Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 10 december 2020, nr. Min-BuZa.2020.6281-10, houdende beperkende maatregelen tegen mensenrechtenschending (Sanctieregeling mensenrechtenschendingen 2020)

De Minister van Buitenlandse Zaken, handelende in overeenstemming met de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister van Financiën,

Gelet op Verordening (EU) nr. 2020/1998 van de Raad van 7 december 2020 betreffende beperkende maatregelen tegen ernstige schendingen van de mensenrechten (PbEU 2020, LI 410);

Gelet op artikel 2, tweede lid, en artikel 3 van de Sanctiewet 1977;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Het is verboden te handelen in strijd met artikel 3, eerste en tweede lid, artikel 9, eerste lid, en artikel 10 van Verordening (EU) nr. 2020/1998 van de Raad van de Europese Unie van 7 december 2020 betreffende beperkende maatregelen tegen ernstige schendingen van de mensenrechten (PbEU 2020, LI 410).

  • 2. Het verbod te handelen in strijd met artikel 3, eerste lid en tweede lid, van Verordening (EU) nr. 2020/1998, geldt niet in gevallen waarin artikel 4, eerste lid, artikel 5, eerste lid, artikel 6, eerste lid, artikel 7, eerste lid, of artikel 8 van Verordening (EU) nr. 2020/1998 van toepassing is.

Artikel 2

  • 1. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 4, eerste lid, artikel 5, eerste lid, artikel 6, eerste lid, artikel 7, eerste lid, artikel 8, eerste lid, en artikel 9, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 2020/1998 is de Minister van Financiën voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van tegoeden of informatie van financiële aard.

  • 2. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 4, eerste lid, artikel 5, eerste lid, artikel 6, eerste lid, en artikel 7, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 2020/1998 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Sanctieregeling mensenrechtenschendingen 2020.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

TOELICHTING

Op 7 december 2020 heeft de Raad Besluit (GBVB) 2020/19991 vastgesteld. Bij Besluit (GBVB) 2020/1999 worden beperkende maatregelen vastgesteld om ernstige schendingen van de mensenrechten wereldwijd tegen te gaan.

De beperkende maatregelen bestaan uit reisbeperkingen jegens bepaalde personen alsmede de bevriezing van tegoeden en economische middelen van bepaalde personen en entiteiten die:

  • a. verantwoordelijk zijn voor ernstige schendingen van mensenrechten, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit (GBVB) 2020/1999;

  • b. financiële, technische of materiële steun verlenen aan, of op enige andere wijze betrokken zijn bij ernstige schendingen van mensenrechten, daaronder begrepen het plannen en aansturen van, opdracht geven tot, meewerken aan, voorbereiden, faciliteren en aanmoedigen van dergelijke handelingen; of

  • c. natuurlijke personen en entiteiten die banden hebben met de onder a) en b) bedoelde personen en entiteiten.

De personen en entiteiten die aan de beperkende maatregelen onderworpen zijn, zijn opgesomd in de bijlage bij dat besluit en bij Verordening (EU) nr. 2020/19982.

Aangezien voor het toepassen van reisbeperkingen geen aanvullende regelgeving nodig is, volstaat de onderhavige regeling met de implementatie van de bevriezingsmaatregelen vastgesteld in Verordening (EU) nr. 2020/1998.

Van de bevriezingsmaatregel kan bij de Minister van Financiën of, voor zover het betreft economische middelen de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, ontheffing worden gevraagd op basis van de gronden genoemd in artikelen 4, 5, 6, 7 en 8 van Verordening (EU) nr. 2020/1998 om bevroren tegoeden of economische middelen vrij te geven.

Voor meer informatie over deze beperkende maatregelen zij verwezen naar de website www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte wordt voor de volledigheid gemeld dat in het kader van het beleid voor vaste verandermomenten voor de inwerkingtreding van regelgeving, afgeweken wordt van de minimale invoeringstermijn, onder gebruikmaking van de bestaande uitzonderingsgrond voor Europese regelgeving.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok


X Noot
1

Besluit (GBVB) 2020/1999 van de Raad van 7 december 2020 betreffende beperkende maatregelen tegen ernstige schendingen van de mensenrechten (PbEU 2020, LI 410).

X Noot
2

Verordening (EU) nr. 2020/1998 van de Raad van 7 december 2020 betreffende beperkende maatregelen tegen ernstige schendingen van de mensenrechten (PbEU 2020, LI 410).

Naar boven