Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 14 september 2021, nr. IENW/BSK-2021/236999, tot wijziging van de Subsidieregeling versterking omgevingsveiligheid industriële activiteiten

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 4, eerste lid, en 5, onderdeel a, van de Kaderwet subsidies I en M en artikel 2, eerste lid, van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

ARTIKEL I

In artikel 14 van de Subsidieregeling versterking omgevingsveiligheid industriële activiteiten wordt ‘die voor die datum zijn verleend’ vervangen door ‘waarvoor voor die datum een aanvraag is ontvangen’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S.P.R.A. van Weyenberg

TOELICHTING

Inleiding

De Subsidieregeling versterking omgevingsveiligheid industriële activiteiten (hierna: subsidieregeling) is op 1 oktober 2016 in werking getreden en vervalt met ingang van 1 oktober 2021. De subsidieregeling heeft als doel het ondersteunen van initiatieven die voldoende bijdragen aan blijvende versterking van de omgevingsveiligheid in Nederland ten aanzien van industriële activiteiten met gevaarlijke stoffen of risicovolle processen.

Aanleiding en wijziging

In artikel 14 van de subsidieregeling is bepaald dat de regeling vervalt per 1 oktober 2021, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn verleend. Wanneer vlak voor de datum van 1 oktober 2021 nog aanvragen worden ontvangen, is de kans aanzienlijk dat het niet mogelijk is om hierop nog tijdig een besluit te nemen. De verwachting is dat hooguit enkele aanvragen vlak voor de datum van 1 oktober zullen worden ingediend en dat hiervoor wel voldoende budget beschikbaar zal zijn. Om te voorkomen dat op deze aanvragen geen besluit kan worden genomen vanwege het bepaalde in artikel 14, is besloten dit artikel zodanig te wijzigen dat de subsidieregeling van toepassing blijft op subsidies die na 1 oktober 2021 zijn verleend, mits voor die datum een aanvraag om subsidie is ontvangen. De vervaldatum van de subsidieregeling blijft hierdoor ongewijzigd.

Gevolgen

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor bedrijven en burgers en brengt ook geen hogere nalevingskosten met zich mee. Daarnaast zullen de bestuurlijke lasten zeer gering zijn, omdat wordt verwacht dat door de wijziging van de subsidieregeling ten opzichte van de situatie dat de subsidieregeling ongewijzigd zou zijn gebleven, hooguit op enkele aanvragen extra een besluit moet worden genomen. Onder deze omstandigheden is besloten de wijzigingsregeling niet voor te leggen aan het Adviescollege toetsing regeldruk. Vanwege het feit dat deze wijzigingsregeling geen ingrijpende verandering teweegbrengt in de rechten en plichten van burgers en bedrijven en evenmin ingrijpende gevolgen heeft voor de uitvoeringspraktijk, kon ook worden afgezien van internetconsultatie.

Inwerkingtreding

Deze wijziging van de subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Bij de vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding is afgeweken van de vaste verandermomenten (Aanwijzing voor de regelgeving 4.17, tweede lid) en de minimuminvoeringstermijn van twee maanden (Aanwijzing voor de regelgeving 4.17, vierde lid). De reden van deze afwijking is dat hiermee, gelet op de doelgroep, aanmerkelijke ongewenste private nadelen worden voorkomen (Aanwijzing voor de regelgeving 4.17, vijfde lid, onderdeel a). Een snelle inwerkingtreding zorgt ervoor dat alle reeds voor 1 oktober 2021 ingediende aanvragen ook na deze datum nog in behandeling kunnen worden genomen.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S.P.R.A. van Weyenberg

Naar boven