Oproep om belangstelling kenbaar te maken voor deelname aan een IPCEI Microelectronics 2, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

1. Oproep voor voorstellen

Dit is een oproep om uw belangstelling te tonen om mee te doen aan een Europees IPCEI (Important Projects of Common European Interest) op het gebied van micro-elektronica en halfgeleiders. Met deze oproep inventariseer ik welke belangstelling er bij bedrijven in Nederland is voor eventuele deelname aan een IPCEI Microelectronics 2. Ik benadruk dat dit slechts een inventarisatie is en niet een oproep om subsidieaanvragen voor concrete projecten op het gebied van micro-elektronica in te dienen. Aan deze inventarisatie kunnen ook geen rechten worden ontleend. Ik zal aan de hand van deze vrijblijvende inventarisatie dus ook geen besluiten nemen die gericht zijn op rechtsgevolg.

Aanleiding

De micro-elektronica sector is van strategische betekenis voor Nederland en Europa. Micro-elektronica is een sleuteltechnologie die van groot belang is voor de groene en digitale transitie. De toegang tot deze technologie is in hoge mate bepalend voor het concurrentie- en innovatievermogen van veel industriële sectoren. Daarnaast speelt micro- en nano-elektronica een cruciale rol in de geopolitieke machtsverhoudingen.

Een nieuwe geopolitieke, industriële en technologische realiteit wijzigt het speelveld ingrijpend. Grote geopolitieke regio’s (VS, Azië en China) nemen politieke en economische maatregelen om het eigen micro-elektronica ecosysteem te versterken en minder afhankelijk te maken van buitenlandse importen.

Europa zal zijn positie op de wereldmarkt moeten verzekeren en versterken. Dit is noodzakelijk om strategische autonomie, technologische soevereiniteit en concurrentievermogen te waarborgen en grote maatschappelijke uitdagingen op te pakken. Substantiële investeringen in de nieuwe generaties processoren en halfgeleiders spelen hierin een cruciale rol. Dat geldt ook voor Nederland.

Uniek aan de Nederlandse micro-elektronica en halfgeleider industrie is dat bijna de gehele waardeketen zich in Nederland bevindt en onderdeel is van een hoogwaardig ecosysteem. Nederland hoort met Duitsland, Frankrijk, Italië en België tot de Europese landen met de grootste industriële belangen in deze sector.

Op 7 december 2020 hebben 19 lidstaten de Joint Declaration on processors and semiconductor technologies ondertekend. Hierin wordt de intentie uitgesproken om gezamenlijk op te trekken om het Europese ecosysteem verder te versterken.

IPCEI

De Europese Commissie kan goedkeuring geven om overheidssteun te verlenen aan belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang.1 Om als belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang te kunnen worden aangemerkt (een IPCEI), moet een project kwantitatief of kwalitatief innovatief en vernieuwend zijn, aantoonbare Europese spill over effecten hebben en passen in de Europese waardeketen van de micro-elektronica. Het dient bijzonder groot in omvang of reikwijdte te zijn en/of een zeer aanzienlijke technologische of financiële risicograad te vertonen. Het ambitieniveau moet dermate zijn dat zonder publieke financiering de projecten niet mogelijk zijn. Voor projecten die onderdeel zijn van een IPCEI mogen overheden, mits voldaan wordt aan de criteria uit de IPCEI mededeling van de Europese Commissie en goedgekeurd door de Europese Commissie, meer steun geven dan binnen de gebruikelijke staatssteunkaders.

Een IPCEI is een geïntegreerd Europees project dat bestaat uit meerdere nationale projecten van bedrijven en/of onderzoeksinstellingen uit diverse EU-lidstaten die complementair zijn aan elkaar, synergie hebben, aantoonbaar bijdragen aan de doelen van de EU en die noodzakelijk zijn om het doel van de IPCEI te bereiken. Wil een IPCEI project kunnen slagen dan gaat het dus niet alleen om de projecten die zich in Nederland aanmelden, maar zeker ook om het samenhangende geheel aan projecten uit andere lidstaten van de Europese Unie. Eerder door de Europese Commissie in het kader van staatssteun goedgekeurde IPCEI-projecten zijn een eerdere IPCEI Microelectronics2, twee IPCEIs op het gebied van batterijen3 en een IPCEI project over een tunnel tussen Denemarken en Duitsland.4

Het IPCEI project moet concreet, duidelijk en aanwijsbaar bijdragen tot één of meer Uniedoelstellingen en moet een aanzienlijk effect hebben op het concurrentievermogen van de Unie, op duurzame groei, op het aangaan van maatschappelijke uitdagingen of waardecreatie in de hele Unie.

Het specifieke doel van de IPCEI Microelectronics 2 is de versterking van de Europese elektronica-industrie door middel van een geavanceerd design ecosysteem, vernieuwing van de waardeketen via onderzoek en ontwikkeling, uitbreiden van de Europese fabricage capaciteiten en door eerste industriële toepassingen van hoogwaardige halfgeleiders en gerelateerde technologieën.

Doel van de oproep

In de Kamerbrief ‘Visie op de toekomst van de industrie’5 geeft het kabinet aan in consultatie te willen gaan met de industrie om te inventariseren welke ideeën er leven voor een eventuele deelname aan de IPCEI microelectronics 2. Bedrijven die geïnteresseerd zijn in deelname aan deze IPCEI en door het doen van concrete investeringen willen bijdragen aan de doelstellingen van dit initiatief, worden opgeroepen om hun belangstelling kenbaar te maken.

Het doel is om te komen tot een combinatie van projecten met een onderlinge samenhang en versterkend effect.

Het is van belang uw interesse nu kenbaar te maken. Doet u dat pas in een later stadium, dan is het waarschijnlijk niet meer mogelijk zijn om nog onderdeel te worden van het geïntegreerde Europese project zoals dat op dit moment in verschillende lidstaten wordt vormgegeven. In deze fase verplicht u zich niet tot deelname aan een mogelijke Europese IPCEI dan wel tot het aangaan van financiële verplichtingen. Ook ik verplicht mij met deze oproep niet tot het aangaan van verplichtingen en ik kan op dit moment niet toezeggen dat Nederland met overheidsfinanciering gaat deelnemen aan een IPCEI Microelectronics 2. De kosten die u maakt in verband met deelname aan deze interessepeiling worden niet vergoed.

2. Proces: hoe gaat het in zijn werk?

Het proces om tot een IPCEI Microelectronics 2 te komen, bestaat uit de volgende stappen:

Informatiebijeenkomst

Er zal een informatiebijeenkomst georganiseerd worden om toe te lichten wat het IPCEI instrument inhoudt, hoe het beoogde proces zal verlopen en wat voor projecten interessant kunnen zijn. Tijdens deze bijeenkomst heeft u gelegenheid om vragen te stellen aan EZK en RVO. De bijeenkomst zal deze maand plaatsvinden, zodra de exacte datum hiervoor bekend is wordt u hierover geïnformeerd via de website van RVO https://www.rvo.nl/subsidie-en-financieringswijzer/interessepeiling-ipcei-microelectronics-2.

1. Uw belangstelling kenbaar maken

U dient vóór 21 mei 17:00 uur uw belangstelling kenbaar te maken. Dat doet u door uw inzending te mailen naar teamiris@rvo.nl. Op de website https://www.rvo.nl/subsidie-en-financieringswijzer/interessepeiling-ipcei-microelectronics-2 kunt u meer informatie vinden inclusief de formulieren die gebruikt kunnen worden als onderdeel van de inzending. De volgende gegevens zullen in elk geval worden opgevraagd:

  • Een samenvattend formulier met onder andere uw gegevens, beknopt projectplan, begroting voor zover bekend en een indicatieve exploitatieberekening;

  • Een project portfolio

  • Een funding gap analyse

Hoe concreter deze formulieren ingevuld worden, hoe beter er bezien kan worden of het project in potentie past onder het IPCEI instrument en mogelijk deel kan nemen aan deze specifieke IPCEI. Wij verzoeken u de informatie in de Engelse taal aan te leveren.

2. Overleg met andere landen

De informatie in de voorstellen wordt na de sluitingsdatum beoordeeld op, onder andere, de aansluiting op de beoogde overkoepelende Europese IPCEI Microelectronics 2. Om tot een geïntegreerd Europees project te komen wordt met de ingeleverde informatie het gesprek aangegaan met andere lidstaten en bedrijven. Dit kan gedaan worden door met uw voorstel te participeren in een of meerdere Europese matchmakingsbijeenkomsten die in het kader van de opzet van deze IPCEI zullen worden georganiseerd door de Europese Commissie. De exacte datum of data van deze bijeenkomst(en) moet nog worden vastgesteld.

3. Indienen van een subsidieaanvraag en besluit daarover

Een oproep in de Staatscourant voor het indienen van een subsidieaanvraag zal volgen wanneer er voldoende belangstelling is vanuit de industrie, voldoende potentieel aan de voor dit doel beoogde projecten en (voldoende) budget beschikbaar kan worden gesteld. Een mogelijk steunvoornemen voor uw project zal vooraf door de Europese Commissie op de geldende staatssteunregels worden getoetst. Elke lidstaat zal dat individueel en ongeveer gelijktijdig doen voor haar nationale projecten. Dit proces zal een langere periode in beslag gaan nemen en naar verwachting op zijn vroegst begin 2022 tot een uitkomst leiden. Let wel, op dit moment kan nog niet aangegeven worden of zo’n Europese IPCEI er ook daadwerkelijk gaat komen.

3. Toelichting

3.1 Inhoud van de call voor belangstelling: waar zijn we naar op zoek?

We zijn op zoek naar partijen die de Europese micro-elektronica industrie kunnen versterken, doordat hun initiatieven een focus leggen op het ontwerpecosysteem, de toeleveringsketenmogelijkheden, fabricage capaciteit en de eerste industriële toepassing van geavanceerde halfgeleidertechnologieën, inclusief opschaling naar toonaangevende procestechnologieën voor processorchips. Daardoor kunnen de capaciteiten van Europa versterkt worden en de volgende generatie vertrouwde, energiezuinige processors ontworpen worden om uiteindelijk te produceren voor toepassingen in hogesnelheidsconnectiviteit, telecommunicatie, geautomatiseerde voertuigen, lucht- en ruimtevaart en defensie, gezondheid en agrifood, kunstmatige intelligentie, datacentra, geïntegreerde fotonica, supercomputing en kwantum computing, naast andere toepassingen.

Het figuur laat de twee pijlers zien die door de Europese Commissie voorzien worden als de twee onderdelen voor de projecten.

3.2 Voorwaarden en financiering

Wie kan zijn belangstelling kenbaar maken en informatie over zijn initiatief indienen?

Ondernemingen die in Nederland een project willen uitvoeren, kunnen informatie over hun initiatief indienen. Bij voorkeur gaat het om een samenwerkingsverband van meerdere ondernemingen, al dan niet in samenwerking met kennisinstellingen. Als die ondernemingen zich in andere Europese landen bevinden is dat een pré, maar geen noodzakelijke voorwaarde. Middelgrote en kleine ondernemingen worden nadrukkelijk ook uitgenodigd om hun belangstelling kenbaar te maken.

Wanneer starten en eindigen de activiteiten?

Interessant zijn projecten waarvan de zogeheten “final investment decision” nog niet genomen is, en die, mocht er een overheidsbijdrage voor beschikbaar gesteld kunnen worden, in de komende jaren hun “final investment decision” willen nemen en willen gaan starten met de realisatie van het project. Er bestaat een brede wens in Europa om de IPCEI micro-elektronica 2 snel te starten en tot meetbare resultaten te brengen6. Om als Nederland hierop aan te kunnen sluiten, kunnen projecten, die in 2022 al een “final investment decision” kunnen nemen en per 2025 duidelijke concrete gerealiseerde mijlpalen kunnen rapporteren, met voorrang behandeld gaan worden. Geïnteresseerde partijen worden gevraagd in hun projectplannen nadrukkelijk aan te geven of de projecten aan deze criteria zullen kunnen voldoen.

Hoeveel kan de overheid bijdragen aan de eventuele IPCEI microelectronics 2 en waarvoor?
  • Het is nu nog niet duidelijk of en hoeveel budget er beschikbaar zal zijn. Daarover wordt pas besloten als duidelijk is wat het potentieel aan interessante projecten en de inpasbaarheid daarvan in de geïntegreerde Europese IPCEI is.

  • De Europese Commissie zal een eventuele overheidsbijdrage in ieder geval op de volgende elementen toetsen7:

    • (1) De steun mag niet de projectkosten subsidiëren die een onderneming sowieso zou moeten maken, noch mag deze een vergoeding zijn voor het normale zakelijke risico van een economische activiteit. De verwezenlijking van het project dient zonder de steun onmogelijk te zijn of het project dient te worden verwezenlijkt in beperktere omvang of op beperktere schaal of op een andere manier die de van het project verwachte voordelen aanzienlijk zou beperken (2). Steun zal alleen als evenredig worden beschouwd indien hetzelfde resultaat niet met minder steun zou kunnen worden behaald.

    • Indien er geen alternatief project is, zal de Commissie zich ervan vergewissen dat het steunbedrag niet hoger uitkomt dan het minimum dat voor het gesteunde project noodzakelijk is om voldoende winstgevend te zijn, doordat daarmee bijvoorbeeld een interne opbrengstvoet (IRR) kan worden behaald die overeenstemt met de sectorale of ondernemingsspecifieke benchmark of hurdle rate.

    • Het maximale subsidiebedrag per deelnemer en per project zal worden bepaald aan de hand van de vastgestelde financieringskloof8 afgezet tegen de in aanmerking komende kosten. Indien dit door de analyse van de financieringskloof wordt gerechtvaardigd, kan de steunintensiteit oplopen tot 100% van de in aanmerking komende kosten.

  • De begunstigde moet ook zelf investeren en risico willen lopen. Nederland ziet cofinanciering door de deelnemer als een vereiste.

  • De in aanmerking komende kosten zijn de in bijlage 1 opgenomen kosten van de Mededeling van de Europese Commissie9. Een eventuele subsidie is in ieder geval geen subsidie voor het normale zakelijke risico van de activiteit.

  • Een eventuele subsidie is in ieder geval geen prijssubsidie. IPCEI is namelijk niet bedoeld om continue steun over een langere periode te geven. Doel van IPCEI is om een ‘kick start’ te geven, bijvoorbeeld aan (bepaalde projecten in) een sector.

  • Projecten die op het moment van het kenbaar maken van belangstelling in het kader van deze call al zijn gestart, kunnen niet meer in het verdere traject meedoen.

3.3 Overwegingen of het zin heeft om aan een IPCEI microelectronics 2 deel te nemen

Als u zich aanmeldt, vraagt u geen subsidie aan, maar maakt u uw belangstelling kenbaar. Ik zal dan ook (nog) geen besluit nemen om wel of geen subsidie toe te kennen. Mogelijke besluiten om subsidie te verstrekken volgen in een later stadium. Mocht u interesse hebben om aan een eventuele IPCEI microelectronics 2 mee te doen, dan worden hieronder enkele overwegingen geschetst. Deze kunnen u helpen om een beeld te vormen of het zinvol is om u aan te melden:

U moet voor het project aannemelijk kunnen maken dat:

  • er voldoende vertrouwen is in de technische en economische haalbaarheid;

  • er voldoende vertrouwen is dat de deelnemers hun eigen aandeel in de projectkosten kunnen financieren;

  • er een financieringskloof is om de hoge ambities te realiseren en een mogelijke subsidie voldoende stimulerend effect zou hebben.

Daarnaast zijn in ieder geval de volgende zaken van belang:

  • u moet bereid zijn de informatie te verschaffen die het ministerie nodig heeft voor de gesprekken met de andere Europese landen, alsmede die informatie die nodig is in de prenotificatie- en notificatieprocedure bij de Europese Commissie. U moet bereid zijn actief mee te werken in deze procedures. Dit is een zeer intensief traject en alle kosten die u daarvoor maakt zijn niet subsidiabel.

  • het technische en industriële project van de onderneming kan gezamenlijk betrekking hebben op onderzoek, ontwikkeling en innovatie (O&O&I) – art 21 van de IPCEI mededeling – evenals de eerste industriële toepassing – art 22 – in overeenstemming met de richtlijnen voor in aanmerking komende kosten. Het door de onderneming voorgestelde technische en industriële project moet zeer innovatief zijn en verder gaan dan de huidige state of the art technologieën en kennis op dat gebied.

  • kennisverspreiding (spill-over) is in een IPCEI-project heel erg belangrijk. U moet bereid zijn de kennis en ervaringen die u opdoet tijdens het project te delen met andere partijen in binnen- en buitenland, ook buiten de projectpartners. Doel van een IPCEI is namelijk dat er een gemeenschappelijk Europees belang mee gediend is, dat wil zeggen dat het meerwaarde en positieve spillover effecten heeft voor meerdere economieën in de Europese Unie. Concurrentiegevoelige informatie hoeft u niet te delen, wel moet u bereid zijn ook dit type informatie op vertrouwelijke basis te delen met de Nederlandse overheid. De overheid zal vertrouwelijke informatie ook met de Europese Commissie moeten delen om haar in staat te stellen het project te kunnen toetsen op onder meer marktfalen en daarmee een beoordeling kunnen maken of de (eventuele) staatssteun verenigbaar is met de interne markt.

  • voor middelgrote en kleine ondernemingen geldt dat de investeringen die zij kunnen doen wellicht kleiner zijn dan die van andere ondernemingen, maar dat hoeft geen beletsel te zijn om mee te doen. De IPCEI als geheel, als geïntegreerd Europees project, moet omvangrijk zijn. Het gaat uiteindelijk om de inpasbaarheid van het project in het grotere Europese geheel.

  • er zijn lidstaten die bij hun interessepeiling wel een ondergrens toepassen, te weten projecten met subsidiabele kosten van minimaal € 1 miljoen. Op dit moment stelt Nederland een dergelijke ondergrens niet, wel kan dit een criterium worden om tot de vorming van een integraal Europees project te komen. Participanten dienen daartoe “funding gap” analyse aan te leveren.

  • een integraal project is een aantal individuele projecten dat onderdeel uitmaakt van een gezamenlijke structuur, roadmap of programma dat gericht is op hetzelfde doel en gebaseerd op een coherente systeembenadering. De individuele componenten van het geïntegreerde project mogen gerelateerd zijn aan afzonderlijke onderdelen van de waardeketen, maar dienen complementair en noodzakelijk te zijn voor het bereiken van de belangrijke Europese doelstelling.

  • er mag ten aanzien van uw onderneming geen bevel tot terugvordering uitstaan van steun die ingevolge een besluit van de Europese Commissie onrechtmatig en met de interne markt onverenigbaar is verklaard.

  • voor IPCEI projecten is belangrijk dat aangetoond kan worden dat van een mogelijke overheidsbijdrage een stimulerend effect uitgaat. Dat brengt in ieder geval met zich dat zonder een mogelijke overheidsbijdrage het initiatief geen doorgang zou vinden of (veel) beperkter in omvang of in schaal zou zijn.

  • uw onderneming mag zich niet in financiële moeilijkheden bevinden op 31 december 2019 of reddingssteun dan wel herstructureringssteun hebben ontvangen die nog lopende is. De IPCEI mededeling is van toepassing op ondernemingen die op 31 december 2019 niet in moeilijkheden verkeerden maar mogelijk wel in de periode van 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2021 in moeilijkheden zijn gekomen. Op dit moment beziet de Europese Commissie of deze uitzondering verlengd kan worden tot 31 december 2021.

’s-Gravenhage, 15 april 2021

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, namens deze, F. Vijselaar Directeur-Generaal Bedrijfsleven en Innovatie


X Noot
5

Kamerstuk 29 826, nr. 124

X Noot
6

Zie hiertoe de eerder vermelde Joint Declaration on processors and semiconductor technologies verklaring

X Noot
8

Met de financieringskloof wordt het verschil bedoeld tussen de positieve en negatieve kasstromen gedurende de levensduur van de investering, contant gemaakt op basis van een passende disconteringsfactor waarin het rendement tot uiting komt dat de begunstigde verlangt om het project uit te voeren, met name gelet op de daaraan verbonden risico’s.

Naar boven