Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. van 28 oktober 2021 houdende wijziging van de Regeling staten financiële ondernemingen Wft 2011

De Nederlandsche Bank N.V.;

Na raadpleging van de betrokken representatieve organisaties;

Gelet op artikel 3:18aa, vierde lid, van de Wet op financieel toezicht en artikel 131, eerste lid, van het Besluit prudentiële regels Wft;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling staten financiële ondernemingen Wft 2011 wordt als volgt gewijzigd:

A

1. In artikel 1:1, onderdeel f, wordt ‘CRD IV’ vervangen door ‘CRD’ en ‘Capital Requirements Directive IV’ door ‘Capital Requirements Directive’.

2. Aan artikel 1:1 wordt, onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van onderdeel l, een onderdeel toegevoegd:

m. IFR:

Verordening (EU) 2019/2033 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende prudentiële vereisten voor beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010, (EU) nr. 575/2013, (EU) nr. 600/2014 en (EU) nr. 806/2014 (PbEU 2019, L314).

B

1. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel a, wordt ‘artikel 130, derde lid, aanhef’ vervangen door ‘artikel 130, vijfde lid’.

2. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel b, wordt ‘artikel 130, vierde lid’ vervangen door ‘artikel 130, zesde lid’.

3. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel c, wordt ‘artikel 130, eerste lid, aanhef’ vervangen door ‘artikel 130, eerste lid’ en ‘bijlage 4’ door ‘bijlage 3’.

4. Onder verlettering van onderdelen d tot en met h tot f tot en met j worden twee onderdelen ingevoegd, luidende:

  • d. een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 130, tweede lid, van het Besluit, zoals opgenomen in bijlage 4 bij deze regeling;

  • e. een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 130, derde lid, van het Besluit, zoals opgenomen in bijlage 4 bij deze regeling;

5. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel f (nieuw), wordt ‘artikel 130, vijfde lid, aanhef’ vervangen door ‘artikel 130, zevende lid’.

6. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel g (nieuw), wordt ‘artikel 130, zevende lid, aanhef’ vervangen door ‘artikel 130, negende lid’.

7. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel h (nieuw), wordt ‘artikel 130, achtste lid, aanhef’ vervangen door ‘artikel 130, tiende lid, eerste zin’.

8. Onder verlettering van onderdelen i en j tot j en k wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

  • i. een beheerder als bedoeld in artikel 130, tiende lid, tweede zin, van het Besluit, zoals opgenomen in bijlage 4 en bijlage 13 bij deze regeling;

9. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel j, wordt ‘artikel 130, negende lid, aanhef’ vervangen door ‘artikel 130, elfde lid’.

10. In artikel 2:1, eerste lid, onderdeel k, wordt ‘artikel 130, eerste lid, aanhef’ vervangen door ‘artikel 130, eerste lid’.

C

Artikel 2:2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Een clearinginstelling, beleggingsonderneming of bank als bedoeld in artikel 130, eerste lid, van het Besluit, een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 130, tweede of derde lid, van het Besluit, een elektronische geldinstelling of betaalinstelling als bedoeld in artikel 130, zevende lid van het Besluit, een bijkantoor als bedoeld in artikel 130, achtste lid, van het Besluit, een premiepensioeninstelling als bedoeld in artikel 130, negende lid, van het Besluit en een beheerder als bedoeld in artikel 130, tiende lid, van het Besluit verstrekken de staten, bedoeld in artikel 130, eerste, tweede, derde, zevende, achtste, negende en tiende lid, van het Besluit aan DNB met de frequenties en binnen de termijnen, zoals vermeld in bijlage 6 bij deze regeling.

2. In het tweede lid, wordt ‘artikel 130, derde lid, van het Besluit’ vervangen door ‘artikel 130, vijfde lid, van het Besluit’.

3. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. In aanvulling op de ingevolge de artikelen 54 en 55 van de IFR te verstrekken staten, verstrekken een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 130, tweede lid, van het Besluit en een beheerder als bedoeld in artikel 130, tiende lid, tweede zin, balans- en resultaatgegevens ten behoeve van de evaluatie bedoeld in artikel 3:18aa, vierde lid, van de wet met de frequenties en binnen de termijnen, zoals vermeld in bijlage 6 bij deze regeling en volgens het model, zoals opgenomen in bijlage 4 bij deze regeling.

4. Het vijfde lid komt te luiden:

  • 5. Een beheerder als bedoeld in artikel 130, tiende lid, tweede zin, van het Besluit die voldoet aan de in artikel 12, eerste lid, IFR bepaalde voorwaarden om als kleine en niet-verweven beleggingsonderneming aangemerkt te worden, verstrekt de in artikel 54 van de IFR bedoelde gegevens op basis van de onder artikel 54, derde lid, IFR door de Europese Commissie vastgestelde technische uitvoeringsnormen zoals die gelden voor een kleine en niet-verweven beleggingsonderneming.

5. Het zesde lid komt te luiden:

  • 6. Een beheerder als bedoeld in artikel 130, tiende lid, tweede zin, van het Besluit die niet voldoet aan de in artikel 12, eerste lid, IFR bepaalde voorwaarden om als kleine en niet-verweven beleggingsonderneming aangemerkt te worden, verstrekt de in artikel 54 van de IFR bedoelde gegevens op basis van de onder artikel 54, derde lid, IFR door de Europese Commissie vastgestelde technische uitvoeringsnormen zoals die gelden voor een beleggingsonderneming niet zijnde een kleine en niet-verweven beleggingsonderneming.

6. In het tiende lid, wordt ‘beleggingsonderneming in de zin van artikel 4 van de CRR’ vervangen door ‘beleggingsonderneming onder de verordening kapitaalvereisten’.

7. In het twaalfde lid, wordt ‘artikel 130, negende lid’ vervangen door ‘artikel 130, elfde lid’.

8. In het dertiende lid, wordt ‘artikel 130, eerste lid, onderdeel d’ vervangen door ‘artikel 130, eerste lid, onderdeel b’.

D

1. In artikel 2:3, derde lid, wordt ‘artikel 130, derde lid’ vervangen door ‘artikel 130, vijfde lid’.

E

Artikel 2:4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘Artikel 2:4. – Geconsolideerde staten’ vervangen door ‘Artikel 2:4’.

2. In artikel 2:4, eerste lid, wordt ‘ uit de Wet, de CRR of hetgeen bij of krachtens de Wet of de CRR is vastgesteld’ vervangen door ‘uit de Wet, de CRR, de IFR of hetgeen bij of krachtens de Wet, de CRR of de IFR is vastgesteld’.

3. In artikel 2:4, tweede lid, wordt ‘ uit de Wet, de CRR of hetgeen bij of krachtens de Wet of de CRR is vastgesteld’ vervangen door ‘uit de Wet, de CRR, de IFR of hetgeen bij of krachtens de Wet, de CRR of de IFR is vastgesteld’.

4. In artikel 2:4, derde lid, wordt ‘ op grond van de Wet, de CRR of hetgeen bij of krachtens de Wet of de CRR is vastgesteld’ vervangen door ‘op grond van de Wet, de CRR, de IFR of hetgeen bij of krachtens de Wet, de CRR of de IFR is vastgesteld’.

5. Na het vierde lid worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 5. Indien een EU-moederbeleggingsonderneming, EU-moederbeleggingsholding of gemengde financiële EU-moederholding, zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de IFR, op basis van die bepaling de rapportages bedoeld in artikel 54 en artikel 55 van de IFR op geconsolideerde basis aan DNB dient te verstrekken, verstrekt zij ook de gegevens bedoeld in artikel 2:2, vierde lid, op basis van haar geconsolideerde situatie met de frequenties en binnen de termijnen, zoals vermeld in bijlage 6.3 bij deze regeling.

  • 6. Indien het een beleggingsondernemingsgroep is toegestaan om artikel 8 van de IFR toe te passen, worden naast de rapportages bedoeld in Annex VIII en IX van de door de Europese Commissie, op basis van artikel 54, derde lid, IFR, vastgestelde technische uitvoeringsnormen, ook de gegevens bedoeld in artikel 2:2, vierde lid, met de frequenties en binnen de termijnen, zoals vermeld in bijlage 6.3 bij deze regeling aan DNB verstrekt.

F

Bijlage 6 bij artikel 2:2, eerste lid – Frequentie en indieningstermijn staten, onderdeel 6.1 wordt als volgt gewijzigd:

1.6.1 Banken en clearinginstellingen in Nederland’ wordt vervangen door ‘6.1. Banken, beleggingsondernemingen onder de verordening kapitaalvereisten en clearinginstellingen in Nederland’.

2. In de eerste rij van tabel 6.1 wordt ‘Een bank, opt-in bank (art. 3:4) en clearinginstelling, als bedoeld in art. 3:72 lid 1 Wft’ vervangen door ‘Een bank, opt-in bank (art. 3:4), beleggingsondernemingen onder de verordening kapitaalvereisten en clearinginstelling, als bedoeld in art. 3:72 lid 1 Wft’.

3. In de vijfde rij van tabel 6.1 wordt ‘Op verzoek (by request), met het oog op toepassing van art. 153 tot en met 159 CRD IV’ vervangen door ‘Op verzoek (by request), met het oog op toepassing van art. 153 tot en met 159 CRD’.

G

Bijlage 6 bij artikel 2:2, eerste lid – Frequentie en indieningstermijn staten, onderdeel 6.3 Beleggingsondernemingen in Nederland en beheerders, komt te luiden:

Beheerders van een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 2:65 Wft of beheerders van een ICBE als bedoeld in artikel 2:69b Wft

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

T 00.01

Aard van het verslag (FINREP)

per kalender halfjaar (per Q2 en per Q4)

Uiterlijk op 11 augustus en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag

T 00.03

Vermogensbeheer – Aantal deelnemers / Beheerd vermogen

T 01.01

Balans [overzicht van de financiële positie]: Activa

T 01.02

Balans [overzicht van de financiële positie]: Passiva

T 01.03

Balans [overzicht van de financiële positie]: Eigen vermogen

T 01.09

Details overige activa / overige verplichtingen

T 02.00

Winst-en-verliesrekening

T 09.01

Posten buiten de balanstelling die onderworpen zijn aan kredietrisico: Toegezegde leningen, financiële garanties en andere gedane toezeggingen

T 09.02

Toegezegde leningen, financiële garanties en andere ontvangen toezeggingen

T 09.03

Posten buiten de balanstelling: kwalitatieve informatie

T 11.09

Beheerde Fondsen: Opgave per fonds

T 22.09

Baten uit vergoedingen en provisies naar activiteit

T 31.01

Verbonden partijen: te betalen bedragen aan en te ontvangen bedragen van

T 31.02

Verbonden partijen: baten en lasten uit transacties met

T 70.00

Vaste kosteneis calculatie (IF3)

T 71.00

Kapitaalseisen: Vermogensbeheer

T 90.00

Samenstelling van toetsingsvermogen

Een beleggingsmaatschappij die geen aparte beheerder heeft als bedoeld in artikel 2:65, onderdeel b van de Wft of een maatschappij voor collectieve beleggingen in effecten die geen aparte beheerder heeft als bedoeld in artikel 2:69b, eerste lid, onderdeel b van de Wft

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

T 00.01

Aard van het verslag (FINREP)

per kalender halfjaar (per Q2 en per Q4)

Uiterlijk op 11 augustus en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag

T 00.03

Vermogensbeheer – Aantal deelnemers / Beheerd vermogen

T 01.01

Balans [overzicht van de financiële positie]: Activa

T 01.02

Balans [overzicht van de financiële positie]: Passiva

T 01.03

Balans [overzicht van de financiële positie]: Eigen vermogen

T 01.09

Details overige activa / overige verplichtingen

T 02.00

Winst-en-verliesrekening

T 09.01

Posten buiten de balanstelling die onderworpen zijn aan kredietrisico: Toegezegde leningen, financiële garanties en andere gedane toezeggingen

T 09.02

Toegezegde leningen, financiële garanties en andere ontvangen toezeggingen

T 09.03

Posten buiten de balanstelling: kwalitatieve informatie

T 11.09

Beheerde Fondsen: Opgave per fonds

T 22.09

Baten uit vergoedingen en provisies naar activiteit

T 31.01

Verbonden partijen: te betalen bedragen aan en te ontvangen bedragen van

T 31.02

Verbonden partijen: baten en lasten uit transacties met

T 70.00

Vaste kosteneis calculatie (IF3)

T 71.00

Kapitaalseisen: Vermogensbeheer

T 90.00

Samenstelling van toetsingsvermogen

Beheerders van een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 2:65 Wft die het is toegestaan de activiteiten te verrichten of diensten te verlenen als bedoeld in artikel 2:67a, tweede lid, Wft of beheerders van een ICBE als bedoeld in artikel 2:69b die het is toegestaan de activiteiten te verrichten of diensten te verlenen als bedoeld in artikel 2:69c, tweede lid, Wft en die, indien zij onder het toepassingsbereik van de IFR zouden vallen, zouden voldoen aan de voorwaarden van artikel 12, eerste lid, van de IFR om als kleine en niet-verweven beleggingsonderneming aangemerkt te worden.

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

 

Uitvraag financiële informatie als bedoeld in artikel 54 IFR en nader uitgewerkt in Annex III en Annex IV van de technische uitvoeringsnorm inzake rapportages o.g.v. art. 54, derde lid, IFR.

Jaarlijks

Uiterlijk 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag.

T 00.01

Aard van het verslag (FINREP)

per kalender kwartaal

Uiterlijk op 12 mei, 11 augustus, 11 november en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag.

T 00.02

Beheerd vermogen – additionele details

T 00.03

Vermogensbeheer – Aantal deelnemers / Beheerd vermogen

T 01.01

Balans [overzicht van de financiële positie]: Activa

T 01.02

Balans [overzicht van de financiële positie]: Passiva

T 01.03

Balans [overzicht van de financiële positie]: Eigen vermogen

T 01.09

Details overige activa / overige verplichtingen

T 02.00

Winst-en-verliesrekening

T 09.01

Posten buiten de balanstelling die onderworpen zijn aan kredietrisico: Toegezegde leningen, financiële garanties en andere gedane toezeggingen

T 09.02

Toegezegde leningen, financiële garanties en andere ontvangen toezeggingen

T 09.03

Posten buiten de balanstelling: kwalitatieve informatie

T 11.09

Beheerde Fondsen: Opgave per fonds

T 22.09

Baten uit vergoedingen en provisies naar activiteit

T 31.01

Verbonden partijen: te betalen bedragen aan en te ontvangen bedragen van

T 31.02

Verbonden partijen: baten en lasten uit transacties met

T 71.00

Kapitaalseisen: Vermogensbeheer

T 90.00

Samenstelling van toetsingsvermogen

Beheerders van een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 2:65 Wft die het is toegestaan de activiteiten te verrichten of diensten te verlenen als bedoeld in artikel 2:67a, tweede lid, Wft of beheerders van een ICBE als bedoeld in artikel 2:69b die het is toegestaan de activiteiten te verrichten of diensten te verlenen als bedoeld in artikel 2:69c, tweede lid, Wft en die, indien zij onder het toepassingsbereik van de IFR zouden vallen, niet zouden voldoen aan de voorwaarden van artikel 12, eerste lid, van de IFR om als kleine en niet-verweven beleggingsonderneming aangemerkt te worden.

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

 

Uitvraag financiële informatie als bedoeld in artikel 54 IFR en nader uitgewerkt in Annex I en Annex II van de technische uitvoeringsnorm inzake rapportages o.g.v. art. 54, derde lid, IFR.

Per kalenderkwartaal

Uiterlijk op 12 mei, 11 augustus, 11 november en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag

T 00.01

Aard van het verslag (FINREP)

T 00.03

Vermogensbeheer – Aantal deelnemers / Beheerd vermogen

T 01.01

Balans [overzicht van de financiële positie]: Activa

T 01.02

Balans [overzicht van de financiële positie]: Passiva

T 01.03

Balans [overzicht van de financiële positie]: Eigen vermogen

T 01.09

Details overige activa / overige verplichtingen

T 02.00

Winst-en-verliesrekening

T 09.01

Posten buiten de balanstelling die onderworpen zijn aan kredietrisico: Toegezegde leningen, financiële garanties en andere gedane toezeggingen

T 09.02

Toegezegde leningen, financiële garanties en andere ontvangen toezeggingen

T 09.03

Posten buiten de balanstelling: kwalitatieve informatie

T 11.09

Beheerde Fondsen: Opgave per fonds

T 22.09

Baten uit vergoedingen en provisies naar activiteit

T 31.01

Verbonden partijen: te betalen bedragen aan en te ontvangen bedragen van

T 31.02

Verbonden partijen: baten en lasten uit transacties met

T 71.00

Kapitaalseisen: Vermogensbeheer

Een beleggingsonderneming in de zin van de richtlijn prudentieel toezicht beleggingsondernemingen die voldoet aan de voorwaarden van artikel 12, eerste lid, van de IFR om als kleine en niet-verweven beleggingsonderneming aangemerkt te worden.

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

Geconsolideerd1

 

Uitvraag financiële informatie als bedoeld in artikel 54 en 55 IFR en nader uitgewerkt in Annex III en Annex IV van de technische uitvoeringsnorm inzake rapportages o.g.v. art. 54, derde lid, IFR en de technische uitvoeringsnorm inzake rapportages o.g.v. art. 55, vijfde lid, IFR.

Jaarlijks

Uiterlijk 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag.

Ja

T 00.01

Aard van het verslag (FINREP)

Per kalenderkwartaal

Uiterlijk op 12 mei, 11 augustus, 11 november en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag

Ja

 

T 00.02

Beheerd vermogen – additionele details

Ja

T 00.03

Vermogensbeheer – Aantal deelnemers / Beheerd vermogen

Ja

T 01.01

Balans [overzicht van de financiële positie]: Activa

Ja

T 01.02

Balans [overzicht van de financiële positie]: Passiva

Ja

T 01.03

Balans [overzicht van de financiële positie]: Eigen vermogen

Ja

T 01.09

Details overige activa / overige verplichtingen

Ja

T 02.00

Winst-en-verliesrekening

Ja

T 09.01

Posten buiten de balanstelling die onderworpen zijn aan kredietrisico: Toegezegde leningen, financiële garanties en andere gedane toezeggingen

Ja

T 09.02

Toegezegde leningen, financiële garanties en andere ontvangen toezeggingen

Ja

T 09.03

Posten buiten de balanstelling: kwalitatieve informatie

Ja

T 22.09

Baten uit vergoedingen en provisies naar activiteit

Ja

T 31.01

Verbonden partijen: te betalen bedragen aan en te ontvangen bedragen van

Ja

T 31.02

Verbonden partijen: baten en lasten uit transacties met

Ja

X Noot
1

Onder geconsolideerd wordt naast de situatie in artikel 2:4, vijfde lid, ook bedoeld de situatie in artikel 2:4, zesde lid, met dien verstande dat indien het een beleggingsondernemingsgroep is toegestaan om artikel 8 van de IFR toe te passen, in dat kader voor de toepassing van de tweede rij voor ‘Annex III en Annex IV’ wordt gelezen ‘Annex VIII en Annex IX’ en de in deze Annexen bedoelde informatie per kalenderkwartaal wordt ingediend (uiterlijk op 12 mei, 11 augustus, 11 november en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag).

Een beleggingsonderneming in de zin van de richtlijn prudentieel toezicht beleggingsondernemingen, niet zijnde een kleine en niet-verweven beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van IFR.

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

Geconsolideerd 1

 

Uitvraag financiële informatie als bedoeld in artikel 54 en 55 IFR en nader uitgewerkt in Annex I en Annex II van de technische uitvoeringsnorm inzake rapportages o.g.v. art. 54, derde lid, IFR en de technische uitvoeringsnorm inzake rapportages o.g.v. art. 55 vijfde lid IFR.*

Per kalenderkwartaal

Uiterlijk op 12 mei, 11 augustus, 11 november en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag

Ja

T 00.01

Aard van het verslag (FINREP)

Ja

T 00.03

Vermogensbeheer – Aantal deelnemers / Beheerd vermogen

Ja

T 01.01

Balans [overzicht van de financiële positie]: Activa

Ja

T 01.02

Balans [overzicht van de financiële positie]: Passiva

Ja

T 01.03

Balans [overzicht van de financiële positie]: Eigen vermogen

Ja

T 01.09

Details overige activa / overige verplichtingen

Ja

T 02.00

Winst-en-verliesrekening

Ja

T 09.01

Posten buiten de balanstelling die onderworpen zijn aan kredietrisico: Toegezegde leningen, financiële garanties en andere gedane toezeggingen

Ja

T 09.02

Toegezegde leningen, financiële garanties en andere ontvangen toezeggingen

Ja

T 09.03

Posten buiten de balanstelling: kwalitatieve informatie

Ja

T 22.09

Baten uit vergoedingen en provisies naar activiteit

Ja

T 31.01

Verbonden partijen: te betalen bedragen aan en te ontvangen bedragen van

Ja

T 31.02

Verbonden partijen: baten en lasten uit transacties met

Ja

X Noot
1

Onder geconsolideerd wordt naast de situatie in artikel 2:4, vijfde lid, ook bedoeld de situatie in artikel 2:4, zesde lid, met dien verstande dat indien het een beleggingsondernemingsgroep is toegestaan om artikel 8 van de IFR toe te passen, in dat kader voor de toepassing van de tweede rij voor ‘Annex I en Annex II’ wordt gelezen ‘Annex VIII en Annex IX’.

Een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 3:82, eerste lid, van de wet en die, indien zij in Nederland zou zijn gevestigd, onder het toepassingsbereik van de IFR zou vallen

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

 

Financiële verklaring derde landen – Financial statement third country – Investment Firms

Per kalenderkwartaal

Uiterlijk op 12 mei, 11 augustus, 11 november en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag

Een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 3:82, eerste lid, van de wet en die, indien zij in Nederland zou zijn gevestigd, onder het toepassingsbereik van de CRR zou vallen

Staat

 

Frequentie

Indieningstermijn

 

Financiële verklaring derde landen – Financial statement third country – Banks

Per kalenderkwartaal

Uiterlijk op 12 mei, 11 augustus, 11 november en 11 februari; of indien dit valt op een feestdag, zaterdag of zondag; de eerstvolgende werkdag

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip dat artikel I, onderdelen R en S, van het Implementatiebesluit prudentieel toezicht beleggingsondernemingen in werking treden. Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Amsterdam, 28 oktober 2021

De Nederlandsche Bank N.V., S.J. Maijoor

TOELICHTING

1. ALGEMEEN

De IFR/IFD introduceert nieuwe Europese rapportageregels voor beleggingsondernemingen in de zin van de richtlijn prudentieel toezicht beleggingsondernemingen. Een aantal rapportagevereisten met betrekking tot aanwezig kapitaal, de kapitaaleisen, de liquiditeitseisen en concentratierisico’s volgt direct uit artikel 54 en artikel 55 van de IFR. Deze vereisten zijn vergelijkbaar met de huidige COREP rapportages onder de CRR. De rapportagetemplates en rapportagedata worden op basis van een ontwerp van de EBA, door de Europese Commissie via technische uitvoeringsnormen vastgesteld.

Op basis van artikel 3:18aa, lid 4, Wft, beschikt DNB over de bevoegdheid om regels te stellen met betrekking tot de staten, bedoeld in artikel 3:72 Wft, en de rapportages ingevolge de IFR, inhoudende dat daarin aanvullende informatie wordt opgenomen door beleggingsondernemingen in de zin van de richtlijn prudentieel toezicht beleggingsondernemingen of dat de staten of rapportages door deze beleggingsondernemingen frequenter worden verstrekt, indien dit noodzakelijk is voor de evaluatie bedoeld in artikel 3:18aa, lid 1, Wft.

Via deze regeling oefent DNB de bevoegdheid gegeven in artikel 3:18aa, lid 4, Wft, uit. Met deze regeling stelt DNB vast dat beleggingsondernemingen aanvullende financiële informatie met betrekking tot de balans en de winst- en verliesrekening, ook wel bekend als FINREP, aan DNB rapporteren en geeft DNB de frequenties en termijnen hiervoor. De meeste beleggingsondernemingen moesten voorheen ook al FINREP rapportages verstrekken aan DNB. De FINREP rapportages zijn voor DNB een belangrijke bron van informatie omtrent de financiële status van de beleggingsonderneming. De FINREP stelt DNB in staat om gegevens uit andere rapportages aangaande het toetsingsvermogen en kapitaaleisen te verifiëren en controleren en om meer inzicht in de risico’s te krijgen waaraan een beleggingsonderneming is blootgesteld. FINREP rapportages zijn daarmee voor DNB van groot belang voor het uitvoeren van de evaluatie bedoeld in artikel 3:18aa, lid 1, Wft. Daarnaast zijn FINREP rapportages van belang voor de beoordeling of een evaluatie zoals bedoeld in artikel 3:18aa, lid 1, Wft, voor wat betreft een kleine en niet-verweven beleggingsondernemingen, bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de IFR, noodzakelijk is en om de intensiteit en frequentie van deze evaluaties te bepalen. De FINREP rapportages overlappen niet met de rapportages op basis van artikel 54 en 55 IFR. Om de evaluatie zoals bedoeld in artikel 3:18aa, lid 1, Wft uit te kunnen voeren is het voor DNB van belang dat de FINREP rapportages per kwartaal aan haar worden verstrekt.

Indien een EU-moederbeleggingsonderneming, EU-moederbeleggingsholding of gemengde financiële EU-moederholding op basis van artikel 7 van de IFR verplicht is om de COREP rapportages op geconsolideerde basis aan DNB te rapporteren dan wel op basis van artikel 8 van de IFR verplicht is te rapporteren over de op haar van toepassing zijnde groepskapitaaltest, rapporteert zij ook de FINREP rapportages op geconsolideerde basis aan DNB. Deze informatie is noodzakelijk voor DNB voor het uitvoeren van de evaluatie bedoeld in artikel 3:18aa, lid 1, Wft op geconsolideerde basis.

Beheerders van een beleggingsinstelling of beheerders van een icbe die een beleggingsdienst verlenen op grond van artikel 2:67a, tweede lid, respectievelijk artikel 2:69c, tweede lid, van de wet, moeten op basis van artikel 130, tiende lid, tweede zin, van het Besluit tevens de in artikel 54 van de IFR bedoelde gegevens aan DNB rapporteren. Deze verplichting geldt in aanvulling op de bestaande verplichting die voortvloeit uit artikel 130, tiende lid, eerste zin, van het Besluit. Ook moeten beheerders FINREP rapportages aan DNB verstrekken, overeenkomstig beleggingsondernemingen. De termijnen voor het indienen van de COREP en FINREP rapportages door beheerders komen overeen met de termijnen voor beleggingsondernemingen.

2. RESULTATEN CONSULTATIE

De concepttekst van de onderhavige regeling is van 24 augustus tot 21 september 2021 openbaar geconsulteerd op de website van DNB. Er zijn geen reacties ontvangen.

Naar boven