Verkeersbesluit Rotterdam Feijenoord: het instellen van een voetgangerszone op de Maaskade

Logo Rotterdam

 

Rotterdam Feijenoord 20/0003452 AS20/02459

 

De directeur van cluster Stadsontwikkeling,

overwegende,

 

dat de kade van de Maaskade is gelegen in het gedeelte Feijenoord van de gemeente Rotterdam;

dat in de huidige situatie op de Maaskade, het gedeelte tussen het Antwerpse Hoofd en het Prinsenhoofd, geparkeerd kan worden door motorvoetuigen;

dat daar namelijk parkeervakken aanwezig zijn;

dat sinds 1 januari 2020 betaald parkeren is ingevoerd op het Noordereiland;

dat door de invoering van betaald parkeren is gebleken dat een overschot aanwezig is op het gebied van parkeergelegenheid;

dat bewoners overlast ervaren door geparkeerde autovoertuigen die in de avond – en nachtelijke uren op de Maaskade staan geparkeerd;

dat de parkeercapaciteit het toelaat om de Maaskade, het gedeelte tussen het Antwerpse Hoofd en het Prinsenhoofd, af te sluiten voor gemotoriseerd verkeer;

dat hierbij parkeervakken verwijderd moeten worden;

dat hier gaat om 300 parkeerplekken;

dat het verwijderen van parkeerplekken feitelijk handelen is en dat dit geen besluit is in de zin van artikel 1:3 Awb waar bezwaar tegen op staat;

dat het gewenst is om de Maaskade in te richten als voetgangerszone zodat bewoners en bezoekers kunnen wandelen en recreëren op de kade;

dat de gemeente Rotterdam een wandel- en recreatie gebied prevaleert op de Maaskade prevaleert boven de parkeercapaciteit;

dat tevens voldoende parkeergelegenheid aanwezig is in de nabije omgeving;

dat de kade toegankelijk blijft voor schippers die gebruik maken van de aanlegplaatsen en hierbij een auto op de kant kunnen laden;

dat de kades in beheer zijn van het Havenbedrijf Rotterdam;

dat diverse aanlegplaatsen door het Havenbedrijf zijn aangegeven als locaties waar je een auto mag laden en lossen;

dat de kade tevens toegankelijk blijft voor beheer en onderhoud voor de afdeling Stadsbeheer van de gemeente Rotterdam;

dat uitneembare bolders aanwezig zijn zodat Stadsbeheer de kade op kan;

dat Stadsbeheer een ontheffing krijgt hiervoor;

dat de voetgangerszone wordt ingesteld door het plaatsen van het plaatsen van de borden G07ze (begin voetgangerszone) en G07ze (einde voetgangerszone) ter hoogte van het Prinsenhoofd, Prins Hendrikstraat, Sleephellingstraat, Thorbeckestraat, Cornelis Trompstraat, de Willemsbrug, Prins Frederikplein, De Ruyterstraat, de Olivier van Noortstraat en rondom het Antwerpse Hoofd;

dat de maatregel, gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw, besluit van 21 april 1994, Staatsblad (Stb.) 1994, 475, zoals nadien gewijzigd), strekt tot:

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

dat de weg onder beheer is van de gemeente Rotterdam;

dat in het kader van artikel 24 sub a. van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW, besluit van 26 juli 1990, 460, of zoals nadien gewijzigd) wel overleg heeft plaatsgevonden met de Politie, eenheid Rotterdam;

Gelet op artikel 18 aanhef en onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (Staatsblad 1994, nr. 475, zoals nadien gewijzigd), het bepaalde in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer en daartoe bevoegd krachtens door het college van Burgemeester en Wethouders verleend mandaat in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rotterdam 2016 (gemeenteblad 2016-6556, zoals nadien gewijzigd);

Besluit:

namens het college van Burgemeester en Wethouders van Rotterdam,

Tot het instellen van een voetgangerszone op de Maaskade, het gedeelte tussen het Antwerpse Hoofd en het Prinsenhoofd, middels

Het plaatsen van drie borden G07zb (begin voetgangerszone) als bedoeld in bijlage I van het RVV 1990 ter hoogte van het Prinsenhoofd, Prins Hendrikstraat, Sleephellingstraat, Thorbeckestraat, Cornelis Trompstraat, de Willemsbrug, Prins Frederikplein, De Ruyterstraat, de Olivier van Noortstraat en rondom het Antwerpse Hoofd;

Het plaatsen van drie borden G07ze (einde voetgangerszone) als bedoeld in bijlage I van het RVV 1990 ter hoogte van het Prinsenhoofd, Prins Hendrikstraat, Sleephellingstraat, Thorbeckestraat, Cornelis Trompstraat, de Willemsbrug, Prins Frederikplein, De Ruyterstraat, de Olivier van Noortstraat en rondom het Antwerpse Hoofd;

Deze verkeersmaatregelen uit te voeren conform bijgevoegde bordenplannen.

 

De directeur van Cluster Stadsbeheer wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Dit besluit wordt zowel in de Staatcourant als op de voor de gemeente gebruikelijke wijze gepubliceerd.

 

Namens het college van Burgemeester en Wethouders

de directeur van het cluster Stadsontwikkeling,

voor deze, het hoofd Mobiliteit,

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit binnen zes weken na datum van publicatie in de Staatscourant, een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders.

 

Dit bezwaarschrift moet ondertekend zijn en moet ten minste bevatten:

- naam en adres van de indiener

- datum bezwaarschrift

- de gronden van het bezwaar

- een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt.

 

Het bezwaarschrift moet worden gezonden naar:

Het college van burgemeester en wethouders,

t.a.v. de Algemene Bezwaarschriftencommissie, postbus 1011, 3000 BA te ROTTERDAM.

Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: (010) 2676300.

 

U kunt uw bezwaarschrift ook digitaal indienen op: www.rotterdam.nl/bezwaar

 

U kunt, indien u een bezwaarschrift bij het college heeft ingediend, een verzoek om voorlopige voorziening (o.a. schorsing) indienen bij:

Rechtbank Rotterdam, sector Bestuursrecht, postbus 50951, 3007 BM te ROTTERDAM.

Voor een dergelijk verzoek is griffiegeld verschuldigd.

Rotterdam, 12 oktober 2020

M.A. van Kruiningen

Naar boven