiek komt overeen met die van artikel 24 lid 1 Bvr.

Indien ten behoeve van de rechtsbijstand aan meerdere rechtzoekenden maar een keer naar een locatie wordt gereisd vindt er geen cumulatie van reiskostenvergoedingen per toevoeging plaats. Dan kan slechts op één toevoeging de reiskostenvergoeding gedeclareerd worden. Dit is overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 24 lid 5 en 25 lid 5 van het Bvr.

Het aantal reiskilometers worden op gestandaardiseerde wijze bepaald. Dit is overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 24 lid 4 en 25 lid 4 van het Bvr.

Artikel 6

Voor de ouder is de rechtsbijstand in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag geheel kosteloos. Er wordt dus geen draagkrachttoets op inkomen en vermogen uitgevoerd (zie de toelichting bij het vierde lid van artikel 3) en er wordt geen eigen bijdrage opgelegd.

Evenmin kan de advocaat de ouder kosten in rekening brengen. Kosten van uittreksels e.d. worden geacht inbegrepen te zijn in de vergoeding voor administratieve kosten zoals genoemd in artikel 3, tweede lid onder c.

In het systeem van gefinancierde rechtsbijstand is in artikel 34g van de Wrb geregeld dat een vergoeding van de kosten van rechtsbijstand of een bepaald resultaat van een procedure resulteert in een intrekking van de toevoeging (resultaatsbeoordeling). Dit zou kunnen betekenen dat een ouder die compensatie/tegemoetkoming heeft ontvangen de kosten van rechtsbijstand zelf zou moeten betalen.

Dit is niet de bedoeling van deze subsidieregeling. Het derde lid van artikel 6 regelt daarom uitdrukkelijk dat er geen resultaatsbeoordeling wordt uitgevoerd.

Het vierde lid regelt dat een toegekende kostenveroordeling in de bezwaar- of (hoger) beroepsprocedure wordt verrekend met de vergoeding. Dit is billijk nu de ouder immers al geheel kosteloze rechtsbijstand geniet.

Indien de ouder aanspraak kan maken op een rechtsbijstandsverzekering die de volledige kosten van rechtsbijstand in het kader van de polis inzake deze rechtsbijstandsverzekering, kan hij geen gebruik maken van deze regeling. Dit is geregeld in het vijfde lid.

Artikel 7

Er is een bijlage bij deze regeling waarin de deelname- en matchingscriteria voor advocaten worden benoemd. Advocaten dienen een verzoek tot deelname aan de regeling te doen. Het formulier voor het verzoek tot deelname is te vinden op de site van de Raad (www.rechtsbijstand.nl). De advocaat vult dit in en zendt dit per e-mail (herstelregeling@rvr.org) of per post aan de Raad.

Artikel 8

Het aanvraagformulier voor toevoeging in het kader van de herstelregelingen kinderopvangtoeslag is te vinden op de site van de Raad (www.rechtsbijstand.nl). De ouder vult dit in en zendt dit met de bevestigingsbrief van de aanmelding bij de Belastingdienst/Toeslagen c.q. de beslissing op bezwaar, c.q. de uitspraak in beroep per e-mail (toeslag@rvr.org) of per post aan de Raad. De Raad heeft een aparte servicedesk ingericht voor de gedupeerde ouder. Het telefoonnummer daarvan is: 088-7871234.

Op basis van de verstrekte gegevens matcht de Raad een aantal bij de specifieke problematiek van de ouder passende advocaten. De ouder kan uit de voorgestelde advocaten een keuze maken. Dit is geregeld in het derde lid van dit artikel.

Het vierde lid regelt dat indien de ouder op het formulier aangeeft dat hij een specifieke advocaat wenst, de Raad – mits hij deelneemt aan deze regeling – deze advocaat toevoegt. Indien de gewenste advocaat niet aan de regeling deelneemt zal de Raad aan de ouder een matchingsvoorstel doen zoals beschreven in het derde lid van dit artikel.

In het vijfde lid van dit artikel is geregeld dat de ouder die zich op het moment van inwerkingtreding van deze regeling al heeft gemeld bij de Belastingdienst/Toeslagen en in die lopende procedure al een advocaat heeft die hem daarin bijstaat, de Raad deze advocaat toevoegt. De datum van inwerkingtreding van deze regeling en de datum van de opdrachtbevestiging van de advocaat is daarbij bepalend.

In het zesde lid is geregeld dat de advocaat voor de werkzaamheden als genoemd in het tweede tot en met zevende lid van artikel 4, een separate aanvraag moet indienen voor de in dat artikel genoemde werkzaamheden. Deze aanvragen zijn alleen voor de administratieve afhandeling door de Raad en worden enkel voor dit doel deelbesluiten genoemd. De rechtzoekende krijgt hier geen afschrift van de verwerking van deze deelbesluiten. De aanvraag om subsidie op grond van deze regeling wordt initieel gedaan door de rechtzoekende op grond van het eerste lid van dit artikel.

Artikel 9

De advocaat dient binnen een termijn van zes maanden na afronding van de werkzaamheden de aanvraag tot vergoeding van zijn werkzaamheden bij de Raad in te dienen. Hij vult daartoe het specifiek voor deze regeling geldende aanvraagformulier voor de vergoeding in.

Hierbij is tevens geregeld dat, indien van toepassing, de uitspraak of beslissing, vergezeld van een urenstaat dient te worden bijgevoegd door de advocaat.

Het aanvraagformulier met bijlage zendt de advocaat per e-mail (declaratieherstelregeling@rvr.org) of per post aan de Raad.

Er is gekozen voor een termijn van 6 maanden omdat de Raad de werkzaamheden in het kader van deze regeling met regelmaat wil monitoren en evalueren.

Artikel 10

Dit artikel regelt het overgangsrecht.

In het eerste lid is geregeld dat ouders die op het moment van inwerkingtreding van deze regeling lopende rechtsbijstand genieten van een advocaat in de procedure bij de Belastingdienst/Toeslagen komen in aanmerking voor deze regeling.

Er kan een verzoek worden gedaan tot toevoeging van een advocaat op basis van deze regeling en een reeds op basis van regulier beleid afgegeven toevoeging kan worden gemuteerd.

Indien er op het moment van inwerkingtreding van deze regeling het verzoek al is afgerond of reeds een beslissing op bezwaar is genomen door de Belastingdienst/Toeslagen is er géén aanspraak op deze regeling.

Het is mogelijk dat er op het moment van inwerkingtreding van deze regeling een beslissing op bezwaar is genomen in de procedure ter zake van de herstelregelingen, maar dat de procedure van het verzoek tot vergoeding van de werkelijk geleden schade nog loopt. Dan kan voor dat gedeelte van de procedure uiteraard wel aanspraak worden gemaakt op deze regeling.

In het tweede lid is geregeld dat verzoeken voor toevoeging voor het (hoger) beroep enkel kunnen worden aangevraagd indien de procedure nog loopt op het moment van inwerkingtreding van deze regeling.

Artikel 11

De citeertitel van deze regeling is; Subsidieregeling pakket rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag.

Artikel 12

De subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

In hoofdstuk 5 van de Algemene wet inkomensonafhankelijke regelingen en het Besluit Compensatieregeling wordt 31 december 2023 genoemd als einddatum voor het indienen van verzoeken tot herstel. De verwachting is dat de meeste verzoeken tot herstel op dat moment afgehandeld zijn. De Raad sluit bij deze datum aan door 31 december 2024 als einddatum te nemen voor het doen van aanvragen tot het vaststellen van een vergoeding zoals bedoeld in deze regeling.

Bijlage

I. Deelnamecriteria.

Om de ouder te verzekeren van adequate rechtsbijstand worden in de bijlage een aantal voorwaarden gesteld aan de advocaat voor deelname aan de regeling. Deze voorwaarden zien op kwaliteitscriteria waaraan hij dient te voldoen. Hij dient aantoonbare kennis en ervaring te hebben op het gebied van het domein van het bestuursrecht, het sociaal zekerheidsrecht, het sociale voorzieningenrecht, het belastingrecht en/of het woonrecht. Als objectieve norm wordt gesteld dat de advocaat in de twee voorgaande kalenderjaren van het verzoek tenminste 20 zaken heeft behandeld op deze rechtsgebieden. Dit kan blijken uit de toevoegingen die zijn afgegeven betreffende de zaakcodes B010, B011, B060, C010, C012, C020, C030, C031, D010, D020, D070, D071, F010, W010 en/of W013 en/of uit zaken op deze rechtsgebieden die hij niet op basis van gesubsidieerde rechtsbijstand heeft behandeld.

Deelnemende advocaten mogen in de voorgaande vijf kalenderjaren van het verzoek:

  • niet tuchtrechtelijk veroordeeld zijn wegens een tekortkoming in de kwaliteit van dienstverlening, als bedoeld in artikel 46 van de Advocatenwet;

  • geen maatregel zijn opgelegd in het kader van het Maatregelbeleid van de Raad.

Er zullen tussentijdse evaluaties worden gehouden over de werking van de regeling en om de kwaliteit te waarborgen kan er via de NOvA een peer-review plaatsvinden. De individuele deelnemende advocaten dienen bereid te zijn daaraan mee te werken.

II. Matchingscriteria.

De Raad zal aan de hand van de aanvraag van de ouder een geschikte advocaat zoeken en deze aan hem matchen. De advocaat dient daarom bij zijn verzoek tot deelname aan te geven in welke regio hij actief is.

Hij geeft informatie over zijn kantoor, zoals het aantal advocaten en de rechtsgebieden die binnen het kantoor worden behandeld en of er een samenwerkingsverband is met andere kantoren.

Hij dient ook aan te geven of hij ervaring heeft met het signaleren en behandelen van multi-problematiek van een rechtzoekende.

Naar boven