Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 25 maart 2021, 2021-0000045690, tot wijziging van de Regeling beslagvrije voet in verband met een verduidelijking voor de raadpleging van de rekentool door schuldhulpverlening

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 8, vijfde lid, van het Besluit beslagvrije voet;

Besluit:

ARTIKEL I REGELING BESLAGVRIJE VOET

Bijlage 3 bij de Regeling beslagvrije voet wordt als volgt gewijzigd:

A

In de tekst boven artikel I wordt ‘beslagleggende organisaties’ vervangen door ‘beslagleggende organisaties en organisaties voor schuldhulpverlening’.

B

Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

1. In de begripsomschrijving van ‘afnemer’ wordt ‘beslagleggende organisatie’ vervangen door ‘beslagleggende organisatie of organisatie voor schuldhulpverlening’.

2. In de begripsomschrijving van ‘eindgebruiker’ wordt ‘de beslaglegging’ vervangen door ‘de beslaglegging of schuldhulpverlening’.

ARTIKEL II INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 mei 2021.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 25 maart 2021

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

TOELICHTING

Inleiding

Op 1 januari 2021 is de Wet vereenvoudiging beslagvrij voet in werking getreden.1 Hiermee is een vereenvoudigde bepalingswijze voor de beslagvrije voet in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering opgenomen. De beslagvrije voet is het bedrag dat burgers bij het aflossen van schulden altijd minimaal over moeten houden om vaste lasten te betalen en om van te leven. De beslagvrije voet wordt vastgesteld met behulp van de inkomens- en leefsituatie. Bekende situaties, waarbij de beslagvrije voet wordt vastgesteld, zijn bij loonbeslag en bij verrekening van uitkeringen. Daarnaast wordt de beslagvrije voet gebruikt door gemeentelijke schuldhulpverleners als zij samen met cliënten het plan van aanpak voor de hulpverlening opstellen. Dat is nodig om de afloscapaciteit te bepalen op zo’n manier dat de cliënt voldoende geld overhoudt om in het levensonderhoud te voorzien.

Inhoud van de wijziging

Sinds 1 januari 2021 biedt de Stichting Inlichtingenbureau (IB) het Gemeenteportaal beslagvrije voet aan. Dat is een rekentool die automatisch gegevens ophaalt uit de polisadministratie van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en uit de Basisregistratie Personen (BRP) om de beslagvrij voet te bepalen.2 Het IB zorgt in samenwerking met gemeenten ervoor dat schuldhulpverleners het Gemeenteportaal beslagvrije voet kunnen gaan gebruiken. De aansluit- en gebruiksvoorwaarden zijn opgenomen in bijlage 3 bij de Regeling beslagvrije voet. Om de aansluiting van gemeentelijke schuldhulpverlening te ondersteunen, is die bijlage met deze regeling verduidelijkt. Op drie plaatsen in de voorwaarden is schuldhulpverlening toegevoegd. Het gaat om de tekst boven artikel I en artikel I. Schuldhulpverlening moet inhoudelijk voldoen aan dezelfde aansluit- en gebruikersvoorwaarden, daarin verandert niets.

Verhouding tot nationale regelgeving

Twee wetten geven het juridisch kader voor gemeentelijke schuldhulpverleners om het Gemeenteportaal beslagvrije voet te kunnen gebruiken en in het bijzonder de persoonsgegevens die daarvoor nodig zijn te mogen verwerken:

1. Wet gemeentelijke schuldhulpverlening

Artikel 4a van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening regelt dat de gemeente inwoners toelaat tot schuldhulpverlening via een beschikking, waarin een plan van aanpak voor schuldhulpverlening is opgenomen. Het vijfde lid van artikel 4a geeft aan:

In het plan van aanpak wordt ten minste de beslagvrije voet, bedoeld in de artikelen 475c tot en met 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in acht genomen.

In de Wet en het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening staan, mede om te voldoen aan de privacyregels (Algemene Verordening Gegevensbescherming), wettelijke verplichtingen voor instanties om gegevens aan het college te verstrekken voor schuldhulpverlening, waaronder uit de Basisregistratie Personen en de polisadministratie om de identiteit en de inkomens- en vermogenspositie van de inwoner te bepalen. Dat kan gebeuren door tussenkomst van het Inlichtingenbureau (artikel 8 Wet gemeentelijke schuldhulpverlening). Bij de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening die op 1 januari 2021 in werking is getreden was al voorzien de schuldhulpverleners de rekentool beslagvrije voet zouden gaan gebruiken.3

2. Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

Artikel XXIIIB, eerste lid, van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet regelt dat bij algemene maatregel van bestuur een bestuursorgaan of instelling kan worden belast met de ondersteuning bij de vaststelling van de beslagvrije voet. Artikel 8, vijfde lid, onder a, van het Besluit beslagvrije voet bepaalt dat bij ministeriële regeling nadere regels worden gesteld over welke partijen gebruik kunnen maken van de ondersteuning en onder welke voorwaarden. Artikel 3, zevende lid, onder e, Regeling beslagvrije voet wijst, tenslotte, het college van burgemeester en wethouders aan als één van de partijen die gebruik kunnen maken van de ondersteuning.

Gevolgen en uitvoering

Met de inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet kan de beslagvrije voet in principe zonder informatie van de burger worden berekend. Voor implementatie is het Gemeenteportaal beslagvrij voet ontwikkeld om de gegevens die nodig zijn om de beslagvrije voet te berekenen automatisch digitaal te verzamelen. De beslagvrije voet is een belangrijk onderdeel van de inkomensinformatie die nodig is voor schuldhulpverlening. Door schuldhulpverleners de mogelijkheid te bieden het Gemeenteportaal te gebruiken, wordt de hulpverlening vereenvoudigd. Het alternatief is dat schuldhulpverleners het burgerportal gebruiken.4 Deze voert de berekening op dezelfde wijze uit, maar vraagt aan de gebruiker zelf de inkomens- en leefsituatie in te vullen. Omdat het Gemeenteportaal beslagvrije voet eenvoudiger is, heeft het gebruik daarvan de voorkeur van gemeenten. Dit zal leiden tot extra gebruik van de voorziening. De extra kosten die dat met zich meebrengt worden betaald door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid via een opdracht aan het IB. Schuldhulpverleners maken gebruik van de portaal voorziening. Een applicatie-applicatie koppeling is voor schuldhulpverlening vooralsnog niet beschikbaar (artikel II en III).

Inwerkingtreding

Conform artikel X van bijlage 3 van de Regeling beslagvrije voet worden aanpassingen in de bijlage ten minste vier weken voorafgaand aan de inwerkingtredingsdatum gepubliceerd. Er wordt afgeweken van het kabinetsbeleid over vaste verandermomenten en de minimum invoeringstermijn voor regelgeving zoals neergelegd in aanwijzing 4.17 van de Aanwijzingen voor de regelgeving, omdat deze wijziging om een verduidelijking gaat van de regeling en geen inhoudelijke wijzigingen beoogt. Rekening houdend met voorgaande treedt deze wijziging met ingang van 1 mei 2021 in werking.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

Naar boven