Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat van 17 december 2020, nr. WJZ/ 20298475, houdende een technische verbetering van de Regeling subsidie vaste lasten MKB Covid-19

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet EZK- en LNV-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling subsidie financiering vaste lasten MKB COVID-19 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, tweede lid, onderdeel d, komt te luiden:

  • d. waarvan de hoofdactiviteit, waaronder de MKB-onderneming op 15 maart 2020 is ingeschreven in het handelsregister met de daarbij behorende code van de Standaard Bedrijfsindeling in de bijlage is opgenomen of die op 15 maart 2020 is ingeschreven in het handelsregister met een hoofdactiviteit onder de code 64.2, 64.30.3 of 70.10 van de Standaard Bedrijfsindeling en met een nevenactiviteit die in de bijlage is opgenomen;.

B

Aan artikel 4 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Voor ondernemingen die op 15 maart 2020 zijn ingeschreven in het handelsregister met een hoofdactiviteit onder de code 64.2, 64.30.3 of 70.10 van de Standaard Bedrijfsindeling en met een nevenactiviteit die in de bijlage is opgenomen, wordt bij element C het percentage gebruikt van de nevenactiviteit van de onderneming die in de bijlage is opgenomen. Indien de getroffen MKB-onderneming meer dan één nevenactiviteit uitvoert die in de bijlage is opgenomen, wordt het hoogste percentage gebruikt dat van toepassing is.

C

Artikel 5, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel e wordt ‘de codes 64, 65 of 66 van de Standaard Bedrijfsindeling’ vervangen door ‘de codes 64.1, 64.30.1, 64.30.2, 64.9, 65 of 66 van de Standaard Bedrijfsindeling’.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • f. indien de getroffen MKB-onderneming kwalificeert als een kredietinstelling of financiële instelling in de zin van paragraaf 2, onderdeel 20bis, van de Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak (PbEU 2020, C 91 I).

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 25 november 2020.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 17 december 2020

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

TOELICHTING

De Regeling subsidie financiering vaste lasten MKB COVID-19 biedt MKB-ondernemingen in sectoren, die direct of indirect geraakt zijn door de overheidsmaatregelen ter bestrijding van het coronavirus, een subsidie voor de vaste lasten. De regeling is met ingang van 26 november 2020 een tweede maal opengesteld.

De reikwijdte van de regeling is voor deze tweede openstelling verbreed naar nagenoeg alle sectoren van de economie. Uitgezonderd zijn onder meer alle ondernemingen die in de Standaard bedrijfsindeling vallen onder categorie 'Financiële instellingen' (artikel 5, eerste lid, onderdeel e, van de regeling). Op deze manier wordt uitvoering gegeven aan het feit dat op grond van de Tijdelijke kaderregeling, op grond waarvan deze subsidieregeling als staatssteun is goedgekeurd, het niet mogelijk is om steun te geven aan kredietinstellingen en financiële instellingen.1

Gebleken is echter dat ondernemingen die in het handelsregister zijn ingeschreven onder Sbi-codes 64.2 (financiële holdings) en 64.30.3 (beleggingsinstellingen met beperkte toetreding) in beginsel geen financiële instellingen zijn en niet tot de financiële sector behoren. Deze ondernemingen voeren in veel gevallen een andere activiteit uit als hoofd- of nevenactiviteit waarmee ze wel tot de doelgroep behoren van de regeling. Zij zijn in dit opzicht bovendien vergelijkbaar met de ondernemingen met Sbi-code 70.1 (niet-financiële holdings), die als hoofdactiviteit is uitgesloten van de regeling. Deze ondernemingen zijn ten onrechte uitgesloten van subsidie. Deze omissie wordt met onderhavige wijzigingsregeling hersteld.

Ondernemingen die in het handelsregister zijn ingeschreven onder Sbi-codes 64.2, 64.30.3 en 70.1 komen daarom in aanmerking voor subsidie indien zij tevens staan ingeschreven met een activiteit die wel in de bijlage van de regeling wordt genoemd. Er kan hierbij sprake zijn van twee situaties. Ten eerste kan een onderneming een hoofdactiviteit met Sbi-code 64.2, 64.30.3 en 70.1 hebben en een nevenactiviteit genoemd in de bijlage. Voor deze categorie ondernemingen is artikel 2, tweede lid, onderdeel d, van de regeling uitgebreid (zie artikel I, onder A, van deze wijzigingsregeling). Ten tweede kan er sprake zijn van een onderneming een hoofdactiviteit die wordt genoemd in de bijlage en een nevenactiviteit met Sbi-code 64.2, 64.30.3 en 70.1. Van deze groep kwamen ondernemingen met een nevenactiviteit met Sbi-code 70.1 al in aanmerking voor subsidie. Voor de ondernemingen uit deze categorie met een nevenactiviteit met Sbi-code 64.2 of 64.30.3 wordt met onderhavige regeling een wijziging aangebracht in artikel 5, eerste lid, onderdeel e, van de regeling (zie artikel I, onderdeel C, onder 1). Deze ondernemingen zullen, om in aanmerking te komen voor subsidie, aan alle overige criteria van de regeling moeten voldoen. Eén van die vereisten is dat hun hoofdactiviteit of andere nevenactiviteit niet valt onder de categorie 'Financiële instellingen' met Sbi-codes 64.1, 64.30.1, 64.30.2, 64.9, 65 of 66 (zie het gewijzigde artikel 5, eerste lid, onderdeel e, van de regeling).

Voor de hiervoor genoemde eerste categorie ondernemingen, die nu met een hoofdactiviteit met Sbi-code 64.2, 64.30.3 en 70.1 in aanmerking komt voor subsidie, is in een nieuw vierde lid in artikel 4 van de regeling bepaald dat bij het bepalen van de hoogte van de subsidie bij het element C gebruik zal worden gemaakt van de vaste lasten-omzet ratio van de nevenactiviteit die in de bijlage wordt genoemd (artikel I, onderdeel B). De vaste lasten en de omzet zijn voor ondernemingen die geregistreerd zijn als onderneming met een hoofdactiviteit in Sbi-code 64.2, 64.30.3 of 70.1, normaliter toe te schrijven aan de nevenactiviteit waaronder de onderneming staat ingeschreven in het handelsregister. Daarom wordt het vaste lastenpercentage niet berekend op basis van de hoofdactiviteit van deze ondernemingen maar op basis van die nevenactiviteit.

Voor de goede orde zij opgemerkt dat aanvragen van ondernemingen worden geweigerd of verstrekte subsidies zullen worden ingetrokken, indien tijdens de uitvoering blijkt dat de betreffende onderneming toch blijkt te behoren tot de groep ‘kredietinstellingen en financiële instellingen’, aan welke ingevolge de voornoemde Tijdelijke kaderregeling, geen steun gegeven mag worden. Dit is ter verduidelijking opgenomen in het nieuwe onderdeel f van artikel 5, tweede lid, van de regeling (artikel I, onderdeel C, onder 2).

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de regeldruk, omdat de regeling het karakter van een reparatie heeft. De regeling treedt in werking de dag na publicatie in de Staatscourant. Deze afwijking van het kabinetsbeleid inzake de vaste verandermomenten of de minimuminvoeringstermijn is gerechtvaardigd omdat het hier een reparatieregeling betreft. De regeling heeft voorts terugwerkende kracht tot het moment dat de regeling voor de tweede maal is opengesteld. Op die wijze is geborgd dat alle aanvragen tijdens de tweede openstelling op een gelijke wijze worden beoordeeld.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer


X Noot
1

Zie punt 20bis van de Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak (PbEU 2020, C 91 I).

Naar boven