Het intrekken van een verkeersbesluit voor het instellen van een (brom)fietspad in twee richtingen tussen de Fioningras en de Nieuwe Ommoordseweg

Rotterdam Prins-Alexander 20/0020708 - AS20/13628

De directeur van cluster Stadsontwikkeling,

overwegende,

dat in de Staatscourant van 5 augustus 2020, nr. 42184, een verkeersbesluit is gepubliceerd voor het instellen van een (brom)fietspad in twee richtingen tussen de Fioningras en de Nieuwe Ommoordseweg;

dat dit verkeersbesluit is gepubliceerd onder het Kenmerk 20/0008627 en Corsanummer AS20/05894;

dat de reden voor het instellen van een (brom)fietspad in twee richtingen is het creëren van een nog ontbrekende schakel in het (brom)fietsnetwerk in Rotterdam;

dat dit zorgt voor een verbetering van het (brom)fietsnetwerk in het geheel;

dat tevens door het creëren van een (brom)fietspad de (brom)fietser wordt gescheiden van de voetganger;

dat dit zorgt voor meer overzicht en het wegnemen van hinder tussen (brom)fietser en voetganger;

dat bij de gemeente Rotterdam bezwaren zijn binnengekomen op het verkeersbesluit voor het instellen van een (brom)fietspad in twee richtingen tussen de Fioningras en de Nieuwe Ommoordseweg;

dat de gemeente Rotterdam het verkeersbesluit voor het instellen van een (brom)fietspad in twee richtingen tussen de Fioningras en de Nieuwe Ommoordseweg intrekt middels dit intrekkingsbesluit;

dat hiervoor verschillende redenen zijn;

dat de gemeente Rotterdam van mening is dat onvoldoende en/of onjuiste communicatie over de getroffen verkeersmaatregel heeft plaatsgevonden en dat dit in strijd is met het zorgvuldigheidsbeginsel;

dat het voorgenomen fietspad namelijk een (brom)fietspad is geworden en dat bewoners altijd te horen hebben gekregen dat het hier zou gaan om een fietspad;

dat de voorgenomen verkeersmaatregel is voortgekomen uit een advies van de politie met betrekking tot handhaafbaarheid;

dat de gemeente Rotterdam voornemens is om de bromfietser naar de rijbaan van de Prins Alexanderlaan te verplaatsen;

dat daarmee de (brom)fietspaden worden omgevormd tot fietspaden;

dat het daarom achteraf logischer is om “Fioningras” om te vormen tot fietspad omdat het systeem van fietspaden daarmee kloppend is;

dat het intrekken van het verkeersbesluit is besproken met het verkeersoverleg Prins-Alexander;

dat de maatregel, gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw, besluit van 21 april 1994, Staatsblad (Stb.) 1994, 475, zoals nadien gewijzigd), strekt tot:

• het verzekeren van veiligheid op de weg;

• het beschermen van weggebruikers en passagiers.

dat de weg onder beheer is van de gemeente Rotterdam;

dat in het kader van artikel 24 sub a. van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW, besluit van 26 juli 1990, 460, of zoals nadien gewijzigd) wel overleg heeft plaatsgevonden met de Politie, eenheid Rotterdam, waarbij de Politie, eenheid Rotterdam, te kennen heeft gegeven akkoord te zijn met de voorgestelde maatregel.

Gelet op artikel 18 aanhef en onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (Staatsblad 1994, nr. 475, zoals nadien gewijzigd), het bepaalde in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer en daartoe bevoegd krachtens door het college van Burgemeester en Wethouders verleend mandaat in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rotterdam 2016 (gemeenteblad 2016-6556, zoals nadien gewijzigd);

Besluit:

namens het college van Burgemeester en Wethouders van Rotterdam,

• het verkeersbesluit van d.d. 5 augustus 2020 onder nr. 42184 met Kenmerk 20/0008627 en Corsanummer AS20/05894, voor het instellen van een (brom)fietspad in twee richtingen tussen de Fioningras en de Nieuwe Ommoordseweg, in te trekken;

• dit intrekkingsbesluit wordt zowel in de Staatscourant als op de voor de gemeente gebruikelijke wijze gepubliceerd.

De directeur van Cluster Stadsbeheer wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Namens het college van Burgemeester en Wethouders

de directeur van het cluster Stadsontwikkeling,

voor deze, het hoofd Mobiliteit,

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit binnen zes weken na datum van publicatie in de Staatscourant, een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders.

Dit bezwaarschrift moet ondertekend zijn en moet ten minste bevatten:

- naam en adres van de indiener

- datum bezwaarschrift

- de gronden van het bezwaar

- een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt.

Het bezwaarschrift moet worden gezonden naar:

Het college van burgemeester en wethouders,

t.a.v. de Algemene Bezwaarschriftencommissie, postbus 1011, 3000 BA te ROTTERDAM.

Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: (010) 2676300.

U kunt uw bezwaarschrift ook digitaal indienen op: www.rotterdam.nl/bezwaar

U kunt, indien u een bezwaarschrift bij het college heeft ingediend, een verzoek om voorlopige voorziening (o.a. schorsing) indienen bij:

Rechtbank Rotterdam, sector Bestuursrecht, postbus 50951, 3007 BM te ROTTERDAM.

Voor een dergelijk verzoek is griffiegeld verschuldigd.

Rotterdam, 9 november 2020

M.A. van Kruiningen