De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
Gelet op de artikelen 2, 4, 16, 17, vierde lid, en 34 van het Kaderbesluit nationale
EZ-subsidies;
Besluit:
ARTIKEL I
De Regeling waardevermeerdering woningen gaswinning Groningenveld wordt als volgt
gewijzigd:
A
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdelen a tot en met c, wordt ‘schade’ telkens vervangen door
‘fysieke schade’.
2. In het eerste lid, onderdelen c en d, wordt na ‘de Tijdelijke commissie mijnbouwschade
Groningen’ telkens ingevoegd ‘of het Instituut Mijnbouwschade Groningen’.
3. In het tweede lid, wordt de zinsnede ‘1 januari 2020 tot en met 31 december 2020’
vervangen door ‘1 januari 2021 tot en met 31 december 2021’.
B
In artikel 6, eerste lid, wordt ‘€ 40.000.000,– ‘ vervangen door ‘€ 21.000.000,–’
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2021 en werkt ten aanzien
van artikel I, onderdeel A, tweede subonderdeel, terug tot en met 1 juli 2020.
TOELICHTING
1. Aanleiding en doel
Met de onderhavige regeling wordt de Regeling waardevermeerdering woningen gaswinning
Groningenveld gewijzigd.
De wijziging houdt voornamelijk verband met de openstelling van deze regeling voor
2021. Hiertoe wordt voor deze subsidieregeling een aanvraagperiode en een subsidieplafond
vastgesteld. Daarnaast wordt in de regeling een verduidelijking aangebracht en wordt
een wijziging doorgevoerd in verband met de oprichting van het Instituut Mijnbouwschade
Groningen (het IMG).
2. Inhoud van de regeling
Voor 2021 kunnen aanvragen op grond van deze regeling worden ingediend van 1 januari
2021 tot en met 31 december 2021 (artikel I, onderdeel A, derde subonderdeel). Het
subsidieplafond voor 2021 wordt voor de regeling vastgesteld op € 21 miljoen (artikel
I, onderdeel B).
Daarnaast wordt een verduidelijking aangebracht. In artikel 2, eerste lid, is opgenomen
dat de subsidie voor een verduurzamingsmaatregel of een maatwerkadviesrapport wordt
verstrekt aan een eigenaar van een woning waaraan, blijkens een schriftelijk stuk schade is opgetreden. Het spreekt voor zich dat het hier gaat om fysieke schade die immers
aan de woning is opgetreden. Dit is ook toegelicht bij de totstandkoming van de Regeling
waardevermeerdering woningen gaswinning Groningenveld (zie Stcrt. 2017, 15110). Het is evenwel dienstig dit nog iets duidelijker op te nemen direct bij het begrip
schade zelf, zodat in één oogopslag duidelijk is dat het om fysieke schade gaat. Deze wijziging is doorgevoerd in artikel 2, eerste lid, onderdelen a tot en
met c. Voor de goede orde wordt opgemerkt dat deze wijziging niet nodig is in artikel
2, eerste lid, onderdeel d. In dit onderdeel wordt immers niet gesproken over schade,
maar wordt verwezen naar de Regeling Stuwmeer Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade
Groningen waarin is opgenomen dat het om fysieke schade gaat.
Voorts is in artikel 2, eerste lid, onderdelen c en d, opgenomen dat ook de door het
IMG erkende schade onder het bereik van de regeling valt. Op 1 juli 2020 is het IMG
namelijk gestart en hield de Tijdelijke commissie mijnbouwschade Groningen (TCMG)
op te bestaan.
3. Regeldruk
In de toelichting bij de vaststelling van de Regeling waardevermeerdering woningen
gaswinning Groningenveld is ingegaan op de gevolgen van de regeling voor de regeldruk
(Stcrt. 2017, 15110). Met de onderhavige wijziging van de regeling worden de informatieverplichtingen
niet gewijzigd. Derhalve leidt de wijziging van de regeling evenmin tot een wijziging
van de eerder berekende administratieve lasten per aanvrager.
4. Staatssteun
De wijzigingen die in deze subsidieregeling worden aangebracht, hebben geen gevolgen
voor de staatssteunaspecten. Voor een nadere toelichting op de staatssteunaspecten
wordt verwezen naar de toelichting bij de subsidieregeling, waarnaar hierboven wordt
verwezen.
5. Inwerkingtreding
De regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2021 (artikel II). Dit is een
vast verandermoment als bedoeld in aanwijzing 4.17, tweede lid, van de Aanwijzingen
voor de regelgeving. Wel wordt afgeweken van de regel dat tussen de publicatiedatum
en het tijdstip van inwerkingtreding een termijn van minimaal twee maanden in acht
wordt genomen. Deze afwijking wordt gerechtvaardigd doordat de doelgroep van deze
regeling gebaat is bij een spoedige inwerkingtreding, waarvoor afwijking volgens aanwijzing
4.17 wegens de eerste uitzonderingsgrond van het vijfde lid in dit geval is toegestaan.
Artikel I, onderdeel A, tweede subonderdeel, van de regeling werkt terug tot en met
1 juli 2020, zijnde de datum van oprichting van het IMG. Hiertegen bestaat geen bezwaar,
nu deze wijziging een gevolg is van de oprichting van het IMG, die vanaf die datum
de schadeafhandeling van het TCMG heeft voortgezet. Het is in het belang van de begunstigden
van de regeling dat de vanaf 1 juli 2020 door het IMG erkende schade ook kwalificeert
voor de onderhavige regeling.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes