Tijdelijke regeling aankoop- en productiekostenbudget buitenlandse literatuur voor uitgevers

De Stichting Nederlands Letterenfonds,

gelet op de Algemene wet bestuursrecht,

gelet op artikel 10, vierde lid, van de Wet op het specifiek cultuurbeleid,

gelet op het Algemeen reglement Nederlands Letterenfonds,

besluit:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

algemeen reglement:

Algemeen reglement Nederlands Letterenfonds;

bestuur:

het bestuur van het Letterenfonds;

het Letterenfonds:

Stichting Nederlands Letterenfonds;

uitgave:

een op de Nederlandse markt uitgebracht literair werk in boekvorm (al dan niet digitaal) van een buitenlandse auteur dat is vertaald in het Nederlands of het Fries door een vertaler waarmee aanvrager een uitgave-overeenkomst heeft afgesloten;

uitgave-overeenkomst:

een overeenkomst tussen uitgever en vertaler betreffende de exploitatierechten op een uitgave met minimaal de bepalingen over het royalty-percentage en de licentie, zoals geregeld in het Modelcontract van de Literaire Uitgeversgroep en Auteursbond voor de uitgave van een vertaling van een literair werk;

uitgeverij:

rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid die op continue basis bedrijfsactiviteiten ontplooit ten behoeve van de uitgave van literair werk;

Nederland:

het Koninkrijk der Nederlanden;

de-minimissteun:

steun als bedoeld in Verordening (EU) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013, Publicatieblad nr. L 352 van 24 december 2013;

subsidie:

subsidie in de aankoop- en productiekosten van een uitgave.

Artikel 2. Toepasselijkheid

Deze regeling is van toepassing op aanvragen van uitgevers voor een subsidie die door het bestuur worden verstrekt. De subsidie is bedoeld voor de aankoop- of productiekosten van buitenlandse titels, zodat het aantal literaire vertalingen in het Nederlands op peil blijft in tijden waarin de gebruikelijke acquisitie- en distributiekanalen voor literaire uitgaves ingrijpend zijn beperkt als gevolg van de maatregelen in verband met de uitbraak van het virus SARS-CoV- 2.

Artikel 3. Vereisten aanvrager

  • 1. De aanvrager is een uitgeverij.

  • 2. De aanvrager heeft in de periode tussen 1 januari 2017 en 1 maart 2021 een literaire vertaling gepubliceerd of in voorbereiding bestemd voor de Nederlandse markt en voor dat werk werd een uitgave-overeenkomst afgesloten met een vertaler die daarvoor een subsidie heeft ontvangen van het Letterenfonds op grond van de Regeling projectsubsidies voor literaire vertalingen.

Artikel 4. Aanvraag

  • 1. Een aanvraag wordt uitsluitend ingediend met behulp van het aanvraagformulier op de website van het Letterenfonds.

  • 2. Een aanvraag wordt alleen in behandeling genomen als het volledig ingevulde aanvraagformulier tijdig is ontvangen door het Letterenfonds en vergezeld gaat van de vereiste bijlagen.

  • 3. Een aanvraag die niet voldoet aan het bepaalde in deze regeling wordt afgewezen.

Artikel 5. Algemene vereisten en weigeringsgronden

  • 1. De aanvrager heeft de afgelopen twee belastingjaren voorafgaand aan de aanvraag niet meer dan € 200.000 de-minimissteun ontvangen hetgeen wordt onderbouwd door een daartoe strekkende verklaring van de aanvrager.

  • 2. De aanvrager sluit voor elke titel waarvoor een subsidie van € 2.500 is aangevraagd met de betreffende vertaler(s) een uitgave-overeenkomst af, waarin is bepaald dat de vertaler(s) bij het Letterenfonds uiterlijk in de derde ronde van 2021 een subsidieaanvraag indient op grond van de Regeling projectsubsidies voor literaire vertalingen.

  • 3. De rechten van de titel zijn door de uitgever aangekocht na 1 januari 2021 en voor 31 december 2021.

  • 4. De vertaler heeft uiterlijk 31 december 2021 een subsidie ontvangen van het Letterenfonds voor de vertaling van de titel waarop de aanvraag van de uitgever op grond van deze regeling betrekking heeft.

  • 5. Het vertaalde werk, genoemd in het vorige lid, is uitgegeven in een oplage van ten minste 500 exemplaren met uitzondering van poëziebundels en Friestalige literaire werken waarvoor een minimum geldt van 300 exemplaren, en heeft een omvang van minimaal 25.000 woorden met uitzondering van poëziebundels waarvoor een minimum geldt van 20 pagina’s.

  • 6. Indien het een werk in papieren vorm betreft, vindt de distributie plaats via de reguliere boekhandel. Indien de vertaling alleen digitaal is gepubliceerd, blijkt uit de aanvraag dat de uitgever de vertaling ten minste vijf jaar toegankelijk heeft gemaakt dan wel zal maken voor het publiek, en de vertaling breed, via diverse elektronische kanalen, heeft gedistribueerd of distribueert.

  • 7. Voor dezelfde titels als waarvoor in het kader van deze regeling wordt aangevraagd kan niet eerder al een productiesubsidie zijn verleend op grond van de Regeling Schwob, de Regeling literaire uitgaven en de Regeling geïllustreerde kinder- en jeugdliteratuur van het Letterenfonds.

Artikel 6. Aanvraagperiode & verdelingssysteem

  • 1. De aanvraagperiode loopt van 15 maart 2021 tot 15 juni 2021.

  • 2. Het bestuur behandelt de aanvragen op volgorde van ontvangst van de aanvragen door het Letterenfonds.

  • 3. Met inachtneming van artikel 11, vijfde lid, van het algemeen reglement, geldt als datum van ontvangst de datum waarop het Letterenfonds de volledige aanvraag heeft ontvangen.

  • 4. Het bestuur wijst aanvragen af als het subsidieplafond is bereikt.

Artikel 7. Hoogte van de subsidie en subsidieplafond

  • 1. De aanvrager kan subsidie aanvragen voor € 2.500 per boektitel en voor maximaal drie boektitels, dus in totaal kan aan een aanvrager maximaal € 7.500 op grond van deze regeling worden toegekend.

  • 2. Het bestuur stelt een subsidieplafond vast voor het totaal beschikbare bedrag.

  • 3. Het subsidieplafond wordt bekendgemaakt op de website van het Letterenfonds.

Artikel 8. Verplichtingen subsidieontvanger

  • 1. De subsidieontvanger zendt zo spoedig mogelijk een bewijs van aankoop van de rechten van de boektitel zoals bedoeld in artikel 5, derde lid, de uitgave-overeenkomsten met de vertaler(s), een verklaring dat de vertaler voor de betreffende boektitel subsidie heeft ontvangen van het Letterenfonds en de verwachte publicatiedatum die niet later zal zijn dan 1 april 2024.

  • 2. De subsidieontvanger zendt direct na publicatie een exemplaar toe of stelt hem digitaal ter beschikking te stellen aan het Letterenfonds.

  • 3. De subsidieontvanger doet zo spoedig mogelijk een schriftelijke melding aan het Letterenfonds van omstandigheden die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging of intrekking van de subsidie. Daarbij worden de relevante stukken overgelegd.

  • 4. De melding als genoemd in het vorige lid wordt in ieder geval gedaan, indien het aannemelijk is dat:

    • de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zijn verricht of zullen worden verricht;

    • niet, niet tijdig of niet geheel aan de subsidieverplichtingen wordt voldaan of zal worden voldaan.

  • 5. De subsidie wordt door de subsidieontvanger besteed aan de totstandkoming van de uitgaven waarvoor de subsidie bestemd is.

  • 6. Indien een subsidieontvanger subsidies of geldelijke middelen van derde partijen voor de publicatie heeft ontvangen, dient hij het Letterenfonds hiervan onverwijld in kennis te stellen.

  • 7. Indien de papieren uitgave via de uitgever binnen vier jaar na publicatie niet meer beschikbaar is, is het werk via print on demand of e-boek nog tot vier jaar leverbaar.

  • 8. In de uitgave is het Letterenfonds vermeld als subsidieverstrekker op een door het Letterenfonds aangegeven wijze.

Artikel 9. Subsidieverlening en -vaststelling

  • 1. Bij het verlenen van de subsidie geeft het bestuur direct een beschikking tot subsidievaststelling.

  • 2. In de beschikking wordt de wijze van betaling van de subsidie bepaald.

Artikel 10. Termijnen

Het bestuur beslist binnen acht weken na ontvangst van de complete aanvraag.

Artikel 11. Intrekkings- en wijzigingsgronden subsidievaststelling

  • 1. Het bestuur kan de subsidievaststelling intrekken of wijzigen, als:

    • a. de subsidieontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;

    • b. het bestuur constateert dat substantiële wijzigingen zijn opgetreden ten opzichte van de bij de aanvraag overgelegde gegevens die aan het Letterenfonds zijn verstrekt;

    • c. niet is voldaan aan artikel 5, eerste lid;

    • d. niet is voldaan aan het bepaalde in artikel 5, derde lid.

  • 2. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarop de subsidie is vastgesteld, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

  • 3. Het bedrag waarmee de subsidie eventueel wordt verlaagd, wordt verrekend met eventueel nog te betalen gedeelten van de subsidie of teruggevorderd.

Artikel 12. Hardheidsclausule

Het bestuur kan, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen, een artikel buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover strikte toepassing leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 13. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt onmiddellijk in werking met ingang van 1 maart 2021 en eindigt 1 april 2022.

Artikel 14. Slotbepalingen

  • 1. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het bestuur.

  • 2. Naast en in aanvulling op deze regeling is het Algemeen reglement Nederlands Letterenfonds van toepassing.

  • 3. Deze regeling is vastgesteld op 4 maart 2021 door het bestuur van de Stichting Nederlands Letterenfonds.

  • 4. Deze regeling wordt aangehaald als Tijdelijke regeling aankoop- en productiekostenbudget buitenlandse literatuur voor uitgevers.

Het bestuur van het Nederlands Letterenfonds, T.R.F.M. Perez

Deze regeling wordt bekendgemaakt door kennisgeving ervan op de website en in de Staatscourant.

TOELICHTING

Algemene toelichting

Het Letterenfonds beoogt met deze tijdelijke regeling voor uitgevers het aankoopbeleid voor buitenlandse titels een impuls te geven teneinde de gevolgen van de coronacrisis te beperken.

Naar verwachting zal de uitbraak van COVID-19 aanzienlijke gevolgen hebben voor het werk van literaire vertalers en de diversiteit van het literaire aanbod. De acquisitie en distributie van literaire buitenlandse titels kennen ingrijpende beperkingen; internationale boekenbeurzen vinden geen doorgang of slechts in online vorm, boekhandels kampen met een beperkte openstelling. Deze tijdelijke regeling is bedoeld om de druk op de literaire vertalers en de diversiteit van het literaire aanbod te verlichten. Door uitgevers de mogelijkheid te bieden tot het aanvragen van tijdelijke subsidies voor aankoop- of productiekosten van buitenlandse literaire titels wordt de diversiteit van het literaire aanbod gestimuleerd en blijven literaire vertalers aan het werk.

Uitsluitend uitgevers die tussen 1 januari 2017 en 1 maart 2021 een literaire vertaling publiceerden bestemd voor de Nederlandse markt en waarvoor de vertaler op grond van de Regeling projectsubsidies voor literaire vertalingen van het Letterenfonds een subsidie ontving, komen voor een subsidie op grond van deze regeling in aanmerking.

De subsidie die de uitgever als subsidie kan aanvragen bedraagt maximaal € 7.500 en dient voor 15 juni 2021 te worden aangevraagd bij het Letterenfonds.

Met elke buitenlandse titel die wordt aangekocht na 1 januari 2021 en waarvoor de vertaler in de periode tot 1 januari 2022 via de Regeling projectsubsidies voor literaire vertalingen een subsidie ontvangt, wordt er € 2.500 van het aankoopbudget verantwoord. Uitgevers die de maximale subsidie van € 7.500 aanvragen dienen tussen 1 januari 2021 en 31 december 2021 minimaal drie van dergelijke titels op de markt te hebben gebracht of te hebben uitstaan. De verantwoording van de subsidie vindt vóór 1 april 2022 plaats.

De uitgever legt bij zijn aanvraag ook een de-minimisverklaring af, waarin hij verklaart dat het bedrag aan verleende de-minimissteun (in welke vorm of voor welk doel ook) inclusief de op zijn aanvraag te ontvangen subsidie over de periode van de begindatum van het belastingjaar gelegen twee jaar vóór de datum van de ondertekening van de verklaring tot de datum van ondertekening van de aanvraag niet hoger is dan € 200.000.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 definities

Een uitgeverij is een rechtspersoon die op continue basis bedrijfsactiviteiten ontplooit met onder meer als doel de uitgave van literaire werken voor de Nederlandse markt. Er worden strenge eisen gesteld aan de professionaliteit van de uitgeverij met het oog op de belangen van de positie van de vertalers en de kwaliteit van het literaire aanbod. De uitgeverij moet continuïteit bieden. Het bedrijfsmodel mag niet drijven op enkel toewijdingen en vriendendiensten; de uitgeverij moet reële vergoedingen vragen en ontvangen voor geleverde diensten. De uitgeverij beschikt over een onafhankelijke redactie die de schrijver of vertaler begeleidt bij de totstandkoming van de uitgave. De uitgeverij biedt zijn uitgaven op regelmatige basis aan de boekhandel aan, voorziet zijn uitgaves van een ISBN, hanteert de gebruikelijke leveringsvoorwaarden, maakt ten minste één keer per jaar een fondslijst en zorgt bij ()digitale uitgaven voor een breed aanbod via diverse verkoopkanalen. Titels waarvoor de auteur zelf in de productie-, promotie- of distributiekosten participeert of waarvan de auteur een bepaald aantal exemplaren afneemt tegen betaling, komen niet in aanmerking voor een subsidie op grond van deze regeling.

Het bestuur houdt zich het recht voor om bij ernstige twijfel aan de getrouwheid van de uitgave-overeenkomst een accountantsonderzoek te doen verrichten.

De vertaler ontvangt voor het literaire vertaalwerk een redelijk honorarium van de uitgeverij met een contract conform de bepalingen over het royaltypercentage en de licentie zoals geregeld in het Modelcontract. Daarnaast dient met de uitgever een redelijke en gangbare honorering per te vertalen woord dan wel in het geval van poëzie, een redelijke en gangbare honorering per dichtregel met een minimumbedrag per gedicht te zijn overeengekomen. Daartoe wordt door het Letterenfonds jaarlijks een minimumhonorering vastgesteld waarvan niet ten nadele van de vertaler mag zijn afgeweken. De minimumhonorering wordt bekendgemaakt op de website van het Letterenfonds.

Artikel 6

Als verdelingssysteem bij de verlening van de subsidies geldt het principe ‘wie het eerst komt, wie het eerst maalt’. Aanvragen worden dus in volgorde van ontvangst behandeld omdat het bestuur bij het verlenen van de subsidie de aanvragen niet inhoudelijk toetst. In geval van overschrijding van het subsidieplafond worden de resterende aanvragen afgewezen.

De datum waarop het Letterenfonds een volledige aanvraag heeft ontvangen geldt als datum van ontvangst, met dien verstande dat aanvullingen op een onvolledige aanvraag gedaan binnen de termijn van artikel 11, vijfde lid, van het algemeen reglement geen invloed hebben op de datum van ontvangst.

Artikel 7, eerste lid

De subsidie wordt vooraf aangevraagd; de uitgever maakt vooraf een inschatting hoeveel titels hij eind 2021 op die manier kan verantwoorden.

Artikel 8, eerste lid

De aanvrager kan ook een boek in vertaling uitbrengen waarvan het auteursrecht van de auteur, vanwege het verstrijken van de beschermingstermijn, is verlopen.

Naar boven