Besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 12 november 2021, kenmerk 2021-00000218769, houdende instelling van een externe commissie ter begeleiding van het Evaluatieonderzoek Awir, uitvoering en dienstverlening toeslagen

De Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane,

Gelet op artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. Staatssecretaris:

de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane;

b. Onderzoek:

het Evaluatieonderzoek Awir, uitvoering en dienstverlening toeslagen, waarvoor de DG Fiscale Zaken en DG Toeslagen opdracht hebben gegeven;

c. De begeleidingscommissie:

de externe begeleidingscommissie zoals bedoeld in artikel 2;

d. Ambtelijke werkgroep:

ondersteunende werkgroep waarin ambtenaren van het Ministerie van Financien, het Ministerie van Sociale Zaken en het DG Toeslagen plaatsnemen;

e. Extern onderzoeksbureau:

Het evaluatieonderzoek wordt uitgevoerd door een extern onderzoeksbureau dat via een inkoopprocedure wordt gekozen.

Artikel 2. Instelling en taak

• 1. Er is een Commissie ter begeleiding van het Evaluatieonderzoek Awir, uitvoering en dienstverlening toeslagen.

  De commissie heeft tot taak:

  • a. De begeleidingscommissie bestaat uit drie leden die gedurende de voorbereiding en looptijd van het onderzoek met een onafhankelijke blik en vanuit eigen expertise, adviseren en meedenken over de opzet en uitvoering van het onderzoek.

  • b. De begeleidingscommissie geeft vanuit de verschillende expertises gevraagd en ongevraagd advies aan de ambtelijke werkgroep en aan het externe onderzoeksbureau. De begeleidingscommissie reageert schriftelijk op tussenrapporten van het onderzoek. De ambtelijke werkgroep draagt zorg voor het doorgeleiden van de adviezen en reacties van de begeleidingscommissie naar het externe onderzoeksbureau.

  • c. De begeleidingscommissie geeft een appreciatie op het eindrapport.

  • d. De ambtelijke werkgroep faciliteert de begeleidingscommissie in gesprekken en andere zaken die nodig zijn voor de uitvoering van de in dit artikel geformuleerde taakstelling.

  • e. In onderling overleg tussen de ambtelijke werkgroep en de leden van de externe begeleidingscommissie krijgt de rol van de begeleidingscommissie verdere invulling.

Artikel 3. Samenstelling, benoeming, ontslag

• 1. De externe begeleidingscommissie bestaat uit drie externe leden.

• 2. De leden hebben zitting op persoonlijke titel en oefenen hun functie uit zonder last of ruggespraak.

• 3. De voorzitter en de andere leden worden door de Staatssecretaris benoemd.

• 4. Bij tussentijds vertrek van de voorzitter of een lid kan de Staatssecretaris een andere voorzitter of lid benoemen.

Artikel 4. Leden

Voor de duur van de commissie worden tot lid van de commissie benoemd:

• 1. Dr. V.E. Pattyn (voorzitter) | Assistant Professor Leiden University en verbonden aan het Instituut voor de overheid van de KU Leuven

• 2. Mr. A.M. Zwaneveld | gemeentelijke Ombudsman Rotterdam

• 3. Prof. dr. W. van Dijk | bijzonder hoogleraar Psychologische Determinanten van Economisch Keuzegedrag.

Artikel 5. Instellingsduur

De commissie wordt ingesteld voor de duur van de looptijd van het evaluatieonderzoek toeslagen ingesteld, te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 6. Ondersteuning

De Staatssecretaris voorziet met de ambtelijke werkgroep in de ondersteuning van de externe begeleidingscommissie.

Artikel 7. Werkwijze en geheimhouding

• 1. De externe begeleidingscommissie stelt haar eigen werkwijze vast.

• 1. De externe begeleidingscommissie verstrekt desgevraagd aan de Staatssecretaris de voor de uitoefening van zijn taak benodigde inlichtingen. De Staatssecretaris kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig is.

• 3. De leden van de externe begeleidingscommissie zijn verplicht tot geheimhouding van hetgeen hen in het verband van de werkzaamheden bekend is geworden.

Artikel 8. Vergoeding

• 1. Aan de drie leden wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, waarbij de salarisschaal wordt vastgesteld op schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984 en de arbeidsduurfactor op [1/36].

Artikel 9. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 november 2021.

Artikel 10. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Externe begeleidingscommissie evaluatieonderzoek Awir, uitvoering en dienstverlening toeslagen.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 12 november 2021

De Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane, A.C. van Huffelen

TOELICHTING INSTELLINGSBESLUIT

De Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) stelt algemene regels voor de procedure van het aanvragen, wijzigen, toekennen van voorschotten en het definitief toekennen van toeslagen en andere inkomensafhankelijke regelingen. De Awir is een kaderwet die alleen betrekking heeft op financiële bijdragen van het Rijk voor specifieke kosten van burgers, afhankelijk van het inkomen van de burger, waaronder de huurtoeslag, de zorgtoeslag, het kindgebonden budget en de kinderopvangtoeslag.

In deze evaluatie worden in de Strategische Evaluatie Agenda aangekondigde evaluaties naar de uitvoering en dienstverlening van toeslagen betrokken, om zicht te krijgen hoe de burger toeslagen ervaart. Ook gaat aandacht uit naar het (terugdringen van) niet-gebruik van toeslagen en naar het oplossen van hardheden in de wet- en regelgeving.

In de Awir is vastgelegd dat de verantwoordelijke bewindspersoon iedere vijf jaar verslag uitbrengt aan de Staten-Generaal over de doeltreffendheid en de bedoeling van de wet, en ook de effecten van de wet in de praktijk voor de toeslagontvangers. De laatste evaluatie stamt uit 2017 en beslaat de periode 2009–2016. Voor 2022 staat daarom de evaluatie over 2016–2020 op het programma.

De begeleidingscommissie heeft tot taak het adviseren, meedenken en adviseren over de opzet en de uitvoering van het onderzoek. Het instellingsbesluit stelt de instellingsduur van de begeleidingscommissie vast. Bij langdurige afwezigheid of tussentijds vertrek van de voorzitter of een lid kan de Staatssecretaris een andere voorzitter of lid benoemen.

Ook worden in het instellingsbesluit de leden van de begeleidingscommissie benoemt en de voorzitter vastgesteld. Het instellingsbesluit (artikel 8) regelt de vergoeding van de voorzitter en de leden op basis van de arbeidsduurfactor [1/36].

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 november 2021.

De Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane, A.C. van Huffelen