Regeling Brug voor Talent

Het bestuur van Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie,

gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

gelet op artikel 4:23, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op het Algemeen Subsidiereglement van het Fonds voor Cultuurparticipatie;

met goedkeuring van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 februari 2020;

besluit:

vast te stellen de Regeling Brug voor Talent.

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

a) adviescommissie:

een externe adviescommissie als bedoeld in het Huishoudelijk Reglement van stichting Fonds voor Cultuurparticipatie;

b) Algemeen Subsidiereglement:

Algemeen Subsidiereglement Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie;

c) bestuur:

het bestuur van Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie;

d) cultuurmaker:

persoon die in zijn of haar vrije tijd, niet in schoolverband, actief is op het gebied van kunst, e-cultuur, erfgoed of media;

e) curriculum:

een leer- en onderwijsplan dat de inhoud en doelen van een opleiding of schoolloopbaan beschrijft.

f) Fonds:

Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie;

g) kunstvakonderwijs:

onderwijs tot uitvoerend, scheppend en toegepast werkend kunstenaar en tot kunstvakdocent aan mbo- of hbo-kunstopleidingen.

h) talent:

cultuurmaker die over voldoende potentieel beschikt om voor deelname aan het kunstvakonderwijs in aanmerking te komen;

i) talentontwikkeling:

culturele activiteiten gericht op de identificatie, selectie, begeleiding en ontwikkeling van talent ter voorbereiding op eventuele deelname aan het kunstvakonderwijs.

Artikel 2. Doel

Met deze regeling stimuleert het Fonds de samenwerking, afstemming en aansluiting tussen culturele instellingen en kunstvakopleidingen ter bevordering van een inclusieve talentketen met aandacht voor doorstroom en ontwikkeling van talenten die drempels ervaren op hun route richting kunstvakonderwijs.

Artikel 3. Wie kan aanvragen

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door een in het Koninkrijk der Nederlanden gevestigde culturele instelling met rechtspersoonlijkheid zonder winstoogmerk.

Artikel 4. Waarvoor kan worden aangevraagd

  • 1. De aanvrager kan subsidie aanvragen voor een project dat gericht is op versterking van de samenwerking tussen culturele instellingen en het kunstvakonderwijs en dat bijdraagt aan het duurzaam verlagen van drempels binnen de talentketen die een bepaalde groep talenten ervaart.

  • 2. Het project start niet eerder dan 13 weken na indiening van de aanvraag.

  • 3. Projecten starten uiterlijk binnen zes maanden na subsidieverlening.

  • 4. Het project heeft een looptijd van minimaal één jaar en maximaal twee jaar.

Artikel 5. Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 625.000,-.

  • 2. Het bestuur kan de hoogte van het subsidieplafond wijzigen. Wijzigingen worden op de website van het Fonds bekendgemaakt.

Artikel 6. Hoogte van de subsidie

De subsidie bedraagt minimaal € 25.000,- en maximaal € 100.000,- per project.

Artikel 7. Weigeringsgronden

  • 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht wordt subsidie in ieder geval geweigerd als:

    • a. voor dezelfde activiteiten reeds subsidie is of zal worden verleend door het Fonds of door één van de andere publieke cultuurfondsen;

    • b. de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd ten tijde van de aanvraag reeds worden uitgevoerd;

    • c. de aanvraag gericht is op activiteiten die kunnen worden aangemerkt als reguliere of terugkerende activiteiten dan wel redelijkerwijs gefinancierd kunnen worden uit het reguliere (taakstellings)budget van de aanvrager.

  • 2. Het bestuur kan subsidie weigeren als een aanvrager in voorgaande jaren subsidie van het Fonds heeft ontvangen en niet, of niet geheel, heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

  • 3. Subsidie kan tevens worden geweigerd als het plan niet, of niet voldoende aansluit bij het doel van de regeling.

Artikel 8. Voorwaarden en beperkingen

  • 1. De subsidie bedraagt niet meer dan 50% van de totale voor de subsidie in aanmerking komende projectkosten.

  • 2. De subsidieontvanger draagt aan de kosten van het project minimaal hetzelfde bedrag bij als het gevraagde subsidiebedrag, hetzij uit eigen middelen, hetzij door bijdragen van andere financiers of partners.

  • 3. De hoogte van de subsidie dient in redelijke verhouding te staan tot de activiteiten waarvoor wordt aangevraagd.

  • 4. Slechts direct aan het project gerelateerde kosten komen voor subsidie in aanmerking.

  • 5. De post onvoorzien op de begroting mag niet meer bedragen dan 7% van de totale kosten van het project.

  • 6. Maximaal 10% van de subsidie van het Fonds mag worden ingezet voor materiële investeringen die benodigd zijn voor het project.

Artikel 9. Bijzondere verplichtingen

  • 1. De subsidieontvanger werkt overeenkomstig de principes van de Governance Code Cultuur.

  • 2. De subsidieontvanger is verplicht tot kennisdeling van de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt.

HOOFDSTUK 2. AANVRAAGPROCEDURES

Artikel 10. Indieningstermijnen

Een aanvraag kan worden ingediend van maandag 17 februari 2020 tot en met vrijdag 9 oktober 2020.

Artikel 11. Indieningsvereisten

  • 1. Een aanvraag wordt ingediend via ons digitaal aanvraagsysteem Mijn Fonds middels een digitaal aanvraagformulier.

  • 2. De aanvraag gaat ten minste vergezeld van een projectplan en een begroting.

  • 3. Een onvolledige aanvraag wordt niet in behandeling genomen, totdat de aanvraag is aangevuld. Het moment waarop de aanvraag volledig is, wordt beschouwd als het moment van het indienen van de aanvraag.

Artikel 12. Beoordelingscriteria

  • 1. Aanvragen worden beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

    • a. Inhoudelijke kwaliteit van het project;

    • b. Organisatorische kwaliteit;

    • c. Duurzame samenwerking tussen de culturele instelling(en) en kunstvakopleiding(en)

  • 2. Om voor subsidie in aanmerking te komen, dient een aanvraag te voldoen aan alle criteria. De toelichting bij deze regeling bevat de wijze waarop de criteria worden beoordeeld.

Artikel 13. Adviescommissie

Het bestuur legt aanvragen die voldoen aan de indieningsvereisten ter advisering voor aan een externe adviescommissie.

Artikel 14. Beoordelingswijze

Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst.

Artikel 15. Beslistermijn

Het bestuur beslist binnen 13 weken nadat een aanvraag is ontvangen.

HOOFDSTUK 3. SLOTBEPALINGEN

Artikel 16. Hardheidsclausule

Het bestuur kan in uitzonderlijke gevallen ten gunste van een aanvrager van bepalingen in deze regeling afwijken indien toepassing daarvan leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 17. Algemeen Subsidiereglement

De bepalingen in het Algemeen Subsidiereglement zijn van toepassing, tenzij in deze regeling anders is bepaald.

Artikel 18. Begrotingsvoorbehoud

Subsidie wordt verleend onder voorbehoud van verstrekking van de bijbehorende middelen door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Artikel 19. Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag nadat deze in de Staatscourant is gepubliceerd.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang 1 januari 2025. Op bezwaar- en beroepsprocedures die op dat moment nog niet zijn afgerond blijft het bepaalde in deze regeling van toepassing.

Artikel 20. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling Brug voor Talent.

Het bestuur van stichting Fonds voor Cultuurparticipatie, namens deze, H.G.G.M. Verhoeven. directeur-bestuurder

TOELICHTING REGELING BRUG VOOR TALENT

1 ALGEMEEN

1. Aanleiding

Duizenden jongeren in Nederland dromen van een professionele loopbaan in de kunsten. Ze zijn dagelijks bezig met hun passie voor bijvoorbeeld theater, muziek, dans, schrijven, beeldende kunst of film. Met het programma ‘Innovatie in Cultuur, Maak het mee’ draagt het Fonds bij aan een samenleving waarin mensen op verschillende niveaus hun creativiteit kunnen ontwikkelen. Van een eerste kennismaking met cultuur tot verdieping en talentontwikkeling. Ook binnen de landelijke beleidsagenda is er aandacht voor de doorstroom van talent. In haar visiebrief ‘Cultuur in een open samenleving’ (2018) onderschrijft de Minister van OC&W het belang van talentontwikkeling en de extra middelen die hiervoor nodig zijn.

De ontwikkeling van creatief talent vindt plaats binnen en buiten het kunstvakonderwijs en niet enkel lineair of binnen één kunstdiscipline. Om een beter beeld te krijgen van de ontwikkelbehoefte van creatief talent heeft het Fonds in het voorjaar van 2019 een verkenning uitgevoerd. Uit de gesprekken met talenten, opleiders en talentontwikkelaars werd duidelijk dat elke discipline een eigen dynamiek en route kent met specifieke behoeften. Ook kwam naar voren dat de samenhang tussen de trajecten, opleidingen en beroepspraktijk vaak nog gering is en dat talenten nog veel drempels (bijvoorbeeld financiële, geografische of sociaal-culturele drempels) ervaren op hun route naar een kunstvakopleiding. Meer samenwerking tussen de diverse instellingen en opleidingen is nodig om binnen een dynamische infrastructuur van talentontwikkeling in te kunnen blijven spelen op de behoeftes van de talenten.

In aanvulling op de reeds bestaande subsidieregelingen voor talentontwikkeling richt deze regeling zich specifiek op het versterken van de brug voor talent, tussen enerzijds de aanbieders van talentontwikkeltrajecten en anderzijds het kunstvakonderwijs.

Met de regeling wil het Fonds bijdragen aan:

  • versterking van samenwerking, afstemming en aansluiting tussen informele talentontwikkeltrajecten en kunstvakonderwijs; en

  • bevordering van een inclusieve talentketen met aandacht voor doorstroom en ontwikkeling van talenten die drempels ervaren op hun route richting kunstvakonderwijs.

II ARTIKELSGEWIJS

Artikel 3. Wie kan aanvragen

De aanvrager is een culturele instelling. Het projectplan wordt in samenspraak met kunstvakopleiding(en) opgesteld. Uit het plan dient een gelijkwaardige samenwerking tussen culturele instelling(en) en opleider(s) naar voren te komen.

Artikel 4. Waarvoor kan worden aangevraagd

Een aanvraag kan worden ingediend voor een relevant talentontwikkelingsprogramma voor talenten die binnen de huidige talentketen drempels ervaren bij hun ontwikkeling en op hun route richting het kunstvakonderwijs. Dit programma wordt gezamenlijk ontwikkeld door culturele instelling(en) en kunstvakopleiding(en) vanuit een geconstateerde behoefte die speelt onder de doelgroep.

De subsidiabele activiteiten zijn gericht op de ontwikkeling van talenten die in hun vrije tijd en niet in schoolverband deelnemen, waarbij geldt dat het merendeel van de deelnemers nog geen kunstvakstudent is.

Artikel 7. Weigeringsgronden

Gezien het stimuleringskarakter van de regeling kunnen in de aanvraag geen activiteiten worden opgevoerd die reeds tot de reguliere activiteiten van de aanvrager of samenwerkingspartner kunnen worden gerekend.

Artikel 8. Voorwaarden en beperkingen

Voor subsidie komen alleen projectkosten in aanmerking die relevant zijn in het licht van het doel van deze regeling. Tot deze projectkosten behoren alleen de investeringen die direct op de realisatie van het project zijn gericht, zoals de inzet van artistiek en organisatorisch personeel en de huur van repetitieruimte of podiumvoorzieningen om de projectactiviteiten te realiseren. Lasten die op enigerlei wijze tot de normale exploitatiekosten kunnen worden gerekend, zoals vaste huur, aanschaf van inventaris en investeringen die niet direct op de realisatie van de activiteiten zijn gericht, komen niet voor ondersteuning in aanmerking. Maximaal 10% van de subsidie van het Fonds mag worden besteed aan materiële investeringen, zoals aanschaf van apparatuur of instrumenten.

Artikel 9. Bijzondere verplichtingen

Kennisdeling kan in verschillende vormen plaats vinden. Er kunnen bijvoorbeeld praktijkvoorbeelden worden gedeeld of onderwerpen besproken die voor alle deelnemers relevant zijn, zoals samenwerking en verduurzaming.

Artikel 11. Indieningsvereisten

De subsidieaanvraag bestaat uit vier documenten:

  • 1. een volledig ingevuld digitaal aanvraagformulier;

  • 2. een projectplan;

  • 3. een volledig ingevulde (model)begroting.

Aanvraagformulier

Via ons digitaal aanvraagsysteem Mijn Fonds dient het aanvraagformulier Brug voor Talent te worden ingevuld.

Projectplan

Het projectplan van maximaal 5.000 woorden dient in ieder geval de volgende onderdelen te bevatten:

Inhoudelijke kwaliteit

  • Beschrijf de aanleiding, doelstelling(en), inhoud, opzet en context van het programma.

  • Geef een beschrijving van de deelnemers en hun ontwikkelbehoeften.

  • Geef aan wat het concrete eindresultaat en de impact van het project is.

Organisatorische kwaliteit

  • Beschrijf de projectstructuur;

  • Geef aan wat de planning is van het project.

  • Geef een toelichting op de begroting (de begroting is een bijlage bij de aanvraag). Geef een overzicht van de inkomsten en uitgaven en maak een verbinding met de activiteiten in het projectplan.

  • Geef aan op welke wijze het project wordt gemonitord en geëvalueerd.

Duurzame samenwerking

  • Beschrijf de taak- en rolverdeling tussen culturele instelling(en) en kunstvakopleiding(en);

  • Beschrijf hoe de samenwerking bijdraagt aan de doorontwikkeling van de deelnemers en aan de infrastructuur voor talentontwikkeling;

  • Beschrijf de verwachte leeropbrengsten voor culturele instelling(en) en kunstvakopleiding(en).

  • Geef aan hoe de ervaringen uit het project worden gedeeld met derden.

Artikel 12. Beoordelingscriteria

Aanvragen worden getoetst aan de volgende criteria:

  • a. Inhoudelijke kwaliteit van het project:

    Bij dit criterium beoordeelt het Fonds de gedegenheid van de activiteiten en de bijdrage hiervan aan de doorontwikkeling van talenten en de doorstroommogelijkheden naar het kunstvakonderwijs. Hierbij wordt beoordeeld in welke mate de activiteiten aansluiten op de behoefte van de doelgroep en hoe de verbinding wordt gelegd tussen de instelling(en) en de opleiding(en). Ook wordt beoordeeld op welke wijze doelgroep wordt bereikt. Tevens wordt getoetst of met de activiteiten voldoende aangesloten wordt op de leemtes en kansen die zich voordoen binnen de keten van talentontwikkeling.

  • b. Organisatorische kwaliteit:

    Binnen dit criterium wordt beoordeeld of het projectplan een heldere aanpak kent, inclusief een duidelijke doelstelling met daarbij passende activiteiten, een realistische planning en aandacht voor evaluatie. Ook wordt beoordeeld in hoeverre de betrokken uitvoerders over de benodigde kennis en ervaring beschikken om het projectplan te verwezenlijken. Tevens wordt getoetst of de begroting inzichtelijk, redelijk en realistisch is.

  • c. Duurzame samenwerking tussen de culturele instelling(en) en kunstvakopleiding(en):

    De aanvraag laat zien dat het project is opgezet met de intentie om een blijvende impuls te geven aan de doorontwikkeling en doorstroom van talent waarbij sprake is van een gelijkwaardige samenwerking tussen de culturele instelling(en) en kunstvakopleiding(en). Er wordt gelet op de samenwerking tijdens de verschillende fases van het project en of de taak- en rolverdeling hierbij duidelijk is. Ook wordt gekeken naar de aandacht voor het creëren van draagvlak bij de betrokken partners en de manier waarop kennis en ervaringen vanuit het project worden gedeeld.

Alleen aanvragen die op alle drie de beoordelingscriteria minimaal als voldoende zijn beoordeeld, komen in aanmerking voor subsidie. Indien het subsidieplafond dan nog niet is bereikt, wordt de subsidie toegewezen. Aanvragen die niet op alle beoordelingscriteria als voldoende zijn beoordeeld, worden afgewezen.

Artikel 14. Beoordelingswijze

De aanvragen worden beoordeeld op volgorde van ontvangst. Op basis van volgorde van binnenkomst (datum en tijdstip) worden de aanvragen opgenomen in een lijst. Een onvolledige aanvraag kan binnen een redelijke termijn worden aangevuld. De datum van volledige aanvulling geldt als de datum van binnenkomst van de aanvraag.

Artikel 17. Algemeen Subsidiereglement

In het Algemeen Subsidiereglement zijn regels opgenomen die van toepassing zijn op alle subsidies die het Fonds verstrekt. Deze regels gaan bijvoorbeeld over de subsidieverlening, verantwoording en bevoorschotting.

Naar boven