Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 22 december 2021, nr. IENW/BSK-2021/350400, tot wijziging van de Regeling tarieven scheepvaart 2005, de Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet en de Regeling olie-afgifteboekje Rijnvaart 1995, in verband met de jaarlijkse indexatie van de tarieven

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 51, tweede lid, van de Binnenvaartwet, artikel 35 van de Loodsenwet, artikel 37, derde lid, van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992, de artikelen 4, tweede lid, 17, eerste lid, en 21, eerste lid, van de Meetbrievenwet 1981, artikel 72, eerste en tweede lid, van de Schepenwet, artikel 311a, derde lid, van het Wetboek van Koophandel, artikel 34 van de Wet bestrijding maritieme ongevallen, artikel 14, derde lid, van de Wet havenstaatcontrole, de artikelen 2, derde lid, en 10 van de Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting, artikel 49, tweede lid, van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, artikel 40, tweede lid, van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen, artikel 62, aanhef en onderdelen a, b, c, d, e, h, i, j en k, van de Wet zeevarenden en de artikelen 6, derde lid, en 6a, derde lid, van de Zeebrievenwet;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling tarieven scheepvaart 2005 wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 1.1a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1.1b

  • 1. De tarieven, bedoeld in deze regeling, zijn verschuldigd voor het verrichten van werkzaamheden door ambtenaren van de Inspectie Leefomgeving en Transport in Nederland of een andere verstrekker.

  • 2. In geval van een vast tarief wordt het bedrag binnen 30 kalenderdagen na verzending van het betalingsverzoek voldaan. Een aanvraag bij een andere verstrekker dan de ILT wordt pas in behandeling genomen wanneer het verschuldigde tarief is voldaan.

  • 3. In geval van een uurtarief worden de werkzaamheden periodiek gefactureerd op basis van het werkelijk aantal bestede uren. De te betalen vergoeding wordt achteraf vastgesteld door het aantal bestede uren te vermenigvuldigen met het uurtarief. De aanvrager voldoet elke ontvangen factuur binnen 30 kalenderdagen na verzending van het betalingsverzoek.

B

Artikel 1.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 1.620’ vervangen door ‘€ 1.659’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 1.026’ vervangen door ‘€ 1.051’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 460’ vervangen door ‘€ 471’.

C

Artikel 1.5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 177’ vervangen door ‘€ 181’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 177’ vervangen door ‘€ 181’.

D

In artikel 1.7 wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

E

In artikel 1.8 wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

F

Artikel 1.10 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 114’ vervangen door ‘€ 117’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 114’ vervangen door ‘€ 117’.

G

In artikel 1.11 wordt ‘€ 135’ vervangen door ‘€ 138’.

H

Artikel 1.13 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

2. In het vierde lid wordt ‘€ 290’ vervangen door ‘€ 297’.

I

Artikel 1.14 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 441’ vervangen door ‘€ 452’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 130’ vervangen door ‘€ 133’.

J

Artikel 1.16 vervalt.

K

In artikel 1.18 wordt ‘€ 228’ vervangen door ‘€ 233’.

L

Artikel 1.21 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 46,80, exclusief BTW’ vervangen door ‘€ 47,74, exclusief BTW’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 17,63, exclusief BTW’ vervangen door ‘€ 17,98, exclusief BTW’.

M

Artikel 1.22 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 52,67, exclusief BTW’ vervangen door ‘€ 53,72, exclusief BTW’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 17,63, exclusief BTW’ vervangen door ‘€ 17,98, exclusief BTW’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 17,63, exclusief BTW’ vervangen door ‘€ 17,98, exclusief BTW’.

N

In artikel 1.23 wordt ‘€ 88’ vervangen door ‘€ 90’.

O

Artikel 1.24 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 121’ vervangen door ‘€ 123’.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 455’ vervangen door ‘€ 464’.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 194’ vervangen door ‘€ 198’.

4. In onderdeel d wordt ‘€ 47’ vervangen door ‘€ 48’.

P

Artikel 1.31 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 150’ vervangen door ‘€ 154’.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 150’ vervangen door ‘€ 154’ en wordt ‘€ 99’ vervangen door ‘€ 101’.

Q

In artikel 1.32 wordt ‘€ 34’ vervangen door ‘€ 35’.

R

Artikel 1.33 vervalt.

S

Artikel 2.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 167’.

2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 345’ vervangen door ‘€ 353’.

b. In onderdeel b wordt ‘€ 300’ vervangen door ‘€ 307’.

T

In artikel 2.3 wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 167’.

U

In artikel 2.4 wordt ‘€ 461’ vervangen door ‘€ 472’.

V

In artikel 2.5 wordt ‘€ 1.175’ vervangen door ‘€ 1.203’.

W

Artikel 2.6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 167’ vervangen door ‘€ 171’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 58’ vervangen door ‘€ 59’.

X

In artikel 2.7 wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

Y

In artikel 2.8, onderdeel a, wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

Z

In artikel 2.9 wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

AA

Artikel 2.10 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 1.622’ vervangen door ‘€ 1.661’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 175’ vervangen door ‘€ 179’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 144’ vervangen door ‘€ 147’.

4. In het vierde lid wordt ‘€ 498’ vervangen door ‘€ 510’.

5. In het vijfde lid wordt ‘€ 167’ vervangen door ‘€ 171’.

BB

Artikel 2.11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 319’ vervangen door ‘€ 327’.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 192’ vervangen door ‘€ 197’.

CC

In artikel 2.12 wordt ‘€ 183’ vervangen door ‘€ 187’.

DD

In artikel 2.13, onderdeel a, wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

EE

In artikel 2.14 wordt ‘€ 129’ vervangen door ‘€ 132’.

FF

In artikel 2.16 wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

GG

Artikel 2.17 wordt als volgt gewijzigd:

1. De tabel in het eerste lid komt te luiden:

Type onderzoek

≤75 m

>75 m

Onderzoek eerste afgifte

€ 167

 

Onderzoek eerste afgifte

 

€ 334

Viseren certificaten

€ 85

 

Viseren certificaten

 

€ 85

Onderzoek hernieuwde afgifte

€ 167

 

Onderzoek hernieuwde afgifte

 

€ 167

2. In het tweede lid wordt ‘€ 402’ vervangen door ‘€ 412’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 602’ vervangen door ‘€ 616’.

HH

In artikel 2.19 wordt ‘€ 190’ vervangen door ‘€ 195’.

II

Artikel 2.20 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 190’ vervangen door ‘€ 195’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

JJ

In artikel 2.21 wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

KK

Artikel 2.21a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 183’ vervangen door ‘€ 187’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

LL

Artikel 2.21b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 167’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

MM

Artikel 2.21c wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 509’ vervangen door ‘€ 521’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 160’ vervangen door ‘€ 164’.

NN

In artikel 2.21d wordt ‘€ 179’ vervangen door ‘€ 183’.

OO

Artikel 2.22 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 253’ vervangen door ‘€ 259’.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

PP

In artikel 2.24 wordt ‘€ 77’ vervangen door ‘€ 79’.

QQ

Artikel 2.25 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 119’ vervangen door ‘€ 121’.

b. In onderdeel b wordt ‘€ 79’ vervangen door ‘€ 81’.

c. In onderdeel c wordt ‘€ 120’ vervangen door ‘€ 122’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 166’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 123’ vervangen door ‘€ 125’

RR

In artikel 2.26 wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 167’.

SS

In artikel 2.27 wordt ‘€ 120’ vervangen door ‘€ 122’.

TT

Artikel 2.28 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 151’ vervangen door ‘€ 155’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 151’ vervangen door ‘€ 155’.

UU

In artikel 2.30 wordt ‘€ 99’ vervangen door ‘€ 101’ en wordt ‘€ 150’ vervangen door ‘€ 154’.

VV

Artikel 2.33 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 150’ vervangen door ‘€ 154’ en wordt ‘€ 99’ vervangen door ‘€ 101’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 35’ vervangen door ‘€ 36’.

WW

Artikel 2.34 vervalt.

XX

Artikel 3.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 1.648’ vervangen door ‘€ 1.688’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 565’ vervangen door ‘€ 579’.

YY

Artikel 3.1a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘USD 2.356’ vervangen door ‘USD 2.413’.

2. In het tweede lid wordt ‘USD 2.356’ vervangen door ‘USD 2.413’.

3. In het derde lid wordt ‘USD 187’ vervangen door ‘USD 191’.

ZZ

In artikel 3.2 wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

AAA

Artikel 3.4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 327’ vervangen door ‘€ 335’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

BBB

In artikel 3.5 wordt ‘€ 160’ vervangen door ‘€ 164’.

CCC

Artikel 3.6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 120’ vervangen door ‘€ 122’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 120’ vervangen door ‘€ 122’.

DDD

Artikel 3.7 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 120’ vervangen door ‘€ 122’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 141’ vervangen door ‘€ 144’.

EEE

In artikel 3.8 wordt ‘€ 51’ vervangen door ‘€ 52’.

FFF

In artikel 3.9 wordt ‘€ 147’ vervangen door ‘€ 151’.

GGG

In artikel 3.10 wordt ‘€ 301’ vervangen door ‘€ 308’.

HHH

In artikel 3.11 wordt ‘€ 123’ vervangen door ‘€ 125’.

III

In artikel 3.12 wordt ‘€ 123’ vervangen door ‘€ 125’.

JJJ

In artikel 4.2 wordt ‘ € 82’ vervangen door ‘€ 84’.

KKK

In artikel 4.3 wordt ‘ € 150’ vervangen door ‘€ 154’.

ARTIKEL II

De Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 komt als volgt te luiden:

Artikel 2

  • 1. De tarieven, bedoeld in deze regeling, zijn verschuldigd voor het verrichten van werkzaamheden door ambtenaren van de Inspectie Leefomgeving en Transport in Nederland. De aanvrager voldoet de ontvangen factuur binnen 30 kalenderdagen na verzending van het betalingsverzoek.

  • 2. In geval van een uurtarief worden de werkzaamheden periodiek gefactureerd op basis van het werkelijk aantal bestede uren. De te betalen vergoeding wordt achteraf vastgesteld door het aantal bestede uren te vermenigvuldigen met het uurtarief. De aanvrager voldoet elke ontvangen factuur binnen 30 kalenderdagen na verzending van het betalingsverzoek.

  • 3. Een aanvraag bij andere verstrekkers dan de ILT wordt pas in behandeling genomen wanneer het verschuldigde tarief is voldaan.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 261’ vervangen door ‘€ 267’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 179’ vervangen door ‘€ 183’.

C

In artikel 5 wordt ‘€ 494’ vervangen door ‘€ 506’.

D

In artikel 7 wordt ‘€ 948’ vervangen door ‘€ 971’.

E

In artikel 8 wordt ‘€ 697’ vervangen door ‘€ 714’.

F

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 167’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 263’ vervangen door ‘€ 269’.

G

In artikel 13 wordt ‘€ 114’ vervangen door ‘€ 117’.

H

In artikel 14 wordt ‘€ 526’ vervangen door ‘€ 539’.

I

Artikel 14a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘USD 2.356’ vervangen door ‘USD 2.413’.

2. In het tweede lid wordt ‘USD 187’ vervangen door ‘USD 191’.

J

Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

1. De tabel in het eerste lid komt te luiden:

 

< 24 meter

≥ 24 meter

Geklasseerde vissersvaartuigen

   

Onderzoek eerste afgifte certificaat

 

€ 16.748

Periodiek onderzoek vernieuwing/handhaving certificaat

 

€ 2.437

Onderzoek overname met langlopend certificaat

 

€ 5.600

Niet-geklasseerde vissersvaartuigen

   

Onderzoek eerste afgifte certificaat

€ 13.524

€ 30.600

Periodiek onderzoek vernieuwing/handhaving certificaat

€ 2.274

€ 2.800

Onderzoek overname met langlopend certificaat

€ 5.289

€ 6.516

2. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 2.846’ vervangen door ‘€ 2.914’

b. In onderdeel b wordt ‘€ 3.149’ vervangen door ‘€ 3.225’

3. In het vijfde lid wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 167’ en wordt ‘€ 328’ vervangen door ‘€ 336’.

4. In het zesde lid wordt ‘€ 328’ vervangen door ‘€ 336’.

K

In artikel 18 wordt ‘€ 948’ vervangen door ‘€ 971’.

L

In artikel 21 wordt ‘€ 157’ vervangen door ‘€ 161’.

M

In artikel 22, eerste lid, wordt ‘€ 83’ vervangen door ‘€ 85’.

N

Artikel 23 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 1.377’ vervangen door ‘€ 1.410’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 157’ vervangen door ‘€ 161’.

O

In artikel 24 wordt ‘€ 163’ vervangen door ‘€ 167’.

P

De twee tabellen in bijlage 1 komen te luiden:

Tarief onderzoek van niet-geklasseerde schepen en aannemersmateriaal

<500 GT

≥500 GT

Vrachtschip

   

Hernieuwde afgifte

€ 5.990

€ 7.672

Viseren certificaten

€ 1.365

€ 2.247

Aannemersmateriaal met voortstuwing

   

Hernieuwde afgifte

€ 6.980

€ 9.472

Viseren certificaten

€ 1.466

€ 2.347

Aannemersmateriaal zonder voortstuwing

   

Hernieuwde afgifte

€ 2.645

€ 3.352

Viseren certificaten

€ 853

€ 971

Aannemersmateriaal zonder voortstuwing, inclusief bemand werken

   

Hernieuwde afgifte

€ 2.646

€ 3.352

Viseren certificaten

€ 971

€ 971

Supply- en supportschip

   

Hernieuwde afgifte

€ 5.027

€ 7.672

Viseren certificaten

€ 853

€ 2.247

Sleepboot ≥24 meter

 

Hernieuwde afgifte

€ 6.109

Viseren certificaten

€ 1.657

Personentender ≥24 meter

 

Hernieuwde afgifte

€ 5.027

Viseren certificaten

€ 1.533

Patrouille-, peil- en meetvaartuig ≥24 meter

 

Hernieuwde afgifte

€ 5.027

Viseren certificaten

€ 1.533

ARTIKEL III

Artikel 2 van de Regeling olie-afgifteboekje Rijnvaart 1995 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 51,64’ vervangen door ‘€ 53,72’.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 36,95’ vervangen door ‘€ 37,70’.

3. In het derde lid wordt ‘€ 17,28’vervangen door ‘€ 17,98’.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2022. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2022 treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in het kader van de wijziging van de Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet tevens in het Afkondigingsblad van Aruba, in het Publicatieblad van Curaçao en in het Afkondigingsblad van Sint Maarten worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, B. Visser

TOELICHTING

Algemeen

Inleiding

Deze regeling strekt tot wijziging van de Regeling tarieven scheepvaart 2005, de Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet en de Regeling olie-afgifteboekje Rijnvaart 1995 in verband met de jaarlijkse indexatie van de tarieven als gevolg van de inflatiecorrectie. Zoals gebruikelijk is het voornemen de tarieven van de door de Inspectie Leefomgeving en Transport (hierna: ILT) verstrekte vergunningen jaarlijks per 1 januari te verhogen, zodat de tariefhoogte wordt aangepast aan de ontwikkeling van de kosten die per product in rekening worden gebracht.

Aanpassing tarieven ILT, Kiwa en CBR

ILT

Voor de vergunningverlenende werkzaamheden van de ILT worden tarieven in rekening gebracht. Uitgangspunt van het kabinetsbeleid is dat zoveel mogelijk kostendekkende tarieven in rekening worden gebracht. Met onderhavige wijzigingsregeling is aan voornoemd uitgangspunt nog niet voldaan. De tarieven zullen per 1 januari 2022 slechts worden aangepast aan de ontwikkeling van de kosten van vergunningverlening. Door het toepassen van een gewogen gemiddelde van de percentages Prijs overheidsconsumptie netto materieel (IMOC) en de CAO sector Overheid (publicatie CPB, september 2021) zullen de tarieven per 1 januari 2022 stijgen met 2,4%. Hierbij kan de tariefwijziging per product iets afwijken door het afronden van de bedragen.

Kiwa

Op 1 juni 2010 is de afgifte van een aantal vergunningen door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat in mandaat overgedragen aan Kiwa N.V. (hierna: Kiwa). De overeenkomst met Kiwa voorziet in een jaarlijkse stijging van de door Kiwa gehanteerde tarieven met een inflatiecorrectie en vanaf 1 januari 2014 tevens in een daling van de tarieven boven de kostprijs met een efficiencyfactor. Per 1 juli 2020 zijn alle Kiwa tarieven boven de kostprijs in één keer verlaagd naar een kostendekkend niveau. Ten aanzien van de tarieven die zich nog bevinden op een niveau onder de kostendekkendheid, is afgesproken deze geleidelijk naar een kostendekkend niveau te zullen verhogen. De door Kiwa gehanteerde tarieven zullen per 1 januari 2022 alleen worden aangepast aan de ontwikkeling van de kosten waarbij een inflatiecorrectie van 1,9% (CPI/CBS) van toepassing is.

SAB

De Stichting Afvalstoffen en Vaardocumenten Binnenvaart (SAB) brengt kosten in rekening voor werkzaamheden met betrekking tot het dienstboekje, het vaartijdenboek en het olie-afgifteboekje. Deze werkzaamheden dient de SAB kostendekkend uit te voeren. De tarieven voor 2022 stijgen met 2% in verband met het doorberekenen van de interne kosten en de verhoging van de kostprijs van de vaardocumenten.

Effecten op de administratieve lasten en de nalevingskosten

Voor de sector scheepvaart wordt het financiële kosteneffect van de wijziging van de tariefregeling in verband met de introductie van nieuwe vergunningen op ca. € 80.000 becijferd, op een totaal van jaarlijkse opbrengsten uit tarieven van scheepvaartvergunningen van ca. € 3,2 mln. Het financiële kosteneffect neemt toe door indexatie. Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het naar verwachting geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

Internetconsultatie

Het ontwerp van de regeling is in de periode van 30 november 2021 tot en met 20 december 2021 opengesteld voor openbare internetconsultatie. Doel van deze consultatie was burgers en bedrijven te informeren over de in voorbereiding zijnde regelgeving en hen de gelegenheid te bieden een reactie te geven op het ontwerp. De reacties op de internetconsultatie hebben niet geleid tot inhoudelijke wijzigingen.

Uitvoerbaarheid & handhaafbaarheid

Omdat het hier enkel gaat over de jaarlijks terugkerende wijziging van de scheepvaarttarieven, is in overleg met de Inspectie Leefomgeving en Transport geen HUF-toets uitgevoerd.

Vaste verandermomenten

De regeling treedt conform de vaste verandermomenten in werking per 1 januari 2022, of ten minste zo spoedig mogelijk na deze datum. Omdat deze regeling niet voor 1 november 2021 is gepubliceerd, wordt afgeweken van de op grond van art. 4.17, vijfde lid, onder a, van de Aanwijzingen voor de regelgeving vereiste invoeringstermijn van twee maanden. De reden hiervoor is dat vertraging van de inwerkingtreding van de regeling zal echter leiden tot nadelige financiële gevolgen voor de ILT en Kiwa, waardoor wordt afgeweken van de invoeringstermijn.

Artikelsgewijs

Artikel I, Onderdeel A

Met de invoeging van dit artikel wordt de werkwijze die de ILT en andere verstrekkers (bijvoorbeeld het CBR) hanteren op algemene wijze opgenomen. Hierdoor zal deze werkwijze gelden voor de gehele Regeling tarieven scheepvaart 2005 en de gehele Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet. Tot op heden gold dat voor enkele tarieven vooruitbetaald moest worden, voordat aan een onderzoek of keuring werd begonnen door de ILT. De ILT gaat echter een andere werkwijze hanteren. Voor de overige verstrekkers blijft wel gelden dat betaling vooraf dient te geschieden.

Met deze bepaling, die betrekking heeft op de betaling van verschuldigde bedragen, wordt het voor de ILT mogelijk gemaakt om stapsgewijs over te gaan naar een systeem waarbij achteraf gefactureerd wordt. Zo wordt ook onderscheid gemaakt tussen zogenaamde vaste tarieven en tarieven op basis van een uurtarief. De facturering van werkzaamheden op basis van een uurtarief kunnen pas worden vastgesteld nadat de werkzaamheden verricht zijn. De betaling en vergoeding vinden dan logischerwijs ook pas achteraf plaats.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, B. Visser

Naar boven