Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 23 november 2021, kenmerk 3283763-1020076-PG, houdende wijziging van de Subsidieregeling opleiding abortusartsen en de Subsidieregeling abortusklinieken in verband met de toevoeging van de opleiding tot sedationist en indexering van tarieven

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling opleiding abortusartsen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onder e, f en h, en artikel 3, eerste lid, wordt na ’opleiding tot abortusarts’ telkens ingevoegd ‘of sedationist’.

B

Artikel 5 komt te luiden:

Artikel 5. Hoogte van de subsidie

  • 1. De subsidie voor het verzorgen van een opleiding tot abortusarts bedraagt maximaal:

    • a. € 74.622 per opleidingsplaats eerste trimester abortusarts;

    • b. € 143.533 per opleidingsplaats tweede trimester A abortusarts;

    • c. € 170.411 per opleidingsplaats tweede trimester B abortusarts.

  • 2. De subsidie voor het verzorgen van een opleiding tot sedationist bedraagt maximaal:

    • a. € 8.799 per opleidingsplaats voor een eerste trimester opleideling;

    • b. € 14.764 per opleidingsplaats voor een eerste trimester abortusarts;

    • c. € 17.889 per opleidingsplaats voor een tweede trimester A abortusarts;

    • d. € 19.801 per opleidingsplaats voor een tweede trimester B abortusarts.

ARTIKEL II

Artikel 4, eerste lid, van de Subsidieregeling abortusklinieken komt te luiden:

  • 1. De subsidie voor een activiteit als hieronder vermeld, bedraagt maximaal:

    • a. € 46 per consult;

    • b. € 446 per eerste trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking medicamenteus wordt verricht;

    • c. € 595 per eerste trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking door middel van vacuümaspiratie wordt verricht zonder PSA of algehele anesthesie;

    • d. € 701 per eerste trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking door middel van vacuümaspiratie wordt verricht, waarbij PSA wordt toegepast onder verantwoordelijkheid van een abortusarts;

    • e. € 725 per eerste trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking door middel van vacuümaspiratie wordt verricht, waarbij PSA of algehele anesthesie wordt toegepast door een anesthesioloog;

    • f. € 854 per tweede trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking in de periode vanaf 13 tot en met 17 weken en 6 dagen amenorroe wordt verricht, waarbij PSA wordt toegepast onder verantwoordelijkheid van een abortusarts;

    • g. € 925 per tweede trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking in de periode vanaf 13 tot en met 17 weken en 6 dagen amenorroe wordt verricht, waarbij PSA of algehele anesthesie wordt toegepast door een anesthesioloog;

    • h. € 1.095 per tweede trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking in de periode vanaf 18 weken amenorroe wordt verricht, waarbij PSA wordt toegepast onder verantwoordelijkheid van een abortusarts;

    • i. € 1.213 per tweede trimesterbehandeling, indien de zwangerschapsafbreking in de periode vanaf 18 weken amenorroe wordt verricht, waarbij PSA of algehele anesthesie wordt toegepast door een anesthesioloog;

    • j. € 82 voor het plaatsen van langdurige anticonceptie aansluitend op een zwangerschapsafbreking.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

TOELICHTING

Algemeen

Deze regeling wijzigt de Subsidieregeling opleiding abortusartsen en de Subsidieregeling abortusklinieken. In beide regelingen worden de tarieven aangepast in verband met de jaarlijkse indexatie. Daarnaast wordt in de Subsidieregeling opleiding abortusartsen de mogelijkheid toegevoegd een subsidie aan te vragen voor de opleiding tot sedationist.

Momenteel werken bijna alle abortusklinieken met anesthesiologen. Een enkele kliniek kiest echter voor de werkwijze PSA (procedurele sedatie en/of analgesie, ofwel het toedienen van een sedativum of (sederend) analgeticum in het kader van een zwangerschapsafbreking) met sedationisten. Zij zijn van mening dat deze werkwijze medisch inhoudelijk veilig en effectief is. Een sedationist is geen erkend medisch-specialisme – zoals een abortusarts ook geen erkend specialisme is. Wel is het een extra opleiding voor abortusartsen, of voor personen die een opleiding tot abortusarts volgen. De klinieken die werken met sedationisten kunnen momenteel nog geen subsidie aanvragen voor de opleiding tot sedationist. Dit wordt met bovengenoemde wijziging wel mogelijk gemaakt.

De totale gemiddelde kosten van het opleiden tot abortusarts en tot sedationist zijn in 2021 opnieuw in kaart gebracht door middel van een onafhankelijk kostenonderzoek door Ecorys (2021)1. Dit onderzoek is uitgevoerd omdat de oude tarieven voor de opleiding tot abortusarts gebaseerd waren op een kostenonderzoek waarin onvoldoende rekening werd gehouden met de impact van het opleiden op de logistiek in een abortuskliniek.

De kosten van de opleiding tot sedationist zijn afhankelijk van de vooropleiding van de opleideling; die vooropleiding bepaalt namelijk hoe hoog de werkgeverslasten zijn van de opleiding, die een flinke component van de totale kosten vormen. De opleiding tot sedationist kun je volgen als 1e trimester opleideling (dat is dus eigenlijk een ‘student-student’), als 1e trimester arts (een abortusarts die abortussen in het eerste trimester mag uitvoeren), als 2A arts (een abortusarts die ook vroege tweede trimester abortussen mag uitvoeren), of als 2B arts (een abortusarts die ook late tweede trimester abortussen mag uitvoeren).

In de Subsidieregeling opleiding abortusartsen wordt daarom een extra subsidiecategorie opgenomen die over vier typen is uitgesplitst, met de tarieven die gebaseerd zijn op de totale gemiddelde opleidingskosten zoals die zijn vastgesteld in het kostenonderzoek.

Artikel 4 van de Subsidieregeling abortusklinieken vermeldt de van toepassing zijnde tarieven per type activiteit. De tarieven bestaan uit drie componenten: de normatieve huisvestingscomponent, die in 2014 is ingevoerd, een component voor loonkosten en een component voor de materiele kosten. Jaarlijks vindt indexatie plaats op basis van de indexcijfers van de Nederlandse Zorgautoriteit. Met de onderhavige wijzigingsregeling worden deze tarieven geïndexeerd voor 2022.

Omdat de tarieven voor de opleiding tot abortusarts en sedationist gebaseerd zijn op prijsindexcijfer 2019, zijn die tarieven geïndexeerd met de indexcijfers voor 2020, 2021 en met het voorlopige indexcijfer 2022.

Hierbij is gebruik gemaakt van de prijsindexcijfers zoals die gepubliceerd zijn door de Nza.2

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

Naar boven