De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
Gelet op artikel 12 en artikel 81b, eerste lid, onderdeel a, van de Gaswet;
Besluit:
TOELICHTING
1. Algemeen
De energietransitie heeft naar verwachting tot gevolg dat het gebruik van gas gaat
afnemen. Aardgas zal deels worden vervangen door hernieuwbare gassen, maar de verwachting
is dat deze in mindere mate beschikbaar zijn. Met deze wijziging van de Regeling inzake
tariefstructuren en voorwaarden gas (hierna: wijzigingsregeling) wordt een andere
verdeling van de kosten van het afsluiten van de gasaansluiting voorgeschreven.
2. Kosten verwijderen gasaansluiting
Sinds de Wet van 10 juni 2020 tot wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en Gaswet
(implementatie wijziging Gasrichtlijn en een aantal verordeningen op het gebied van
elektriciteit en gas), is het mogelijk om voor wat betreft de aansluitdienst – waar
ook het verwijderen van een aansluiting onder valt – bij ministeriële regeling af
te wijken van het zogenaamde kostenveroorzakingsbeginsel bij het toerekenen van kosten
aan tariefdragers, zoals vastgelegd in artikel 81b, eerste lid, onderdeel a, van de
Gaswet. Met de onderhavige wijzigingsregeling wordt van deze mogelijkheid gebruik
gemaakt.
Deze wijzigingsregeling volgt kort op een eerdere wijziging van de Regeling inzake
tariefstructuren en voorwaarden gas van 22 juni 2020, die ook betrekking had verdeling
van de kosten van het afsluiten. Die wijziging is op 1 oktober 2020 in werking getreden,
maar heeft nog niet tot een wijziging van de tariefstructuur geleid omdat de tarievencode
gas nog niet is aangepast. De aanleiding voor deze wijzigingsregeling is dat er na
vaststelling van de eerdere wijziging van 22 juni 2020 een situatie is ontstaan waarbij
er onduidelijkheid is over de betalingsverplichting van de afsluitkosten. Onduidelijkheid
over kosten kan vertragend werken voor de energietransitie en is daarom onwenselijk.
Ingevolge deze wijzigingsregeling is de kostenverdeling zodanig gewijzigd dat afnemers
die verzoeken om het beëindigen en verwijderen van de gasaansluiting hier niet de
kosten voor betalen. De kosten worden in rekening gebracht via de periodieke aansluitvergoeding
bij alle aangeslotenen op het gasnet van de netbeheerder.
De voorgeschreven kostenverdeling is bedoeld voor de korte termijn, totdat de Gaswet
zal worden vervangen door een nieuwe Energiewet, die in voorbereiding is. Met deze
wijzigingsregeling is voor de kostenverdeling geen einddatum opgenomen, omdat met
de inwerkingtreding van de beoogde Energiewet de Gaswet zal worden ingetrokken en
daarmee ook de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas zal komen te vervallen.
Bij het opstellen van de Energiewet en daarop gebaseerde uitvoeringsregelingen zal
opnieuw worden gekeken naar de verdeling van kosten voor het verwijderen van gasaansluitingen,
met het oog op de energietransitie. Zolang het gaat om een relatief beperkt aantal
verzoeken om verwijdering van de gasaansluiting is het effect van deze wijzigingsregeling
op de periodieke aansluitvergoeding (zeer) beperkt. Echter, het is de verwachting
dat dit aantal op gaat lopen als gevolg van de energietransitie.
3. Advies en uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets ACM
Gelet op artikel 12, tweede lid, van de Gaswet is een ontwerp van deze wijzigingsregeling
voor advies toegezonden aan de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Tevens is de ACM
verzocht om de uitvoering en handhaafbaarheid van deze regeling te toetsen. De ACM
heeft geen opmerkingen of aanbevelingen gedaan bij het ontwerp en acht de regeling
uitvoerbaar en handhaafbaar.
4. Effecten en regeldruk
Het nieuwe artikel 5b van de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas zorgt
ervoor dat de tarievencode gas moet worden aangepast, waarmee de tariefstructuur wordt
gewijzigd. Deze wijzigingsregeling leidt niet tot extra regeldrukeffecten ten opzichte
van de eerdere wijziging van de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas
van 22 juni 2020, omdat de voor die eerdere wijziging noodzakelijke aanpassing van
de tarievencode gas nog niet was doorgevoerd. De regeldrukeffecten die samenhangen
met het wijzigen van de tariefstructuur zijn gekwantificeerd bij de eerdere wijziging
van de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas van 22 juni 2020. Het nieuwe
artikel 5b van de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas zorgt ervoor
dat kleinverbruikers die hun gasaansluiting willen beëindigen geen aparte betaling
meer hoeven te verrichten. Het wegvallen van deze handeling heeft een positief effect
op de regeldruk dat in de onderstaande tabel is gekwantificeerd voor de verwachte
duur van de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas.
Handeling
|
Actor
|
Uurtarief
|
Aantal uur
|
Aantal
|
Tijdelijke regeldruk effecten
|
Vervallen betaling bij beëindigen gasaansluiting
|
Consument
|
15
|
0,2
|
Circa 20.000
|
Circa 60.000 euro (besparing)
|
De wijzigingsregeling is voorgelegd aan het Adviescollege Toetsing Regeldruk. Het
college heeft besloten geen advies uit te brengen omdat de wijzigingen geen significante
regeldrukeffecten hebben.
5. Inwerkingtreding
Gelet op de voorwaardelijke delegatiebepaling in artikel 12, derde lid, van de Gaswet,
is de volgende procedure van toepassing. De vastgestelde wijzigingsregeling wordt
aan beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. De wijzigingsregeling treedt vervolgens
in werking op een tijdstip nadat vier weken na de overlegging is verstreken dat bij
besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat wordt vastgesteld, tenzij
binnen vier weken nadat de wijzigingsregeling is overgelegd door of namens een der
kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijke aantal leden van een
der kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de wijzigingsregeling
bij wet wordt geregeld.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes