Buiten toepassing laten rijkscoördinatieregeling hoogspanningsstation Ter Apelkanaal, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Datum: 23 november 2020

Nummer: DGKE-WO/20258039

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT,

overwegende:

  • dat TenneT TSO B.V. (hierna: TenneT) het voornemen heeft hoogspanningsstation Ter Apelkanaal te realiseren in de gemeente Westerwolde en hiervoor ook aanpassingen aan, verwijdering van en realisatie van hoogspanningsmasten in de gemeenten Stadskanaal en Westerwolde noodzakelijk zijn;

  • dat dit initiatief op grond van artikel 20a van de Elektriciteitswet 1998, onder de rijkscoördinatieregeling valt, als bedoeld in artikel 3.35 van de Wet ruimtelijke ordening;

  • dat de rijkscoördinatieregeling, voor zover hier van belang, gelet op artikel 3.35, eerste lid, onder c, van de Wet ruimtelijke ordening met zich brengt dat voor het hiervoor bedoelde project een inpassingsplan wordt vastgesteld door de Ministers van Economische Zaken en Klimaat (hierna: EZK) en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (hierna: BZK), en dat de voorbereiding en bekendmaking van het inpassingsplan door de Minister van EZK worden gecoördineerd met de voorbereiding en bekendmaking met andere voor de uitvoering van het project benodigde besluiten;

  • dat de Minister van EZK, in afwijking van het voorgaande, op grond van artikel 20a, derde lid, van de Elektriciteitswet 1998 kan bepalen dat voor een bepaald project geen inpassingsplan wordt voorbereid en de voorbereiding en bekendmaking van andere besluiten niet door hem worden gecoördineerd;

  • dat deze bevoegdheid kan worden toegepast indien, in aanmerking genomen de omvang, aard en ligging van het desbetreffende net, alsmede het aantal voor de aanleg of uitbreiding van hoogspanningsstation Ter Apelkanaal benodigde besluiten, redelijkerwijze niet valt te verwachten dat toepassing van de rijkscoördinatieregeling, als bedoeld in artikel 3.35 van de Wet ruimtelijke ordening, de besluitvorming in betekenende mate zal versnellen of daaraan anderszins aanmerkelijke voordelen zijn verbonden;

  • dat deze situatie zich bij dit project voordoet, omdat het gehele proces voor het realiseren van het hoogspanningsstation van meet af aan in goede samenspraak wordt voorbereid tussen de provincie Groningen, de gemeente Westerwolde, de gemeente Stadskanaal en TenneT en de gemeente Westerwolde voornemens is een omgevingsvergunning te verlenen;

  • dat er ook geen bijzondere belemmeringen zijn die in de weg staan aan een voorspoedig verloop van de benodigde procedures, zonder dat de rijkscoördinatieregeling wordt toegepast;

  • dat, gelet op het voorgaande, TenneT mij bij e-mail van 2 juni 2020 heeft verzocht de rijkscoördinatieregeling buiten toepassing te laten;

  • dat vervolgens de bij het project betrokken provincie en gemeenten – de provincie Groningen, de gemeente Westerwolde en de gemeente Stadskanaal – zijn gehoord over het voornemen de rijkscoördinatieregeling buiten toepassing te laten;

  • dat de provincie Groningen bij brief van 8 mei 2020 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen;

  • dat de gemeente Westerwolde bij brief van 5 oktober 2020 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen;

  • dat de gemeente Stadskanaal bij brief van 13 oktober 2020 heeft aangegeven te kunnen instemmen met het voornemen.

Gelet op:

Artikel 20a, derde lid, onder a, van de Elektriciteitswet 1998;

Besluit:

Artikel 1

Geen van de procedures, bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening is van toepassing op de besluitvorming inzake het in ontwikkeling zijnde hoogspanningsstation Ter Apelkanaal, voorzien in de gemeente Westerwolde, inclusief de hiervoor benodigde aanpassingen aan, verwijdering van en realisatie van hoogspanningsmasten in de gemeenten Stadskanaal en Westerwolde.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking de dag na die waarop het bekend is gemaakt. Dit besluit wordt bekendgemaakt door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, namens deze: M. Hetem, MT-lid directie Warmte en Ondergrond

Tegen dit besluit staat geen bezwaar of beroep open (artikel 7.1 in samenhang met artikel 8.5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 1 van hoofdstuk 1 van bijlage 2 bij deze zelfde wet).

Naar boven