ARTIKEL I
De Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2.1.6, eerste lid, onderdeel e, komt te luiden:
-
e. indien de getroffen MKB-onderneming met zijn hoofd- of nevenactiviteit, waaronder
de MKB-onderneming is ingeschreven in het handelsregister, behoort tot de codes 64.1,
64.30.1, 64.30.2, 64.91, 64.92, 65, 66.11, 66.19.2, 66.29.1, of 66.29.3 van de Standaard
Bedrijfsindeling of indien de getroffen MKB-onderneming met zijn hoofdactiviteit,
waaronder de MKB-onderneming is ingeschreven in het handelsregister, behoort tot de
codes 64.99, 66.12, 66.19.1, 66.19.3, 66.29.2, 66.29.9 of 66.30 van de Standaard Bedrijfsindeling;
B
Artikel 2.2.4, eerste lid, onderdeel e, komt te luiden:
-
e. indien de getroffen MKB-onderneming met zijn hoofd- of nevenactiviteit, waaronder
de MKB-onderneming is ingeschreven in het handelsregister, behoort tot de codes 64.1,
64.30.1, 64.30.2, 64.91, 64.92, 65, 66.11, 66.19.2, 66.29.1, of 66.29.3 van de Standaard
Bedrijfsindeling of indien de getroffen MKB-onderneming met zijn hoofdactiviteit,
waaronder de MKB-onderneming is ingeschreven in het handelsregister, behoort tot de
codes 64.99, 66.12, 66.19.1, 66.19.3, 66.29.2, 66.29.9 of 66.30 van de Standaard Bedrijfsindeling;
C
De tabel in de bijlage wordt als volgt gewijzigd:
1. Na de rij van ‘Diensten op het gebied van informatie’ worden twee rijen ingevoegd,
luidende:
Risicoanalisten en schadetaxateurs
|
66.21
|
20%
|
Assurantietussenpersonen
|
66.22
|
20%
|
2. In de rij van ‘Design, fotografie, vertaalbureaus’ wordt ‘Design, fotografie, vertaalbureaus’
vervangen door ‘Design, fotografie, vertaalbureaus en overige consultancy’.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 13 februari
2021.
TOELICHTING
Ondernemingen in nagenoeg alle sectoren van de economie komen in aanmerking voor subsidie
op grond van de Regeling subsidie vaste lasten financiering Covid-19. Uitgezonderd
van de reikwijdte van de regeling zijn tot nu toe alle ondernemingen die met een hoofd-
of nevenactiviteit zijn ingeschreven in het handelsregister onder de code 64.1, 64.30.1,
64.30.2, 64.9, 65 of 66 van de Standaard Bedrijfsindeling. Op deze manier wordt uitvoering
gegeven aan het feit dat het op grond van de Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun
ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak1 (hierna: Tijdelijke kaderregeling), op grond waarvan deze subsidieregeling als staatssteun
is goedgekeurd, niet toegestaan is om steun te geven aan kredietinstellingen en financiële
instellingen.
Gebleken is echter dat ondernemingen waarvan hun nevenactiviteit in het handelsregister
is ingeschreven onder SBI-codes 64.99, 66.12, 66.191, 66.193, 66.292, 66.299 of 66.30
in beginsel geen financiële instellingen of kredietinstellingen zijn en niet tot de
financiële sector behoren. Deze ondernemingen voeren een andere activiteit uit als
hoofdactiviteit waarmee ze tot de doelgroep behoren van de regeling. De nevenactiviteiten
die zijn ingeschreven onder een van bovenstaande codes hebben, in het geval dat de
hoofdactiviteit wel tot de doelgroep van de regeling behoort, doorgaans betrekking
op juridische entiteiten waarin de bedrijfsinterne financiën van ondernemingen zijn
ondergebracht. Ook kan het bijvoorbeeld gaan om ondernemingen zoals reisorganisaties
of ondernemingen in de detailhandel die met hun nevenactiviteit onder een van de bovenstaande
SBI-codes zijn ingeschreven als gevolg van hun activiteitenomschrijving als bijvoorbeeld
intermediair, terwijl hun onderneming op zichzelf niet kwalificeert als financiële
instelling of kredietinstelling. Deze ondernemingen zijn doordat zij met één van de
betreffende codes als nevenactiviteit in het handelsregister staan, in het vierde
kwartaal van 2020 en het eerste kwartaal van 2021 uitgesloten van subsidie. Dit is
onwenselijk, en ook niet noodzakelijk gelet op de Tijdelijke kaderregeling, en wordt
met onderhavige wijzigingsregeling hersteld.
In deze wijzigingsregeling wordt de opsomming van codes op grond waarvan een aanvraag
om subsidie moet worden afgewezen, aangepast. Deze aanpassing in de artikelen 2.1.6,
eerste lid, onderdeel e, en 2.2.4, eerste lid, onderdeel e, heeft tot gevolg dat ondernemingen
die met hun nevenactiviteit zijn ingeschreven in het handelsregister onder de SBI-codes
64.99, 66.12, 66.191, 66.193, 66.292, 66.299 en 66.30 nu wel in aanmerking komen voor
subsidie indien zij tevens staan ingeschreven met een hoofdactiviteit die in de bijlage
van de regeling wordt genoemd. Dit is geregeld in artikel I, onderdelen A en B van
de regeling.
Voor de SBI-codes 66.21 (risicoanalisten en schadetaxateurs) en 66.22 (assurantietussenpersonen)
geldt dat deze naar de aard van hun omschrijving niet toebehoren aan financiële instellingen
of kredietinstellingen. Om die reden kan een onderneming waarvan de hoofdactiviteit
onder deze code is ingeschreven in het handelsregister, tevens in aanmerking komen
voor subsidie. Deze SBI-codes worden daarom toegevoegd aan de bijlage. Aangezien het
aandeel vaste lasten in de omzet voor deze codes niet goed te bepalen is op grond
van de beschikbare gegevens van het CBS, is met betrekking tot deze codes gekozen
om het vaste lastenpercentage van SBI-code 74.9 (overige specialistische zakelijke
dienstverlening) toe te kennen. Dit vaste lastenpercentage bedraagt 20%. In de bijlage
stond bij SBI-code tot op heden niet vermeld dat hiertoe behalve design, fotografie
en vertaalbureaus ook ‘overige consultancy’ behoort. Dit wordt eveneens hersteld.
De aanpassingen in de bijlage worden geregeld door middel van artikel I, onderdeel
C van de regeling.
Uiteraard geldt dat ondernemingen die door deze wijzigingsregeling op basis van hun
SBI-code alsnog in aanmerking komen voor subsidie, aan alle overige criteria van de
regeling moeten voldoen. Voor de goede orde zij opgemerkt dat aanvragen van ondernemingen
worden geweigerd of verstrekte subsidies zullen worden ingetrokken, indien de betreffende
onderneming toch behoort tot de groep 'kredietinstellingen en financiële instellingen',
aan welke ingevolge de voornoemde Tijdelijke kaderregeling, geen steun gegeven mag
worden. Dit kan bijvoorbeeld blijken tijdens de uitvoering en controle. Een en ander
volgt uit de artikelen 2.1.6, eerste lid, onderdeel f en 2.2.4, eerste lid, onderdeel
f.
Deze regeling heeft geen gevolgen voor de regeldruk, omdat de regeling het karakter
van een reparatie heeft. De regeling treedt in werking de dag na publicatie in de
Staatscourant. Deze afwijking van het kabinetsbeleid inzake de vaste verandermomenten
of de minimuminvoeringstermijn is gerechtvaardigd omdat het hier een reparatieregeling
betreft. De regeling heeft voorts terugwerkende kracht tot het moment dat de Regeling
subsidie vaste laten financiering COVID-19 in werking is getreden. Op die wijze is
geborgd dat ingediende en nog af te handelen aanvragen worden beoordeeld aan de hand
van de gewijzigde uitsluitingsgronden.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer