TOELICHTING
Inleiding
Op 1 januari 2021 is de Wet vereenvoudiging beslagvrij voet in werking getreden.1 Hiermee is een vereenvoudigde bepalingswijze voor de beslagvrije voet in het Wetboek
van Burgerlijke Rechtsvordering opgenomen. De beslagvrije voet is het bedrag dat burgers
bij het aflossen van schulden altijd minimaal over moeten houden om vaste lasten te
betalen en om van te leven. De beslagvrije voet wordt vastgesteld met behulp van de
inkomens- en leefsituatie. Bekende situaties, waarbij de beslagvrije voet wordt vastgesteld,
zijn bij loonbeslag en bij verrekening van uitkeringen. Daarnaast wordt de beslagvrije
voet gebruikt door gemeentelijke schuldhulpverleners als zij samen met cliënten het
plan van aanpak voor de hulpverlening opstellen. Dat is nodig om de afloscapaciteit
te bepalen op zo’n manier dat de cliënt voldoende geld overhoudt om in het levensonderhoud
te voorzien.
Inhoud van de wijziging
Sinds 1 januari 2021 biedt de Stichting Inlichtingenbureau (IB) het Gemeenteportaal
beslagvrije voet aan. Dat is een rekentool die automatisch gegevens ophaalt uit de
polisadministratie van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en uit
de Basisregistratie Personen (BRP) om de beslagvrij voet te bepalen.2 Het IB zorgt in samenwerking met gemeenten ervoor dat schuldhulpverleners het Gemeenteportaal
beslagvrije voet kunnen gaan gebruiken. De aansluit- en gebruiksvoorwaarden zijn opgenomen
in bijlage 3 bij de Regeling beslagvrije voet. Om de aansluiting van gemeentelijke
schuldhulpverlening te ondersteunen, is die bijlage met deze regeling verduidelijkt.
Op drie plaatsen in de voorwaarden is schuldhulpverlening toegevoegd. Het gaat om
de tekst boven artikel I en artikel I. Schuldhulpverlening moet inhoudelijk voldoen
aan dezelfde aansluit- en gebruikersvoorwaarden, daarin verandert niets.
Verhouding tot nationale regelgeving
Twee wetten geven het juridisch kader voor gemeentelijke schuldhulpverleners om het
Gemeenteportaal beslagvrije voet te kunnen gebruiken en in het bijzonder de persoonsgegevens
die daarvoor nodig zijn te mogen verwerken:
1. Wet gemeentelijke schuldhulpverlening
Artikel 4a van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening regelt dat de gemeente inwoners
toelaat tot schuldhulpverlening via een beschikking, waarin een plan van aanpak voor
schuldhulpverlening is opgenomen. Het vijfde lid van artikel 4a geeft aan:
In het plan van aanpak wordt ten minste de beslagvrije voet, bedoeld in de artikelen
475c tot en met 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in acht genomen.
In de Wet en het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening staan, mede om te voldoen
aan de privacyregels (Algemene Verordening Gegevensbescherming), wettelijke verplichtingen
voor instanties om gegevens aan het college te verstrekken voor schuldhulpverlening,
waaronder uit de Basisregistratie Personen en de polisadministratie om de identiteit
en de inkomens- en vermogenspositie van de inwoner te bepalen. Dat kan gebeuren door tussenkomst van het Inlichtingenbureau
(artikel 8 Wet gemeentelijke schuldhulpverlening). Bij de wijziging van de Wet gemeentelijke
schuldhulpverlening die op 1 januari 2021 in werking is getreden was al voorzien de
schuldhulpverleners de rekentool beslagvrije voet zouden gaan gebruiken.3
2. Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Artikel XXIIIB, eerste lid, van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet regelt dat
bij algemene maatregel van bestuur een bestuursorgaan of instelling kan worden belast
met de ondersteuning bij de vaststelling van de beslagvrije voet. Artikel 8, vijfde
lid, onder a, van het Besluit beslagvrije voet bepaalt dat bij ministeriële regeling
nadere regels worden gesteld over welke partijen gebruik kunnen maken van de ondersteuning
en onder welke voorwaarden. Artikel 3, zevende lid, onder e, Regeling beslagvrije
voet wijst, tenslotte, het college van burgemeester en wethouders aan als één van
de partijen die gebruik kunnen maken van de ondersteuning.
Gevolgen en uitvoering
Met de inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet kan de beslagvrije
voet in principe zonder informatie van de burger worden berekend. Voor implementatie
is het Gemeenteportaal beslagvrij voet ontwikkeld om de gegevens die nodig zijn om
de beslagvrije voet te berekenen automatisch digitaal te verzamelen. De beslagvrije
voet is een belangrijk onderdeel van de inkomensinformatie die nodig is voor schuldhulpverlening.
Door schuldhulpverleners de mogelijkheid te bieden het Gemeenteportaal te gebruiken,
wordt de hulpverlening vereenvoudigd. Het alternatief is dat schuldhulpverleners het
burgerportal gebruiken.4 Deze voert de berekening op dezelfde wijze uit, maar vraagt aan de gebruiker zelf
de inkomens- en leefsituatie in te vullen. Omdat het Gemeenteportaal beslagvrije voet
eenvoudiger is, heeft het gebruik daarvan de voorkeur van gemeenten. Dit zal leiden
tot extra gebruik van de voorziening. De extra kosten die dat met zich meebrengt worden
betaald door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid via een opdracht
aan het IB. Schuldhulpverleners maken gebruik van de portaal voorziening. Een applicatie-applicatie
koppeling is voor schuldhulpverlening vooralsnog niet beschikbaar (artikel II en III).
Inwerkingtreding
Conform artikel X van bijlage 3 van de Regeling beslagvrije voet worden aanpassingen
in de bijlage ten minste vier weken voorafgaand aan de inwerkingtredingsdatum gepubliceerd.
Er wordt afgeweken van het kabinetsbeleid over vaste verandermomenten en de minimum
invoeringstermijn voor regelgeving zoals neergelegd in aanwijzing 4.17 van de Aanwijzingen
voor de regelgeving, omdat deze wijziging om een verduidelijking gaat van de regeling
en geen inhoudelijke wijzigingen beoogt. Rekening houdend met voorgaande treedt deze
wijziging met ingang van 1 mei 2021 in werking.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees