De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
Gelet op artikel 68b van de Mijnbouwwet;
Besluit:
ARTIKEL I
De Regeling investeringsaftrek marginale gasvoorkomens Nederlands continentaal plat
wordt als volgt gewijzigd:
A
Na artikel 1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 1a
Na inwerkingtreding van artikel I, onderdeel J, van de wet van 27 januari 2021 tot
wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken en
investeringsaftrek) (Stb. 2021, 92) berust deze regeling op artikel 68b van de Mijnbouwwet.
B
Artikel 5, tweede en derde lid, vervallen.
C
Na artikel 5 wordt een artikel 5a ingevoegd, luidende:
Artikel 5a
Deze regeling is van toepassing op een aanvraag tot aanwijzing van een voorkomen van
gas als bedoeld in artikel 68a, eerste lid, tweede volzin, van de Mijnbouwwet, zoals
deze bepaling luidde voor de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel J, van de wet
van 27 januari 2021 tot wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of hergebruiken
van mijnbouwwerken en investeringsaftrek) (Stb. 2021, 92), voor zover deze aanvraag is ingediend in de jaren 2010 tot en met 2019.
D
Artikel 7 komt te luiden:
Artikel 7
Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke regeling investeringsaftrek marginale
gasvoorkomens Nederlands continentaal plat voor de jaren 2010-2019.
ARTIKEL II
De Tijdelijke regeling investeringsaftrek marginale gasvoorkomens Nederlands continentaal
plat voor de jaren 2010-2019 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2022.
ARTIKEL III
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag dat artikel I, onderdeel J van
de wet tot wijziging van de Mijnbouwwet in werking treedt.
’s-Gravenhage, 5 juni 2021
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, S.A. Blok
TOELICHTING
1. Doel en aanleiding
Bij de wet van 27 januari 2021 tot wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of
hergebruiken van mijnbouwwerken en investeringsaftrek) (Stb. 2021, 92) zijn de artikelen 68a en 68b van de Mijnbouwwet gewijzigd. De investeringsaftrek
van 25% voor de berekening van de afdracht van winstaandeel aan de Staat der Nederlanden
is met ingang van 1 januari 2020 vervangen door een generieke investeringsaftrek van
40%. Deze hogere aftrek geldt echter niet voor investeringen die zijn gedaan in de
jaren 2010 tot en met 2019. De besluitvorming over een aantal aanvragen als bedoeld
in artikel 68a, eerste lid, tweede volzin, van de Mijnbouwwet (oud), die in verband
met investeringen in die jaren zijn gedaan, is nog niet geheel gereed.
2. Aanvragen in de jaren 2010 tot en met 2019
De toepassing van de investeringsaftrek Regeling investeringsaftrek marginale gasvoorkomens
Nederlands continentaal plat (hierna: de regeling) voorziet voor de jaren 2010 tot
en met 2019 in een uitvoering van de investeringsaftrek in overeenstemming met de
goedkeuring voor staatssteun die door de Europese Commissie is verleend. In verband
met deze goedkeuring blijft deze regeling onveranderd van toepassing op aanvragen
tot aanwijzing als marginaal gasvoorkomen die vanaf de invoering van de regeling in
2010 tot en met 2019 zijn ingediend. Met de wijziging in artikel I, onderdeel C, (artikel
5a (nieuw)) is geregeld dat de huidige bepalingen van de Regeling investeringsaftrek
marginale gasvoorkomens Nederlands continentaal plat van toepassing blijven op aanvragen
die zijn ingediend in de jaren 2010 tot en met het jaar 2019.
3. Jaren 2020 en later
Vanaf 1 januari 2020 geldt een nieuwe generieke aftrek van 40% voor investeringen
in mijnbouwwerken voor opsporing of winning van een voorkomen van koolwaterstoffen
voor de berekening van de afdracht van winstaandeel aan de Staat der Nederlanden (artikel
68a (nieuw) van de Mijnbouwwet). Investeringen die na 1 januari 2020 zijn gedaan,
vallen zonder meer onder dit gunstiger nieuwe generieke regime. Hiermee zijn artikel
5, tweede en derde lid, van de regeling die voorzien in een mogelijkheid tot het aanvragen
van uitstel van de investeringen per 1 januari 2020 zinledig geworden en vervallen
(artikel I, onderdeel B). De tijdelijke werking van de Regeling investeringsaftrek
marginale gasvoorkomens Nederlands continentaal plat is met artikel I, onderdeel D
(wijziging van artikel 7) in de citeertitel tot uitdrukking gebracht: Tijdelijke regeling
investeringsaftrek marginale gasvoorkomens Nederlands continentaal plat voor de jaren
2010-2019.
4. Regeldruk
Deze regeling heeft geen effect op de regeldruk. De regeling bevat geen informatieverplichtingen
voor bedrijven en veroorzaakt geen administratieve lasten. Ook is er geen sprake van
inhoudelijke nalevingskosten en toezichtslasten.
5. Vaste verandermoment
In overeenstemming met aanwijzing 4.17, vijfde lid, onder a, van de Aanwijzingen voor
de regelgeving treedt deze regeling niet op een vast verandermoment in werking, omdat
het voordeel van een spoedige inwerkingtreding van de investeringsaftrek, zoals vastgelegd
bij de wet van 27 januari 2021 tot wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of
hergebruiken van mijnbouwwerken en investeringsaftrek) (Stb. 2021, 92) aanmerkelijke voordelen heeft voor mijnbouwondernemingen en de inkomsten van de
Staat der Nederlanden.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, S.A. Blok