TOELICHTING
1. Algemeen
Met de inwerkingtreding van het Besluit tot wijziging van het Tijdelijk experimentenbesluit
stembiljetten en centrale stemopneming in verband met de invoering van een elektronisch
vervangend briefstembewijs, is het mogelijk geworden voor kiesgerechtigden buiten
Nederland om, als zij hun briefstembewijs niet hebben ontvangen of dit in het ongerede
is geraakt, langs elektronische weg een vervangend briefstembewijs te ontvangen. Het
vervangend briefstembewijs is een ander document dan het reguliere briefstembewijs,
maar heeft wel dezelfde functie als een regulier briefstembewijs. Daarin verschilt
het met de vervangende stempas. Een kiesgerechtigde die op grond van artikel J 8 van
de Kieswet een vervangende stempas aanvraagt, ontvangt immers gewoon opnieuw een stempas.
Voor een toelichting op het vervangend briefstembewijs dat langs elektronische weg
aan de kiezer in het buitenland kan worden verstrekt en de maatregelen die zijn genomen
om misbruik hiervan tegen te gaan, wordt op deze plek kortheidshalve verwezen naar
de nota van toelichting bij het genoemde besluit (Stb. 2020, 345).
Als gevolg van de wijzigingen die in het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten
en centrale stemopneming (hierna: het Tijdelijk experimentenbesluit) zijn aangebracht,
moet ook de Tijdelijke experimentenregeling stembiljetten voor kiezers buiten Nederland
worden geactualiseerd. Dit besluit strekt daartoe.
De Kiesraad en de gemeente 's-Gravenhage zijn geconsulteerd over een concept van deze
regeling. De Kiesraad heeft geen reden gezien tot het maken van opmerkingen bij de
ontwerpregeling. De gemeente 's-Gravenhage heeft bij het voorgestelde artikel I, onderdeel
A, enkele opmerkingen gemaakt. Naar aanleiding daarvan is in het artikelsgewijze deel
verduidelijkt: wat de bedoeling van de bepaling is, dat het gebruik van een 'audit
trail' toelaatbaar wordt geacht en dat er geen andere gronden zijn om een briefstembewijs
ongeldig te verklaren dan die uit het Tijdelijk experimentenbesluit voortvloeien.
2. Artikelsgewijs
Artikel I
A (Art. 4 Tijdelijke experimentenregeling)
Op grond van het nieuwe artikel 8, eerste lid, van het Tijdelijk experimentenbesluit
is er niet langer een register van ongeldige briefstembewijzen, maar een register
van briefstembewijzen. Dit register bevat zowel de nummers van de briefstembewijzen
en vervangend briefstembewijzen die geldig zijn en gebruikt kunnen worden om aan de
stemming deel te nemen, als de nummers van de briefstembewijzen en vervangend briefstembewijzen
die ongeldig zijn en dus niet gebruikt kunnen worden om aan de stemming deel te nemen.
Voor de opzet van het register is nauw aansluiting gezocht bij artikel J 2 van het
Kiesbesluit dat op vergelijkbare wijze de opzet van het register van ongeldige stempassen
regelt. Op drie punten is afgeweken van de opzet van het register van ongeldige stempassen.
In het eerste lid, onderdeel a, is de gemeentecode niet overgenomen. De burgemeester
van 's‑Gravenhage is immers de enige die een briefstembewijs of vervangend briefstembewijs
kan verstrekken. En in het eerste lid, onderdeel c, is aangegeven dat het register
van briefstembewijzen ook een aanduiding moet bevatten van het briefstembureau dat
waarschijnlijk het briefstembewijs of vervangend briefstembewijs zal ontvangen. Dit
gegeven is noodzakelijk om voor elk briefstembureau het in het derde lid bedoelde
uittreksel van geldige briefstembewijzen te kunnen vaststellen. Tot slot is in het
eerste lid, onderdeel e, ruimte gegeven om ook te noteren dat een briefstembewijs
of vervangend briefstembewijs ongeldig is verklaard wegens het verstrekken van een
vervangend briefstembewijs. Daar kunnen alle redenen op grond waarvan een briefstembewijs
of vervangend briefstembewijs ongeldig kan worden verklaard, worden opgenomen. Dat
kan alleen zijn op grond van de in artikel 8, tweede lid, van het Tijdelijk experimentenbesluit
genoemde redenen. Niet ook om andere redenen.
Deze regeling geeft, net als het Kiesbesluit ten aanzien van het register van ongeldige
stempassen, een opsomming van gegevens waaruit het register van briefstembewijzen
moet bestaan. Dit laat onverlet dat is bedoeld om de uitvoeringspraktijk vrij te laten
in de nadere invulling en uitwerking daarvan. Concreet betekent dit dat bijvoorbeeld
niet is vereist om letterlijk in het register een kolom op te nemen met daarin een
naam of kenmerk van de ambtenaar die de gegevens heeft opgenomen, mits van elke mutatie
in het register maar wel achterhaald kan worden wie deze heeft uitgevoerd en waarom.
Het gebruik van een zogenoemde 'audit trail' is dan ook niet in strijd met deze regeling.
B en C onder 2 (Art. 6 & Model E Tijdelijke experimentenregeling)
In artikel 10, zevende lid, van het Tijdelijk experimentenbesluit is een grondslag
opgenomen om een model vast te stellen voor het vervangend briefstembewijs. In het
nieuwe artikel 6, vierde lid, van de Tijdelijke experimentenregeling is geregeld dat
het model hiervoor wordt opgenomen in de bijlage bij deze regeling. Het betreft Model
E.
C onder 1 (Model C en D)
Ook de formulieren waarmee een verzoek tot het verstrekken van een vervangend briefstembewijs
kan worden ingediend, worden opnieuw vastgesteld. Het betreft de modellen C en D.
Model C is bestemd voor kiezers die buiten het Koninkrijk der Nederlanden verblijven.
Model D is bestemd voor kiezers die weliswaar buiten Nederland, maar binnen het Koninkrijk
der Nederlanden verblijven. Op beide modellen is de term «nieuw briefstembewijs» in
het opschrift en in rubriek 1 vervangen door de officiële term «vervangend briefstembewijs».
Daarnaast wordt van de gelegenheid gebruikgemaakt om op beide modellen een redactionele
misslag in rubriek 2 te herstellen.
Model C heeft daarnaast ook andere wijzigingen ondergaan. Op grond van het nieuwe
artikel 10, derde lid, van het Tijdelijk experimentenbesluit moet een kiezer in zijn
verzoekschrift vermelden of hij het vervangend briefstembewijs per e-mail of per post
wil ontvangen. Het model is hierop aangepast. Tot slot is de lay-out van het formulier
verbeterd. Het geboortejaar staat niet langer op de volgende regel en ook de ruimte
tussen de verschillende schrijfregels van rubriek 1 is op Model C nu even groot als
op Model D. Dat was abusievelijk niet het geval.
Artikel II
Model M 6-2 van de Kiesregeling, het model voor het briefstembewijs, is aangepast
en wordt daarom in deze regeling opnieuw vastgesteld. Op de voorzijde van het briefstembewijs
is het veld rechts onderaan vergroot zodat daar nu niet alleen een barcode/streepjescode
kan worden afgedrukt, maar desgewenst in plaats daarvan ook een QR-code.
Artikel III
Deze ministeriële regeling treedt in werking op hetzelfde moment als het Besluit van
10 september 2020 tot wijziging van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten
en centrale stemopneming in verband met de invoering van een elektronisch vervangend
briefstembewijs: 1 januari 2021.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren