Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2021, 19028 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2021, 19028 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;
Besluit:
Artikel 6 van de Regeling specifieke uitkering vastgoedtransitie gesloten jeugdhulp 2020 wordt gewijzigd als volgt:
1. Het derde lid en vierde lid komen te luiden:
3. De coördinerende gemeente draagt er zorg voor dat uiterlijk op 1 april 2021 een plan van aanpak vastgesteld is ten aanzien van de jeugdregio’s en de accommodaties gesloten jeugdhulp waarvoor de desbetreffende gemeente coördinerende gemeente is, zoals vermeld in bijlage 1, met in ieder geval de volgende elementen:
a. een beschrijving van de staat van het vastgoed van de accommodaties gesloten jeugdhulp en het aantal plaatsen;
b. een analyse van de herkomst van cliënten van accommodaties gesloten jeugdhulp;
c. een beschrijving van de uitgangspunten en doelstellingen van de vastgoedtransitie in de jeugdregio’s;
d. een beschrijving van de wijze waarop de coördinerende gemeente de jeugdregio’s, betrekt bij het bovenregionale plan, alsmede hoe de afstemming plaatsvindt met andere jeugdregio’s die gebruik maken van de capaciteit van de accommodaties gesloten jeugdhulp;
e. een beschrijving van de wijze waarop de coördinerende gemeente de landelijke coördinatie van de Vereniging Nederlands Gemeentenen betrekt bij de vorming van het bovenregionale plan;
f. een beschrijving van de wijze waarop de coördinerende gemeente de accommodaties gesloten jeugdhulp betrekt;
g. een beschrijving van de planning van de coördinerende gemeente, gericht op het einddoel dat de aan de coördinerende gemeente verleende specifieke uitkering uiterlijk 31 december 2023 besteed is, waaronder in ieder geval:
1°. de datum van de vaststelling van het bovenregionaal plan;
2°. de datum dat de accommodaties gesloten jeugdhulp het strategisch vastgoedplan hebben vastgesteld, dat past binnen het bovenregionaal plan.
4. De coördinerende gemeente draagt er zorg voor dat de accommodaties gesloten jeugdhulp waarvoor de desbetreffende gemeente coördinerende gemeente is, zoals vermeld in bijlage 1, uiterlijk op de in het plan van aanpak genoemde datum, bedoeld in het derde lid, beschikt over een strategisch vastgoedplan.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. De coördinerende gemeente draagt er zorg voor dat uiterlijk op de in het plan van aanpak genoemde datum, bedoeld in het derde lid, een bovenregionaal plan is vastgesteld.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis
De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Regeling vastgoedtransitie gesloten jeugdhulp (hierna: de Regeling). Deze wijziging ziet op het wijzigen van de aan de specifieke uitkering verbonden verplichtingen en de termijnen die daaraan zijn verbonden, zoals deze waren opgenomen in de Regeling die op 25 september 2020 gepubliceerd is in de Staatscourant.1
De aanleiding voor deze wijziging is dat voor de meeste coördinerende gemeenten die de uitkering vastgoedtransitie gesloten jeugdhulp toegekend hebben gekregen, de in het voormalige derde en vierde lid van artikel 6 genoemde termijnen niet haalbaar bleken.
Het derde lid van artikel 6 bepaalde dat een coördinerende gemeente ervoor zorg draagt dat de accommodaties gesloten jeugdhulp waarvoor de desbetreffende gemeente optreedt als coördinerende gemeente, zoals vermeld in bijlage 1, voor 1 juli 2021 beschikt over een strategisch vastgoedplan. Het vierde lid bepaalde dat de coördinerende gemeente ervoor zorg draagt dat uiterlijk op 1 april 2021 een bovenregionaal plan van aanpak is vastgesteld.
Deze twee termijnen waren gesteld om te borgen dat de toegekende specifieke uitkering uiterlijk 31 december 2023 besteed is. De veronderstelling was daarbij dat deze termijnen haalbaar waren, gegeven de voornemens van gemeenten en accommodaties gesloten jeugdhulp, zoals bijvoorbeeld vastgelegd in het actieplan ‘De best passende zorg voor kwetsbare jongeren’2.
Gebleken is dat de situatie per coördinerende gemeente verschilt. Waar sommige jeugdregio’s al vergevorderde plannen ontwikkeld hadden, bleken andere jeugdregio’s nog niet zo ver. Bovendien vraagt de bestuurlijke afstemming tussen jeugdregio’s en accommodaties gesloten jeugdhulp de nodige tijd. Complicerend daarbij is nog dat een aantal accommodaties gesloten jeugdhulp op dit moment in de praktijk een landelijke functie vervullen. Dat vraagt extra zorgvuldigheid in de afstemming tussen hen, de coördinerende gemeenten en de jeugdregio’s, om te voorkomen dat de continuïteit van essentiële jeugdhulp in het geding komt. Voor de coördinerende gemeenten is dat ook aanleiding geweest om de VNG te vragen landelijke coördinatie vanuit de VNG te organiseren.
De vastgoedtransitie is een ingrijpende operatie voor niet alleen de betrokken accommodaties gesloten jeugdhulp, maar zeker ook de kwetsbare jongeren die in de accommodaties verblijven. Dat laatste is bijvoorbeeld gebleken bij de sluiting van de accommodaties gesloten jeugdhulp van De Hoenderloogroep en Juzt.
Daarom is besloten om de coördinerende gemeenten meer ruimte te geven om aan de in het voormalige derde en vierde lid van artikel 6 gestelde verplichtingen te voldoen. In de afweging is daarbij meegenomen dat de specifieke uitkering op 31 december 2023 daadwerkelijk besteed moet zijn. Daarom is in het nieuwe derde lid van artikel 6 bepaald dat de coördinerende gemeente voor 1 april 2021 een plan van aanpak vastgesteld heeft, wat de staatssecretaris het vertrouwen geeft dat de betreffende coördinerende gemeente in het doel de specifieke uitkering op 31 december 2023 daadwerkelijk te besteden, zal slagen.
De coördinerende gemeenten die voor 1 april 2021 het bovenregionaal plan hebben ingediend hebben daarmee ook voldaan aan deze verplichting. Het zou een onnodige belasting zijn van hen ook nog een plan van aanpak te vragen.
Deze wijziging brengt geen veranderingen in de verantwoordelijkheid van de coördinerende gemeente om ervoor te zorgen dat de accommodaties gesloten jeugdhulp waarvoor de gemeente coördinerende gemeente is een strategisch vastgoedplan vaststelt en dat er een bovenregionaal plan vastgesteld voor de jeugdregio’s waarvoor de gemeente coördinerende gemeente is. Dit is geborgd met het nieuwe vierde en vijfde lid van artikel 6.
In afwijking van de vaste verandermomenten bij regelgeving (VVM) treedt deze regeling in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Deze regeling werkt bovendien terug tot en met 1 april 2021. Voor deze terugwerkende kracht is gekozen omdat de wijzigingen mede betrekking hebben op de bovengenoemde termijn van 1 april 2021.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2021-19028.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.