TOELICHTING
I. ALGEMEEN
1. Doel en aanleiding
De Uitvoeringsregeling zeevisserij (hierna: uitvoeringsregeling) bevat de voorschriften
die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het gemeenschappelijk visserijbeleid
(GVB) en de in dat kader vastgestelde nationale maatregelen. Dit betreft onder meer
de verordening vangstmogelijkheden, waarin per vangstgebied de zogenoemde visquota
zijn vastgelegd die jaarlijks door de vissers uit de verschillende lidstaten mogen
worden opgevist en de controleverordening1. De laatstgenoemde verordening behelst een Europese regeling voor controle, inspectie
en handhaving om te garanderen dat de regels van het GVB, waaronder de visquota, worden
nageleefd.
Op grond van de verordening vangstmogelijkheden heeft Nederland voor het vangstgebied
ICES deelsector 3a.20 (Skagerrak) een zeer beperkt quotum voor kabeljauw. Weliswaar
is de visserij in dit gebied vooral gericht op schol, maar in deze visserij wordt
wel kabeljauw bijgevangen. Om te kunnen verifiëren of de quota voor de verschillende
vangstgebieden niet worden overschreden, zijn kapiteins van vissersvaartuigen op grond
van de controleverordening in principe verplicht om per vangstgebied in het visserijlogboek
de hoeveelheden gevangen en overboord gezette vis te vermelden. Deze gegevens uit
het logboek moeten eens per dag voor 24:00 uur elektronisch worden verstuurd naar
de vlaggenstaat. Als op één dag in verschillende vangstgebieden wordt gevist, is het
achteraf moeilijk te bepalen welke hoeveelheid vis exact in welk vangstgebied is gevangen.
Een dergelijke situatie doet zich onder meer voor als bij visserijactiviteiten in
zowel het Skagerrak als de Noordzee kabeljauw is gevangen. Om te voorkomen dat kabeljauw
die in het Skagerrak wordt opgevist, wordt geregistreerd als vis die in de Noordzee
is gevangen moet het toezicht op de vangsten in het Skagerrak worden verbeterd.
Door middel van deze wijziging van de uitvoeringsregeling worden daarom extra registratieverplichtingen
ingevoerd voor vangsten die in het Skagerrak zijn gedaan om toezicht op die vangsten
te vergroten. Zo moeten Nederlandse vissersvaartuigen die in het Skagerrak vissen,
onmiddellijk na iedere trek de hoeveelheden gevangen vis per vangst of per visserijactiviteit
in het visserijlogboek registreren. Daarnaast moet uiterlijk één uur voor het binnenvaren
en uiterlijk één uur voor het verlaten van het Skagerrak een elektronische melding
naar de NVWA worden verstuurd. Bij deze elektronische melding moet worden doorgegeven
wat de totale vangst aan boord van het vissersvaartuig is zowel bij binnenvaren als
bij het verlaten van de wateren van het Skagerrak.
Met deze door middel van deze wijzigingsregeling doorgevoerde wijziging komen de registratieverplichtingen
voor de Nederlandse vissers die in het Skagerrak vissen voortaan overeen met de verplichtingen
die gelden voor de Deense vissers die in het Skagerrak vissen – hetgeen conform mijn
toezegging aan de Deense bewindspersoon is. Door de registratievoorschriften voor
de vissers van deze beide landen op elkaar aan te laten sluiten, kan meer effectief
de (voorheen) zowel in Denemarken als in Nederland voorkomende situatie tegen worden
gegaan dat de in het Skagerrak gevangen kabeljauw wordt geregistreerd alsof deze in
de Noordzee is gevangen.
2. Regeldruk
Deze wijziging van de uitvoeringsregeling heeft een toename van de regeldruk tot gevolg.
Er volgen immers nieuwe verplichtingen uit deze regeling.
Voor vissersvaartuigen die in het Skagerrak visserijactiviteiten willen ondernemen
worden extra registratieverplichtingen ingevoerd. Na elke visserijactiviteit in het
Skagerrak moet de gesorteerde vangst zonder uitstel geregistreerd worden in het visserijlogboek.
Daarnaast geldt dat uiterlijk één uur voor het binnenvaren van het Skagerrak een zogenoemd
Catch on entry (COE) bericht moet worden verstuurd. Dit behelst het versturen van
de in het visserijlogboek geregisterde vangstgegevens over de totale vangst die op
dat moment aan boord is. Uiterlijk één uur voor het verlaten van het Skagerrak moet
een soortgelijk bericht worden verstuurd, een Catch on Exit (COX) bericht genoemd.
De benodigde extra handelingen die voortvloeien uit deze regeling hebben een beperkt
effect op de regeldruk. Het is gebruikelijk om na iedere visserijactiviteit de vangst
te sorteren en voor demersale bestanden, waar kabeljauw onder valt is dat zelfs verplicht
op grond van artikel 44 van de controleverordening. Bijkomend is in dit geval daarom
de registratieplicht van de gesorteerde vangst na iedere visserijactiviteit in het
Skagerrak. De gegevens uit het visserijlogboek moeten op grond van de controleverordening
eens per dag voor 24:00 uur elektronisch worden verstuurd naar de bevoegde autoriteit
van de vlaggenstaat, in Nederland de NVWA.
De toename van de regeldruk wordt daarom veroorzaakt doordat de gegevens uit het visserijlogboek
vaker dan gebruikelijk moeten worden verzonden, namelijk ook bij het binnenvaren en
verlaten van het Skagerrak. Daarnaast wordt extra regeldruk veroorzaakt door het direct
registreren van de gesorteerde vangst na iedere trek.
Er hoeven geen systemen aangepast te worden om deze extra handelingen uit te kunnen
voeren. Elk vaartuig dat groter is dan 12 meter, en dat zijn in feite alle vaartuigen
die in het Skagerrak vissen, heeft op grond van de controleverordening een elektronisch
logboek dat bijgewerkt kan worden en te allen tijde verzonden kan worden.
Naar verwachting kost het registreren van de gesorteerde vangst in het logboek, circa
30 minuten per visserijactiviteit. Voor de regeldruk betekent dat een toename van
€ 7,50 per visserijactiviteit. De sector heeft aangegeven dat gemiddeld 9 visserijactiviteiten
per visdag plaatsvinden. Dit betekent € 7.50 x 9 = € 67,50 per visdag. In 2019 waren
36 schepen actief in het Skagerrak. Deze extra regeldrukeffecten zullen dus ongeveer
betrekking hebben op 36 vaartuigen.
Schepen worden regelmatig gecontroleerd in het Skagerrak. Dit zal naar verwachting
niet veranderen na inwerkingtreding van deze regeling. Een controle levert gemiddeld
2,5 uur gemiste visserij (dus meer dan één visserijactiviteit) op.
Deense autoriteiten kunnen na een controle hun bevindingen melden bij de NVWA. De
NVWA kan op basis van de ingezonden gegevens controleren of het noodzakelijk is maatregelen
te treffen. De toezichtlasten zullen daarom toenemen. De mate waarin dit gebeurd hangt
samen met het naleefgedrag van de vissers en de intensiteit van opvolgingsverzoeken
van de Deense autoriteiten.
Omdat de gevolgen voor de regeldruk beperkt zijn heeft ATR de regeling niet geselecteerd
voor een formeel advies.
3. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt op 1 april 2020 in werking. Dit is meer dan twee maanden na publicatie
van de regeling in de Staatscourant. Publicatie en inwerkingtreding van deze regeling
vinden aldus plaats conform de uitgangspunten van het beleid inzake vaste verandermomenten.
Dit beleid houdt in dat regelgeving op een van de vaste verandermomenten in het jaar
in werking treedt (1 januari, 1 april, 1 juli of 1 oktober), en minimaal twee maanden
voorafgaande aan de inwerkingtreding wordt gepubliceerd.
II. ARTIKELSGEWIJS
Artikel I
De in paragraaf 1 van deze toelichting aangeduide registratieverplichting en meldingsverplichting
zijn nationale maatregelen en worden door middel van deze wijzigingsregeling opgenomen
in artikel 86b van de uitvoeringsregeling. Artikel 19 van de Basisverordening GVB
voorziet namelijk in de mogelijkheid dat lidstaten voor hun eigen vissersvloot maatregelen
vaststellen die verder gaan dan de in het kader van het GVB vastgestelde regels.
De registratieverplichting behelst een verplichting die bovenop de logboekverplichting
uit de artikelen 14 en 15 van de controleverordening komt. Op grond van de controleverordening
geldt namelijk dat kapiteins eens per dag hun logboek moeten bijhouden. Door middel
van deze wijzigingsregeling is daaraan toegevoegd dat (Nederlandse) vissersvaartuigen
die in het Skagerrak vissen na iedere vangst of visserijactiviteit in hun logboek
de hoeveelheid gevangen vis invullen. Naast deze zogenoemde “haul by haul-verplichting”
geldt de verplichting dat een vissersvaartuig dat het Skagerrak wil invaren of wil
uitvaren daarvan minimaal één uur van te voren een elektronische melding moet doen
aan de NVWA. Deze berichten geven aan wat de totale vangst aan boord van het vissersvaartuig
was zowel bij binnenvaren als bij het verlaten van de wateren van het Skagerrak. Deze
termijn van één uur voorziet in de mogelijkheid dat de bevoegde instanties in de gelegenheid
zijn de juistheid van de meldingen te verifiëren.
Tot slot wordt in het vierde lid van artikel 86b opgenomen dat de kapitein de op grond
van dit artikel geregistreerde en ingezonden gegevens niet kan corrigeren zonder schriftelijke
toestemming van de NVWA. Op deze wijze wordt voorkomen dat vangsten van kabeljauw
in het Skagerrak die conform het tweede en derde lid van artikel 86b correct zijn
geregistreerd en gemeld, achteraf eenvoudig aangepast zouden kunnen worden, zonder
dat de NVWA heeft kunnen onderzoeken of de correctie gerechtvaardigd is.
Op grond van het eerste lid van artikel 86b is het verboden om in het Skagerrak te
vissen als niet conform artikel 86b wordt geregistreerd of gemeld. Overtreding van
dit verbod zal worden gehandhaafd door de vismachtiging die vissersvaartuigen op grond
van het meerjarenplan Noordzee moeten hebben voor het Skagerrak in te trekken. Artikel
100, tweede lid, van de uitvoeringsregeling biedt daarvoor de basis.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten