Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 25 november 2020, nr. 176492, houdende wijziging van de Regeling tegemoetkoming kosten opleidingsscholen 2019 in verband met een verhoging van het aantal aspirant-opleidingsscholen dat voor subsidie in aanmerking kan komen

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,

Gelet op de artikelen 4 en 5 van de Wet overige OCW-subsidies en de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Regeling tegemoetkoming kosten opleidingsscholen 2019 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 5, derde lid, wordt ‘€ 4 miljoen’ vervangen door ‘€ 6,5 miljoen’.

B

Artikel 16, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘vier’ vervangen door ‘vijf’.

2. In onderdeel b wordt ‘vier’ vervangen door ‘zes’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

TOELICHTING

Algemeen

Toelating drie extra aspirant-opleidingsscholen

In het kader van het programma Samen Opleiden & Professionaliseren wordt op grond van de Regeling tegemoetkoming kosten opleidingsscholen 2019 subsidie verstrekt aan (aspirant-)opleidingsscholen. Voor de subsidieverstrekking aan nieuwe aspirant-opleidingsscholen waren in totaal tien plekken gereserveerd. Voor de sector primair onderwijs waren voor de aanvraagronde in 2020 vier plekken gereserveerd, voor de sector voortgezet ook. Voor de sector beroepsonderwijs en volwasseneneducatie waren twee plekken gereserveerd. Over de toelating van partnerschappen als aspirant-opleidingsscholen brengt DUS-I advies uit aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (hierna: de minister). Van de in totaal veertien ingediende aanvragen tot aspirant-opleidingsschool zijn dertien aanvragen, na kwalitatieve beoordeling op grond van de in deze regeling vastgestelde criteria, voldoende beoordeeld.

Gebleken is dat het beschikbare bedrag voor opleidingsscholen en aspirant opleidingsscholen in het derde en vierde jaar niet geheel zal worden besteed. Met de resterende ruimte binnen dat subsidieplafond kan het subsidieplafond voor aspiranten in het eerste en tweede jaar worden opgehoogd, zodat alle dertien aanvragen, die door de minister als voldoende zijn beoordeeld, kunnen worden toegekend. Het past binnen de ambitie om in de toekomst 100% van de studenten aan de lerarenopleiding binnen opleidingsscholen op te leiden, deze drie extra aspirant-opleidingsscholen toe te laten. De toelating van deze extra aspirant-opleidingsscholen heeft geen gevolgen voor de andere (aspirant)opleidingsscholen.

Regeldruk

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten, omdat er geen wijzigingen zijn aangebracht in de indieningsvereisten voor een aanvraag of de voorbereidingshandelingen voor een aanvraag.

Artikelsgewijs

Artikel I

Artikel I wijzigt de verdeling van het totaal beschikbare subsidiebedrag voor opleidingsscholen en aspirant-opleidingsscholen in verband met de drie extra beschikbaar gestelde plekken voor nieuwe aspirant-opleidingsscholen.

Artikel II

De regeling treedt uiterlijk met ingang van 30 november 2020 in werking, zodat de aanvragen voor het jaar 2020 kunnen worden beoordeeld op grond van het verhoogde beschikbare subsidiebedrag voor aspirant-opleidingsscholen in het eerste en tweede schooljaar, en zodat voor alle dertien als voldoende beoordeelde aanvragen subsidie kan worden toegekend.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

Naar boven