Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat van 27 april 2021, nr. WJZ/ 21088513, tot wijziging van de Regeling doorberekening kosten ACM in verband met de vaststelling van de bedragen voor 2021

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 6a, zevende lid, van de Instellingswet Autoriteit Consument en Markt;

Besluit:

ARTIKEL I

Bijlage 3 van de Regeling doorberekening kosten ACM wordt vervangen door:

BIJLAGE 3. BEHORENDE BIJ ARTIKEL 7A, EERSTE LID, VAN DE REGELING DOORBEREKENING KOSTEN ACM

Categorie (eventueel opgesplitst in subcategorieën)

Bedrag ter vergoeding van de ACM dat met toepassing van hoofdstuk 3 van het besluit door middel van toerekeningen worden doorberekend in 2021 (% van de relevante omzet of bedrag)

Energie

 

Regionaal netbeheer elektriciteit

0,05426%

Regionaal netbeheer gas

0,12412%

Landelijk netbeheer elektriciteit

€ 5.476.348

Landelijk netbeheer gas

€ 1.496.068

Warmtelevering

0,18769%

Post

 

Universele postdienst

€ 130.697

Niet-universele postdienst

0,05039%

Verplichtingen op grond van Verordening (EU) nr. 2018/644 van het Europees Parlement en de Raad van 18 april 2018 betreffende grensoverschrijdende pakketdiensten (PbEU 2018, L 112) met betrekking tot de universele postdienst

€ 13.570

Verplichtingen op grond van Verordening (EU) nr. 2018/644 van het Europees Parlement en de Raad van 18 april 2018 betreffende grensoverschrijdende pakketdiensten (PbEU 2018, L 112) met betrekking tot de niet-universele postdienst

0,00013%

Telecommunicatie

 

Openbare elektronische communicatiediensten, openbare elektronische communicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten

0,03672%

Vervoer

 

Registerloodsen

€ 96.483

Luchtvaart

€ 449.127

Financieel

 

Betalingsverkeer

€ 922,62 per 50.000.000 binnenlandse betaaltransacties

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 27 april 2021

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

TOELICHTING

1. Algemeen

De ACM maakt kosten voor haar toezicht op verschillende marktorganisaties. Een deel hiervan wordt doorberekend aan de markt. De hoogte hiervan wordt conform het Besluit doorberekening kosten ACM (hierna: besluit) geregeld in de Regeling doorberekening kosten ACM (hierna: regeling). De kosten die de ACM maakt voor haar toezicht op de verschillende marktorganisaties wijzigen jaarlijks. Bijvoorbeeld omdat lonen stijgen, de ACM efficiënter gaat werken of specifieke toezichtsomstandigheden voor een sector veranderen. Voorliggende regeling bevat de wijziging van de Regeling doorberekening kosten ACM voor het jaar 2021.

2. Inhoud regeling

Met de in deze regeling vervatte wijzigingen wordt de regeling bijgewerkt met de bedragen die in 2021 door middel van toerekening aan marktorganisaties worden doorberekend.

De door te berekenen uitgaven van de ACM waren in 2020 in beperkte mate lager dan in 2019. Dit heeft ook effect op de tarieven voor 2021. Het bedrag per marktcategorie fluctueert jaarlijks. Dit komt doordat er in het ene jaar meer of minder onderzoeken nodig zijn dan in het andere jaar. Hieronder volgt per sector een toelichting op de tarieven.

Energie

De door te berekenen kosten voor regionaal netbeheer elektriciteit zijn gestegen. Dat heeft te maken met werkzaamheden van de ACM in het kader van methodebesluiten. De door te berekenen kosten voor het landelijk netbeheer op het gebied van gas zijn gedaald. Reden daarvoor is dat de ACM in 2019 op dat terrein kosten heeft gemaakt in verband met de implementatie van Europese netwerkcodes, nationale codes en het tarievenbesluit.

Daarnaast zijn de kosten voor het terrein warmte gedaald. In voorbereiding op de nieuwe warmtewet zijn meer uren besteed aan werkzaamheden die uitgezonderd zijn van de doorbelasting aan marktpartijen (bijv. advisering).

Telecommunicatie

De door te berekenen kosten voor nummeruitgave zijn gedaald.

Door de verwachte daling in het aantal uit te geven nummers blijven de tarieven ongewijzigd.

Post

De kosten die doorberekend worden op het gebied van Niet-Universele Postdienst zijn gedaald. De ACM heeft in 2020 minder tijd besteed aan werkzaamheden onder andere rond aanmerkelijke marktmacht.

Op het gebied van pakketbezorging zijn de door te berekenen kosten in 2020 gedaald, wat vooral samenhangt met het gegeven dat de ACM in 2019 voor het eerst kosten in rekening bracht voor pakketbezorging, en de toen opgedane ervaring er toe heeft geleid dat de beoordeling in 2020 minder tijd kostte.

De ACM heeft meer kosten gemaakt voor de Universele Postdienst, vooral vanwege benodigd nader onderzoek naar de beoordeling van de overkomstduur.

Vervoer (Luchtvaart en Loodsen)

De door te berekenen kosten op het gebied van vervoer zijn gedaald. Dit komt vooral doordat de ACM in 2019 hogere kosten maakte omdat extern onderzoek ter voorbereiding op het WACC Loodsen nodig was. De kosten voor Luchtvaart zijn gedaald door minder bestede capaciteit aan aanvragen (klachten) in 2020.

Financieel

Voor de sector financieel zijn de kosten in 2020 gedaald, maar wordt het tarief wel hoger vastgesteld. Dit vloeit voort uit het gegeven dat de kosten doorberekend worden per batch van 50.000.000 transacties. Vanwege de coronacrisis zijn in 2020 minder transacties gerealiseerd met betaalkaarten.

3. Regeldruk en vaste verandermomenten

Aan deze regeling zijn geen administratieve lasten en nalevingkosten verbonden. Op grond van het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten treden ministeriële regelingen in werking met ingang van 1 januari, 1 april, 1 juli of 1 oktober. Bekendmaking geschiedt uiterlijk twee maanden voor inwerkingtreding. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Deze afwijking van het beleid inzake vaste verandermomenten volgt uit artikel 9 van het besluit. Dat artikel schrijft namelijk voor dat de bedragen voor 1 mei worden vastgesteld (eerste lid) en dat de bedragen worden vastgesteld op basis van de kosten van de ACM in het kalenderjaar voorafgaand aan het kalenderjaar waarvoor de bedragen gelden (tweede lid). Die kosten worden in het eerste kwartaal van het daarop volgende kalenderjaar in de jaarrekening vastgesteld. Hierdoor is bekendmaking van deze regeling ten minste twee maanden voor de inwerkingtreding niet mogelijk.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

Naar boven