Kennisgeving projectplan waterwet voor de aanleg van nevengeulen en uiterwaardverlaging in de uiterwaarden bij Demen en Dieden, Rijkswaterstaat

Watervergunning voor de realisatie van een vlonderbrug ten behoeve van het regionaal fiets- en voetveer Demen-Batenburg.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat geeft kennis van het feit dat de volgende besluiten zijn genomen.

Waterwet

Bij besluit van 15 januari 2021, RWS-2021/195, is op grond van artikel 5.4, eerste lid, van de Waterwet een projectplan vastgesteld voor het realiseren van nevengeulen en uiterwaardverlaging in de uiterwaarden bij Demen en Dieden (Maas; linkeroever tussen rivierkilometer 184,000 en 189,500).

Het projectplan op grond van artikel 5.4, lid 1, van de Waterwet is genoemd in de bijlage bij art. 1.1 van de Crisis- en Herstelwet, zodat de bepalingen in hoofdstuk 1, afdeling 2 van de Crisis- en Herstelwet hierop van toepassing zijn.

Eveneens is bij besluit van 15 januari 2021, RWS-2021/200, op grond van hoofdstuk 6 van de Waterwet een Watervergunning verleend aan Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland voor de realisatie van een vlonderbrug ten behoeve van het regionaal fiets- en voetveer Demen-Batenburg.

Terinzagelegging

De besluiten met bijbehorende documenten liggen vanaf 15 januari 2021 voor een periode van zes weken (na voorafgaande telefonische afspraak) ter inzage op het adres: Rijkswaterstaat Zuid-Nederland, afdeling Vergunningverlening, Avenue Ceramique 125 te Maastricht, op werkdagen van 09:00 uur tot 16:00 uur.

Desgewenst kunnen de stukken digitaal (via e-mail of filetransfer) ter beschikking worden gesteld.

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een persoon wiens belang rechtstreeks bij het projectplan is betrokken, gedurende een periode van zes weken vanaf de dag na bekendmaking, tegen dit projectplan een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Milieu en worden gezonden naar de Hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat Zuid-Nederland, afdeling Werkenpakket, postbus 2232 te 3500 GE Utrecht.

De besluiten treden in werking na bekendmaking. Op grond van artikel 6:16 van de Algemene wet bestuursrecht schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan, indien tegen dit besluit bezwaar wordt aangetekend, gedurende de bezwaartermijn tevens een verzoek om een voorlopige voorziening worden ingediend.

Het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de Voorzieningenrechter van de Sector bestuursrecht van de Rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de indiener van het verzoekschrift zijn woonplaats in Nederland heeft. Voor het treffen van een voorlopige voorziening is een griffierecht verschuldigd.

U kunt een verzoek ook digitaal indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde site voor de precieze voorwaarden.

Inlichtingen

Voor nadere informatie, of voor het maken van een afspraak, kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de heer J. Metsemakers (06-31011331), john.metsemakers@rws.nl.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, namens deze, Het hoofd vergunningverlening Rijkswaterstaat Zuid-Nederland, P.A.M. Smeets

Naar boven