Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 24 augustus 2021, nr. Minbuza.2021-9042-32, tot wijziging van diverse regelingen op het terrein van de strategische goederen ter uitvoering van de Verordening (EU) 2021/821 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2021 tot instelling van een EU-regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel, de technische bijstand en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik (herschikking) (PbEU 2021, L 206) (Uitvoeringsregeling herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik)

De Minister van Buitenlandse zaken,

Gelet op Verordening (EU) 2021/821 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2021 tot instelling van een EU-regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel, de technische bijstand en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik (herschikking) (PbEU 2021, L 206), de artikelen 4 en 4b van het Besluit strategische goederen en de artikelen 4, 7, derde lid, onderdeel b, en vierde lid, en 14, tweede lid, van de Wet strategische diensten;

Besluit:

ARTIKEL I (REGELING GOEDEREN VOOR TWEEËRLEI GEBRUIK)

In artikel 5, tweede lid, onder a, van de Regeling goederen voor tweeërlei gebruik wordt ‘artikel 2, vijfde lid, van verordening 428/2009’ vervangen door ‘artikel 2, zevende lid, van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’.

ARTIKEL II (REGELING GOEDEREN VOOR TWEEËRLEI GEBRUIK IRAK)

In artikel 5, tweede lid, onder a, van de Regeling goederen voor tweeërlei gebruik Irak wordt ‘artikel 2, vijfde lid, van verordening 428/2009’ vervangen door ‘artikel 2, zevende lid, van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’.

ARTIKEL III (UITVOERINGSREGELING STRATEGISCHE DIENSTEN)

De Uitvoeringsregeling strategische diensten wordt gewijzigd als volgt:

A

Na artikel 1 wordt een artikel 1a ingevoegd, luidende:

Artikel 1a

Deze regeling berust mede op de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

B

In artikel 3, tweede lid, onder d, wordt ‘bijlage I bij verordening 428/2009’ vervangen door ‘bijlage I bij de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’.

C

In artikel 5, tweede lid, onder c, wordt ‘bijlage I bij verordening 428/2009’ vervangen door ‘bijlage I bij de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’.

ARTIKEL IV (UITVOERINGSREGELING STRATEGISCHE GOEDEREN 2012)

De Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012 wordt gewijzigd als volgt:

A

Na artikel 1 wordt een artikel 1a ingevoegd, luidende:

Artikel 1a

Deze regeling berust mede op de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

B

In artikel 3, tweede en derde lid, wordt ‘verordening 428/2009’ telkens vervangen door ‘de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’.

C

In artikel 5a wordt ‘artikel 9, eerste lid, van verordening 428/2009’ vervangen door ‘artikel 12, eerste lid, onder d, van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’.

D

Artikel 8 wordt gewijzigd als volgt:

a. In de aanhef wordt ‘verordening 428/2009’ vervangen door ‘de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’.

b. In onderdeel b, onder 3°, wordt ‘bijlage I bij Verordening 428/2009’ vervangen door ‘bijlage I bij de Verordening producten voor tweeërlei gebruik’

ARTIKEL V (INWERKINGTREDING)

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 9 september 2021.

  • 2. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 8 september 2021, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 9 september 2021.

ARTIKEL VI (CITEERTITEL)

Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A.M. Kaag

TOELICHTING

Algemeen deel

1. Inleiding

1.1 Aanleiding

Sinds 1994 beschikt de Europese Unie over een gemeenschappelijke regeling voor de exportcontrole op goederen voor tweeërlei gebruik. Goederen voor tweeërlei gebruik zijn goederen die doorgaans voor civiele doeleinden worden gebruikt, maar ook kunnen worden toegepast voor militair gebruik of bij de ontwikkeling en de productie van massavernietigingswapens of hun overbrengingsmiddelen. De relevante regelgeving was tot voor kort neergelegd in EU Verordening 428/2009.1 Om rekening te houden met de snel veranderende technologische, economische en politieke omstandigheden presenteerde de Europese Commissie in september 2016 een voorstel voor een herziene verordening tot actualisering en aanvulling van de geldende regels.

De herziening van EU Verordening 428/2009 werd afgerond met een geaccordeerde tekst in mei 2021. Op 11 juni 2021 is de herziene verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie geplaatst. 90 dagen na publicatie, zijnde 9 september 2021, treedt de herziene tekst in werking en moet de implementatie ervan hebben plaatsgevonden.

De implementatie van de herziene Verordening producten voor tweeërlei gebruik voor die datum vindt plaats door middel van deze Uitvoeringsregeling tot wijziging van vier ministeriële regelingen,2 het wetsvoorstel Uitvoeringswet herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik en het Tijdelijke uitvoeringsbesluit herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

1.2 Leeswijzer toelichting

In deze toelichting zal in paragraaf 2 worden ingegaan op de belangrijkste aanpassingen ten opzichte van EU Verordening 428/2009. Daarna zal in paragraaf 3 kort worden ingegaan op hoe de herziene verordening zich verhoudt tot ander internationaal recht. In paragraaf 4 worden de hoofdlijnen van de Uitvoeringsregeling genoemd en in paragraaf 5 de gevolgen voor de uitvoering, regeldruk en handhaving. De totstandkoming van de Uitvoeringsregeling wordt beschreven in paragraaf 6. Aan het slot van de memorie van toelichting bij wetsvoorstel Uitvoeringswet en de nota van toelichting bij het Tijdelijk uitvoeringsbesluit volgt er een overzicht met wijzigingen in bestaande wet- en regelgeving in relatie tot de herziene verordening (zie de zogeheten transponeringstabel in bijlage 1).

2. Hoofdlijnen van de herziene verordening

De kern van EU Verordening 428/2009 is een stelsel voor controles met in de bijlage een samengestelde controlelijst die gecombineerd wordt uit de lijsten van de vier internationale exportcontrole regimes: het Wassenaar Arrangement, de Nuclear Suppliers Group, de Australia Group en het Missile Technology Control Regime. Deze lijst vormt een internationale standaard, en de Europese Commissie is bevoegd deze jaarlijks te actualiseren op basis van afspraken in deze regimes.

De herziene verordening omvat een modernisering van deze wetgeving (EU 428/2009) en bevat een aantal vernieuwingen om het bestaande EU-exportcontrolebeleid voor goederen met tweeërlei gebruik beter aan te laten sluiten bij internationale ontwikkelingen die van invloed zijn op handelsstromen. De samengestelde controlelijst wordt bij deze herziening niet gewijzigd.

De verordening beoogt een positief effect op het gebied van veiligheid, preventie van mensenrechtenschendingen, vermindering van de storing van de concurrentiepositie binnen de interne markt en een gelijk speelveld op mondiaal niveau.

De meest in het oog springende vernieuwing is de toevoeging van cybersurveillancetechnologie aan de verordening met het oog op de bescherming van mensenrechten. Daarnaast zijn in de herziene verordening stappen gezet om het gelijke speelveld binnen de EU te versterken en de transparantie te vergroten.

  • Cybersurveillance technologie wordt expliciet omschreven in de herziene tekst en er wordt voorzien in een mogelijkheid om dergelijke technologie ad hoc onder exportcontrole te brengen bij zorgen omtrent mensenrechtenschendingen.

  • Het level playing field binnen de EU wordt vergroot door het verplicht stellen van een eindgebruikersverklaring en een internal compliance program bij bepaalde vergunningen. Daarmee wordt dit onderdeel van staand Nederlands beleid gelijk getrokken binnen de EU. Tevens wordt de drempel voor EU Lidstaten verlaagd om elkaars ad hoc ingestelde vergunningplicht in het kader van openbare veiligheid (inclusief terrorismedreiging) en mensenrechtenoverwegingen, over te nemen.

  • Het doen van transacties die weinig risico opleveren wordt vereenvoudigd voor bedrijven door middel van een Uniale algemene vergunning voor groepsinterne uitvoer (EU007) en voor de uitvoer van bepaalde cryptogoederen (EU008). Tevens krijgen EU Lidstaten de mogelijkheid om de looptijd van bepaalde vergunningen te verlengen, zodat exporteurs minder vaak een nieuwe vergunning hoeven aan te vragen.

  • De transparantie en de onderlinge samenwerking worden vergroot op het thema exportcontrole. Zo worden rapportageverplichtingen voor de EU Lidstaten aan de EU Commissie breder en wordt aangestuurd op meer informatie-uitwisseling tussen Lidstaten onderling. Tevens wordt een handhavings-coördinatiemechanisme opgezet.

  • Technische bijstand wordt expliciet omschreven in de hoofdtekst van de verordening en krijgt zijn eigen artikel. Dit stond voorheen in een technische voetnoot.

De tijdlijn daarvan was als volgt: op 28 september 2016 presenteerde de Europese Commissie een voorstel voor een herziening van EU Verordening 428/2009 over exportcontrole van dual use-goederen. Op 4 november 2016 bood het kabinet een BNC Fiche aan met de Nederlandse positie ten aanzien van het voorstel.3

Op 29 augustus 2018 stuurde het Kabinet de Tweede Kamer een brief met daarin een stand van zaken herziening dual use-verordening4. In 2018 heeft een uitgebreide industrieconsulatie plaatsgevonden. Zowel op Europees als op nationaal niveau (met werkgeversorganisaties maar ook met betrokken bedrijven).

In mei 2021 resulteerde het Brusselse wetgevingsproces in een geaccordeerde tekst van de herziene Verordening producten voor tweeërlei gebruik, die op 11 juni jl. in het Publicatieblad van de EU is gepubliceerd (L 206).

3. Verhouding herziene verordening tot ander internationaal recht

De EU Verordening 2021/821 is de Europese regeling met directe werking voor burgers en lidstaten van de Europese Unie voor controle op de uitvoer van producten en technologie voor tweeërlei gebruik (dual use-goederen). Dit zijn goederen die voor zowel civiele als voor militaire doeleinden kunnen worden ingezet. De EU Verordening producten voor tweeërlei gebruik is een specifiek gerichte verordening en heeft zo voorrang op de meer algemene EU Douaneregelgeving voor de export (en import) van andere niet-strategische goederen.

De Verordening producten voor tweeërlei gebruik heeft een sterke connectie met de vier internationale exportcontroleregimes. Bij deze samenwerkingsverbanden zijn ook niet-EU landen aangesloten en worden technische specificaties besproken van goederen die volgens de aangesloten landen aan exportcontrole onderhevig zouden moeten zijn. Jaarlijks komen in deze vier regimes aangepaste controlelijsten tot stand die in zijn geheel worden overgenomen en samengevoegd in de eerste bijlage van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik. Dit gebeurt door middel van een gedelegeerde handeling door de EU Commissie (‘delegated act’). Bijlage I van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik wordt niet eigenstandig door de EU Commissie of de EU lidstaten aangepast en vormt een zuivere kopie van de controlelijsten opgesteld door de bovengenoemde regimes.

EU sanctieregelingen maken soms ook gebruik van de mechanismen en de controlelijst van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik, maar zijn gericht tegen specifieke derde landen. Waar de doelstelling van sanctiemaatregelen bovenal een politieke aard heeft en een oordeel draagt over de acties van bepaalde derden, ligt de doelstelling van de EU Verordening producten voor tweeërlei gebruik in het voorkomen van de ongewenste inzet van deze goederen in militaire toepassingen en het voorkomen van de productie, ontwikkeling en verspreiding van massavernietigingswapens waar ook ter wereld.

4. Hoofdlijnen van de Uitvoeringsregeling

4.1 Wijziging van de vier ministeriële regelingen

De regels voor de controle op de invoer, uitvoer en doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik zijn in de Nederlandse regelgeving verspreid terecht gekomen in de Wet strategische diensten (WSD) en, op basis van de Algemene douanewet,5 in het Besluit strategische goederen (Bsg) en diverse ministeriële regelingen. Aangezien het in hoofdzaak om regelgeving gaat over goederen is het merendeel terechtgekomen in het Bsg, in paragraaf 2, Goederen voor tweeërlei gebruik. In de WSD zijn de regels voornamelijk te vinden in paragraaf 2 van hoofdstuk 1; diensten met betrekking tot goederen voor tweeërlei gebruik. In die paragraaf worden vooral regels gesteld voor de overdracht van programmatuur of technologie, het verlenen van technische bijstand of het verrichten van tussenhandeldiensten. In het Bsg zijn de regels voor de controle op export opgenomen voor de verschillende goederen voor tweeërlei gebruik. Naast de WSD en het Bsg zijn ook nog regels opgenomen in de vier ministeriële regelingen. De herziening van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik vergt wijzigingen in alle bovengenoemde regelingen.

Voor de tijdelijke andere lezing van de WSD is op grond van artikel 13, eerste lid, van de WSD al een Tijdelijk uitvoeringsbesluit opgesteld, inclusief een wijziging van de Bsg. Voor de permanente wijziging van de WSD is gelijktijdig een wetsvoorstel opgesteld, het wetsvoorstel Uitvoeringswet herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

Voor de wijzigingen in vier ministeriële regelingen is deze Uitvoeringsregeling opgesteld. Deze uitvoeringsregeling wijzigt de Regeling goederen voor tweeërlei gebruik, de Regeling goederen voor tweeërlei gebruik Irak, de Uitvoeringsregeling strategische diensten en de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012.

De implementatie van de herziene Verordening producten voor tweeërlei gebruik in de WSD, het Bsg en in de vier genoemde ministeriële regelingen bestaat grotendeels uit wetstechnische of terminologische aanpassingen van de verwijzingen in de artikelen van de WSD, het Bsg en van de vier ministeriële regelingen naar de verordening uit 2009. Omdat de belangrijkste keuzes op Europees of internationaal niveau, o.m. in het zogeheten Wassenaar Arrangement, worden gemaakt, is er bovendien weinig tot geen ruimte voor nationale beleidskeuzes of zogeheten nationale koppen.

Om die reden is de Nederlandse uitwerking als het om strategische goederen gaat al meteen in een amvb geregeld, te weten het Bsg.

4.2 Doorwerking wijzigingen verordening in het Nederlandse stelsel

Op grond van hun internationale verplichtingen (zoals onder meer voortkomend uit het Non-proliferatieverdrag, het Verdrag chemische wapens, en de VN-veiligheidsraad resolutie 1540) moeten de EU lidstaten op nationaal niveau over maatregelen beschikken om de proliferatie van nucleaire, chemische of biologische wapens en hun overbrengingsmiddelen te voorkomen. De EU nam in 2009 een verordening aan tot instelling van een regeling voor controle op de uitvoer van, de tussenhandel in, de technische bijstand voor en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik. De herziene verordening dient tot actualisering en uitbreiding van de geldende regels.

Ter uitvoering van EU Verordening 428/2009 zijn in Nederland de exportcontroleregels over strategische goederen op basis van de Algemene douanewet opgenomen in het daarop gebaseerde Besluit strategische goederen (Bsg). Omdat de Algemene douanewet alleen ziet op de controle van goederen, was het noodzakelijk een wettelijke basis te creëren voor alle vormen van strategische diensten. Bepaalde diensten kunnen immers eveneens aan de ontwikkeling en productie van massavernietigingswapens of hun overbrengingsmiddelen bijdragen. Als gevolg trad de Wet strategische diensten (WSD) in 2011 in werking.

De WSD regelt de controle op het verlenen van bepaalde diensten ten aanzien van strategische goederen, door het handelen in strijd met de betreffende bepalingen uit EU Verordening 428/2009 te verbieden. De WSD creëert derhalve een duidelijke basis voor de regels waaraan deze activiteiten gebonden zijn.

De vier ministeriele regelingen zien toe op (1) een vergunningplicht voor uitvoer van en het verlenen van tussenhandeldiensten voor goederen voor tweeërlei gebruik (RGTG), (2) de invoering van een vergunningplicht voor uitvoer van en het verlenen van tussenhandeldiensten voor goederen voor tweeërlei gebruik die als bestemming of eindbestemming hebben Irak en die niet zijn genoemd in bijlage I van de Dual-Use Verordening (RGTGI), (3) de uitvoering van de Wet strategische diensten (USD) en (4) de vaststelling van een herziene uitvoeringsregeling strategische goederen (USG12).

Op nationaal niveau is de huidige aanpassing van de WSD, het Bsg en de vier ministeriele regelingen voornamelijk van wetstechnische of terminologische aard waar deze ter uitvoering van EU Verordening 428/2009 verwijst naar artikelen uit deze verordening. Er volgen weinig inhoudelijke wijzigingen uit de herziene verordening voor de WSD, het Bsg en de vier ministeriele regelingen. Zo blijft het stelsel van exportvergunningverlening in Nederland ongewijzigd, toetst Nederland bepaalde aanvragen van exportvergunningen reeds op de mensenrechtensituatie in het land van eindbestemming en hanteert Nederland eveneens reeds het beleid van het verplicht stellen van een eindgebruikersverklaring en een internal compliance program (ICP) bij bepaalde vergunningen (level playing field). Tot slot harmoniseert de herziene verordening de regels die van toepassing zijn op het verlenen van technische bijstand die momenteel al op nationaal niveau geregeld worden. Waar de herziene verordening een beleidsoptie biedt tot inhoudelijke wijzigingen betreft dit nationale beleidskeuzes waarvoor ruimte is binnen de gestelde wet- en regelgeving, en valt dit buiten het bestek van deze Uitvoeringsregeling.

4.3 Slotbepalingen

Het artikel 31 van de herziene verordening bepaalt dat op het moment van inwerkingtreding van de herziene EU dual-use verordening voor reeds ingediende aanvragen de oude EU Verordening 428/2009 van toepassing blijft. Na inwerkingtreding van de herziene verordening behoeven daarom de liggende aanvragen niet te worden ingetrokken en herziene aanvragen te worden ingediend. Dit is uiteraard wel toegestaan, indien dit voor de aanvrager gunstiger is.

Verder bepaalt artikel 31 dat eerder gemaakte referenties aan de oude verordening geacht worden een referentie te zijn aan de herziene verordening (in overeenstemming met bijlage VI bij de herziene verordening). In die zin kunnen reeds verleende vergunningen worden gezien als verleend onder de herziene verordening: eventuele referenties aan de ‘oude’ verordening zullen worden gelezen als referenties aan de relevante bepalingen van de herziene verordening. Al verleende vergunningen blijven derhalve geldig.

Daarnaast zijn nog overgangsbepalingen opgenomen in artikel II van het wetsvoorstel Uitvoeringswet en artikel 3.1 van het Tijdelijk uitvoeringsbesluit herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik. Voor de precieze inhoud daarvan wordt kortheidshalve verwezen naar de artikelsgewijze toelichting bij die artikelen.

5. Uitvoering en handhaving

5.1 Lastendruk voor bedrijven

Conclusie is dat naar aanleiding van de herziene Verordening producten voor tweeërlei gebruik de bij deze Uitvoeringsregeling gestelde aanpassingen in de vier ministeriële regelingen in algemene zin niet zal leiden tot een substantiële toename van de administratieve lasten voor het Nederlands bedrijfsleven. Daar waar de herziene verordening de mogelijkheid biedt tot nationale beleidsmatige keuzes kan dit voor het Nederlands bedrijfsleven een lastenverzwaring met zich meebrengen, maar deze nader uit te werken beleidsmatige keuzes vallen niet binnen de reikwijdte van deze Uitvoeringsregeling. Zo betreft de uitbreiding van exportcontrole op cybersurveillancetechnologie, primair een nationale bevoegdheid en leidt het door deze Uitvoeringsregeling niet direct tot een structurele lastenverzwaring. Dat geldt ook voor de beleidsoptie voor EU lidstaten om te variëren in de looptijd van bepaalde exportvergunningen, wat potentieel een lastenverlichting betreft.

De lastendruk blijft ongewijzigd of zal afnemen waar het gaat om het beleid dat Nederland reeds voert omtrent een ICP en het introduceren van twee nieuwe Uniale algemene vergunningen voor bedrijven waar het transacties betreft die weinig risico opleveren.

5.2 Bezwaar- en beroepszaken als gevolg van de herziene verordening

De herziene verordening voorziet in een mogelijkheid om cybersurveillancetechnologie onder exportcontrole te brengen bij zorgen omtrent onder andere mensenrechtenschendingen. Hoewel het moeilijk in te schatten is, is de verwachting dat op grond van deze nieuwe bepaling op jaarbasis het totaal aantal bewaar- en beroepszaken dat wordt ingediend nagenoeg gelijk zal blijven.

5.3 Financiële gevolgen

Uitgaande van een ongewijzigd aantal bewaar- en beroepszaken en de gelijke lastendruk betekent dit dat de herziening van de verordening niet tot een significante toename van de administratieve lasten zal leiden.

De overgangsperiode zal voor zowel de overheid als het bedrijfsleven enige investering vergen om de administratieve processen aan te passen. O.a. kosten voor het adequaat voorlichten van bedrijfsleven over de herziene verordening worden als beperkt ingeschat. Er zijn geen overige nalevingskosten; evenmin zijn er administratieve lasten voor burgers.

6. Totstandkoming van de Uitvoeringsregeling

De implementatie van de herziene Verordening producten voor tweeërlei gebruik vindt plaats door middel van deze Uitvoeringsregeling tot wijziging van vier ministeriële regelingen, het spoedwetsvoorstel tot wijziging van de WSD en een uitvoeringsbesluit.

Tijdige implementatie van de herziene verordening die op 9 september 2021 in werking treedt en rechtstreeks van toepassing wordt in Nederland, zorgt dat de Minister van Buitenlandse Zaken als bevoegde autoriteit blijft aangewezen in relatie tot de juiste bepalingen in de verordening. Daarbij gaat het met name om diens bevoegdheden voor de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving.

Gedurende het hele totstandkomingsproces is de Tweede Kamer regelmatig op de hoogte gehouden van de voortgang van dit proces.6 Tezamen met de uitgebreide industrieconsultatie en de korte implementatietermijn is dit reden geweest om met gebruikmaking van artikel 13 van de WSD de uitvoering door middel van een wetsvoorstel en het Tijdelijk uitvoeringsbesluit herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik te laten plaatsvinden en deze Uitvoeringsregeling. Omdat er bij de totstandkoming in Brussel al sprake is geweest van consultatie en er sprake is van strikte implementatie is deze Uitvoeringsregeling zelf niet meer geconsulteerd.

Artikelsgewijs deel

Artikel I (Regeling goederen voor tweeërlei gebruik)

In artikel 5, tweede lid, onder a, wordt de verwijzing naar artikel 2, vijfde lid, van verordening 428/2009 vervangen door een verwijzing naar het soortgelijke artikel 2, zevende lid, van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

Artikel II (Regeling goederen voor tweeërlei gebruik Irak)

In artikel 5, tweede lid, onder a, wordt de verwijzing naar artikel 2, vijfde lid, van verordening 428/2009 vervangen door een verwijzing naar artikel 2, zevende lid, van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

Artikel III (Uitvoeringsregeling strategische diensten)

Onderdeel A (artikel 1a)

Na artikel 1 wordt een nieuw artikel 1a ingevoegd om aan te geven dat deze regeling voortaan mede berust op de Verordening producten voor tweeërlei gebruik. Nu wordt in de aanhef van deze regeling nog verwezen naar de oude verordening 428/2009, waardoor onduidelijkheid over de geldigheid kan ontstaan. Artikel 1a neemt die onduidelijkheid weg.

Onderdelen B en C (artikel 3 en 5)

In artikel 3, tweede lid, onder d, en artikel 5, tweede lid, onder c, wordt de verwijzing naar bijlage I bij verordening 428/2009 telkens vervangen door een verwijzing naar bijlage I bij de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

Artikel IV (Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012)

Onderdeel A (artikel 1a)

Na artikel 1 wordt een nieuw artikel 1a ingevoegd om aan te geven dat deze regeling voortaan mede berust op de Verordening producten voor tweeërlei gebruik. Nu wordt in de aanhef van deze regeling nog verwezen naar de oude verordening 428/2009, waardoor onduidelijkheid over de geldigheid kan ontstaan. Artikel 1a neemt die onduidelijkheid weg.

Onderdeel B (artikel 3)

In artikel 3, tweede en derde lid, wordt de verwijzing naar verordening 428/2009 telkens vervangen door een verwijzing naar de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

Onderdeel C (artikel 5a)

In artikel 5a wordt de verwijzing naar artikel 9, eerste lid, van verordening 428/2009 vervangen door een verwijzing naar artikel 12, eerste lid, onder d, van de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

Onderdeel D (artikel 8)

In aanhef van artikel 8 wordt de verwijzing naar verordening 428/2009 vervangen door een verwijzing naar de Verordening producten voor tweeërlei gebruik.

In onderdeel b, onder 3° van dit artikel wordt de verwijzing naar bijlage I bij Verordening 428/2009 vervangen door een verwijzing naar bijlage I bij de Verordening producten voor tweeërlei gebruik

Artikel V (inwerkingtreding)

In dit artikel wordt de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling geregeld. Daarvoor wordt aangesloten bij de inwerkingtredingsbepalingen in het Tijdelijk uitvoeringsbesluit herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik en de Uitvoeringswet herziening Verordening producten voor tweeërlei gebruik. Alle drie deze regelingsproducten treden in werking op de dag dat eerder genoemde verordening inwerking treedt, met ingang van 9 september 2021.

Als de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, echter wordt uitgegeven na 8 september 2021, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 9 september 2021.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A.M. Kaag


X Noot
1

Verordening (EU) 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik.

X Noot
2

Deze regelingen zijn: de Uitvoeringsregeling strategische diensten (USD), de Regeling goederen voor tweeërlei gebruik (RGTG), de Regeling goederen voor tweeërlei gebruik Irak (RGTGI) en de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012 (USG12).

X Noot
3

Kamerstukken II 2015/16, 22 112, nr. 2240.

X Noot
4

Kamerstukken II 2018/19, 22 112, nr. 2686.

X Noot
5

Artikelen 1: 4, eerste en tweede lid, en 3:1, eerste lid, van de Algemene douanewet.

X Noot
6

Kamerstukken II 2015/16, 22 112, nr. 2240, Kamerstukken 2018/19, 22 112, nr. 2686, Kamerstukken 2020/2021, 22 054, nr. 334.

Naar boven