Besluit van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 24 november 2020, nr. IENW/BSK-2020/217458, tot wijziging van het Besluit vaststelling monitoringsprogramma kaderrichtlijn water

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op Richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid (PbEU 2013, L 226) en artikel 13, eerste lid, van het Besluit kwaliteitseisen en monitoring water 2009;

BESLUIT:

Artikel 1

Artikel 1, onderdeel g, van het Besluit vaststelling monitoringsprogramma kaderrichtlijn water komt te luiden:

  • g. ‘Protocol monitoring en toestandsbeoordeling oppervlaktewaterlichamen KRW’, vastgesteld in het Cluster monitoring, rapportage en evaluatie van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat op 23 april 2020;

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden een bezwaarschrift indienen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, ter attentie van de Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, afdeling Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, postbus 20901, 2500 EX, Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend en moet ten minste bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt, onder vermelding van de datum en het nummer of kenmerk; en

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich niet met het besluit kan verenigen.

Het niet voldoen aan deze eisen kan leiden tot niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift.

TOELICHTING

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat stelt op grond van artikel 13, eerste lid, van het Besluit kwaliteitseisen en monitoring water 2009 een monitoringsprogramma vast om de toestand van waterlichamen te kunnen beoordelen. Aan deze verplichting is uitvoering gegeven met het Besluit vaststelling monitoringsprogramma kaderrichtlijn water.

In artikel 1 van het Besluit vaststelling monitoringsprogramma kaderrichtlijn water zijn de documenten opgesomd die samen het monitoringsprogramma vormen. Er is sprake van een statische verwijzing naar de documenten, dat wil zeggen dat wordt verwezen naar een document zoals dat op een bepaald tijdstip luidt.

Naar aanleiding van een inbreukprocedure eerder dit jaar, is de Richtlijn KRW Monitoring Oppervlaktewater en Protocol Toetsen & Beoordelen, 2014, herzien. Met dit concretiserend besluit wordt de verwijzing naar dit monitoringsprotocol aangepast. In het vervolg wordt verwezen naar de herziene versie van het monitoringsprotocol, dat is het Protocol monitoring en toestandsbeoordeling oppervlaktewaterlichamen KRW. Door het aanpassen van de verwijzing maakt het herziene protocol deel uit van de regelgeving.

De herziene versie van het monitoringsprotocol is beschikbaar gesteld op de website www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/monitoring/toetsen-beoordelen.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Naar boven