Regeling van de Minister voor Medische Zorg, van 18 mei 2021, kenmerk 2361784-1009103-CZ, houdende wijziging van de Regeling ambulancezorgvoorzieningen teneinde het mogelijk te maken dat op een later tijdstip wordt voldaan aan verplichting met betrekking tot de jaarrekening over verslagjaar 2020

De Minister voor Medische Zorg;

Gelet op artikel 20 van de Wet ambulancezorgvoorzieningen;

Besluit:

ARTIKEL I

Aan artikel 23 van de Regeling ambulancezorgvoorzieningen wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van het eerste lid wordt de jaarrekening die betrekking heeft op het jaar 2020 uiterlijk vóór 1 oktober 2021 aangeleverd.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark

TOELICHTING

Algemeen

1. Inleiding

Gelet op de aanhoudende gevolgen van de pandemie en de derde golf van het Coronavirus COVID-19 is besloten om met een wijziging van diverse ministeriële regelingen waaronder de Regeling verslaggeving WTZi voor zorgaanbieders, waaronder Regionale ambulancezorgvoorzieningen, te bewerkstelligen dat de jaarverantwoording en andere gegevens over het jaar 2020 op een later tijdstip kunnen worden vastgesteld, ter inzage gelegd, ingediend of verstrekt. De Regeling verslaggeving WTZi is echter niet van toepassing op aanbieders van mobiele zorg vanuit of naar het buitenland; de eisen met betrekking tot hun jaarrekening zijn vastgelegd in de Regeling ambulancezorgvoorzieningen.

De onderhavige regeling heeft betrekking op de aanbieders van mobiele zorg vanuit of naar het buitenland en strekt ertoe deze aanbieders tijdens de door deze pandemie veroorzaakte crisis niet te belasten met de wettelijke verplichting om vóór 1 juni 2021 een jaarrekening over verslagjaar 2020 aan te leveren. Door de in deze regeling opgenomen wijziging wordt de datum waarvóór aan bedoelde verantwoordingsverplichtingen moet zijn voldaan, vastgesteld op 1 oktober 2021.

Wat betreft de reden voor het wijzigen van de datum van 1 juni 2021 door 1 oktober 2021 wordt het volgende opgemerkt. Het kabinet heeft in het verslagjaar 2020 maatregelen genomen om de uitbraak van COVID-19 onder controle te krijgen en de negatieve gevolgen zo veel als mogelijk te beperken. Niettemin is ook de impact van de derde golf aanzienlijk en worden diverse instellingen en organisaties op het terrein van Volksgezondheid, Welzijn en Sport nog steeds zwaar belast. In deze uitzonderlijke situatie acht de minister het wenselijk om, net als in het verslagjaar 2019, ook met betrekking tot het verslagjaar 2020 uitstel van indiening van de jaarrekening te verlenen. Uiteraard blijft het mogelijk om, indien de coronacrisis voor aanbieders geen reden is om op een later tijdstip aan de betrokken verplichtingen te voldoen, binnen de reguliere termijn (dus vóór 1 juni) aan die verplichtingen te voldoen.

2. Regeldruk

Bij deze regeling wordt rekening gehouden met totale eenmalige kosten voor kennisneming van circa € 65,–. Hierbij wordt uitgegaan van circa 5 minuten, circa 20 aanbieders van mobiele zorg vanuit of naar het buitenland en een uurtarief van circa € 39,–. Het Adviescollege toetsing regeldruk heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het – behoudens de eenmalige kennisnemingskosten – geen gevolgen voor de regeldruk van burgers en bedrijven heeft.

Artikelsgewijs

Artikel I

Voor het vaststellen van de jaarrekening, bedoeld in artikel 23 van de Regeling ambulancezorgvoorzieningen, over het jaar 2020 wordt geregeld dat dit niet uiterlijk vóór 1 juni hoeft plaats te vinden, maar vóór 1 oktober 2021.

Artikel II

De onderhavige regeling is een spoedregeling en treedt daarom, in afwijking van het beleid op het gebied van vaste verandermomenten, in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark

Naar boven