Voorlopige aanwijzing ex. Artikel 6 Wet voorkeursrecht gemeenten

Aanwijzing

Burgemeester en wethouders van Súdwest-Fryslân maken ingevolge artikel 7, lid 1 van de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) bekend dat zij bij besluit van 20 april 2021 een perceel landbouwgrond in Workum op grond van het bepaalde in artikel 6 van de Wvg voorlopig hebben aangewezen als perceel waarop de artikelen 3, tweede en derde lid, 10 tot en met 15, 24 en 26 Wvg van toepassing zijn. Het aangewezen perceel wordt weergegeven in de bij dit besluit gevoegde kadastrale lijst- en kaart.

Het besluit van het college van burgemeester en wethouders treedt één dag na de publicatie in de Staatscourant in werking en geldt voor een termijn van drie maanden.

Ter inzage

Het collegebesluit ligt, tezamen met de kadastrale kaart en de lijst met kadastrale gegevens (waaronder de lijst van eigenaren, beperkt gerechtigden, en de perceelsgrootte) van het aangewezen perceel, met ingang van 3 mei 2021 voor een ieder kosteloos ter inzage in het gemeentehuis van Súdwest-Fryslân (Marktstraat 8 te Sneek). In verband met de maatregelen rondom het coronavirus Sars-CoV-2, kunnen de stukken op verzoek ook digitaal worden verstrekt. Een verzoek hiertoe graag richten aan de heer H. van der Maas, h.vandermaas@sudwestfryslan.nl.

Huidig gebruik en toegedachte bestemming

Het aangewezen perceel is opgenomen in de bestemmingsplannen ‘Workum-Thomashof ‘ en ‘Workum-Thomashof-Zuid’. Aan het perceel wordt een toekomstige niet-agrarische bestemming toegedacht die afwijkt van het huidig gebruik.

Gevolgen

De vestiging van het voorkeursrecht houdt in dat de eigenaren en/of beperkt gerechtigden het perceel landbouwgrond eerst aan de gemeente Súdwest-Fryslân moeten aanbieden, als zij de grond willen verkopen. Daarnaast heeft het voorkeursrecht betekenis bij een voorgenomen onderhandse executoriale verkoop zoals bedoeld in artikel 3:268 lid 2 BW. De eigenaren en de beperkt gerechtigden ontvangen één dezer dagen afzonderlijk bij aangetekende brief bericht over de inhoud van het besluit en de gevolgen hiervan.

Bezwaar en voorlopige voorziening

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Súdwest-Fryslân, postbus 10.000, 8600 ha Sneek.

Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend en moet ten minste bevatten:

• a. de naam en het adres van de indiener;

• b. de dagtekening;

• c. een omschrijving van het besluit waartegen het gericht is;

• d. de gronden van het bezwaar.

Als u bezwaar maakt tegen het besluit dan blijft het besluit van kracht. Heeft dit voor u op korte termijn gevolgen en wilt u hier iets tegen doen, dan kunt u de rechtbank vragen een voorlopige voorziening te treffen. Dit kunt u alleen doen als u ook een bezwaarschrift heeft ingediend. Een verzoek om een voorlopige voorziening dient u te richten aan de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland, sector bestuursrecht, Postbus 781 , 9700 AT Groningen. Hieraan zijn kosten verbonden. Ook dient u een kopie van uw ingediende bezwaarschrift mee te sturen.

Zienswijzen

Binnen drie maanden dient de gemeenteraad te besluiten over een definitieve aanwijzing. Gebeurt dit niet, dan komt de voorlopige aanwijzing te vervallen. In het kader van een zorgvuldige voorbereiding door de gemeenteraad kunnen belanghebbenden vóór 1 juni 2021 schriftelijk dan wel mondeling hun zienswijzen ten aanzien van het te nemen raadsbesluit naar voren brengen. Indien belanghebbenden mondeling hun zienswijzen bekend willen maken dan kunnen zij tijdens kantoortijden (08:30 tot 17:00) contact opnemen met de heer H. van der Maas op telefoonnummer 14 0515.

NB: het indienen van een zienswijze is niet hetzelfde als het indienen van een bezwaar. Een bezwaar dient te worden gericht tegen het collegebesluit van 20 april 2021. Een gegrond bezwaar kan het besluit in rechte aantasten. Een zienswijze ten aanzien van het raadsvoorstel tot bestendiging wordt ter kennisname aan de raad voorgelegd en kan het besluit niet in rechte aantasten.