Verkeersbesluit Erica

Verkeersbesluit aanwijzen parkeerplaats(en) ten behoeve van het opladen van elektrische voertuigen aan de Buntgraslaan wijzigen in de Erica te ‘t Harde

Inleiding

Op 10 juli 2020 hebben wij een verzoek ontvangen van de firma Allego voor het reserveren van een parkeerplaats ten behoeve van het opladen van elektrische voertuigen aan de Buntgraslaan ter hoogte van huisnummer 28a/28b te ‘t Harde, met bijbehorende laadpaal. Dit voorgenomen verkeersbesluit heeft gedurende 6 weken ter inzage gelegen en hierop zijn twee zienswijzen ingediend. De gemeente wil naar aanleiding van deze ingediende zienswijzen de eerder voorgestelde locatie Buntgraslaan 28a/28b wijzigen in de parkeerplaats tegenover Erica 2, naast Buntgraslaan 19 te ’t Harde.

Het verzoek en de onderbouwing daarvan voldoet aan de relevante beleidsregels, zoals door ons vastgesteld op 9 december 2014. Zo is onder andere de parkeerplaats en laadpaal bedoeld voor algemeen gebruik, in die zin dat deze voor iedereen te gebruiken is voor het opladen van zijn/haar elektrische voertuig.

De oplaadpaal is geschikt voor het gelijktijdig opladen van twee voertuigen. Het voorliggende verkeersbesluit maakt het mogelijk de twee bij de locatie van de oplaadpaal gelegen parkeerplaatsen aan te wijzen voor het parkeren van een elektrisch voertuig dat aan het opladen is. De tweede parkeerplaats zal pas daadwerkelijk worden aangewezen wanneer in relatie tot de gebruikelijke oplaadtijd naar ons oordeel het aantal op te laden voertuigen in deze omgeving redelijkerwijs te groot wordt voor één parkeerplaats. Het plaatsen en het onderhoud van de oplaadpaal wordt uitgevoerd door Allego.

Het rijden met elektrische voertuigen draagt bij aan een schonere lucht, minder uitstoot van CO2 en minder geluidsoverlast en daarmee aan het voorkomen of beperken van hinder, overlast en schade door het verkeer, als bedoeld in artikel 2, lid 2a van de Wegenverkeerswet 1994.

De aanvrager heeft aangetoond dat er ter plaatse behoefte bestaat aan een oplaadpaal met één of twee parkeerplaats(en) voor het opladen van dit soort voertuigen. Ook zijn er in de nabije omgeving geen laadpalen in de openbare ruimte en kan de gebruiker niet op eigen terrein in oplaad- en parkeermogelijkheden voorzien. Tevens laat de parkeerdruk in de omgeving het toe één of twee parkeerplaatsen te reserveren voor het opladen van elektrische voertuigen.

In dit stadium van elektrificatie van het wagenpark is van belang dat zo snel mogelijk een rendabele exploitatie van laadpalen mogelijk wordt. Daartoe is concentratie van de behoefte aan elektrisch laden vanuit een wijk/buurt op 1 centrale locatie noodzakelijk. In dat kader vinden wij loopafstanden tot 300 m hemelsbreed acceptabel. (Ter vergelijking: landelijk wordt 550 m als hemelsbrede loopafstand naar de dichtstbijzijnde streekbusbushalte acceptabel gevonden.) De maximale hemelsbrede loopafstand in Heidezoom bedraagt ca. 260 m. Daarom is in dit stadium in Heidezoom 1 centrale locatie voldoende. Wanneer in een later stadium uit een bepaalde wijk de vraag naar elektrisch laden zodanig toeneemt dat uitbreiding van het aantal laad-locaties mogelijk is zonder een rendabele exploitatie van de oorspronkelijke locatie in gevaar te brengen, kan worden gekozen tussen het uitbreiden van het aantal laadpunten op de oorspronkelijke locatie, of het realiseren van een nieuwe laad-locatie. Daarbij zullen we dan -voor zover bekend- de woonadressen van de gebruikers betrekken.

Naar aanleiding van inspraakreacties voor de locatie Buntgraslaan 28a/28b hebben wij gezocht naar een centrale locatie die zo weinig mogelijk zichthinder veroorzaakt, voldoende resterende trottoirbreedte overlaat, en op korte termijn realiseerbaar is.Wij realiseren ons dat er in de wijk Heidezoom geen enkele centraal gelegen locatie is zonder beperkte zichthinder. Wij zijn desondanks van mening dat de locatie tegenover Erica 2, naast Buntgraslaan 19, op een acceptabele manier aan deze 3 randvoorwaarden voldoet."

Daarom willen wij een oplaadpaal tegenover Erica 2, naast Buntgraslaan 19 te ’t Harde laten plaatsen door Allego. De situering van de oplaadpaal leidt niet tot belemmeringen voor het overige verkeer of in het gebruik van straatmeubilair of openbaar groen. Voor het plaatsen van een oplaadpaal is geen vergunning nodig op grond van artikel 2:10a van de APV want er is geen strijd met de publieke functie van de weg.

De genoemde weg ligt binnen de bebouwde kom, is eigendom van en in beheer bij de gemeente Elburg en op grond van artikel 18, lid 1d is zij bevoegd tot het nemen van dit verkeersbesluit.

Advies en inspraak

Het ontwerpbesluit is in het kader van artikel 24 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer voorgelegd aan de politie. De gemandateerde verkeersadviseur R. Heuvelink, van de politie Oost Nederland, Noord en Oost Gelderland heeft op 21 oktober 2020 positief geadviseerd.

Het ontwerpbesluit heeft van 21 oktober t/m 1 december 2020 voor een ieder ter inzage gelegen. In dezelfde periode zijn belanghebbenden in de gelegenheid gesteld hierover zienswijzen in te dienen. Van deze mogelijkheid wel gebruik gemaakt.

Een omwonende heeft d.d. 28 oktober 2020 en 3 november 2020 enkele verzoeken om informatie gemaild, d.d. 19 november aangevuld met een aantal foto’s en een link. Dit geheel dient volgens mededeling d.d. 19 november 2020 van indiener als 1 samenhangende zienswijze dienen te worden beschouwd.

Indiener is met name:

- benieuwd naar de beweegredenen om niet langer te streven naar een laadpaal ter hoogte van Buntgraslaan 28a en 28b, maar naar een locatie naast Buntgraslaan 19 c.q. tegenover Erica 2;

- bezorgd over de afstand tussen een woonhuis (in dit geval: Buntgraslaan 19) en de auto i.v.m. mogelijk brandgevaar tijdens het opladen.

De beweegredenen voor de ‘verplaatsing’ staan elders in dit verkeersbesluit beschreven.

In reactie op de bezorgdheid m.b.t. brandgevaar hebben wij op 9 november 2020 de volgende antwoordmail verzonden:

Uw vraag over de veiligheid hebben wij voorgelegd aan de brandweer. Van hen kregen wij onderstaande reactie: “Wij hebben in deze situatie geen bezwaar tegen het plaatsen van een laadpaal op de voorgestelde locatie. De effecten bij een brand zijn in deze situatie niet heel veel anders dan een brand bij een auto op fossiele brandstof, zoals benzine of diesel.” 

Deze reactie van de hulpdiensten is door de indiener niet weerlegd.

Indiener verwijst in een link naar een publicatie d.d. februari 2020, waarin zorgen werden geuit over het laden van elektrische auto’s in parkeergarages.

Primair merken we op dat een brand in een parkeergarage of in een (bedrijfs)pand brandtechnisch wezenlijk anders is dan in de open lucht, zodat opmerkingen over de ene situatie niet zonder meer van toepassing zijn op de andere situatie.

Omdat in dit besluit geen sprake is van een parkeergarage zijn opmerkingen/zorgen over een situatie in een parkeergarage niet relevant.

Ten overvloede blijkt uit openbare publicaties (o.a. op Findinet.nl) dat toenmalig minister Knops de zorgen over brand in parkeergarages kon ontzenuwen door verwijzing naar diverse onderzoeken. Zo vonden er in de periode 2006-2015 gemiddeld vijf branden per jaar plaats in ondergrondse parkeergarages. Daarvan had er geen als oorzaak een elektrische auto of laadpaal. Duits onderzoek wijst uit dat elektrische voertuigen minimaal even veilig zijn als voertuigen met verbrandingsmotoren en conventionele accu’s. Uit ander, Noors onderzoek blijkt dat het laden van elektrische auto’s in ondergrondse parkeergarages niet leidt tot een grotere kans op brand. Zwitsers onderzoek van augustus jl. bevestigt de eerdere onderzoeken. Een brandend elektrisch voertuig in een parkeergarage blijkt niet gevaarlijker dan een brandende benzineauto.

Voor wat betreft het eventueel verschil in een (buiten)brand van een elektrische auto t.o.v. een conventionele auto -hetgeen wij aanmerken als de kern van de zorg van de indiener- merkt de brandweer desgevraagd op dat uit diverse onderzoeken blijkt dat er geen noemenswaardig onderscheid is tussen het brandvermogen, temperatuur en warmtestraling. In een buitensituatie zal -ook bij een brand in een elektrische auto- de rook opstijgen en verwaaien, aldus de brandweer.

De brandweer is goed in staat een brand van een elektrische auto te bestrijden en te doven. Maar door een dergelijke brand kan het accu-pakket beschadigd raken, waardoor in het accu-pakket een reactie kan ontstaan. Dit proces is vrijwel niet te stoppen en ontstaat ook vrijwel gelijk en daarom moet een accu ook maximaal worden gekoeld. Vandaar dat er dan een dompelcontainer gevraagd wordt om de accu volledig onder water te zetten.

Ook is de kans op ongelukken bij het laden van auto-accu’s niet groter dan bij het laden van accu’s in de thuissituatie (denk o.a. aan mobiele telefoons, laptops e.d.).

Op grond van zowel de reactie van de brandweer als de informatie uit openbare publicaties zijn wij van mening dat de risico’s van opladende elektrische auto’s niet wezenlijk anders zijn dan van een in brand vliegende conventionele auto. Nog afgezien van het feit dat een brand in een parkeergarage niet hetzelfde is als een brand in de open lucht. Dit is voor ons dan ook geen aanleiding ons concept-besluit aan te passen.

Besluit

Op grond van het voorgaande besluit het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Elburg:

a)twee parkeerplaatsen tegenover Erica 2, naast Buntgraslaan 19 te ’t Harde aan te wijzen voor het opladen van elektrische voertuigen, waarvan de tweede plaats pas daadwerkelijk wordt gerealiseerd wanneer één plaats redelijkerwijs onvoldoende is gebleken voor het aantal op te laden voertuigen;

b)dit kenbaar te maken door het plaatsen van bord E4 (parkeergelegenheid) uit bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV), met een onderbord met daarop de tekst ‘opladen elektrische voertuigen’, alsmede op termijn een onderbord met schuin naar links en naar rechts wijzende pijl (ook wel bekend als OB501).

Dit besluit is genomen in overeenstemming met artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer, met artikel 18 van de Wegenverkeerswet 1994, het besluit van het college van burgemeester en wethouders van 1 april 2008 en het mandaatbesluit van het college van burgemeester en wethouders van 6 februari 2018.

Elburg, 21 december 2020

Namens het college van burgemeester en wethouders,

J.J. Ruster

beleidsmedewerker verkeer en vervoer

Dit document is geautomatiseerd aangemaakt, u treft daarom geen handtekening aan.

Bezwaar- of beroepsclausule

Dit besluit treedt in werking één dag na bekendmaking in de Staatscourant.

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na publicatie van dit besluit in de Staatscourant beroep instellen bij de Rechtbank Gelderland, afdeling Bestuursrecht, postbus 9030, 6800 EM te Arnhem.

In dit beroepschrift moet vermeld staan:

uw naam en adres, de datum waarop het beroepschrift is geschreven, een omschrijving van het gemeentelijke besluit waartegen u in beroep gaat, de reden waarom u in beroep gaat en uw handtekening.

Door het indienen van het beroepschrift wordt dit besluit niet opgeschort. Bij een spoedeisend belang kan degene die een beroepschrift heeft ingediend een voorlopige voorziening vragen bij de Rechtbank Gelderland, afdeling bestuursrecht, postbus 9030, 6800 EM te Arnhem. Bij het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening moeten griffierechten worden betaald.