TOELICHTING
1. Inleiding
Deze regeling strekt ertoe dat iedere decentrale bestuurder een vergoeding kan krijgen
om diens woning preventief te laten beveiligen met een vaststaand pakket aan maatregelen,
zonder beoordeling door een vertegenwoordigend orgaan. Dit draagt bij aan de veiligheid
van decentrale bestuurders. Decentrale bestuurders zijn commissarissen van de Koning
en gedeputeerden, burgemeesters en wethouders, en de voorzitters en leden van het
dagelijks bestuur van waterschappen. Zij kunnen in hun functie te maken krijgen met
agressie, bedreiging, intimidatie of geweld.1 Decentrale bestuurders zijn publieke functionarissen die hun ambt zonder dwang en
drang moeten kunnen uitoefenen. Het waarborgen van de veiligheid van bestuurders is
van groot belang voor de kwaliteit van het openbaar bestuur en het goed laten functioneren
van de Nederlandse democratie. Daarom beoogt deze regeling de veiligheid van de woningen
van decentrale bestuurders te verhogen.
2. Inhoud van het voorstel
Werkgevers zijn verantwoordelijk voor de veiligheid van hun medewerkers en dus ook
voor de veiligheid van decentrale bestuurders. De minister van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties heeft door signalen hierover uit de Stuurgroep Weerbare Burgemeesters2 vastgesteld dat bij veel decentrale bestuurders en hun werkgevers onduidelijkheid
heerst over welke preventieve beveiligingsmaatregelen zij kunnen nemen en wie verantwoordelijk
is voor de kosten hiervan. Hierdoor ontstaan situaties waarin decentrale overheden
terughoudend zijn in het financieren van preventieve beveiligingsmaatregelen. Om deze
onduidelijkheid weg te nemen, is een vergoeding voor een vaststaand pakket met preventieve
beveiligingsmaatregelen vastgesteld. Daarnaast wordt het als onwenselijk beschouwd
dat preventieve maatregelen aan de woning van een bestuurder onderdeel worden van
het politieke debat. Decentrale bestuurders hebben recht op een tegemoetkoming tot
€ 2.400,– inclusief btw in de kosten voor het treffen van deze preventieve beveiligingsmaatregelen
voor de woning waarin zij hun hoofdverblijf hebben.
Met dit pakket aan basismaatregelen hebben alle decentrale bestuurders, ongeacht in
welke termijn van de bestuursperiode zij zich bevinden, in het Europese deel van Nederland
recht op dezelfde maatregelen. Het is niet wenselijk als elke decentrale overheid
afzonderlijk hier een eigen (deels politieke) keuze in maakt, omdat de preventieve
bescherming daarmee onderdeel wordt van het politieke debat, terwijl het gaat om een
basale voorwaarde voor decentrale bestuurders om hun functie uit te kunnen oefenen,
namelijk veiligheid. Iedere decentrale bestuurder moet juist kunnen rekenen op een
bepaald niveau van veiligheid, ook in zijn woning.
Tot de preventieve beveiligingsmaatregelen in het basispakket behoren de volgende
maatregelen:
-
1. Beveiliging van de brievenbus;
-
2. Versteviging van de ruiten om braak te beperken;
-
3. Installatie van een deurspion of video-intercom;
-
4. Het aanleggen van een basisinstallatie waarop een bewakingssysteem kan worden aangesloten;3
-
5. Installatie van een brand- en inbraakwerende kluis;
Dit pakket met maatregelen is vastgesteld in de Stuurgroep Weerbare Burgemeesters
en een expertwerkgroep4 en zij adviseren dit als minimale preventie beveiligingsstandaard. Het pakket is
ter akkoord voorgelegd aan de leden van het Overleg Rechtspositie Decentrale Politieke
Ambtsdragers (ORDPA)5. Het bedrag van € 2.400,– inclusief btw is gekozen omdat voor dit bedrag in de regel
al deze maatregelen in sobere uitvoering kunnen worden getroffen.
3. Relatie met het Stelsel bewaken en beveiligen
Er is een onderscheid tussen de basismaatregelen voor preventieve beveiliging en beveiligingsmaatregelen
die genomen worden op grond van het stelsel Bewaken en Beveiligen. In het geval van
de basismaatregelen is er in de regel nog geen sprake van een concrete (be)dreiging.
De maatregelen zijn dan ook puur preventief. Als een decentrale bestuurder te maken
krijgt met een concrete (be)dreiging, kunnen vanuit het stelsel Bewaken en Beveiligen
maatregelen genomen worden. Er wordt dan gekeken welke specifieke maatregelen in een
dergelijke situatie noodzakelijk worden geacht. De maatregelen uit het stelsel Bewaken
en Beveiligen zijn aanvullend op de maatregelen uit deze regeling.
4. Gevolgen
Aangezien deze regeling geen gevolgen heeft voor burgers en bedrijven, maar slechts
voor decentrale overheden, leidt deze regeling niet tot een verhoging van de regeldruk.
Het Adviescollege toetsing regeldruk deelt deze conclusie.
Indien een woning niet voldoet aan het Politiekeurmerk Veilig Wonen (hierna: PKVW,
zie hieronder bij paragraaf 5), en de decentrale bestuurder wil toch aanspraak kunnen
maken op de basismaatregelen, dan dient hij de kosten voor het nemen van maatregelen
om aan het PKVW te voldoen zelf te betalen.
Wanneer de decentrale bestuurder heeft aangetoond te voldoen aan het PKVW, beslist
hij vervolgens welke maatregelen uit het basispakket hij aan de woning wil uitvoeren.
De werkgever vergoedt deze maatregelen tot een bedrag van € 2.400,– inclusief btw
per decentrale bestuurder voor de woning die hoofdverblijf is. Na een verhuizing kan
de decentrale bestuurder opnieuw aanspraak maken op een tegemoetkoming in de kosten
van maximaal € 2.400,– inclusief btw. Voor verhuizende bestuurders kunnen de kosten
voor de decentrale overheid per bestuurder gedurende de uitoefening van de functie
dus hoger uitvallen. Om onnodige kosten te voorkomen, is het de aanbeveling dat beveiligingsmaatregelen
zo veel mogelijk meegenomen worden naar de nieuwe woning.
Schematisch ziet dit er als volgt uit:
-
1. Maatregelen tot en met Politiekeurmerk Veilig Wonen-niveau: kosten voor huiseigenaar.
-
2. Basismaatregelen preventieve beveiliging: kosten voor werkgever tot maximaal € 2.400,– inclusief btw en na iedere verhuizing
nog eens maximaal € 2.400,– inclusief btw.
-
3. Aanvullende maatregelen als wens van bestuurder: kosten voor bestuurder zelf.
De decentrale bestuurder dient de beveiligingsmaatregelen eerst zelf te bekostigen,
waarna deze gedeclareerd worden bij de werkgever. Deze wijze van declareren is op
deze manier voorzien in de Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers
(zie artikel 1.2). Hier wordt dan ook bij aangesloten.
5. Uitvoering
Zoals gesteld, kan pas aanspraak worden gemaakt op de preventieve beveiligingsmaatregelen
wanneer een woning voldoet aan het PKVW. Dit kan aangetoond worden met een PKVW-certificaat.
Het PKVW is het enige veiligheidskeurmerk voor woningen die voldoen aan de eisen op
het gebied van inbraakpreventie en sociale veiligheid met een landelijke dekking en
geeft aan of het hang- en sluitwerk voldoet. Het keurmerk is in beheer bij het Centrum
voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (hierna: CCV). Voor meer informatie over
het PKVW wordt verwezen naar de website www.politiekeurmerk.nl.
Om een PKVW-certificaat verkrijgen, dient een decentrale bestuurder door een PKVW-beveiligingsadviseur
te laten controleren of diens woning hieraan voldoet. Een decentrale bestuurder kan
ervoor kiezen eerst een ‘woningscan’ te laten doen door het CCV. Een veiligheidsadviseur
van het CCV brengt dan bij een bezoek aan de woning in kaart wat de veiligheidsrisico’s
zijn en voert een veiligheidsgesprek. Er wordt dan gelijk gekeken of de woning ook
aan het PKVW voldoet, en het CCV geeft adviezen over welke beveiligingsmaatregelen
uit het basispakket een bestuurder zou kunnen nemen. Op dit moment kunnen echter alleen
PKVW-beveiligingsadviseurs daadwerkelijk een PKVW-certificaat uitreiken. Het doen
van woningscans door het CCV wordt tot eind 2021 vergoed door het ministerie van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties en is daarom voor decentrale bestuurders6 in ieder geval tot dat moment kosteloos.
De decentrale bestuurder kan de woning laten beveiligen op het woonadres waarmee hij
staat ingeschreven in de basisregistratie personen. Hier is voor gekozen omdat hiermee
duidelijk wordt wanneer een decentrale bestuurder verhuist en dus opnieuw aanspraak
kan maken op een vergoeding.
Een decentrale bestuurder kan een vergoeding krijgen voor maatregelen die daadwerkelijk
getroffen zijn gedurende diens aanstelling als bestuurder, of in een periode daarvoor
waarin vast stond dat de decentrale bestuurder benoemd zou worden. Voor burgemeesters
is dat bijvoorbeeld het moment waarop er een raadsbesluit uitgaat waarin verzocht
wordt om voordracht van deze burgemeester bij de minister van BZK. Voor wethouders
is dat het moment waarop de coalitie-onderhandelingen afgerond zijn. De mogelijkheid
om ook maatregelen te vergoeden die genomen zijn vóór de aanstelling wordt geboden
zodat decentrale bestuurders al anticiperend op hun aanstelling preventieve beveiligingsmaatregelen
kunnen nemen. Indien de aanstelling onverhoopt toch niet doorgaat en er al preventieve
maatregelen zijn genomen, ontstaat geen aanspraak op de vergoeding, aangezien deze
juist alleen open staat voor decentrale bestuurders. De regeling staat daarmee ook
open voor decentrale bestuurders die nog maar kort aanblijven of decentrale bestuurder
die nog maar net begonnen zijn. Hiervoor is gekozen vanwege de wenselijkheid om decentrale
bestuurders de mogelijkheid te geven om hun woning te beveiligen op alle momenten
dat zij in functie zijn.
6. Inwerkingtreding
Deze regeling is in werking getreden op 1 januari 2021.
7. Consultatie
Deze regeling heeft gedurende zes weken opengestaan voor internetconsultatie. Ook
is de regeling voorgelegd aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal
Overleg (IPO), de Unie van Waterschappen (UvW), het Nederlands Genootschap van Burgemeesters
(NGB), de Wethoudersvereniging, de vertegenwoordiging van de Commissarissen van de
Koning, de vertegenwoordiging van de Gedeputeerden, de Kring van Voorzitters van Waterschappen
en de Vereniging Belangenbehartiging Dagelijks Bestuursleden van Waterschappen. Er
zijn in totaal tien reacties binnen gekomen: vier van particulieren en zes van instanties.
Over het algemeen waren de reacties positief over het opnemen van basismaatregelen
voor de preventieve beveiliging van decentrale bestuurders.
In enkele reacties werd opgemerkt dat het goed zou zijn om de regeling uit te breiden
naar volksvertegenwoordigers, met name raadsleden. Zoals aangegeven in de toelichting,
is hiervoor niet gekozen omdat leden van decentrale vertegenwoordigende organen over
het algemeen minder een publiek profiel hebben dan decentrale bestuurders. De veiligheid
van leden van decentrale vertegenwoordigende organen is niettemin van het grootste
belang voor de werking van de lokale democratie. Om die reden zijn er in het Stelsel
Bewaken en Beveiligen veel mogelijkheden om deze leden te beveiligen bij concrete
(be)dreigingen. De behoefte bij decentrale bestuurders om te kijken naar de veiligheid
van de woning lijkt bovendien ook groter te zijn dan bij raadsleden. Zo wordt momenteel
maar 11% van de woningscans aangevraagd door raadsleden terwijl die doelgroep vele
malen groter is dan het aantal decentrale bestuurders.
Ook stelden een aantal reacties dat het aanvankelijk vastgestelde bedrag van € 2.000,–
te laag zou zijn om alle basismaatregelen te kunnen installeren. In overleg met het
CCV, dat ook zitting nam in de expertwerkgroep, is daarom besloten om het te vergoeden
bedrag te verhogen tot € 2.400,– inclusief btw. Ook is besloten dit bedrag jaarlijks
bij ministeriële regeling te indexeren, zodat het meebeweegt met economische schommelingen.
Verder werd er gewezen op het belang van goede communicatie over de maatregelen en
de kosten daarvan. Mede om die reden zal tegelijkertijd met de inwerkingtreding van
deze regeling een circulaire worden gepubliceerd.
De VNG verzocht helderheid te geven over de fiscale gevolgen van de werkgeverskosten
en hoe gemeenten als inhoudingsplichtige daarnaar dienen te handelen in het licht
van de werkkostenregeling (WKR).
De fiscale behandeling van de basismaatregelen zal op dezelfde wijze plaatsvinden
als beveiligingsaanpassingen aan woningen van bewindspersonen. Dit betekent dat de
provincie, de gemeente of het waterschap in overleg met de inspecteur van de Belastingdienst
vaststelt of en zo ja in hoeverre de beveiligingsaanpassingen fiscale gevolgen hebben
voor het loon van de politieke ambtsdrager. Van de beveiligingsmaatregelen wordt bij
aantreden de economische waarde vastgesteld (op basis van de op de factuur vermelde
uitgaven). Op deze waarde wordt volgens een met de belastinginspecteur overeengekomen
wijze een afschrijvingsmethode toegepast. Na het aanbrengen van de beveiligingsmaatregelen
wordt nog geen bedrag in de loonadministratie als loon verantwoord. Er zijn daarom
gedurende de ambtstermijn geen fiscale gevolgen voor het loon van de politieke ambtsdrager.
Bij het aftreden wordt aan de politieke ambtsdrager de keuze voorgelegd om de beveiligingsaanpassingen
te behouden of om de woning terug te brengen in de oorspronkelijke staat. Indien de
beveiligingsaanpassingen behouden worden, dan kan dit – afhankelijk van de afschrijvingstermijn
– een belastbaar voordeel uit de dienstbetrekking zijn. Dit voordeel zal dan als eindheffingsbestanddeel
in de loonadministratie worden opgenomen.
Eventuele loonheffing over dit voordeel is daarmee voor rekening van de provincie,
de gemeente of het waterschap.
Ook was er een opmerking van een particulier dat de verplichte vergoeding voor de
basismaatregelen voor bestuurders ten koste zou kunnen gaan van de vrije ruimte binnen
de werkkostenregeling voor werknemers binnen gemeenten. Dit is een onjuiste veronderstelling.
Over de samenloop van voorzieningen voor politieke ambtsdragers en overheidswerknemers
binnen de werkkostenregeling is al eerder uitgebreid ingegaan in de circulaire die
bij de introductie van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers
is verschenen (Stcrt. 2018, nr. 68918). Kortheidshalve wordt naar §3 van de bijlage bij deze circulaire verwezen: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2018-68918.html.
Tot slot wees de VNG op het belang om het Gemeentefonds aan te vullen, dan wel een
jaarlijks bedrag vrij te maken om extra kosten te kunnen vergoeden. Bij de evaluatie
van deze regeling zal ook dit kostenaspect worden meegenomen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren